Reactie op verzoek commissie over vermeende misstanden bij het ROC Da Vinci College
Beroepsonderwijs en Volwassenen Educatie
Brief regering
Nummer: 2025D45240, datum: 2025-10-31, bijgewerkt: 2025-11-06 11:00, versie: 3 (versie 1, versie 2)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31524-680).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: G. Moes, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Onderdeel van kamerstukdossier 31524 -680 Beroepsonderwijs en Volwassenen Educatie.
Onderdeel van zaak 2025Z19350:
- Indiener: G. Moes, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2025-11-12 13:50: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-11-27 10:00: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Preview document (🔗 origineel)
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
| Vergaderjaar 2025-2026 |
31 524 Beroepsonderwijs en Volwassenen Educatie
29 240 Veiligheid op school
Nr. 680 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 31 oktober 2025
Op 12 september jongstleden ontving ik het verzoek van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap om een reactie te ontvangen op de brief van een groep van bezorgde medewerkers en docenten, over vermeende misstanden bij het ROC Da Vinci College.
Ik heb kennisgenomen van de oproep en bijbehorende bijlagen. Ik heb contact opgenomen met het bestuur van ROC Da Vinci college en de Inspectie van het Onderwijs. Als Minister creëer ik de randvoorwaarden (geld, regels, bestuurlijke afspraken, monitoring etc.) voor een veilige leer- en werkomgeving voor studenten en medewerkers, de invulling van die randvoorwaarden is aan de instelling. Hierbij past het niet om mij inhoudelijk te mengen in de afhandeling van individuele zaken. Wel zie ik erop toe dat er goed functionerende klachten- en geschillenprocedures zijn en zaken, zoals deze, conform die procedures worden behandeld. Het bestuur heeft mij bevestigd dat de procedures juist zijn ingericht en in onderhavig geval zijn gevolgd.
De inspectie bevestigde van deze specifieke zaak op de hoogte te zijn en deze in behandeling te hebben. De inspectie staat hierover in nauw contact met het bestuur van de betreffende mbo-instelling en heeft mij geïnformeerd dat er geen sprake is van misstanden bij de mbo-instelling.
Ik heb op basis van de aan mij verstrekte informatie geen aanleiding te twijfelen aan hetgeen het bestuur van het Da Vinci College al verwoordde aan de gemeenteraad van de gemeente Dordrecht in zijn brief van 10 juli 2025.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
G. Moes