Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over Spoorveiligheid en ERTMS (Kamerstuk 29893-281)
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2025D36965, datum: 2025-09-03, bijgewerkt: 2025-09-04 13:16, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P.C. (Peter) de Groot, voorzitter van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat (VVD)
- Mede ondertekenaar: A.B. Coco Martin, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2025Z08476:
- Indiener: C.A. Jansen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2025-05-13 16:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-05-21 12:15: Procedurevergadering IenW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2025-06-18 09:30: Extra procedurevergadering commissie I&W (groslijst controversieel verklaren) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2025-09-03 12:00: Spoorveiligheid en ERTMS (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 | |
Vergaderjaar 2024-2025 | ||
Spoorbeveiligingssysteem European Rail Traffic Management System (ERTMS) (Kamerstuk 33652, nr. 106) | ||
Nr. | VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG |
|
Vastgesteld op ……. 2025 |
||
Binnen de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat hebben verschillende fracties de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over 22e voortgangsrapportage ERTMS (Kamerstuk 33652, nr. 106), de voortgangsbrief spoorveiligheid (Kamerstuk 29893, nr. 281) en de brief beantwoording vragen commissie over de 22e voortgangsrapportage ERTMS (Kamerstuk 33652, nr. 106).De vragen en opmerkingen zijn op 3 september 2025 aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat voorgelegd. Bij brief van ... zijn deze door hem beantwoord. |
||
Voorzitter van de
commissie, |
||
Adjunct-griffier
van de commissie, |
||
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties |
||
InhoudsopgaveInleiding Inbreng rapporteur (Koekkoek, Volt) PVV-fractie VVD-fractie NSC-fractie BBB-fractie |
1 2 4 4 6 7 |
|
Inleiding De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de stukken voor dit schriftelijk overleg en hebben de volgende vragen en opmerkingen. De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de stukken met betrekking tot het schriftelijk overleg Spoorveiligheid en ERTMS en hebben hierover nog de volgende vragen en opmerkingen aan de staatssecretaris. De leden van de NSC-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geagendeerde stukken voor dit schriftelijk overleg. Wel hebben deze leden nog enkele vragen. De leden van de BBB-fractie hebben kennisgenomen van de stukken inzake spoorveiligheid en de voortgangsrapportages over de implementatie van ERTMS. Deze leden hebben hierover enkele vragen en opmerkingen. Inbreng rapporteur (Koekkoek, Volt) De rapporteur ERTMS volgt namens de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat onder meer de informatievoorziening en de rapportageafspraken over het groot project ERTMS. De Kamer heeft de 22e voortgangsrapportage ERTMS over de tweede helft van 2024 inmiddels een aantal maanden geleden ontvangen. In de feitelijkevragenronde hierover is een groot aantal vragen gesteld over de voortgang van het project en over de vooruitzichten voor de langere termijn. De volgende voortgangsrapportage over de eerste helft van 2025 wordt binnen een maand verwacht. Vooruitlopend hierop wil de rapporteur enkele informatieafspraken en wensen van de Kamer voor de toekomstige rapportages onder de aandacht brengen. In verband met de fundamentele herijking van het programma, die in 2023 is ingezet maar nog niet volledig is afgerond, bood de informatie in de vorige voortgangsrapportages de Kamer onvoldoende inzicht om de voortgang van het programma goed te kunnen volgen. Vooral het gebrek aan inzicht in de planning en voortgang van de maatregelen en in bijgestelde kostenramingen en budgetten speelden daarbij een grote rol. De staatssecretaris heeft toegezegd om bij de volgende voortgangsrapportage inzicht te geven in de planning, kostenramingen en budgetten van het programma, in het bijzonder voor de eerste tranche die nu wordt ontwikkeld. Uit de beantwoording van de vragen over de 22e voortgangsrapportage blijkt dat tot 2030 waarschijnlijk alleen de eerste tranche uitgevoerd zal worden. Deze eerste tranche is echter veel minder omvattend dan de programmascope uit de programmabeslissing tot en met 2030, terwijl de kosten en budgettekorten wel oplopen. Hoewel de stapsgewijze lerende aanpak in het kader van eerdere kostenstijgingen en planningsproblemen vanuit projectmanagement zinvol lijkt, blijft vanuit het oogpunt van project- en kostenbeheersing op de langere termijn voor de Kamer belangrijk dat tussen- en einddoelen van het implementatieprogramma nadrukkelijk in het oog worden gehouden. Daarbij horen projecties van de planning, kosten en budgetten voor de uitrol van ERTMS voor zowel de eerste tranche als voor de middellange en de landelijke uitrol op de lange termijn. De implementatie van ERTMS op het Nederlandse spoor is immers een kostbaar en ingrijpend proces, waarover de Kamer goed geïnformeerd wil blijven worden. Kunnen bij toekomstige voortgangsrapportages de afspraken uit de uitgangspuntennotitie weer worden gevolgd en kan de Kamer concreet inzicht worden geboden in planning, voortgang, risico’s, kostenramingen en budgetten, zowel voor de oorspronkelijke planningstermijn van het groot project tot en met 2030 als voor de landelijke uitrol daarna? Over de voortgangsinformatie wil de rapporteur het volgende opmerken. De laatste voortgangsrapportage bevat uitgebreide beschrijvingen van maatregelen. Een groot deel van deze maatregelen wordt echter voornamelijk in opzet beschreven, terwijl de voortgang in de verslagperiode minder goed inzichtelijk wordt gemaakt. Bovendien ontbreken overzichtstabellen met de voortgang op eerder vastgestelde planningsmijlpalen. Hierdoor is voor de Kamer moeilijk om de concrete voortgang te volgen. In eerdere voortgangsrapportages waren nog wel overzichtstabellen opgenomen; een goed voorbeeld hiervan is tabel 4a Mijlpalen van het programma ERTMS uit voortgangsrapportage 211. Kan in volgende voortgangsrapportages systematisch voor de beschreven stappen en maatregelen worden aangegeven welke voortgang concreet is geboekt in de verslagperiode? Kan in volgende voortgangsrapportages weer een overzichtstabel worden opgenomen van de voortgang op de planningsmijlpalen bij de uitvoering van de maatregelen, zoals voorheen in tabel 4a Mijlpalen van het programma ERTMS? Kunnen voor de voortgang van de verschillende maatregelenpakketten per onderdeel (zoals Noordelijke lijnen en Zeeuwse Lijn) naast tekstuele beschrijvingen voortaan ook overzichtstabellen in de voortgangsrapportages worden opgenomen? Kan de leesbaarheid van de voortgangsrapportages worden verbeterd door kernachtiger te formuleren en herhalingen waar mogelijk te vermijden? Een structureel aandachtspunt bij de implementatie van ERTMS is de positie van (goederen)vervoerders, onder meer in relatie tot toelating en verschillende versies in de betrokken landen. Inmiddels is de inschrijving voor de subsidieregeling ERTMS goederenlocomotieven gesloten. Nederland vraagt bij de Europese Commissie aandacht voor de financiering van de benodigde upgrade van GSM-R (Global System for Mobile communications-Railway) naar FRMCS (Future Railway Mobile Communication System). Hoeveel inschrijvingen zijn ontvangen voor de subsidieregeling ERTMS goederenlocomotieven? In hoeverre worden hiermee investeringen voor de ombouw van goederenmaterieel gestimuleerd? Welke resultaten kunnen worden gemeld uit de gesprekken met de Europese Commissie over de financiering van de toekomstige upgrade naar FRMCS? Tot slot is de rapporteur namens de commissie voor Infrastructuur en Waterstaat zich aan het beraden over de scope van het groot project in het kader van de parlementaire Regeling grote projecten. De Kamer heeft de scope in 2019 in de geactualiseerde uitgangspuntennotitie gebaseerd op de scope uit de programmabeslissing uit 2019, waarin volgens planning de eerste fase van de landelijke uitrol in 2031 zou worden opgeleverd. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft de scope uit de programmabeslissing inmiddels verlaten en daarmee ook de scope van het groot project. Voor overwegingen over een aangepaste scope van het groot project is de toegezegde informatie over planning, kostenramingen en budgetten relevant. Is in het kader van de MIRT-systematiek een nieuwe programmabeslissing in voorbereiding? Welke overwegingen voor de scope van het groot project zou de staatssecretaris de Kamer willen meegeven? PVV-fractie De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de stukken, maar vragen tegelijkertijd of de staatssecretaris rekening houdt met de principes haalbaar, betaalbaar en realistisch. De leden van de PVV-fractie vragen naar aanleiding van de beantwoording op de opvolgingsnotitie Onderzoeksraad voor Veiligheid (OvV) wat de huidige stand van zaken is van de aanbevelingen gericht aan de staatssecretaris. De leden van de PVV-fractie lezen dat er volop gesproken wordt over overwegveiligheid. Er komt onder andere een opvolger van de beleidsagenda Spoorveiligheid 2020 – 2025. Er wordt gesproken over structurele overwegverbeteraanpak en lopende overwegverbeterprogramma’s. Deze leden vragen of de staatssecretaris deze zaken voldoende op de rit heeft, om te komen tot een spoedige verbetering van overwegen. De leden van de PVV-fractie lezen in de beantwoording op eerder gestelde vragen dat in de eerste fase van de uitrol ERTMS een tekort is van 1 miljard euro. Helaas is de 23ste voortgangsrapportage nog niet opgeleverd. Deze leden vragen of dit tekort ondertussen is opgelopen. Zo ja, wat is de huidige stand van zaken en ligt de uitrol van de eerste tranche op schema? De leden van de PVV-fractie verbazen zich erover dat er, ondanks alle inzet die gepleegd wordt en de lange voorbereiding, sprake is van tegenvallers, vertragingen en het niet op tijd op orde hebben van zaken. Daardoor lopen de kosten gierend uit de hand. Deze leden vragen of door de teruglopende economie en de opeenstapeling van tegenvallers het project ERTMS nog haalbaar, betaalbaar en realistisch is. VVD-fractie De leden van de VVD-fractie stellen dat spoorveiligheid geen papieren werkelijkheid is, maar direct verbonden met de dagelijkse praktijk van honderdduizenden reizigers en de veiligheid van omwonenden langs het spoor. Daarbij komt dat onze economie drijft op een betrouwbaar spoorgoederenvervoer: van de aanvoer van grondstoffen voor onze industrie tot de export via de zeehavens. Dat maakt het noodzakelijk dat beleid duidelijk is, dat risico’s voor de omgeving zorgvuldig worden afgewogen en dat grote projecten financieel beheersbaar blijven. De leden van de VVD-fractie stellen dat een goed functionerend spoorgoederenvervoer van groot belang is voor de Nederlandse economie en voor de internationale concurrentiepositie van onze zeehavens en industrie. Tegelijkertijd betekent de toename van gevaarlijke stoffen, mede door de energietransitie, dat de veiligheid van omwonenden stevig moet worden gewaarborgd. Het lid Veltman (VVD) heeft eerder een motie ingediend over het Basisnet (Kamerstuk 29984 nr. 1236), omdat deze leden een onduidelijk proces zien, zonder helder referentiekader en zonder draagvlak in gemeenten. Kan de staatssecretaris aangeven wanneer dit wel concreet wordt, zodat woningbouw en veiligheid niet klem komen te zitten? De leden van de VVD-fractie stellen dat niet alleen het spoortraject zelf, maar ook de emplacementen cruciaal en kwetsbaar zijn. Zij vormen de schakel waar veel risico’s samenkomen. Deze leden hebben daarom met een motie (Kamerstuk 29984 nr. 1237) aangedrongen op enerzijds duidelijke en uniforme veiligheidseisen, en tegelijkertijd hebben zij erop aangedrongen dat in uitzonderlijke gevallen maatwerk mogelijk moet blijven om de veiligheid van omwonenden te waarborgen, zoals bij Kijfhoek of in de Rotterdamse haven. Kan de staatssecretaris aangeven hoe hij ervoor zorgt dat gemeenten en veiligheidsregio’s daadwerkelijk betrokken zijn? Kan hij aangeven dat hun zorgen over de leefomgeving en veiligheid een duidelijke plek krijgen bij de afspraken die nu worden gemaakt? Hoe wordt daarbij de balans bewaard tussen uniformiteit enerzijds en doelgericht maatwerk anderzijds? De leden van de VVD-fractie stellen dat spoorveiligheid natuurlijk ook gaat over de mensen die aan het spoor werken. Voor deze leden staat voorop dat iedereen die in deze sector werkt dat veilig kan doen. Deze leden zien dat sectorpartijen, waaronder RailAlert en ProRail, investeren in veiligheidscultuur en inmiddels werken met een digitaal veiligheidspaspoort. Tegelijkertijd bestaan er zorgen dat extra regels – zeker als die niet aantoonbaar bijdragen aan veiligheid – juist contraproductief uitpakken en personeel wegjagen uit een sector die toch al te maken heeft met krapte. Kan de staatssecretaris aangeven hoe hij waarborgt dat regelgeving altijd effectief én werkbaar is, ook voor zzp’ers en aannemers? De leden van de VVD-fractie zien de modernisering van het beveiligingssysteem via ERTMS als een grote stap voorwaarts die uiteindelijk belangrijke voordelen biedt voor veiligheid en capaciteit. De uitrol gaat echter gepaard met forse uitdagingen, van cybersecurity tot budgettaire spanning. Deze leden willen daar graag nadere duidelijkheid over. Hoe borgt de staatssecretaris dat cybersecurity volwaardig wordt meegenomen, en niet een sluitstuk is? Welke concrete maatregelen worden hiervoor getroffen? Verder vragen de leden van de VVD-fractie aandacht voor het belang van de uitrol van ERTMS op de spoorcorridors richting Amsterdam IJmond. Gezien het belang van de concurrentiepositie van de haven en de regio, vragen deze leden op welke wijze deze corridors, welke in de eerste tranche niet zijn meegenomen, kunnen worden meegenomen in de tweede tranche. Is de staatssecretaris in gesprek met Port of Amsterdam over de prioritering van de verschillende corridors (de paarse, oranje en groene corridor) binnen de tweede tranche, dan wel bereid hierover met Port of Amsterdam in gesprek te gaan? Market research freight locomotives NL SCI/Verkehr De leden van de VVD-fractie lezen in het marktonderzoek dat blijkt dat de beschikbaarheid van goederenlocomotieven krap is (p.14). Deze leden vragen de staatssecretaris of hij per aanbeveling kan toelichten hoe dit wordt opgevolgd en hoe hiermee de concurrentiekracht van het goederenvervoer wordt beschermd. 22e Voortgangsrapportage ERTMS De leden van de VVD-fractie menen dat de nieuwe Europese verplichting voor baseline 4 forse gevolgen kan hebben voor de uitrol. Zij vragen de staatssecretaris hoe Nederland dit aanpakt, en hoe dit zich verhoudt tot de keuzes die andere landen maken. De leden van de VVD-fractie is toegezegd (aan het lid Veltman) dat er nadrukkelijk aandacht is hoe de uitrol van ERTMS efficiënter, sneller en goedkoper gemaakt kan worden (Kamerstuk 29893, nr. 271). Deze leden vragen de staatssecretaris hoe dit zich verhoudt tot de oplopende budgetspanning die we nu zien. De budgetspanning is inmiddels opgelopen tot bijna 1,1 miljard euro. De staatssecretaris verwijst hiervoor naar de Voorjaarsnota 2025. Deze leden vragen de staatssecretaris of hij helder kan maken hoe dit precies in de Voorjaarsnota is verwerkt. NSC-fractie De leden van de NSC-fractie lezen dat RailAlert uiterlijk in het vierde kwartaal van 2025 de definitie van een eilandbuitendienststelling zal verduidelijken en dit zal verwerken in de volgende versie van het Voorschrift Veilig Werken aanrijding trein. Wat is de status van de verduidelijking van deze definitie? Kan de Kamer worden geïnformeerd wanneer dit is gebeurd? De leden van de NSC-fractie vragen wat de laatste stand van zaken is van het ERTMS-proefbaanvak in Zeeland. Wat is de meest recente planning? Zijn de flankerende maatregelen inmiddels uitgewerkt? Kan er een overzicht gegeven worden van deze maatregelen? De leden van de NSC-fractie zijn ook benieuwd naar de laatste financiële prognoses voor de korte en de lange termijn status van het ERTMS-budget. Worden er tekorten voorzien? Zo ja, op welke termijn? Hoe zullen deze tekorten - voor zover voorzien - worden opgevangen? BBB-fractie De leden van de BBB-fractie constateren dat de Kamer al langere tijd onvoldoende inzicht krijgt in planning, kostenramingen en budgetten van het ERTMS-programma. Deze leden vragen de staatssecretaris om bij toekomstige voortgangsrapportages structureel overzichtelijke tabellen op te nemen met mijlpalen, voortgang en kosten, zodat de Kamer concreet kan volgen hoe de uitvoering verloopt. Ook vragen deze leden of de staatssecretaris bereid is om herhalingen en uitvoerige beschrijvingen te beperken en de rapportages kernachtiger en leesbaarder te maken. Daarnaast hebben de leden van de BBB-fractie gelezen dat de eerste tranche van ERTMS naar verwachting tot 2030 de enige zal zijn die daadwerkelijk wordt uitgevoerd, terwijl de kosten blijven oplopen. Deze leden vragen hoe dit zich verhoudt tot de oorspronkelijke programmabeslissing en of er sprake is van een sluipende verschraling van de scope, terwijl de belastingbetaler juist met oplopende budgetten wordt geconfronteerd. Kan de staatssecretaris toezeggen dat er een nieuwe programmabeslissing in voorbereiding is waarin de scope en doelstellingen opnieuw duidelijk en toetsbaar worden vastgelegd? De leden van de BBB-fractie hebben verder kennisgenomen van de subsidieregeling voor goederenlocomotieven. Deze leden vragen hoeveel inschrijvingen er zijn ontvangen en in hoeverre deze daadwerkelijk leiden tot investeringen en ombouw van materieel. Daarnaast vragen de leden welke concrete resultaten tot nu toe zijn geboekt in de gesprekken met de Europese Commissie over de financiering van de noodzakelijke overgang van GSM-R (Global System for Mobile communications for Railways) naar FRMCS (Future Railway Mobile Communication System), en wat de financiële gevolgen zijn voor vervoerders en de rijksoverheid, als de Europese bijdrage onvoldoende blijkt. Tot slot vragen de leden van de BBB-fractie aandacht voor de uitvoerbaarheid en betrouwbaarheid van het ERTMS-programma. Het spoor is cruciaal voor zowel reizigers als goederenvervoer, maar het mag geen eindeloos groot project worden waarin kosten en planningen telkens verschuiven. Kan de staatssecretaris aangeven hoe wordt voorkomen dat ERTMS opnieuw uitloopt en duurder wordt, en hoe de Kamer hierop tijdig en transparant wordt geïnformeerd? |
||
II Reactie van de bewindspersoon |
||
21e voortgangsrapportage ERTMS, p. 17.↩︎