[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Vierde nota van wijziging

Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2026)

Nota van wijziging

Nummer: 2025D48010, datum: 2025-11-24, bijgewerkt: 2025-11-25 11:38, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36812 -58 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2026).

Onderdeel van zaak 2025Z16924:

Onderdeel van zaak 2025Z20372:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


36812 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten

(Belastingplan 2026)

VIERDE NOTA VAN WIJZIGING

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

Na artikel XXXVIIIA worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel XXXVIIIB

In de Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2024 vervallen artikel II, onderdeel A, onder 0, en artikel V, onderdeel B, onder 1a, 1b en 3a.

Artikel XXXVIIIC

In de Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2025 vervallen de artikelen I, onderdelen A, onder 1 tot en met 6 en 8, Aa en B, onder 1 en 2, en III, onderdelen B, onder 1 tot en met 5, 7 en 8, Ba en C, onder 1, subonderdeel a, tweede zin, en subonderdelen b tot en met d, 2 en 3.

TOELICHTING

1. Algemene toelichting

Op grond van de Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2025 (WAFB 2025) treden twee maatregelen uit de Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2024 (WAFB 2024) en een maatregel uit de WAFB 2025 tegelijkertijd in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. In de nota naar aanleiding van het verslag van het Belastingplan 2026 heeft het kabinet laten weten deze drie maatregelen niet in werking te laten treden.1 Daarom worden met deze nota van wijziging in het wetsvoorstel twee artikelen opgenomen die beogen deze maatregelen uit genoemde wetten te halen. Op deze manier wordt verduidelijkt dat deze maatregelen (bepalingen) niet zullen worden doorgevoerd en dus materieel niet kunnen worden toegepast. Het gaat om de volgende drie maatregelen.

1. Het beperken van de toegang tot de bedrijfsopvolgingsregeling in de schenk- en erfbelasting (BOR) en de doorschuifregeling in de inkomstenbelasting voor het aanmerkelijk belang (DSR ab) tot reguliere aandelen met een belang van minimaal 5% in het geplaatste kapitaal.

2. Het verruimen van de toegang tot de BOR voor vermogensbestanddelen die voldoen aan de zogenoemde familietoets. Op grond van de familietoets kunnen ook box 3-belangen kwalificeren voor de BOR als de aandeelhouder samen met zijn familie een belang van ten minste 25% heeft in de onderneming.2

3. Het verruimen van de verwateringsregeling in de BOR en de DSR ab, zodat ook een indirect belang in een werkmaatschappij van minder dan 0,5% voor de BOR en de DSR ab in aanmerking kan komen, mits dat belang in de rechte familielijn door vererving, schenking of huwelijksvermogensrecht is verwaterd van een indirect aanmerkelijk belang naar een belang van minder 0,5%.

Budgettaire aspecten

De hierna opgenomen tabel toont de budgettaire effecten van het kabinetsbesluit om de hierboven genoemde drie maatregelen niet in werking te laten treden. Per saldo leidt het besluit tot een structurele budgettaire derving van € 1 miljoen. Deze derving zal tijdens de voorjaarsbesluitvorming worden ingepast in het lastenkader.

2026 2027 2028 2029 2030 Struc.
BOR en DSR ab worden niet beperkt tot reguliere aandelen -19 -20 -20 -21 -22 -22
Toegang tot BOR en DRS ab wordt niet verruimd voor kleine familiebelangen 21 21 21 21 21 21
TOTAAL 2 1 1 0 -1 -1

Tabel 1 Budgettaire effecten (in mln €)

Uitvoeringsgevolgen Belastingdienst

De nota van wijziging is beoordeeld met de uitvoeringstoets. Daaruit blijkt dat de wijzigingen met ingang van 1 januari 2026 uitvoerbaar zijn.

Gevolgen voor burgers en het bedrijfsleven

Naar verwachting zal het toepassen van de BOR en DSR ab burgers en bedrijfsleven per saldo niet noemenswaardig meer inspanning kosten door deze nota van wijziging. De vereenvoudiging van de BOR en DSR ab door de beperking van deze twee faciliteiten tot reguliere aandelen vindt enerzijds geen doorgang, anderzijds wordt de BOR en de DSR ab niet complexer door het laten vervallen van de familietoets en de verruiming van de verwateringsregeling.

2. Onderdeelsgewijze toelichting

Artikel XXXVIIIB (artikelen II, onderdeel A, en V, van de Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2024)

De zogenoemde familietoetsmaatregel in de BOR en de uitbreiding van de verwateringsregeling in de BOR en de DSR ab zijn geregeld in de WAFB 2024. Met artikel XXXVIIIB van het wetsvoorstel wordt voorgesteld die maatregelen uit de WAFB 2024 te schrappen.

Artikel XXXVIIIC (artikelen I, onderdelen A, Aa en B, en III, onderdelen B, Ba en C, van de Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2025)

De beperking van de toegang tot de BOR en de DSR ab tot reguliere aandelen met een belang van minimaal 5% in het geplaatste kapitaal is geregeld in de WAFB 2025. Met artikel XXXVIIIC wordt voorgesteld die maatregel uit de WAFB 2025 te schrappen.

De Staatssecretaris van Financiën,


  1. Kamerstukken II 2025/26, 36812, nr. 16, p. 116-118.

    ↩︎
  2. Ook belangen die enkel een aanmerkelijk belang zijn op grond van de meetrekregeling, bedoeld in artikel 4.10 van de Wet Inkomstenbelasting 2001 kunnen op grond van de familietoets kwalificeren voor de BOR.

    ↩︎