[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Het artikel ‘Spaarders en woningbeleggers kunnen vermogenstaks eenvoudig ontwijken’

Schriftelijke vragen

Nummer: 2025D42786, datum: 2025-10-01, bijgewerkt: 2025-10-03 15:21, versie: 3 (versie 1, versie 2)

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2025Z18294:

Preview document (🔗 origineel)


2025Z18294

(ingezonden 1 oktober 2025)

Vragen van het lid Stultiens (GroenLinks-PvdA) aan de staatssecretaris van Financiën over het artikel ‘Spaarders en woningbeleggers kunnen vermogenstaks eenvoudig ontwijken’ 

 

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel ‘Spaarders en woningbeleggers kunnen vermogenstaks eenvoudig ontwijken’1) en het artikel ‘Al is de leugen nog zo snel…’ 2)?

Vraag 2

Klopt het dat een belastingplichtige met veel spaargeld een deel van de box 3-heffing in het overbruggingsstelsel kan ontwijken door rentebetalingen zo veel mogelijk in één jaar uit te laten betalen en in jaren waarin weinig rente wordt uitgekeerd gebruik te maken van de tegenbewijsregeling? Zo ja, ziet u mogelijkheden om deze vorm van belastingontwijking tegen te gaan?

Vraag 3

Klopt het dat de mogelijkheden tot ‘belastingoptimalisatie’ al bekend waren bij de parlementaire behandeling van de tegenbewijsregeling, zoals het Financieel Dagblad schrijft? Hoe is de Kamer daar destijds over geïnformeerd?

Vraag 4

Denkt u dat een belastingplichtige die woningen bezit en verhuurt de box 3-heffing gedeeltelijk kan ontwijken door huurtermijnen te verkopen, al dan niet aan een eigen bv? Kan dat ook door een huurder simpelweg de huur vooruit te laten betalen?

Vraag 5

Hoe verklaart u het door het Financieel Dagblad aangehaalde standpunt van de Belastingdienst, waarin zou zijn aangegeven dat de verkoopopbrengst van toekomstige huurtermijnen in het jaar van verkoop in één keer in de belastingheffing meegenomen dient te worden? Hoe is dit standpunt volgens u verenigbaar met de uitspraak dat hiermee geen belasting kan worden ontweken?

Vraag 6

Welke mogelijkheden ziet u om belastingontwijking in het overbruggingsstelsel box 3 door te schuiven met huuropbrengsten tegen te gaan?

Vraag 7

Hoe kijkt u naar de stelling van de heer E. van Uunen dat voor de overbruggingswet box 3 niet het kasstelsel zou moeten worden gehanteerd, maar het matching-beginsel? Klopt het dat de beschreven ontwijkingsroutes dan niet mogelijk zouden zijn? Welke voor- en nadelen zou dit volgens u hebben?

Vraag 8

Klopt het dat een belastingplichtige die woningen bezit en verhuurt zijn reguliere inkomsten in de eerste jaren van het nieuwe stelsel voor box 3 (onder de Wet werkelijk rendement) kan minimaliseren door toekomstige huurtermijnen te verkopen of huur vooruit te laten betalen, waardoor het voordeel wordt genoten onder het overbruggingsstelsel en dus over het forfaitair rendement belasting kan worden betaald in plaats van over het werkelijk rendement? Ziet u mogelijkheden om deze vorm van belastingontwijking tegen te gaan?

Vraag 9

Vindt u het wenselijk om de waarde in het economische verkeer van vastgoed te hanteren als inbrengwaarde in de vermogenswinstbelasting per 1 januari 2028, in plaats van de WOZ-waarde, zoals betoogd wordt in het genoemde artikel in het Weekblad voor fiscaal recht? Is deze optie uitvoerbaar, en welke voor- en nadelen zou dit volgens u hebben?

 

1) Financieel Dagblad, 21 september 2025

2) Weekblad voor fiscaal recht, 17 september 2025