Antwoord op vragen van het lid Vermeer over het artikel 'De transformatie van Volksbank naar ASN Bank is niet goedkoop'
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2025D38380, datum: 2025-09-10, bijgewerkt: 2025-09-11 15:41, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E. Heinen, minister van Financiën (Ooit VVD kamerlid)
- Aanbiedingsbrief
- Beslisnota bij Kamerbrief Antwoord op vragen van het lid Vermeer over het artikel 'De transformatie van Volksbank naar ASN Bank is niet goedkoop'
Onderdeel van zaak 2025Z15278:
- Gericht aan: E. Heinen, minister van Financiën
- Indiener: H. Vermeer, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
AH 3078
2025Z15278
Antwoord van minister Heinen (Financiën) (ontvangen 10 september 2025)
Vraag 1
Het artikel beschrijft hoe de Volksbank een kostbare transitie doormaakt die gericht is op verkoop; is volgens u de huidige reorganisatie gericht op verkoop?1
Antwoord 1
ASN Bank, de voormalige Volksbank, heeft aangegeven dat het transformatietraject, waaronder deze reorganisatie valt, noodzakelijk is voor het voortzetten van haar missie van een duurzame en toegankelijke bank. De bank geeft aan dat de transformatie haar in staat moet stellen haar 3 miljoen klanten beter te bedienen, haar datakwaliteit en IT-systemen te verbeteren, structureel te voldoen aan toenemende wet- en regelgeving en een kostenreductie te realiseren.
Zoals ik ook genoemd heb in mijn brief Voortgangsrapportage de Volksbank over 2024 van 8 juli 2025, staat deze transformatie op zichzelf als onderdeel van de commerciële strategie van ASN. De transformatie staat dus los van de voorbereiding voor de privatisering.2 Noch ik, noch NLFI zijn betrokken geweest bij dit operationele besluit. Op grond van maatregelen van de ACM mogen NLFI en de staat ook geen invloed uitoefenen op de commerciële strategie van de bank.
Vraag 2
Hoeveel middelen worden in totaal uitgegeven aan de reorganisatie?
Antwoord 2
Uit de halfjaarcijfers van ASN Bank van 8 augustus 2025 blijkt dat ASN Bank €144 miljoen heeft gereserveerd voor het transformatietraject. Hiervan was op 30 juni 2025 €35 miljoen uitgegeven.3
Vraag 3
Waarom worden deze middelen uitgegeven aan een reorganisatie die door de Kamer als ongewenst wordt gezien?
Vraag 4
Is dat wat u betreft een verantwoordelijke omgang met belastinggeld?
Antwoord 3 en 4
Zoals ik in het antwoord op vraag 1 heb genoemd, is het besluit tot het transformatietraject een operationeel besluit in de context van de commerciële strategie van ASN Bank. Op grond van de ACM-maatregelen mogen NLFI, de staat en daarmee ook de Kamer geen invloed uitoefenen op deze commerciële strategie. Ik heb hier dan ook geen opvatting over.
Vraag 5
Kunt u toelichten hoe wordt geborgd dat medewerkers, klanten en stakeholders tijdig en volledig worden geïnformeerd over de voortgang en impact van de reorganisatie en eventuele verkoopplannen?
Antwoord 5
Het is aan het bestuur van ASN Bank om medewerkers, klanten en andere belanghebbenden tijdig en volledig te informeren over de voortgang en impact van het transformatietraject. Dit is een aangelegenheid waar NLFI en de staat niet bij betrokken zijn.
Wat betreft de eventuele verkoopplannen, blijkt uit de eerdergenoemde voortgangsrapportage van NLFI over de Volksbank over 2024, dat ASN Bank nog niet verkoopgereed is.
Vraag 6
CEO Roland Boekhout stelt dat verkoop van de Volksbank het uitgangspunt is, dit onderstreept hij met de uitspraak “[w]e willen een zo groot mogelijke opbrengst realiseren voor de Nederlandse belastingbetaler, als compensatie voor al die jaren dat de staat de bank heeft ondersteund”; deelt u deze visie?
Antwoord 6
De voorloper van ASN Bank (SNS Reaal) is in staatshanden gekomen om de stabiliteit van het financiële stelsel te borgen. Zoals ook is toegelicht in de verschillende Kamerbrieven over de tijdelijke financiële instellingen (onder meer a.s.r.4, ABN AMRO5 en ASN Bank6), is de staat geen belegger en doet de staat geen risicovolle investeringen als daar geen publiek belang mee is gediend.
Vraag 7
Zo ja, hoe weegt u het signaal van de Kamer die in juni heeft aangegeven de Volksbank niet te willen verkopen?
Antwoord 7
In haar onderzoek naar de toekomstopties van de Volksbank (nu ASN Bank) concludeert NLFI dat alleen een onderhandse verkoop of beursintroductie naar voren komen als realistische toekomstopties. Zoals ook genoemd in de voortgangsrapportage van NLFI over de Volksbank over 2024, is het definitieve verkoopbesluit voor ASN Bank op dit moment niet aan de orde. 7 Uit de analyse van NLFI blijkt dat ASN Bank nog een aantal jaar nodig heeft om verkoopgereed te zijn.
Vraag 8
Bent u zich ervan bewust dat de motie, die oproept het privatiseringstraject te stoppen, ook betrekking heeft op het reorganisatieproces en vraagt deze te stoppen?
Antwoord 8
Zoals ik de Kamerbrief Voortgangsrapportage de Volksbank over 2024 heb genoemd, is de relatie die wordt verondersteld tussen het besluit van het bestuur van ASN Bank tot de transformatie en de voorbereidingen voor een privatisering onjuist. Zoals toegelicht in bovenstaande antwoorden kan en mag ik geen invloed uitoefenen op het transformatietraject.
Vraag 9
Deelt u de mening dat het openhouden van beleidsopties door het voortzetten van de reorganisatie niet past binnen de wens van de Kamer?
Antwoord 9
Het voortzetten van het transformatietraject is een besluit van ASN Bank. NLFI en de staat mogen hier in het kader van de ACM maatregelen geen invloed op uitoefenen.
Vraag 10
Welke invloed zou de Tweede Kamer normaal gesproken moeten hebben op het deelnemingenbeleid van de overheid?
Antwoord 10
Iedere 7 jaar wordt het deelnemingenbeleid geëvalueerd. Naar aanleiding van deze evaluatie wordt een nieuwe nota deelnemingenbeleid opgesteld door het kabinet. In 2022 is het huidige deelnemingenbeleid opgesteld en met uw Kamer gedeeld. Zoals gebruikelijk heeft de Kamer het recht om hierover (schriftelijke) vragen te stellen, debat te voeren en moties in te dienen. Over de uitvoering van het aandeelhouderschap wordt jaarlijks verantwoording afgelegd en uw Kamer wordt geïnformeerd over mijn plannen met de staatsdeelnemingen. Middels het uitoefenen van de aan de Kamer toekomende rechten kan er invloed uitgeoefend worden.
Voor ASN Bank (en ook ABN AMRO) geldt dat zij is uitgezonderd van de nota deelnemingenbeleid. NLFI is belast met het privaatrechtelijke beheer van ASN Bank (en ABN AMRO) en valt niet zoals andere staatsdeelnemingen onder mijn verantwoordelijkheid. Dit biedt een extra waarborg voor een transparante belangenafweging, een geloofwaardige exitstrategie en een zakelijk, niet-politiek beheer. Het was destijds ook een nadrukkelijke wens van de Kamer om het beheer in een onafhankelijke organisatie onder te brengen.8 Daarnaast geldt dat op grond van maatregelen van de ACM, NLFI en de staat geen invloed mogen uitoefenen op de commerciële strategie van ASN Bank.
Vraag 11
Vindt u de wens van de Kamer als hoogste staatsrechtelijke orgaan doorslaggevend en bent u alsnog bereid de wens van de Kamer uit te voeren?
Vraag 12
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 11 en 12
De wens en oproep van de Tweede Kamer weegt altijd zwaar mee in de door mij te maken afwegingen. Daarbij heb ik als minister ook een verantwoordelijkheid om besluiten te toetsen aan bestaande wetgeving, internationale verplichtingen en de uitvoerbaarheid.
Over de uitvoerbaarheid van de specifieke wens van de Tweede Kamer om de transformatie stop te zetten verwijs ik naar mijn Kamerbrief over de voortgangsrapportage van NLFI over de Volksbank. Zowel NLFI als de staat mogen geen invloed hebben op de commerciële strategie van ASN Bank. Op dit moment is er van een besluit tot verkoop nog geen sprake en is ASN Bank daar nog niet gereed voor. Wanneer de daadwerkelijke privatisering van de ASN Bank aan de orde is en er eventuele verkoopplannen zijn, ga ik uiteraard in gesprek met uw Kamer.
Financieel Dagblad, 8 augustus 2025, “De transformatie van Volksbank naar ASN Bank is niet goedkoop”.↩︎
Kamerstukken II 2024-2025, 33 532, nr. 100.↩︎
ASN Bank, 8 augustus 2025, “ASN Bank boekt nettowinst van € 138 miljoen in eerste helft van 2025”.↩︎
Kamerstukken II 2012-2013, 32 013, nr. 36.↩︎
Kamerstukken II 2024-2025, 33 542, nr. 99.↩︎
Kamerstukken II 2024-2025, 31 789, nr. 120.↩︎
Kamerstukken II 2024-2025, 28 165, nr. 446.↩︎
De motie-Weekers c.s., Kamerstukken II 2008/09, 31 965, nr. 7.↩︎