[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Amendement van het lid Van der Plas over het handhaven van de nahangbepaling

Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op het primair onderwijs BES, de Wet op de expertisecentra, de Wet voortgezet onderwijs 2020 en de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met de herziening van de wettelijke grondslagen van de kerndoelen met focus op lezen, schrijven en rekenen (Wet herziening wettelijke grondslagen kerndoelen)

Amendement

Nummer: 2025D47532, datum: 2025-11-20, bijgewerkt: 2025-11-20 14:51, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36699 -16 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op het primair onderwijs BES, de Wet op de expertisecentra, de Wet voortgezet onderwijs 2020 en de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met de herziening van de wettelijke grondslagen van de kerndoelen met focus op lezen, schrijven en rekenen (Wet herziening wettelijke grondslagen kerndoelen).

Onderdeel van zaak 2025Z20220:

Preview document (🔗 origineel)


TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL 2
Vergaderjaar 2025-2026
36 699 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op het primair onderwijs BES, de Wet op de expertisecentra, de Wet voortgezet onderwijs 2020 en de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met de herziening van de wettelijke grondslagen van de kerndoelen met focus op lezen, schrijven en rekenen (Wet herziening wettelijke grondslagen kerndoelen)
Nr. 16 AMENDEMENT VAN HET LID van der plas
Ontvangen 20 november 2025
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel IV, onderdeel C, vervalt.

Toelichting

Met dit amendement wordt voorgesteld om de thans in de Wet voortgezet onderwijs 2020 opgenomen nahangbepaling te herstellen, die het parlement het recht geeft om een algemene maatregel van bestuur (AMvB) met nieuwe of gewijzigde kerndoelen te doen vervangen door een daartoe strekkend wetsvoorstel. Indiener dient dit amendement in om de democratische controle op de vaststelling van kerndoelen in het funderend onderwijs te waarborgen.

Indiener is van mening dat de kerndoelen de kern vormen van het onderwijsprogramma voor miljoenen leerlingen en daarmee bepalend zijn voor de kennis, vaardigheden en waarden die aan toekomstige generaties worden meegegeven. Juist vanwege dit fundamentele belang is het essentieel dat de volksvertegenwoordiging altijd het laatste woord kan hebben over de inhoud van deze kerndoelen.

Het schrappen van de nahangbepaling, zoals het kabinet voorstelt, betekent dat het parlement slechts indirect invloed kan uitoefenen via debatten of moties. Dat acht indiener onvoldoende. De mogelijkheid om een AMvB met kerndoelen tegen te houden is noodzakelijk om te voorkomen dat een kabinet zonder breed maatschappelijk en politiek draagvlak kerndoelen oplegt die niet aansluiten bij de praktijk, de regio of de wensen van ouders en leraren.

Indiener staat voor een overheid die dichtbij bestuurt, met oog voor regionale verschillen, tradities en de kracht van gemeenschappen. Het onderwijs is bij uitstek een terrein waar landelijke kaders en regionale invulling elkaar moeten versterken. De nahangbepaling voorkomt dat de landelijke politiek of een kabinet van welke signatuur dan ook, kerndoelen gebruikt voor ideologische sturing of symboolpolitiek, zonder voldoende democratische controle. Dit sluit aan bij de visie van indiener dat beleid begrijpelijk, uitvoerbaar en eerlijk moet zijn, en dat burgers zich moeten kunnen herkennen in beleid, taal en bestuurders.

Met dit amendement kiest indiener voor herstel van vertrouwen, transparantie en democratische legitimatie bij de vaststelling van kerndoelen. Het parlementaire recht om kerndoelen bij wet te regelen, draagt bij aan het vertrouwen van burgers, ouders en leraren in het onderwijsbeleid en voorkomt dat besluiten over de inhoud van het onderwijs uitsluitend in de ministerraad worden genomen.

Van der Plas