36765 Nota van wijziging inzake Regels ter implementatie van Richtlijn (EU) 2022/2557 van het Europees Parlement en de Raad van 14 december 2022 betreffende de weerbaarheid van kritieke entiteiten en tot intrekking van Richtlijn 2008/114/EG van de Raad (PbEU 2022, L 333) (Wet weerbaarheid kritieke entiteiten)
Nota van wijziging
Nummer: 2025D45526, datum: 2025-11-04, bijgewerkt: 2025-11-04 14:09, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: F. van Oosten, minister van Justitie en Veiligheid (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van zaak 2025Z19451:
- Indiener: F. van Oosten, minister van Justitie en Veiligheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2025-11-27 12:00: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
Preview document (🔗 origineel)
36765 Regels ter implementatie van Richtlijn (EU) 2022/2557 van het Europees Parlement en de Raad van 14 december 2022 betreffende de weerbaarheid van kritieke entiteiten en tot intrekking van Richtlijn 2008/114/EG van de Raad (PbEU 2022, L 333) (Wet weerbaarheid kritieke entiteiten)
NOTA VAN WIJZIGING
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 7, eerste lid, wordt “een sector, en daarbinnen een subsector en categorie van entiteiten, aanwijzen” vervangen door “een sector, subsector en categorie van entiteiten aanwijzen”.
B
Artikel 17 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het derde lid komt te luiden:
3. Bij het bepalen of een verstoring aanzienlijk is, wordt in aanmerking genomen:
a. het aantal door de verstoring getroffen gebruikers en hun aandeel daarin;
b. de duur van de verstoring;
c. het door de verstoring getroffen geografische gebied, rekening houdend met de vraag of het gebied geografisch geïsoleerd is; en
d. de bij of krachtens algemene maatregel van bestuur vastgestelde aanvullende parameters.
2. In het vijfde lid wordt “worden de criteria vastgesteld” vervangen door “kunnen de criteria worden vastgesteld”.
C
Aan artikel 43 wordt toegevoegd “Indien dit artikel na 17 juli 2026 in werking treedt, geschieden de eerste aanwijzingen binnen één maand na de inwerkingtreding van dit artikel.”.
D
Aan artikel 44 wordt toegevoegd “Indien dit artikel na 17 januari 2026 in werking treedt, geschiedt de eerste risicobeoordeling binnen één maand na de inwerkingtreding van dit artikel.”.
E
Aan artikel 45 wordt toegevoegd “Indien dit artikel na 17 januari 2026 in werking treedt, geschiedt de vaststelling van de eerste strategie binnen één maand na de inwerkingtreding van dit artikel.”.
F
Na artikel 47 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 47a (wijziging Wet coördinatie terrorismebestrijding en nationale veiligheid)
Aan de opsomming in artikel 6, onderdeel e, van de Wet coördinatie terrorismebestrijding en nationale veiligheid wordt toegevoegd “Wet weerbaarheid kritieke entiteiten”.
G
De bijlage wordt als volgt gewijzigd:
1. In de rij over de sector gezondheidszorg wordt “Een zorgaanbieder als bedoeld in artikel 1 van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg” vervangen door “Een zorgaanbieder als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg”.
2. In de rij over de sector drinkwater wordt “artikel 2, onderdeel 1, a),” vervangen door “artikel 2, onderdeel 1, subonderdeel a,”.
TOELICHTING
Deze nota van wijziging strekt tot het wijzigen van het wetsvoorstel Wet weerbaarheid kritieke entiteiten (hierna: Wwke). De wijzigingen zijn voornamelijk technisch van aard en worden hierna per onderdeel toegelicht.
Onderdeel A
In overweging 41 van de CER-richtlijn1 is opgenomen dat lidstaten van de Europese Unie de lijst van essentiële diensten in de CER-richtlijn kunnen aanvullen met andere essentiële diensten op nationaal niveau, teneinde rekening te houden met nationale bijzonderheden bij de verlening van essentiële diensten. Gelet op het belang voor de nationale veiligheid is in artikel 7 Wwke de mogelijkheid opgenomen om een sector, subsector en categorie van entiteiten aan te wijzen. Een strikte lezing van artikel 7, eerste lid, van het ingediende wetsvoorstel betekent echter dat alleen subsectoren kunnen worden aangewezen binnen de sectoren die op grond van artikel 7 Wwke zijn aangewezen. Dat is niet de bedoeling en sluit niet aan op de artikelsgewijze toelichting op artikel 7 Wwke, evenmin op overweging 41 van de CER-richtlijn. Met de wijziging van artikel 7, eerste lid, Wwke wordt deze fout hersteld.
Onderdeel B, subonderdeel 1
Artikel 17, derde lid, Wwke strekt tot de implementatie van artikel 15, eerste lid, CER-richtlijn en schrijft voor dat bij het bepalen of een verstoring aanzienlijk is in ieder geval de daarin drie genoemde parameters in aanmerking moeten worden genomen. De bedoeling van het opnemen van deze drie parameters is het geven van richting ten aanzien van wat in ieder geval in aanmerking dient te worden genomen bij het bepalen of een verstoring aanzienlijk is. De opsomming van de drie parameters is niet uitputtend bedoeld. Dit blijkt uit de woorden “in ieder geval”, maar ook uit artikel 15, eerste lid, CER-richtlijn, waarin is opgenomen dat “met name” rekening wordt gehouden met de genoemde parameters. Bij de totstandkoming van het wetsvoorstel is over het hoofd gezien om ook te regelen dat aanvullende parameters kunnen worden vastgesteld. Met de wijziging van artikel 17, derde lid, Wwke wordt dit alsnog geregeld.
Onderdeel B, subonderdeel 2
Een strikte lezing van artikel 17, vijfde lid, van het ingediende wetsvoorstel betekent dat voor alle drie genoemde parameters in artikel 17, derde lid, Wwke criteria (ook wel drempelwaarden genoemd) dienen te worden vastgesteld. Dat is echter niet de bedoeling en sluit niet aan bij de opzet van artikel 17, derde lid, Wwke. Zoals uit artikel 17, derde lid, Wwke blijkt dienen in ieder geval de drie genoemde parameters in aanmerking te worden genomen bij het bepalen of een verstoring aanzienlijk is. Dit betekent ook dat nadat een parameter in aanmerking is genomen, de vakminister tot de conclusie kan komen dat de desbetreffende parameter niet relevant, dan wel doorslaggevend is voor een bepaalde sector, subsector, categorie van entiteiten of entiteit om te bepalen of een verstoring aanzienlijk is. Het uitwerken van de drempelwaarden voor die parameters is dan ook niet zinvol. Artikel 17, vijfde lid, Wwke wordt daarom van een dwingende bepaling (namelijk dat voor alle parameters voor alle sectoren drempelwaarden moeten worden vastgesteld) veranderd naar een facultatieve bepaling.
Onderdelen C, D en E
De artikelen 43, 44 en 45 Wwke strekken tot de implementatie van respectievelijk de artikelen 6, eerste lid, 5, eerste lid, en 4, eerste lid, CER-richtlijn. In de artikelen 43, 44 en 45 Wwke staan diverse data (17 januari 2026 en 17 juli 2026) vermeld. Deze data volgen uit de hiervoor genoemde artikelen uit de CER-richtlijn. Het is echter denkbaar dat dit wetsvoorstel niet voor die data in werking treedt. Daarom worden de artikelen 43, 44 en 45 Wwke aangevuld om te voorzien in de situatie dat het wetsvoorstel na de in de artikelen vermelde data in werking treedt.
Onderdeel F
In artikel 6, onderdeel e, Wet coördinatie terrorismebestrijding en nationale veiligheid is een verwijzing naar de taken en bevoegdheden van de Minister van Justitie en Veiligheid op grond van de Wet beveiliging netwerk- en informatiesystemen opgenomen. Zodra de Cyberbeveiligingswet (hierna: Cbw) in werking treedt, zal in die verwijzing de Wet beveiliging netwerk- en informatiesystemen worden vervangen door de Cbw. Dit is geregeld in een nota van wijziging op het wetsvoorstel Cbw, middels de invoeging van artikel 103b Cbw, die strekt tot wijziging van artikel 6, onderdeel e, Wet coördinatie terrorismebestrijding en nationale veiligheid.
Gelet op de samenhang tussen de Cbw en de Wwke en gelet op het gegeven dat het verstrekken van gegevens die de Minister van Justitie en Veiligheid verwerkt op grond van de Wwke evenzeer noodzakelijk kan zijn met het oog op de in artikel 2 Wet coördinatie terrorismebestrijding en nationale veiligheid bedoelde coördinatietaak van de Minister van Justitie en Veiligheid met het oog op het verhogen van de weerbaarheid tegen dreigingen en risico’s, het beschermen van de nationale veiligheidsbelangen en het voorkomen van maatschappelijke ontwrichting, ligt het in de rede om ook de Wwke op te nemen in de opsomming van artikel 6, onderdeel e, Wet coördinatie terrorismebestrijding en nationale veiligheid.
Onderdeel G, subonderdeel 1
Deze wijziging ziet op het veranderen van de verwijzing naar het hele artikel 1 Wet kwaliteit, klachten en geschillen in de zorg (hierna: Wkkgz) naar een verwijzing naar artikel 1, eerste lid, Wkkgz.
In de bijlage van de CER-richtlijn is in de sector gezondheidszorg als categorie van entiteiten opgenomen: zorgaanbieders zoals gedefinieerd in artikel 3, punt g, van Richtlijn 2011/24/EU.2 Ter implementatie hiervan is in de bijlage bij het ingediende wetsvoorstel in de sector gezondheidszorg opgenomen: zorgaanbieders als bedoeld in artikel 1 Wkkgz. Artikel 1, zesde lid, Wkkgz bepaalt echter dat een instelling die in het kader van de door een andere instelling verleende zorg een deel van die zorg uitvoert, niet als zorgaanbieder in de zin van de Wkkgz wordt aangemerkt. Hierbij kan het bijvoorbeeld gaan om een laboratorium, dat enkel in opdracht van een ziekenhuis werkt. Door de verwijzing naar het hele artikel 1 Wkkgz te veranderen naar een verwijzing naar artikel 1, eerste lid, Wkkgz, vallen de hiervoor bedoelde instellingen, voor zover zij worden aangewezen als kritieke entiteit, ook onder de Wwke. Deze verandering zorgt voor een definitie van zorgaanbieder die meer passend en correct is in relatie tot de definitie hiervan in de CER-richtlijn.
Onderdeel G, subonderdeel 2
Deze wijziging verandert de wijze waarop naar een subonderdeel wordt verwezen en zorgt voor consistentie met andere verwijzingen in het wetsvoorstel naar (sub)onderdelen.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
Richtlijn (EU) 2022/2557 van het Europees Parlement en de Raad van 14 december 2022 betreffende de weerbaarheid van kritieke entiteiten en tot intrekking van Richtlijn 2008/114/EG van de Raad (PbEU 2022, L 333).↩︎
Richtlijn 2011/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 betreffende de toepassing van de rechten van patiënten bij grensoverschrijdende gezondheidszorg (PbEU 2011, L 88).↩︎