Inbreng verslag schriftelijk overleg over o.a. het Verslag informele Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) van 11 augustus 2025 en geannoteerde agenda RBZ Gymnich van 29 en 30 augustus 2025 (Kamerstuk 21501-02-3218)
Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2025D35426, datum: 2025-08-21, bijgewerkt: 2025-08-21 15:14, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.F. Klaver, voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken (GroenLinks-PvdA)
- Mede ondertekenaar: S.L. Dekker, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2025Z15142:
- Indiener: C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2025-08-21 14:00: Raad Buitenlandse Zaken Gymnich 29-30 augustus 2025 (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
Preview document (🔗 origineel)
VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Vastgesteld, .. xxxx 2025
Binnen de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken hebben de onderstaande fracties de behoefte vragen en opmerkingen voor te leggen aan de minister van Buitenlandse Zaken over het Verslag informele Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) van 11 augustus 2025 en geannoteerde agenda RBZ Gymnich van 29 en 30 augustus 2025 en het Verslag Raad Buitenlandse Zaken van 15 juli 2025.
De op 21 augustus 2025 aan de minister toegezonden vragen en opmerkingen zijn met de door de minister bij brief van … toegezonden antwoorden hieronder afgedrukt.
De voorzitter van de commissie,
Klaver
De adjunct-griffier van de commissie,
Dekker
Inhoudsopgave
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de ChristenUnie-fractie
II Antwoord / Reactie van de minister
III Volledige agenda
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Algemeen
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de stukken ter voorbereiding op de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) van 29-30 augustus 2025. Zij willen in dit kader enkele specifieke aandachtspunten benadrukken en hebben hier enkele vragen over.
De leden van de VVD-fractie hebben met veel belangstelling gekeken naar de recente geopolitieke ontwikkelingen ten aanzien van de grootschalige oorlog in Oekraïne. Wat deze leden betreft is er alleen een staakt-het-vuren of vrede mogelijk waarmee Oekraïne kan instemmen. De leden zien het als cruciaal dat daarbij ook Europa meeonderhandelt. Hoe is de minister van plan direct in Europees verband aan de onderhandelingstafel te komen? Hoe kijkt de minister naar de recente ontwikkelingen met betrekking tot het afstaan van Oekraïens grondgebied aan Rusland? Wat is de inzet van de minister om ervoor te zorgen dat er een zo goed mogelijk resultaat kan worden behaald voor Oekraïne? Deelt de minister de mening van deze leden dat de internationale rechtsorde wordt ondermijnd als het Poetin lukt zich Oekraïens grondgebied toe te eigenen door middel van onderhandelingen met President Trump? Wat is de visie van de minister op het gebied van de schade die dit op langere termijn het fundament van de internationale rechtsorde kan opleveren?
De leden van de VVD-fractie hebben tevens met veel interesse kennisgenomen van de mogelijke veiligheidsgaranties voor Oekraïne als onderdeel van een deal naar aanleiding van de recente gesprekken tussen Europese leiders en President Trump in Washington. Welke rol ziet de minister weggelegd voor Nederland op het gebied van veiligheidsgaranties? Is de minister bereid om met gelijkgestemde Europese partners in gesprek te gaan over het gezamenlijk bijdragen aan veiligheidsgaranties als dit niet lukt binnen de Europees verband? Hoe ziet de minister de samenwerking met de Verenigde Staten op dit gebied, nu president Trump heeft aangekondigd dat de Verenigde Staten geen militairen naar Oekraïne zullen sturen? Is de minister het eens met de VVD-fractie dat mogelijke veiligheidsgaranties zo concreet mogelijk moeten worden gedefinieerd en ingericht in tegenstelling tot het Budapest Memorandum van 1994? Kan de minister toelichten welke rol hij ziet voor Europese samenwerking met de Verenigde Staten met betrekking tot de veiligheidsgaranties?
Naast de geopolitieke ontwikkelingen in Oekraïne hebben de leden van de VVD-fractie nog enkele opmerkingen en vragen over Israël en de oorlog in Gaza. De leden hebben kennisgenomen van de recente ontwikkelingen omtrent het plan van het bouwen van een nieuwe Israëlische nederzetting in de E1 corridor op de Westelijke Jordaanoever. Deze leden zien deze hernieuwde plannen als een zorgwekkende ontwikkeling. Wat is de inzet van de minister tijdens de komende Raad Buitenlandse Zaken om tot een eensgezinde reactie te komen met betrekking tot deze plannen? Is de minister het eens dat de bouw van deze nederzetting een uiteindelijke oplossing voor het conflict en een tweestatenoplossing op den duur alleen maar ingewikkelder zal maken? Hoe is de minister van plan in Europees verband zich in te zetten om te voorkomen dat E1 daadwerkelijk gebouwd gaat worden nu bekend is dat de Verenigde Staten niet voor het plan zullen gaan liggen?
Daarnaast vragen de leden van de VVD-fractie welke voortgang de minister de laatste tijd heeft gemaakt met ervoor zorgen dat binnen Europees verband producten uit illegale nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever worden geweerd van de Europese markt. Kan de minister daarnaast ook aangeven welke vooruitgang is geboekt op het gebied van het Europees sanctioneren van extremistische Israëlische ministers? Deze leden zien het wenselijk dat, naast een landelijk inreisverbod, de minister ook aan de slag gaat om dit Europees te regelen. Kan de minister tevens een stand van zaken geven naar het onderzoek wat loopt tegen Israël voor het schenden van het EU-handelsverdrag?
Met betrekking tot de oorlog in Gaza hebben de leden van de VVD-fractie kennisgenomen van de massale protesten waarbij honderdduizenden Israëliërs afgelopen weekend de straat zijn opgegaan in protest tegen de regering Netanyahu. De leden onderschrijven hun eis om te komen tot een staakt-het-vuren waarin alle overgebleven gijzelaars worden teruggebracht naar Israël. Hoe ziet de minister de protesten van afgelopen weekend in het licht van het groeiende verzet tegen de regering Netanyahu? Daarnaast vragen de leden de minister om een update betreffende de eerste resultaten van de voedseldroppings in Gaza. Kan de minister aangeven hoe de capaciteit op dit moment wordt benut en hoe de samenwerking met partners zoals Jordanië kan worden verbeterd? Hoe is de minister van plan zich in Europees verband in te zetten tot het verbreden van de voedselhulp aan de bevolking in Gaza?
Daarnaast willen de leden van de VVD-fractie aandacht vragen voor de zorgelijke ontwikkelingen in Georgië op het gebied van ondemocratische ontwikkelingen. De leden staan achter de lijn van het kabinet om het Matra Rule of Law trainingsprogramma op te schorten wegens de verslechterde politieke situatie. Kan de minister aangeven hoe Nederland zich binnen Europees verband met maatschappelijke organisaties in Georgië kan inzetten voor het versterken van het verzet tegen deze zorgelijke ontwikkelingen?
Als laatste willen de leden van de VVD-fractie de minister vragen wat zijn inzet is met betrekking tot de hervormingen Werkmethoden RBZ en besluitvorming gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB). Deze leden zijn groot voorstander van het efficiënter maken van de RBZ. Op welke manier is de minister van plan zich tijdens de komende Raad verder in te zetten voor het gebruik van een constructieve onthouding? Met welke Europese partners ziet de minister de kans om zich in te zetten voor het bevorderen van deze constructieve onthouding?
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
De leden van de NSC-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de stukken bijgaand dit schriftelijk overleg.
De leden van de NSC-fractie hebben naar aanleiding van de stukken nog enkele vragen.
Russische agressie tegen Oekraïne:
De leden van de NSC-fractie vragen zich af hoe de minister de algehele situaties vooral ten opzichte van de door de VS in uitzicht gestelde veiligheidsgaranties voor Oekraïne beoordeelt. Deze leden vragen hoe er over deze veiligheidsgaranties binnen de EU wordt nagedacht. Het lijkt erop dat deze veiligheidsgaranties in plaats moeten komen voor een toekomstige NAVO-lidmaatschap van Oekraïne. Deze leden vragen hoe onder deze omstandigheden het EU toetredings-traject binnen de EU bediscussieerd wordt.
De leden van de NSC-fractie vragen ook hoe groot men binnen EU-verband de kans acht, dat de poging van bemiddeling door president Trump kans van slagen heeft. Gaat men ervan uit dat president Poetin serieus geïnteresseerd is in vredesonderhandelingen?
Israël/Gaza:
De leden van de NSC-fractie lezen dat volgens de stukken de afspraak tussen de EU en Israël over toegang voor humanitaire hulp naar Gaza tot nu toe niet voldoende heeft opgeleverd.
Deze leden vragen welke verdere stappen op dit moment binnen de EU worden bediscussieerd. Welke handelingsruimte heeft de EU nog tegenover Israël en tegenover de Hamas? En klopt het dat sancties tegenover Hamas en Israël altijd in combinatie met elkaar worden besloten?
Syrië:
De leden van de NSC-fractie konden in de stukken lezen, dat men binnen de EU buitengewoon bezorgd is over de ontwikkelingen in Syrië, vooral over het geweld tegenover minderheden. Deze leden vinden echter geen aanwijzingen voor concrete acties richting het regime van Al-Jolani. Enkele maanden geleden besloten de EU-lidstaten tot opheffing van de meeste sancties. De leden vroegen zich dan ook af welke concrete maatregelen op dit moment worden bediscussieerd om de Syrische machthebbers onder druk te zetten.
Georgië:
De leden van de NSC-fractie hebben kennisgenomen van de (tijdelijke) opschorting van het Matra Rule of Law programma in Georgië en vroegen zich dan ook af hoe de minister de actuele situatie in Georgië inschat. Heeft Nederland op dit moment mogelijkheden om het Georgische maatschappelijke middenveld in hun weerstand tegen de actuele politieke machthebbers te steunen?
Zaak Zuid-Afrika tegen Israël bij IGH:
De leden van de NSC-fractie hebben kennisgenomen van de uiteenzetting waarom Nederland zich niet zou kunnen ‘aansluiten’ bij deze zaak. De leden vroegen zich echter wel af welk doel de 12 landen, die zich reeds bij de zaak hebben aangesloten, zouden kunnen nastreven. Ook voor hen geldt dat hun interventies als niet ontvankelijk zouden kunnen worden beoordeeld. Alsnog kiezen zij voor interventie, blijkbaar om een politiek signaal af te geven. Klopt het dat Nederland in principe hetzelfde zou kunnen doen, maar dat men ervoor kiest om het vooruitlopend op mogelijke niet ontvankelijkheid van actie af te zien?
Vragen en opmerkingen van de leden van de ChristenUnie-fractie
De leden van de ChristenUnie-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de geannoteerde agenda van de Raad Buitenlandse Zaken in Gymnich. De leden hebben een aantal vragen.
Oekraïne
De leden van de ChristenUnie-fractie vragen wat het betekent dat er ‘Artikel 5-achtige garanties’ komen ten aanzien van Oekraïne, waar NAVO secretaris-generaal (SG) Rutte over sprak. Welke toezeggingen zijn er door de VS gedaan? Welke verantwoordelijkheid willen en kunnen Europese leden op zich nemen? En Nederland daarbij in het bijzonder?
De leden van de ChristenUnie-fractie wijzen op het Budapest Memorandum (1994) dat ook al veiligheidsgaranties bevatte voor Oekraïne, maar waar nooit naar is gehandeld. Op welke manier zullen de veiligheidsgaranties nu wel worden geboden? De leden vragen of dit Memorandum niet formeel bekrachtigd zou moeten worden, met steun van de Coalition of the willing.
De leden van de ChristenUnie-fractie vragen welke juridische basis ten grondslag ligt aan de inzet van Nederland om geconfisqueerde bedragen uit te geven en te herinvesteren in Oekraïne. Welk precedent schept dit? Waarom is de juridische analyse over internationaalrechtelijke handelingsperspectief anders dan die van Duitsland, Frankrijk en Italië en is de minister bereid deze analyse naar de Kamer te sturen?
De leden van de ChristenUnie-fractie merken op dat Turkije de EU niet wil helpen om de import van Russisch gas richting de EU aan banden te leggen. Zijn er mogelijkheden om Turkije te bewegen tot afdwingen van een verbod op import, bijvoorbeeld door zelf maatregelen tegen Turkije te treffen?
Midden-Oosten
De leden van de ChristenUnie-fractie vragen hoe het kan dat medewerkers van de Europese Commissie de toegang tot Gaza is ontzegd. Was dit geen onderdeel van de afspraken? Is de minister bereid om zich in te zetten om met spoed toegang van Europese waarnemers tot Gaza onderdeel van deze afspraken te maken? Zo nee, waarom niet?
De leden van de ChristenUnie-fractie merken op dat het aantal trucks dat Gaza binnen is gekomen een stuk lager is dan is afgesproken met Israël. De leden vragen of de 188 trucks die tussen 31 juli en 4 augustus Gaza binnenkwamen exclusief of inclusief de honderden trucks die al in Gaza stonden en gescreend waren, maar niet vervoerd konden worden vanwege de veiligheidssituatie op de grond zijn, zoals gesteld door de VN? Zo nee, hoe worden de trucks die al in Gaza waren geduid in de cijfers?
De leden van de ChristenUnie-fractie vragen wat de reactie van Israël is op de constateringen uit het EU-rapport. Erkent Israël de conclusie uit het rapport dat het land niet voldoet aan de gemaakte afspraken? Welke onderbouwing geven andere EU-lidstaten voor het feit dat ze (nog) niet bereid zijn tot het opschorten van het handelsdeel van het associatieakkoord?
De leden van de ChristenUnie-fractie hebben met instemming kennisgenomen van de veroordeling van het E1-voorstel van de Israëlische regering. Hoe beoordeelt de minister de uitspraak van de Israëlische minister Smotrich dat het plan een reactie is op de (voorgenomen) erkenning van de Palestijnse staat door een groeiende groep landen? Welke reactie bereidt de EU voor als het E1-voorstel wordt doorgezet? Welk standpunt heeft het kabinet hierin?
EU-besluitvorming
De leden van de ChristenUnie-fractie zijn voorstander van het op onderdelen van het EU-buitenlandbeleid overgaan op een gekwalificeerde meerderheid, maar zien dit er vooralsnog nog niet van komen. Welke andere alternatieve vormen van besluitvorming dan constructieve onthouding ziet de minister om besluitvorming op het terrein van EU-buitenlandbeleid effectiever te maken?
II Antwoord/ Reactie van de minister
III Volledige agenda
- minister van Buitenlandse Zaken, d.d. 22-07-2025, Verslag van
de Raad Buitenlandse Zaken van 15 juli 2025 (Kamerstuk 21501-02, nr.
3216)
- minister van Buitenlandse Zaken, d.d. 14-08-2025, Verslag informele Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) van 11 augustus 2025 en geannoteerde agenda RBZ Gymnich van 29 en 30 augustus 2025 (Kamerstuk 21501-02, nr. 3218)