[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Enkele specifieke opvanglocaties voor kinderen

Vreemdelingenbeleid

Brief regering

Nummer: 2025D45728, datum: 2025-11-06, bijgewerkt: 2025-11-06 13:38, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 19637 -3495 Vreemdelingenbeleid.

Onderdeel van zaak 2025Z19519:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


In het commissiedebat van 23 september vroeg uw Kamer aandacht voor de situatie van de 600 kinderen die verblijven op respectievelijk de Silja in de gemeente Rotterdam, het hotel aan de rijksweg A4 in de gemeente Haarlemmermeer, het AO-hostel in de gemeente Amsterdam en de TT-hal in de gemeente Assen. In het verlengde hiervan heeft uw Kamer een motie1 aangenomen om “kinderen uiterlijk 31 oktober van de meest onveilige locaties, waar zelfs investeringen en maatregelen niet tot veilige opvang kunnen gaan leiden, te verplaatsen naar locaties die wel geschikt zijn voor kinderen. De zorgen die uw Kamer uit over de situatie van kinderen in de asielopvang neem ik serieus. Mijn ministerie is voortdurend in overleg met gemeenten en het COA om te bezien hoe de situatie verbeterd kan worden. De genoemde locaties hebben hierbij in het bijzonder mijn aandacht.

De uitdagingen van kinderen in de opvang kunnen niet los worden gezien van de grote capacitaire druk op het COA. Het COA zit op een bezettingspercentage van ongeveer 100%. Het aanmeldcentrum in Ter Apel is de afgelopen weken meerdere malen boven de maximale overeengekomen capaciteit van 2.000 personen geraakt. Door het tekort aan opvangplekken, de lange doorlooptijd van asielprocedures en door het grote aantal statushouders en nareizigers in de asielopvang kan onvoldoende doorstroom vanuit Ter Apel worden gerealiseerd. In mijn brief2 van 19 september jl. ben ik nader ingegaan op de getroffen maatregelen. Ongeveer de helft van alle COA opvangplekken betreft noodopvang. Het aantal reguliere opvanglocaties stijgt gestaag waardoor naar verwachting circa 50.000 bedden gerealiseerd zijn in 2027, waarmee het aantal noodopvanglocaties geleidelijk kan worden afgebouwd.

In algemene zin blijft het COA streven naar locaties waarbij zoveel mogelijk doelgroepen kunnen worden opgevangen: zowel statushouders als asielzoekers in procedure, verschillende nationaliteiten maar ook gezinnen met kinderen en alleenstaande mannen bij elkaar. De ervaring leert dat dit de leefbaarheid van de locatie ten goede komt.

Zolang het aantal reguliere opvangplekken nog niet op peil is, is het niet te voorkomen dat ook kinderen in noodopvang worden opgevangen. Daarbij moet altijd aandacht blijven voor de kwaliteit van de betreffende locatie en is voor het plaatsen van kinderen veiligheid altijd een harde voorwaarde. De kwaliteit van sommige noodopvanglocaties doet overigens niet onder voor die van reguliere opvanglocaties. Waar nodig worden maatregelen getroffen om de omstandigheden voor kinderen verder te verbeteren, zoals uw Kamer ook in het debat heeft verzocht. Het tijdelijke karakter van noodlocaties brengt echter met zich mee dat kinderen soms meerdere keren moeten verhuizen. Wanneer een (nood)locatie sluit, is een verhuizing onvermijdelijk. Tegelijkertijd wordt bij elke beslissing om een kind te verplaatsen in ogenschouw genomen hoe de verstoring die een verhuizing met zich meebrengt zich verhoudt tot de mogelijke kwaliteitsverbetering van een nieuwe locatie.

Assen

Ten aanzien van de vier specifieke locaties deel ik met u de mening dat de situatie in de noodopvang in Assen zorgelijk is. De locatie in Assen dient als overloop voor het aanmeldcentrum in Ter Apel. Met de gemeente is een maximale verblijfsduur afgesproken van 20 dagen. Hoewel hier continu aandacht voor is, kan de doorstroom uit deze locatie moeilijk worden gerealiseerd. Hierdoor kan het voorkomen dat asielzoekers, waaronder ook kinderen, langer in de hal verblijven dan afgesproken. Naar aanleiding van een aantal signalen in 2024 zijn de nodige maatregelen getroffen en zijn de omstandigheden verbeterd. Het COA heeft, in samenwerking met gemeente en scholen, hard gewerkt om de situatie voor kinderen op deze locatie te verbeteren. Zo is een speciale speelruimte in de hal gebouwd, waar kinderen zonder afleiding van overige bewoners hun gang kunnen gaan. Daarnaast is ook veel gedaan om rust en privacy te creëren voor de kinderen door units/compartimenten aan te brengen. Hierdoor ervaren kinderen en gezinnen minder overlast van geluid en licht. Buiten de hal heeft het COA een speeltuin met nieuwe speeltoestellen aangelegd. Ook worden dagelijks activiteiten georganiseerd voor kinderen. Voor de kleine kinderen op de opvanglocatie is er drie dagen per week een “learnforward” programma, dit zijn activiteiten, begeleiding en dagbesteding, dat goed aansluit bij het korte verblijf. Kinderen in de basisschoolleeftijd gaan naar school. Ze gaan deels naar de internationale schakelklas (ISK) in Assen en een ander deel naar de ISK in Hoogeveen.

Met al deze maatregelen is de situatie voor kinderen beter geworden. Tegelijkertijd ben ik het met uw Kamer eens dat de opvang op deze locatie niet geschikt is voor kinderen. Er zijn met verschillende gemeenten gesprekken om de overloop voor het aanmeldcentrum in Ter Apel voor gezinnen op een andere manier te organiseren. Met ingang van 1 november plaatst het COA geen kinderen meer op deze locatie en worden kinderen die op de locatie verblijven zo snel mogelijk en met voorrang verhuisd naar andere opvanglocaties. De TT-hal wordt vanaf 1 januari 2026 niet meer gebruikt als opvanglocatie.

AO-hostel Amsterdam

Over de opvang in het AO-hostel is de afgelopen periode intensief overleg geweest tussen het COA en de gemeente Amsterdam. Er is besloten om geen kinderen meer te plaatsen op deze locatie. De kinderen die momenteel op de locatie verblijven worden niet versneld verhuisd, maar in de loop van de tijd zal het aantal kinderen op deze locatie gaan afnemen, tot er uiteindelijk helemaal geen kinderen meer op deze locatie verblijven.

Silja

Over de Silja zijn in het voorjaar van 2025 zorgelijke signalen naar voren gekomen. Deze signalen zijn onderzocht en opgevolgd. Op de locatie Silja is de afspraak met de gemeente Rotterdam dat daar statushouders geplaatst worden. Er is veel aandacht voor de opvang van kinderen op de locatie en de gemeente, het COA en het ministerie zijn gezamenlijk tot het oordeel gekomen dat de opvang van kinderen verantwoord kan worden voortgezet. Er zijn speelplekken voor verschillende leeftijdsgroepen (tot 4, tot 12 en tot 18 jaar) binnen de beperkte mogelijkheden van het schip. De afgelopen tijd zijn extra ruimtes op het schip beschikbaar gesteld voor kinderen en er is meer capaciteit vanuit team/partners beschikbaar voor de begeleiding. Er is daarnaast een “pannakooi” geplaatst op de kade en de huidige buitenruimte wordt vervangen voor een verbeterde versie. De toeleiding naar school gaat op deze locatie ook naar tevredenheid. Er is intensieve samenwerking op dit punt met de gemeente Rotterdam en het COA heeft nadrukkelijk aandacht voor wachtlijstbeheer en communicatie met de betrokken scholen.

Hoofdorp – Hotel A4

Ook op de locatie Hoofddorp/A4 is nadrukkelijk aandacht voor de situatie van kinderen. Ook hier is gewerkt aan het verbeteren van de situatie. Zo wordt een buitenspeelruimte gecreëerd en is onlangs een contactpersoon kind aangesteld. Kinderen op de locatie gaan binnen de wettelijke termijnen naar school en met de inrichting van de locatie en de verdeling van ruimten wordt zoveel mogelijk stil gestaan bij de behoefte van de kinderen. Hoewel de opvang plaatsvindt in een groot hotel en dit altijd beperkingen kent, is het COA met het ministerie van mening dat de opvang op een verantwoorde wijze kan worden voortgezet.

Verbeteringen n.a.v. de inventarisatie

Het COA heeft aangekondigd om in april/mei 2026 opnieuw een inventarisatie te houden onder alle locaties om blijvend zicht te houden op de kwaliteit van de opvang. Verder wordt de komende tijd ook het nodige centraal ontwikkeld om locaties te ondersteunen, denk bijvoorbeeld aan voorlichtingsmateriaal. Zoals eerder aangegeven, is binnen de huidige opvangcapaciteit weinig “schuifruimte” tussen locaties en zijn alle bedden hard nodig, ook voor amv en gezinnen met kinderen. Daarmee blijf ik samen met andere betrokken ministeries, gemeenten en het COA niet stil zitten op dit thema. De inventarisatie die het COA afgelopen april/mei heeft uitgevoerd en waarover ik uw Kamer heb geïnformeerd, is voor veel opvanglocaties aanleiding om kritisch te kijken op welke punten het voor kinderen nodig is om verbeteringen aan te brengen. Deze kwalitatieve slag is maatwerk en om hier goed zicht op te houden vindt de komende maanden afstemming plaats met de verschillende opvanglocaties.

Tot slot ben ik van mening dat het verblijf op een reguliere COA-locatie de voorkeur geniet. Echter doet de kwaliteit van noodopvanglocaties niet altijd onder voor die van reguliere opvanglocaties. Zolang er onvoldoende beschikbare reguliere opvangplekken zijn is het noodzakelijk om ook op deze locaties kinderen te blijven opvangen. Ik ben, samen met het COA, van mening dat door investeringen en maatregelen op de hiervoor genoemde locaties op een veilige en humane manier opvang kan worden gerealiseerd, waarbij oog is en blijft voor de belangen van het kind. Tegelijkertijd blijft het voor de lange termijn noodzakelijk om te blijven werken aan voldoende, structurele opvangplekken.

De Minister voor Asiel en Migratie,

M.C.G. Keijzer


  1. Kamerstukken II 2025/26 19 637, nr. 3481↩︎

  2. Tweede Kamer, vergaderjaar 2025–2026, 19 637, nr. 3474↩︎