Appreciatie van de moties ingediend tijdens het notaoverleg Nationaal Programma Ruimte voor Defensie van 8 september 2025
Defensienota 2024 - Sterk, slim en samen
Brief regering
Nummer: 2025D40958, datum: 2025-09-23, bijgewerkt: 2025-09-30 12:49, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: G.P. Tuinman, staatssecretaris van Defensie (Ooit BBB kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 36592 -46 Defensienota 2024 - Sterk, slim en samen.
Onderdeel van zaak 2025Z17524:
- Indiener: G.P. Tuinman, staatssecretaris van Defensie
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Defensie
- 2025-09-24 12:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-10-02 10:45: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Defensie
Preview document (đ origineel)
36 592 Defensienota 2024 - Sterk, slim en samen
Nr. 46 Brief van de staatssecretaris van Defensie
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 september 2025
Naar aanleiding van het nota-overleg Nationaal Programma Ruimte voor Defensie (NPRD) dat ik op 8 september jl. met uw Kamer heb mogen voeren, stemt uw Kamer op 23 september 2025 over de moties die zijn ingediend tijdens dit overleg.
Sommige van de moties die voorlagen zijn dermate gewijzigd dat dit om een hernieuwde appreciatie vraagt. Met deze brief doe ik u deze appreciatie toekomen.
De eerste gewijzigde motie (Kamerstuk 36592, nr. 47) betreft de motie van leden Van Dijk, Boswijk, Heite en Ceder (ter vervanging van de motie met Kamerstuk 36592, nr. 34) met betrekking tot het âStaphorster Bodâ. In het debat heb ik aangegeven deze motie te ontraden, vanwege het ontbreken van financiĂ«le dekking. Ook de gewijzigde motie moet ik om dezelfde reden ontraden. Dat neemt niet weg dat ik mij inspan voor interdepartementale en financiĂ«le borging van de realisatie van de infrastructurele behoefte die de regio heeft als gevolg van de realisatie van de ruimtebehoefte van Defensie via onder andere bestuurlijke overleggen. Ik ben Staphorst dankbaar dat ze een stap naar voren hebben gezet en vind het belangrijk dat zij daar â met âElke regio Telt!â in het achterhoofd â ook voor worden gewaardeerd.
De tweede gewijzigde motie (Kamerstuk 36592, nr. 48) betreft de motie van de leden Heite en Ceder (ter vervanging van de motie met Kamerstuk 36592, nr. 39) om zoveel mogelijk regionale koppelkansen te benutten. In het debat heb ik aangegeven dat ik de motie het oordeel ââOntradenââ zou geven tenzij de tijdsaanduiding, namelijk om uw Kamer te informeren voor het uitbrengen van het definitieve NPRD, zou komen te vervallen. Nu dit is gebeurd, kan ik de motie âOordeel Kamerâ geven.
De derde gewijzigde motie (Kamerstuk 36592, nr. 49) betreft de motie van de leden Wijen-Nass en Van Dijk (ter vervanging van de motie met Kamerstuk 36592, nr. 41) of de investeringen in infrastructuur die ook voor Defensie relevant zijn, kunnen worden toegerekend aan de aanvullende 1,5% voor nationale weerbaarheid binnen de NAVO-systematiek. Bij deze motie heb ik in het overleg aangegeven dat ik de motie âOordeel Kamerâ kon geven wanneer ik deze motie kon lezen als een verzoek om te inventariseren of en zo ja, hoe investeringen in infrastructuur kunnen worden toegerekend aan de aanvullende 1,5% NAVO-norm voor nationale weerbaarheid. De gewijzigde motie is op dit punt verduidelijkt en kan ik dus âOordeel Kamerâ geven.
De staatssecretaris van Defensie,
G.P. Tuinman