De Kamerbrief ‘Informeren over bouwplaats ID en over inhoudingen op het minimumloon,’ dd 30 oktober 2025 (kenmerk: 2025-0000214845)
Schriftelijke vragen
Nummer: 2025D45336, datum: 2025-11-03, bijgewerkt: 2025-11-20 16:58, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2025Z19373).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: I.G. Saris, Tweede Kamerlid (Ooit Nieuw Sociaal Contract kamerlid)
- Mede ondertekenaar: J.P. Dijk, Tweede Kamerlid (SP)
- Mede ondertekenaar: M.H. Patijn, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
Onderdeel van zaak 2025Z19373:
- Gericht aan: M.L.J. Paul, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Indiener: I.G. Saris, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: J.P. Dijk, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M.H. Patijn, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
| Vergaderjaar 2025-2026 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2025Z19373
Vragen van de leden Saris (Nieuw Sociaal Contract), Dijk (SP) en Patijn (GroenLinks-PvdA) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de Kamerbrief «Informeren over bouwplaats ID en over inhoudingen op het minimumloon,» dd 30 oktober 2025 (kenmerk: 2025-0000214845) (ingezonden 3 november 2025).
Vraag 1
Kunt u een nadere toelichting geven op uw besluit om niet door te gaan met de afschaffing, als uw streven is om grip op migratie te krijgen?
Vraag 2
Op basis van welke adviezen bent u gekomen tot uw afweging?
Vraag 3
Kunt u aangeven waarom u afwijkt van het advies van de aanbevelingen van het Aanjaagteam Arbeidsmigratie?
Vraag 4
Bent u er zich van bewust dat de koppeling een verdienmodel is voor de uitzendsector, ook vanwege het fiscale voordeel dat ontstaat bij aftrek van de huur van het brutoloon?
Vraag 5
Bent u er zich van bewust dat de Nederlandse Arbeidsinspectie al meerdere malen expliciet heeft gewaarschuwd dat het totaalpakket van loon/huisvesting als «verdienmodel en pressiemiddel» wordt gebruikt en gepaard gaat met misstanden waarbij er een wanverhouding bestaat tussen de ingehouden huur en de kwaliteit van de huisvesting?
Vraag 6
Heeft u uw voorgenomen besluit voorgelegd aan de SER? Zo ja, welk antwoord heeft u gehad? Zo nee, waarom heeft u uw voorgenomen besluit niet voorgelegd?
Vraag 7
Heeft u uw voorgenomen besluit voorgelegd aan de Nederlandse Arbeidsinspectie? Zo ja, welk antwoord heeft u gehad? Zo nee, waarom heeft u uw voorgenomen besluit niet voorgelegd?
Vraag 8
Met welke organisaties heeft u gesproken in aanloop naar uw besluitvorming?
Vraag 9
Welke adviezen hebben deze organisaties u gegeven?
Vraag 10
Hoe heeft u deze adviezen gewogen?
Vraag 11
Kunt u aangeven hoe uw besluit zich verhoudt tot de Wet goed verhuurderschap, artikel 3, lid a?
Vraag 12
Kunt u deze vragen een voor een beantwoorden?