Motie van het lid Ceder over mensenrechtenverbeteringen randvoorwaardelijk maken voor CEPA
Mensenrechten in het buitenlands beleid
Motie
Nummer: 2025D42368, datum: 2025-09-29, bijgewerkt: 2025-10-01 14:17, versie: 3 (versie 1, versie 2)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-32735-417).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: D.G.M. Ceder, Tweede Kamerlid (ChristenUnie)
Onderdeel van kamerstukdossier 32735 -417 Mensenrechten in het buitenlands beleid.
Onderdeel van zaak 2025Z18123:
- Indiener: D.G.M. Ceder, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2025-09-29 18:30: Mensenrechtenbeleid (Notaoverleg), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2025-10-02 22:30: Einde vergadering: STEMMINGEN (over alle resterende punten) (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
| Vergaderjaar 2025-2026 |
32 735 Mensenrechten in het buitenlands beleid
Nr. 417 MOTIE VAN HET LID CEDER
Voorgesteld tijdens het notaoverleg van 29 september 2025
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de mensenrechten van de bevolking in West-Papoea al decennialang worden geschonden door de Indonesische autoriteiten;
constaterende dat de EU juist de economische banden met Indonesië wil aanhalen middels CEPA;
overwegende dat de EU zich moet inzetten voor het bevorderen van mensenrechten wereldwijd;
verzoekt de regering om, eventueel na een onafhankelijk onderzoek naar mensenrechtenschendingen in West-Papoea door de Indonesische regering, met gelijkgestemde landen mensenrechtenverbeteringen randvoorwaardelijk te maken voor akkoord gaan met CEPA en daarvoor het draagvlak binnen de EU te vergroten,
en gaat over tot de orde van de dag.
Ceder