[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [šŸ§‘mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Ontwerpbesluit houdende wijziging van het Omgevingsbesluit in verband met de aanwijzing van besluiten van bepaalde elektriciteitsprojecten vanwege zwaarwegende maatschappelijke belangen (Besluit procedurele versnellingen elektriciteitsprojecten)

Omgevingsrecht

Brief regering

Nummer: 2025D41905, datum: 2025-09-26, bijgewerkt: 2025-09-30 15:40, versie: 2 (versie 1)

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 33118 -304 Omgevingsrecht.

Onderdeel van zaak 2025Z17967:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (šŸ”— origineel)


33 118 Omgevingsrecht

31 239 Stimulering duurzame energieproductie

Nr. 304 Brief van de minister van Klimaat en Groene Groei

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 september 2025

Hierbij biedt het kabinet u aan het ontwerpbesluit houdende wijziging van het Omgevingsbesluit in verband met de aanwijzing van besluiten van bepaalde elektriciteitsprojecten waarvan de versnelde uitvoering noodzakelijk is vanwege zwaarwegende maatschappelijke belangen (Besluit procedurele versnellingen elektriciteitsprojecten). Voor de inhoud verwijst het kabinet u naar het ontwerpbesluit en de nota van toelichting in de bijlage. Tevens zijn bijgesloten de ontvangen reacties van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State en van de Raad voor de rechtspraak:

  • Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, ā€˜brief van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak met een reactie op het consultatieverzoek over het Besluit procedurele versnellingen elektriciteitsprojecten’, d.d. 8 juli 2024

  • Raad voor de rechtspraak, ā€˜Advies inzake het ontwerpbesluit procedurele versnellingen elektriciteitsprojecten’, d.d. 5 september 2024

In aanvulling op bovenstaande reacties is het van belang op te merken dat verschillende andere geconsulteerde partijen te kennen hebben gegeven geen aanleiding te zien voor een advies. Hieronder treft u een overzicht aan van deze reacties.

  • De afdeling wetgevingstoetsing van het ministerie van Justitie en Veiligheid liet op 3 mei 2024 weten toetsing van dit dossier, gelet op het nieuwe toetsingskader, niet nodig te vinden.

  • De adviescommissie toetsing regeldruk (ATR) gaf op 19 juni 2024 aan het besluit niet te selecteren voor een formeel advies, omdat het dossier geen gevolgen heeft door de regeldruk.

  • De notificatie-coƶrdinator van het ministerie van KGG heeft op 22 juli 2024 laten weten dat geen sprake is van voorschriften die genotificeerd moeten worden als technische voorschriften dan wel op grond van de Dienstenrichtlijn.

  • Ten slotte heeft de Vereniging voor rechtspraak op 15 augustus 2024 laten weten dat haar wetenschappelijke commissie geen aanleiding ziet om een advies uit te brengen.

De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure (artikel 23.5 van de Omgevingswet) en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken over het ontwerpbesluit voordat het aan de Afdeling advisering van de Raad van State zal worden voorgelegd en vervolgens zal worden vastgesteld.

Op grond van de aangehaalde bepalingen geschiedt de voordracht aan de Koning ter verkrijging van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State niet eerder dan vier weken nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd. In overeenstemming met de regel dat ten minste drie vierde deel van de voorhangtermijn buiten een reces valt, wordt deze termijn in verband met het verkiezingsreces van de Tweede Kamer verlengd tot en met 21 november 2025.

Een gelijkluidende brief is verzonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.

De minister van Klimaat en Groene Groei,

S.T.M. Hermans

Ontvangen ter Griffie op 26 september 2025.

De voordracht voor de vast te stellen
algemene maatregel van bestuur is
aan de Kamer overgelegd tot en met
21 november 2025.

De voordracht voor de vast te stellen
algemene maatregel van bestuur kan
niet eerder worden gedaan dan op
22 november 2025.

Bij deze termijn is rekening gehouden
met de recesperiode van de Tweede Kamer