[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [šŸ§‘mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Tweestatenoplossing en multilaterale ontwikkelingen

Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Brief regering

Nummer: 2025D38177, datum: 2025-09-09, bijgewerkt: 2025-09-10 10:31, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 21501 02-3228 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken .

Onderdeel van zaak 2025Z16483:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (šŸ”— origineel)


Geachte voorzitter,

De Gazaanse bevolking lijdt al bijna twee jaar onder de oorlog in de Gazastrook. De humanitaire blokkade die sinds 2 maart jl. aanhoudt heeft dit verder verergerd. De situatie is catastrofaal. Hongersnood en ontheemding nemen toe en er vallen grote aantallen burgerslachtoffers, onder wie vrouwen en kinderen. Ook het afschuwelijke lot van de gijzelaars duurt voort, zij worden al bijna twee jaar door Hamas vastgehouden. Het kabinet ziet dit groot menselijk leed. Deze oorlog moet eindigen. Daarom zet het kabinet zich bij voortduring en naar vermogen in voor een onmiddellijk staakt-het-vuren, dat moet leiden tot onmiddellijke en onvoorwaardelijke vrijlating van de gijzelaars, het realiseren van de broodnodige humanitaire hulp aan de noodlijdende burgerbevolking van Gaza en een duurzame vrede.

Op 2 september jl. hebben de leden Dassen (VOLT) en Van Baarle (DENK) tijdens de Regeling van Werkzaamheden een brief verzocht over het uitblijven van EU-maatregelen jegens Israƫl, alsook over de aangenomen resolutie van de International Association of Genocide Scholars (IAGS). Op 4 september jl. heeft de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken verzocht om uiterlijk 8 september een brief te ontvangen met daarin de uitkomsten van de informele Raad Buitenlandse Zaken en de vervolgstappen van de Nederlandse regering inzake sancties tegen de Israƫlische regering.1 In deze brief, die ik mede namens de Staatssecretaris Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp verstuur, wordt het kabinetsstandpunt over de resolutie ten aanzien van genocide toegelicht en kort ingegaan op het uitblijven van EU-maatregelen. Tevens zullen de verzoeken van de Kamer om een nadere motivering van de vertrouwelijkheid van de bijlage bij Kamerbrief 23 432, nr. 571, en een nadere appreciatie van het EU-voorstel over gedeeltelijke schorsing van Israƫlische deelname aan Horizon Europe worden meegenomen in deze brief. De uitkomsten van de informele Raad Buitenlandse Zaken (Gymnich) van 29 en 30 augustus jl. zijn opgenomen in het verslag, dat uw Kamer reeds is toegekomen.2

Stand van zaken EU-maatregelen

Tijdens de informele Raad Buitenlandse Zaken (Gymnich) op 29 en 30 augustus 2025 bespraken de lidstaten de situatie in de Gazastrook en Westelijke Jordaanoever. Voorafgaand aan de bijeenkomst stuurden Nederland en Zweden een gezamenlijke brief aan de HV met voorstellen voor mogelijke EU-maatregelen om de druk op Israƫl op te voeren om van koers te veranderen en druk op Hamas uit te oefenen door het nemen van meer sancties en andere maatregelen.

Momenteel bestaat er echter onvoldoende steun voor de verschillende voorgestelde EU-maatregelen. Het is voor mij een absolute prioriteit om zowel gelijkgezinde landen, zoals Zweden, als de EU als geheel proactief te bewegen tot nadere maatregelen. We pleiten onder andere voor de opschorting van het handelsgedeelte van het EU-ISR Associatieakkoord, schorsing van een gedeelte van het Horizon-Programma, en voortgang maken met sancties tegen gewelddadige kolonisten en organisaties. De eerste contacten daartoe heb ik reeds gelegd.

Wegens het uitblijven van draagvlak voor effectieve maatregelen op EU-niveau, waarvoor Nederland zich heeft ingezet conform de toezegging van minister Brekelmans en motie Van Campen/Boswijk (Kamerstuk 21 501-02, nr. 3196) werkt het kabinet aan nationale maatregelen met betrekking tot invoer van producten afkomstig uit de illegale nederzettingen. Dit doen we parallel met gelijkgezinde landen. Hier is ook specifiek aandacht voor de uitvoerbaarheid van deze maatregel.

Daarnaast heeft Nederland in de afgelopen informele Raad Buitenlandse Zaken (Gymnich) steun uitgesproken voor het voorstel van de Commissie tot opschorting van de samenwerking tussen Israƫl en de European Innovation Council (EIC), een onderdeel van Horizon Europe. De samenwerking op dit programma is significant, met name op bredere onderzoek- en wetenschapssamenwerking. Zoals aan uw Kamer gemeld in de Kamerbrief van 28 juli jl.3 zou deze opschorting Europese investeringen in mogelijke ontwikkeling van dual use technologie door Israƫlische bedrijven nog verder beperken. Dit voorstel heeft de volledige steun van het kabinet. Om tot opschorting over te gaan is momenteel onvoldoende steun, wat tevens bleek uit de informele Raad Buitenlandse Zaken.

Tijdens de Raad Buitenlandse Zaken van 23 juni jl. heeft Nederland het Zweedse initiatief gesteund met betrekking tot het sanctioneren van extremistische IsraĆ«lische ministers. Bij uitblijven van unanimiteit voor deze stap heeft het kabinet besloten – gezien de uitzonderlijke omstandigheden - de IsraĆ«lische ministers Smotrich en Ben-Gvir tot persona non grata te verklaren en de inzet uitgesproken om hen te registreren als ongewenste vreemdelingen in het Schengenregistratiesysteem SIS. De minister van Asiel en Migratie heeft inmiddels het besluit tot ongewenstverklaring genomen en beide ministers worden op 10 september 2025 in SIS gesignaleerd. Daarnaast blijft het kabinet ook pleiten voor maatregelen op EU-niveau, omdat deze het meest effectief zijn

Humanitair

Uw Kamer heeft tevens verzocht om eenĀ nadere toelichting op de vertrouwelijkheid van de bijlageĀ bij Kamerbrief 23 432, nr. 571. De betreffende bijlage is door de Europese Unie vertrouwelijk met de lidstaten gedeeld, en kan derhalve uitsluitend vertrouwelijk met uw Kamer worden gedeeld. De meest recente humanitaire update van de EU wordt gelijktijdig met deze brief opnieuw vertrouwelijk met uw Kamer gedeeld.

Ook uit deze update blijkt dat er nog altijd onvoldoende sprake is van toereikende verruiming van mogelijkheden voor humanitaire hulpverlening, ook al zijn op sommige punten kleine stappen gezet. De situatie in de Gazastrook blijft vreselijk, met ernstige tekorten aan onder meer voedsel, water, en medische zorg. De diplomatieke en financiƫle inzet van het kabinet ten behoeve van de onmiddellijke verbetering van humanitaire hulpverlening is uw Kamer bekend. In lijn met de toezegging (TZ202508-016) die de minister van Buitenlandse Zaken heeft gedaan tijdens het tweeminutendebat van 22 augustus jl. en de toezegging van de minister-president tijdens het debat van 27 augustus jl., informeert het kabinet uw Kamer middels deze brief tevens over de Nederlandse inzet op medische evacuaties uit de Gazastrook en de inventarisatie van de mogelijkheden voor landen in de regio om patiƫnten op te nemen.

Volgens de meest recente schattingen van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) van 27 augustus jl. zouden minstens 15.800 patiƫnten geƫvacueerd dienen te worden voor medische behandeling buiten de Gazastrook, onder wie 3.800 kinderen (24%). Volgens UNICEF ligt dit aantal op 4.500 kinderen. Tussen 7 oktober 2023 en 27 augustus 2025 zijn er volgens de WHO 7.642 patiƫnten geƫvacueerd, waaronder 5.303 kinderen.

Volgens cijfers van de WHO ontvangen Egypte (3.995 patiƫnten), de Verenigde Arabische Emiraten (1.450 patiƫnten), Qatar (970 patiƫnten), Turkije (439 patiƫnten) en EU-lidstaten (288 patiƫnten, met name Italiƫ, Spanje en Roemeniƫ) de meeste geƫvacueerde patiƫnten. Hoewel er bereidheid is om patiƫnten in de regio op te vangen, staat de capaciteit op dit moment onder druk. Zo kampt Egypte met capaciteitsproblemen. Jordaniƫ heeft beperkte financiƫle middelen om patiƫnten op te vangen. De Nederlandse inzet is erop gericht om deze capaciteitsproblemen te adresseren.

Het leed van mensen die medisch geƫvacueerd moeten worden is schrijnend, in het bijzonder waar het kinderen betreft. Het kabinet is vastberaden om verlichting en hulp te bieden. Zoals bekend zet het kabinet in op het helpen van zoveel mogelijk patiƫnten in de regio en het vergroten van capaciteit daartoe. Hiervoor zijn de noden hoog en op dit gebied kan Nederland snel een concrete en zinvolle bijdrage leveren. Het kabinet onderzoekt mogelijkheden voor concrete steun. De verschillende steunmogelijkheden worden interdepartementaal in kaart gebracht, in samenwerking met Defensie en VWS.

Het kabinet spant zich in om de knelpunten die in de regio worden ervaren te verlichten. Recent heeft Nederland een aanvullende bijdrage van 3 miljoen euro aangekondigd voor de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) waarmee de medische ondersteuning en evacuatie van patiƫnten uit de Gazastrook naar landen in de regio kan worden bekostigd. Ook in 2024 stelde Nederland een bijdrage van 3 miljoen euro beschikbaar voor de WHO ter ondersteuning van medische capaciteit in de Gazastrook en de regio. Destijds heeft het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport eveneens medische hulpmiddelen ter waarde van 1,5 miljoen euro beschikbaar gesteld aan Egypte met oog op medische evacuaties uit de Gazastrook.

Extra pakket voor humanitaire en medische noden in Gaza

Het kabinet maakt in 2025 25 miljoen euro vrij voor hulp aan mensen uit Gaza. Dit gaat om humanitaire hulp en ondersteuning voor de langere termijn, zowel in de Gazastrook als landen in de regio. Het kabinet biedt daarmee een substantiële bijdrage aan de humanitaire medische noden in Gaza. Op dit moment wordt hierin prioriteit gegeven aan medische evacuaties in de regio en ondersteuning van medische capaciteit daarbij. Uit deze reservering wordt voorts 800.000 euro vrijgemaakt ter ondersteuning van het werk van Save the Children voor patiënten die zijn geëvacueerd naar Egypte. Met deze bijdrage kan Save the Children circa 600 patiënten helpen voor een periode van één jaar.

Het kabinet identificeert verdere mogelijkheden, zoals het beschikbaar stellen van Nederlandse medische expertise voor gecompliceerde zorgvragen waar beperkte behandelcapaciteit voor aanwezig is in de regio. Daarbij wordt ook de medische capaciteit in de Westelijke Jordaanoever en landen in de regio, zoals Egypte en Jordanië in ogenschouw genomen. De nadere invulling van dit pakket voor hulp in de Gazastrook of de regio wordt te zijner tijd aan uw Kamer kenbaar gemaakt. 

Bovendien heropen ik het contactpunt waar partijen en medisch gekwalificeerde personen zich kunnen melden. Daar worden zij in contact gebracht met de hulpverlening in de regio die daar wordt georganiseerd door verschillende NGO’s en de WHO. Hiermee faciliteer ik de behoefte onder Nederlandse zorgprofessionals om ter plaatse in de regio een bijdrage te leveren aan de zorg voor Gazaanse patiĆ«nten. De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport helpt mee door het contactpunt actief onder de aandacht te brengen van de partijen in de Nederlandse zorg.

Naast financiƫle ondersteuning voor medische evacuaties en behandelcapaciteit in de regio zet Nederland zich diplomatiek in richting Israƫl en landen in de regio voor de verruiming van mogelijkheden voor medische evacuaties uit de Gazastrook. Over deze thematiek spreek ik met ministers van Buitenlandse Zaken van landen uit de regio.

Resolutie onderzoeksgroep

Uw Kamer heeft verzocht om een appreciatie van de aangenomen resolutie van de International Association of Genocide Scholars (IAGS). Op 2 september jl. nam deze groep een resolutie aan over genocide in de Gazastrook.4 De International Association of Genocide Scholars is een organisatie die stelt dat ze onderzoek en onderwijs over de aard, oorzaken en gevolgen van genocide en beleidsstudies naar genocidepreventie wil bevorderen. Lidmaatschap, en daarmee stemrecht voor deze resolutie, staat open voor diverse groepen, waaronder wetenschappers, journalisten, juristen en beleidsmakers, maar ook bijvoorbeeld activisten, studenten en artiesten.

De aangenomen IAGS-resolutie, alsook andere rapporten over de situatie in Gaza, leveren een waardevolle bijdrage aan het maatschappelijk debat omtrent deze kwestie en de zorgelijke situatie op de grond. Het kabinet neemt met interesse kennis van deze ontwikkelingen. Zoals omschreven in de Kamerbrieven van 21 januari en 18 juni jl. is een kwalificatie van genocide een uiterst serieuze zaak en is het kabinet terughoudend om situaties als genocide te kwalificeren. Momenteel ligt de kwestie over vermeende genocide in de Gazastrook voor bij het Internationaal Gerechtshof in de rechtszaak Zuid-Afrika v. Israƫl. Het kabinet wacht deze uitspraak af.

De Nederlandse terughoudendheid om zaken te kwalificeren als genocide moet niet worden gezien als ontkenning van de ernst van de catastrofale situatie in de Gazastrook. Het menselijk leed is ongekend en de ernst gaat niet aan het kabinet voorbij. Bovendien is het kwalificeren van een situatie als genocide door Nederland of andere staten geen vereiste voor de toepasselijkheid van verplichtingen onder het Genocideverdrag. Nederland neemt elk risico op genocide zeer serieus en heeft, mede in het licht van de genoemde verplichting, al langere tijd stappen ondernomen om de situatie ter plaatse naar vermogen te verbeteren. Het kabinet zet daarbij een combinatie van druk en dialoog in.

Tweestatenoplossing

Nederland blijft zich, conform het regeerakkoord, onverminderd inzetten voor een door beide partijen gedragen tweestatenoplossing. Naast een veilig Israƫl moet er een onafhankelijke en levensvatbare Palestijnse staat komen. Het kabinet veroordeelt unilaterale stappen die de tweestatenoplossing ondermijnen, zoals het besluit van Israƫl om nieuwe nederzettingen in het zogenoemde E1-gebied toe te staan alsook oproepen tot annexatie van (delen van) de Westelijke Jordaanoever.

Ten aanzien van het IsraĆ«lisch-Palestijns conflict blijft Nederland streven naar een duurzame oplossing die door beide partijen wordt gedragen, waarbij het uitgangspunt de tweestatenoplossing blijft. Zo steunt Nederland, conform motie Vermeer (Kamerstuk 23432 – 588), de New York Declaration. Deze verklaring zal tijdens de tweestatenoplossingconferentie op 22 september a.s. worden gepresenteerd. De tekst veroordeelt alle aanvallen door alle partijen op burgers, waarbij expliciet de aanvallen door Hamas op 7 oktober 2023 worden benoemd en roept op om de gijzelaars vrij te laten. In lijn met het Nederlandse standpunt benadrukt de verklaring het belang van een permanent staakt-het-vuren, onmiddellijke, veilige, onvoorwaardelijke en ongehinderde humanitaire hulp aan Gaza, en unificatie van de Gazastrook met de Westelijke Jordaanoever. De hervormingsagenda van de Palestijnse Autoriteit wordt verwelkomd, alsmede de toezegging van President Abbas om binnen een jaar algemene en presidentiĆ«le verkiezingen te houden. Deze verklaring is de eerste keer dat een groep Arabische landen collectief oproept tot ontwapening van HamasĀ en machtsoverdracht in Gaza.

Het kabinet verwelkomt dit initiatief en blijft zich inzetten voor een duurzame oplossing zonder een terroristische organisatie als Hamas. Steun voor dit document betekent niet dat de beleidslijn ten aanzien van erkenning van de Palestijnse staat is aangepast. ErkenningĀ van de Palestijnse staat moet voor het kabinetĀ onderdeelĀ zijn van hetĀ politieke procesĀ naar een tweestatenoplossing toe.

De minister van Buitenlandse Zaken,





D.M. vanĀ Weel

  1. De Commissie verzocht ook een reactie op haar verzoek met kenmerk 2025D23488. Dit is reeds aan uw Kamer gecommuniceerd in antwoorden op vragen van de Leden Piri en Dobbe. (Aanhangsel van de Handelingen, Tweede Kamer 2024-2025 Nr. 2376)ā†©ļøŽ

  2. Kamerstuk 21501-02-3227ā†©ļøŽ

  3. Kamerstuk 23 432 nr. 569ā†©ļøŽ

  4. Deze resolutie stelt dat ā€˜het beleid en de acties van IsraĆ«l in Gaza voldoen aan de juridische definitie van genocide zoals vastgelegd in Artikel II van het Verdrag inzake de voorkoming en de bestraffing van genocide van de Verenigde Naties (1948)’.ā†©ļøŽ