Preview document (🔗 origineel)

---

29 665 Evaluatie Schipholbeleid

Nr. 577 Brief van de minister van Infrastructuur en Waterstaat

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 september 2025

Zoals opgenomen in het regeerprogramma wordt er binnen het Programma Omgeving Luchthaven Schiphol gewerkt aan het op orde brengen van de rechtsbescherming van omwonenden (geluidsbelasting) en de regelgeving met behoud van de netwerkkwaliteit van Schiphol.¹ De Kamer wordt periodiek geïnformeerd over de voortgang van het Programma, onder andere middels de periodieke voortgangsbrief. Hierbij ontvangt de Kamer de elfde voortgangsbrief met een stand van zaken binnen een aantal van de verschillende trajecten.

Voortgang totstandkoming LVB en het MER Schiphol

Om zo spoedig mogelijk een besluit te nemen over de algehele wijziging van het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol (LVB) en daarmee de rechtspositie van de betrokken partijen te herstellen worden diverse voorbereidende werkzaamheden uitgevoerd. Een conceptversie van het LVB is voor het zomerreces aangeboden aan LVNL en de ILT voor respectievelijk een uitvoeringstoets en een HUF-toets. De uitkomst van deze toetsen zullen worden betrokken bij de verdere besluitvorming voor de start van de zienswijze- en voorhangprocedure. Daarnaast wordt er ook gewerkt aan het finaliseren van het milieueffectrapport (MER). De conceptversies van de deelrapporten van het MER zijn bijna gereed zijn en worden de komende weken verder afgerond. Daarna zullen deze rapporten worden getoetst door het bevoegd gezag. Naar verwachting zal besluitvorming eind 2025 plaatsvinden. In dat geval zal begin 2026 de formele zienswijze- en voorhangprocedure starten en het MER worden aangeboden aan de Commissie voor de milieueffectrapportage.

Uw Kamer is op 7 mei jl. geïnformeerd over het “versneld LVB”; een wijziging van het LVB tot verankering van het maximumaantal vliegtuigbewegingen van 478.000 als gevolg van de “balanced approach-procedure.”² Verschillende gemeenten, bewoners(organisaties) en luchtvaartmaatschappijen hebben beroep ingesteld tegen dit versneld LVB. Op 24 juli jl. was een zitting gepland bij de Voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State over het verzoek van de luchtvaartmaatschappijen om het versneld LVB Schiphol te schorsen tot en met de uitspraak in de bodemprocedure over het versneld LVB. Dit verzoek is op 17 juli jl. door de luchtvaartmaatschappijen ingetrokken. Op 7 november 2025 houdt de Afdeling een (zogenaamde) regiezitting in de bodemprocedure over het versneld LVB.

Monitoring BA maatregelenpakket

Op 2 april 2025 heeft het kabinet de procedure op grond van de Europese Geluidsverordening afgerond. Met het maatregelenpakket dat voortkomt uit deze balanced approach-procedure wordt beoogd per november 2025 een geluidsreductie van 15 procent te realiseren. Het effect van het maatregelenpakket is gebaseerd op berekeningen vooraf. De volgende stap is om te monitoren of met het maatregelenpakket het beoogde effect wordt gerealiseerd. De monitoring hangt zodoende ook samen met de brief die de Kamer op 28 mei 2025 heeft ontvangen over de Roadmap Schiphol.³ Zoals toegezegd in de Kamerbrief van 6 december 2024⁴ en aan het lid Postma tijdens het Commissiedebat Luchtvaart van 4 februari 2025 (Kamerstuk 31 936, nr. 1223)⁵, zal de Kamer het plan van aanpak voor de monitoring van het maatregelenpakket ontvangen.

Met het monitoren van het maatregelenpakket wil het kabinet vaststellen of een geluidsreductie van 15 procent - ten opzichte van de referentiesituatie en bovenop de autonome ontwikkelingen - per november 2025 is gerealiseerd. Hierbij gaat het om de reductie van woningen en ernstig gehinderden in respectievelijk de 58 en 48 dB(A) L_den geluidscontouren op het etmaal en woningen en ernstig slaapverstoorden in respectievelijk de 48 en 40 dB(A) L_night geluidscontouren in de nacht.

Het ministerie van IenW heeft het onderzoeksbureau To70 opdracht gegeven om uitvoering te geven aan de monitoring. Een conceptplan van aanpak voor de monitoring is in de afgelopen maanden besproken met sectorpartijen, Maatschappelijke Raad Schiphol (MRS) en Bestuurlijke Regie Schiphol (BRS). Op basis van deze gesprekken zal het conceptplan nog verder aangescherpt worden. Op deze manier beoogt het ministerie om met een solide methode de monitoring uit te voeren en duidelijkheid te verschaffen aan zowel de omwonenden als de luchtvaartsector. De Kamer zal het definitieve plan van aanpak ontvangen zodra dit gereed is.

Actualisatie en technische wijziging Luchthavenindelingbesluit (LIB) Schiphol

Het LIB bevat regels met betrekking tot veiligheid en geluidbelasting, ter bescherming van de omgeving van Schiphol. Deze regels gaan met name over de bestemming en het gebruik van de gronden binnen het luchthavengebied en binnen het beperkingengebied rond Schiphol. De grenzen van de beperkingengebieden voor woningbouw zijn echter verouderd en sluiten niet meer aan bij hoe er momenteel wordt gevlogen. Het gevolg is dat sommige gebieden mogelijk te veel worden beperkt en andere gebieden te weinig worden beschermd. Om dit op orde te brengen hebben Rijk en regio afgesproken het LIB te actualiseren. Dit traject van actualisatie is onlangs gestart met de eerste verkennende gesprekken met betrokken partijen. De Kamer wordt via de voortgangsbrief Programma Omgeving Luchthaven Schiphol op de hoogte gehouden van de vorderingen.

In de vorige voortgangsbrief Programma Omgeving Luchthaven Schiphol is de Kamer geïnformeerd over de voortgang van de technische wijziging van het LIB, als gevolg van de vervanging van verouderde radar- en navigatieapparatuur.⁶ De technische wijziging van het LIB is met ingang van 1 juli 2025 officieel van kracht. Dit wijzigingstraject is daarmee afgerond.  

Samenwerking tussen Rijk en regio in de Schipholregio

Rijk en regio blijven samenwerken aan het verbeteren van de leefomgevingskwaliteit in de Schipholregio. Deze samenwerking vindt plaats op basis van de bestuursovereenkomst Intenties samenwerking NOVEX Schipholregio, ondertekend op 10 oktober 2022, en het daarop gebaseerde Ontwikkelperspectief en de in 2023 vastgestelde Uitvoeringsagenda NOVEX Schipholregio.

Rijk en regio hebben de intentie om verschillende opgaven – zoals ruimtelijke ontwikkeling, geluid en luchtkwaliteit – in samenhang te beoordelen. Er vindt structurele bestuurlijke en ambtelijke afstemming plaats tussen diverse ministeries en de BRS. De samenwerking is gebaseerd op wederzijds informeren, reflecteren en meedenken, waarbij elke partij zijn eigen rol en verantwoordelijkheden behoudt. Dit draagt bij aan beter onderbouwde en uitvoerbare besluiten.

Sinds de vorige voortgangsbrief is een belangrijke stap gezet in de ontwikkeling van 438 woningen in Kronenburg (gemeente Amstelveen). Op 3 juli jl. heeft het ministerie de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) een mandaatinstructie gegeven om een verklaring van geen bezwaar (vvgb) te verlenen aan het college van burgemeester en wethouders van Amstelveen voor de ontwikkeling van 438 woningen in de wijk Kronenburg.⁷ De vvgb is op 23 juli jl. verleend. Daarnaast zijn er ruimtelijke ontwikkelingen te melden: het uitvoeringsprogramma Westeinderscheg is vastgesteld, evenals het gebiedsperspectief Rijsenhout (gemeente Haarlemmermeer).

Voortgang ontwikkeling nieuw stelsel vliegtuiggeluid

In de voorgaande voortgangsbrieven Programma Omgeving Luchthaven Schiphol is de Kamer geïnformeerd over de ontwikkeling van het nieuwe stelsel voor de regulering van vliegtuiggeluid. Daarbij is toegelicht welke stappen in de stelselherziening zijn gezet, wat het doel is van de stelselherziening en hoe de participatie met belanghebbenden plaatsvindt. In het najaar kunnen belanghebbenden (verenigd in een nationale klankbordgroep) en betrokken organisaties (ILT, LVNL en ACNL) reageren op een ambtelijk beleidsontwerp. Dit heeft als doel het stelselontwerp zo breed gedragen en inhoudelijk robuust mogelijk te maken. Nadat die reacties zijn verwerkt zal de Kamer inhoudelijk worden geïnformeerd over de beleidsvoornemens uit de stelselherziening. Middels deze voortgangsbrief wordt invulling gegeven aan de toezegging aan het lid Postma om de Kamer een tijdpad voor de invoering van het stelsel voor vliegtuiggeluid te geven.⁸ Voor het afronden van de huidige ambtelijke beleidsfase is de verwachting dat er nog een half jaar nodig is. Daarna start de wetsontwerpfase waarin de beleidsvoornemens worden omgezet in concept wet- en regelgeving. Deze fase duurt naar verwachting tot medio 2026. Daarna start de geëigende route van nieuwe wetgeving met onder meer de consultatiefase over het wetsvoorstel. Het doel is om het nieuwe stelsel in 2028 wettelijk vast te leggen. Het materiële effect van de stelselherziening is pas zichtbaar nadat de eerste besluiten voor luchthavens – binnen het nieuwe wettelijk kader – zijn genomen.

Uitvoering moties

Middels de publicatie in het Staatsblad⁹ van de wijziging van de Algemene wet bestuursrecht in verband met de invoering van de mogelijkheid tot het instellen van beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, en de inwerkingtreding van deze wijziging per 4 april 2025, heeft het kabinet uitvoering gegeven aan de motie van het lid Kostić (PvdD), die oproept om te borgen dat er inspraak (beroepsmogelijkheid tegen het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol) komt voordat een wijziging van het LVB wordt vastgesteld. ¹⁰

Uitvoering motie Boutkan

Op 18 maart 2025 heeft de Tweede Kamer een motie van het lid Boutkan (PVV) aangenomen. Deze heeft als strekking dat personen die actief zijn binnen de luchtvaart- en reisbranche niet uitgesloten mogen worden van lidmaatschap van de MRS.¹¹ Op 26 juni 2025 heeft de Commissie IenW besloten het wetsvoorstel aangaande de MRS controversieel te verklaren. Gegeven de politieke discussie en het feit dat het wetsvoorstel controversieel is verklaard, is het besluit genomen om de uitvoering van de motie Boutkan uit te stellen tot na de hervatting van de behandeling van het wetsvoorstel over de MRS.

De minister van Infrastructuur en Waterstaat,

R. Tieman

---

1. Kamerstukken II 2024/25, 36 471, nr. 96.↩︎

2. Kamerstukken II 2024/25, 29 665, nr. 556.↩︎

3. Kamerstukken II 2024/25, 29 665, nr. 564.↩︎

4. Kamerstukken II 2023/24, 29 665, nr. 523.↩︎

5. TZ202502-017.↩︎

6. Kamerstukken II 2024/25, 29 665, nr. 559.↩︎

7. Kamerstukken II 2024/25, 32 847, nr. 1371.↩︎

8. TZ202504-105↩︎

9. Stb. 2025, nr. 85.↩︎

10. Kamerstukken II 2024/25, 31 936, nr. 1186.↩︎

11. Kamerstukken II 2024/25, 31 936, nr. 1211.↩︎