Vooruitblik COP30 ten behoeve van het Commissiedebat op 2 oktober 2025
Internationale klimaatafspraken
Brief regering
Nummer: 2025D41550, datum: 2025-09-25, bijgewerkt: 2025-09-25 13:35, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 31793 -284 Internationale klimaatafspraken .
Onderdeel van zaak 2025Z17809:
- Indiener: S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei
- 2025-09-30 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-10-01 16:15: Inzet COP30 (Technische briefing), vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei
- 2025-10-02 16:15: Inzet COP30 (Commissiedebat), vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei
- 2025-11-25 17:00: Procedurevergadering commissie Klimaat en Groene Groei (Procedurevergadering), vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei
Preview document (🔗 origineel)
Geachte Voorzitter,
Conform het verzoek van de vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei1 en ten behoeve van het Commissiedebat over de inzet voor COP30 op 2 oktober, ontvangt de Kamer via deze brief een overzicht van de belangrijkste onderwerpen voor de VN-klimaatconferentie dit jaar. Zoals gebruikelijk zal het kabinet de Kamer voor de start van COP30 informeren over de brede Nederlandse inzet voor de VN-klimaatconferentie, zowel binnen als buiten de onderhandelingen. Dit gebeurt na de Milieuraad van 21 oktober.
De 30e Conferentie van Partijen (COP30) bij het Klimaatverdrag van de Verenigde Naties vindt plaats van 10 tot en met 21 november in Belém, Brazilië. Op 6 en 7 november vindt in dezelfde stad de top van staatshoofden en regeringsleiders plaats. Brazilië heeft ervoor gekozen deze top te laten plaatsvinden voordat COP30 in zijn geheel van start gaat, om de druk op de beschikbare accommodaties te verlichten.
Net als voorgaande COP’s zal COP30 diverse onderdelen omvatten. Naast de VN-klimaatonderhandelingen op basis van het Klimaatverdrag en de Overeenkomst van Parijs, en bovengenoemde top bereidt het Braziliaanse voorzitterschap van de conferentie diverse ministeriële dialogen en klimaatrelevante initiatieven voor. Ook heeft Brazilië enkele dialooggroepen in het leven geroepen, om zowel zichzelf als de onderhandelingen van analyse en informatie te voorzien. Deze vier circles betreffen respectievelijk voormalig COP-voorzitters, ministers van Financiën, vertegenwoordigers van inheemse bevolkingsgroepen, en een brede groep belanghebbenden (van kunstenaars en religieuze leiders tot wetenschappers en filosofen).
Rondom de conferentie wordt verder een brede betrokkenheid van het maatschappelijk middenveld en bedrijfsleven verwacht, in lijn met voorgaande jaren. Dit gebeurt zowel binnen als buiten het COP-terrein, en zowel in Belém als op andere plekken in Brazilië. Brazilië heeft ervoor gekozen dit alles te vangen onder het motto ‘mutirão’, een inheems concept dat beschrijft hoe gemeenschappen samenkomen om een gedeelde opdracht of uitdaging het hoofd te bieden.
VN-klimaatonderhandelingen
Tijdens COP onderhandelt de Europese Unie (EU) als één partij. Dit gebeurt op basis van Raadsconclusies die op de Milieuraad van 21 oktober zullen worden aangenomen. In de geannoteerde agenda voor deze Milieuraad, die uw Kamer binnenkort zal ontvangen, zal het kabinet haar inzet voor deze Raadsconclusies beschrijven.
De VN-klimaatonderhandelingen tijdens COP bestrijken alle onderdelen van internationale klimaatactie, waarbij de nadruk ligt op mitigatie, adaptatie, en financiering. Dit jaar is het van belang dat de wereld een duidelijke stap vooruit zet op mitigatie, onder meer door de energieafspraken van COP28 te verwerken in de nieuwe ronde VN-klimaatplannen, de Nationally Determined Contributions (NDC’s). Op basis van het totaalbeeld zal inzichtelijk worden welke voortgang is geboekt sinds de Overeenkomst van Parijs in 2015 is gesloten, en welke stappen nog nodig zijn om de doelen van de overeenkomst te behalen.
Binnen de onderhandelingen gaat dit jaar ook veel aandacht uit naar adaptatie. Landen willen een lijst indicatoren vaststellen waarmee de wereldwijde voortgang op adaptatie beter kan worden bijgehouden. Dit geeft een completer beeld in welke mate landen zijn voorbereid op de impact van klimaatverandering en vooral waar verbetering nodig en mogelijk is. Op dit moment zijn de beschikbare gegevens over thema’s als water, voedselzekerheid, en gezondheid beperkt en is de data soms slecht te vergelijken. Met een gezamenlijke set indicatoren kunnen de uiteenlopende behoeftes van landen op het gebied van adaptatie beter in kaart worden gebracht en kan de juiste richting worden gegeven aan de nodige acties.
In het kader van financiering zullen landen onder andere spreken over de noodzaak om wereldwijde financiële stromen in lijn te brengen met de doelen van de Overeenkomst van Parijs. Ook zullen Brazilië en Azerbeidzjan, als inkomend en uitgaand COP-voorzitterschap, eind oktober een rapport presenteren in het kader van de zogenaamde “Baku to Belém Roadmap to 1.3 trillion”. Dit rapport zal uiteenlopende acties en maatregelen inventariseren die kunnen helpen klimaatfinanciering voor ontwikkelingslanden op te schalen. Het rapport volgt uit het besluit van COP29 over het nieuwe collectieve klimaatfinancieringsdoel, waarin COP een oproep doet aan alle betrokkenen om samen tegemoet te komen aan de financieringsbehoefte van ontwikkelingslanden, die in 2035 ten minste 1300 miljard USD per jaar bedraagt.2
Als inkomend COP30-voorzitter legt Brazilië in de onderhandelingen ook nadruk op inclusiviteit en een rechtvaardige transitie. In het Just Transition Work Programme gaat het onder meer over waardig werk, betaalbaarheid, bescherming van kwetsbare groepen, en het belang van brede, inclusieve samenwerking met maatschappelijke partijen. Tevens wordt op deze COP een besluit verwacht over een nieuw Gender Action Plan. Tegelijkertijd zijn er zorgen over de praktische inclusiviteit van de conferentie, omdat de beschikbare accommodatie beperkt is.
Tot slot is het de verwachting dat ook bossen, landgebruik, en landbouw bijzondere aandacht zullen krijgen tijdens COP30. Landen zullen verder spreken over hoe klimaatactie in deze sectoren en ten behoeve van voedselzekerheid verbeterd kan worden. Daarnaast wordt stilgestaan bij ontbossing, en de synergie tussen klimaat, biodiversiteit, en verwoestijning.
Initiatieven buiten de onderhandelingen
Tijdens COP29 vorig jaar is het zogenaamde Paris Rulebook afgerond. Mede daarom wil het Braziliaanse voorzitterschap meer nadruk leggen op implementatie van klimaatactie en uitvoering van eerdere afspraken. Dit komt tot uiting in de initiatieven waar landen en andere belanghebbenden zich gedurende de COP op vrijwillige basis bij aansluiten. Brazilië wil deze actie agenda geheel richten op uitvoering van de afspraken uit de Global Stocktake. Dit onderstreept dat ook initiatieven buiten de multilaterale onderhandelingen een grote bijdrage kunnen leveren aan de realisatie van wereldwijde klimaatdoelen.
Op dit moment is er nog beperkt informatie beschikbaar over de manier waarop dit vorm krijgt, en over nieuwe initiatieven die mogelijk tijdens COP30 zullen worden gelanceerd. Conform eerdere jaren zal het kabinet steun overwegen voor initiatieven die aansluiten op het Nederlands beleid, die voldoende concreet zijn, en die niet overlappen met bestaande initiatieven. Naar aanleiding van motie-Kröger3 zal Nederland in elk geval aansluiting zoeken bij het Global Initiative for Information Integrity on Climate Change.
Het kabinet zal een concreter overzicht van de COP-initiatieven verschaffen in de Kamerbrief die voor aanvang van COP30 met de Kamer gedeeld zal worden. Deze volgt naar verwachting eind oktober.
Sophie Hermans
Minister van Klimaat en Groene Groei