De opbouw van vakantiedagen tijdens ziekte
Schriftelijke vragen
Nummer: 2025D38278, datum: 2025-09-10, bijgewerkt: 2025-09-10 15:05, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2025Z16517).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M.H. Patijn, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
Onderdeel van zaak 2025Z16517:
- Gericht aan: M.L.J. Paul, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Indiener: M.H. Patijn, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2025Z16517
Vragen van het lid Patijn (GroenLinks-PvdA) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de opbouw van vakantiedagen tijdens ziekte (ingezonden 10 september 2025).
Vraag 1
Bent u bekend met de uitspraak van de Rechtbank Gelderland van 12 augustus jl., waarin werd geoordeeld dat werknemers in een slapend dienstverband ook recht hebben op de opbouw en uitbetaling van vakantiedagen?1
Vraag 2
Hoe duidt u deze uitspraak?
Vraag 3
Vindt de regering dat de Nederlandse wetgeving in lijn is met het Europees recht en jurisprudentie? Waarom wel of niet?
Vraag 4
Hoe reflecteert u op artikel 7:634 BW, artikel 7 lid 1 Richtlijn 2003/88/EG en op rechtspraak van het Europese Hof van Justitie (HvJ EU)?
Vraag 5
Hoe reflecteert u op de publicatie «Geen arbeid, geen loon en toch vakantie» van Q. van Vliet in ArbeidsRecht 2024/28?
Vraag 6
Gaat u de Nederlandse wetgeving in lijn brengen met het Europees recht middels een wetswijziging? Zo ja, wanneer kan de Kamer deze wetgeving verwachten? Zo nee, waarom niet?
Rechtbank Gelderland, 12 augustus 2025, ECLI:NL:RBGEL:2025:7054.↩︎