Uitkomsten Bestuurlijk Overleg Powerport regio Moerdijk
Brief regering
Nummer: 2025D49648, datum: 2025-12-02, bijgewerkt: 2025-12-02 20:19, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei (Ooit VVD kamerlid)
- Afspraken BO Powerport regio Moerdijk 1 december 2025
- Beslisnota bij Uitkomsten Bestuurlijk Overleg Powerport regio Moerdijk
Onderdeel van zaak 2025Z21018:
- Indiener: S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei
- Volgcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- Volgcommissie: vaste commissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei
Preview document (🔗 origineel)
Geachte Voorzitter,
De regio Moerdijk is een nationaal knooppunt voor energie, industrie, (haven)logistiek en mobiliteit. Landelijke en regionale goederen- en energiestromen lopen door dit gebied, met zwaartepunten in het haven- en industriegebied Moerdijk en het Amergebied bij Geertruidenberg. Hier komen veel ruimtelijke opgaven samen, zoals de verduurzaming van de industrie, de nationale energietransitie en de grondstoffentransitie om de strategische autonomie van Nederland te versterken. De komende jaren staan er meerdere landelijke energieprojecten gepland in deze regio, terwijl de ruimtelijke druk nu al hoog is. Bewoners en ondernemers zien de impact in hun leefomgeving toenemen en vragen nadrukkelijk om duidelijkheid. Om de opgaven integraal en in samenhang te bekijken, werken Rijk en regio sinds juni 2023 samen aan de Ontwerptafel Powerport regio Moerdijk1. Het gebied van de Powerport regio Moerdijk strekt zich uit van het haven- en industriecluster Moerdijk tot aan het Amergebied in Geertruidenberg.
In de energie-intensieve clusters worden vraag en aanbod van energie en grondstoffen in samenhang gebracht. Dit betekent dat bij de energie-intensieve clusters, waar veel bedrijvigheid is, de ruimtevraag of de impact op de ruimte en leefomgeving hoog is. In de ontwerp-Nota Ruimte is vastgelegd dat het Rijk in en waar mogelijk rond de energie-intensieve industrieclusters van nationaal belang, waaronder Moerdijk, voorrang geeft aan haven- en industriële functies en grootschalige energiefuncties.2 De verschillende ruimtelijke opgaven passen niet meer op de bestaande bedrijventerreinen. In juni 2025 hebben Rijk en regio daarom besloten om twee locaties strategisch uit te breiden: het haven- en industriecluster Moerdijk en het Amerterrein in Geertruidenberg.34 in de gehele Powerport regio Moerdijk, voor de energietransitie en verduurzaming van bedrijven. Bewoners in het gebied, in het bijzonder het dorp Moerdijk, ervaren nu al impact van de aanwezige infrastructuur in en rondom de bestaande bedrijventerreinen.
In het Bestuurlijk Overleg Powerport regio Moerdijk op 1 december 2025 hebben Rijk en regio de opgave en ontwikkelingen besproken. In deze brief informeer ik de Kamer, mede namens de minister en staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat en de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, over de gemaakte afspraken en vervolgstappen.
Haven- en industriecluster Moerdijk
In het haven- en industriecluster Moerdijk bevindt zich veel energie-intensieve industrie die moet verduurzamen. Deze opgave is noodzakelijk om Nederland economisch sterk en duurzaam te houden: de infrastructuur die hier wordt aangelegd is nodig voor de verduurzaming van lokale bedrijvigheid, maar ook van belang voor de energievoorziening van de regio en Noord-Brabant als geheel. De haven van Moerdijk is een zeehaven van nationaal belang. De logistieke functie en bereikbaarheid van de haven zorgen ervoor dat de industrie inclusief circulaire activiteiten zich kunnen blijven ontwikkelen. De beschikbaarheid van windenergie biedt de mogelijkheid aan de haven om verder te verduurzamen. Daarmee blijft de haven vitaal en van toegevoegde waarde voor de nationale economie.
De afgelopen maanden is een intensief participatieproces doorlopen met inwoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties. In juni 2025 hebben Rijk en regio afgesproken om, mede op basis van dit participatieproces, eind 2025 een besluit te nemen over in welk gebied de ontwikkeling moet plaatsvinden en onder welke voorwaarden. De gemeenteraad van Moerdijk heeft op 19 november ingestemd met het voorstel van het college van B&W, waarin zij uitspreekt een voorkeur te hebben voor de oostelijke ontwikkelrichting en welke randvoorwaarden daarbij horen. Het kabinet en de provincie respecteren en begrijpen dat de gemeente Moerdijk een eerste stap heeft gezet en duidelijkheid geeft over haar positie. Op 1 december hebben het Rijk, provincie Noord Brabant, waterschap Brabantse Delta en de gemeente Moerdijk afspraken gemaakt hoe ze verder gaan.
Het kabinet beseft goed dat de onzekerheid over Moerdijk enorm ingrijpend is voor de bewoners en ondernemers uit het dorp. Dit gaat over mensen hun thuis. Het kabinet vindt dat zij de bewoners gegeven die onzekerheid niet in de kou kunnen laten staan. Daarom hebben Rijk en regio besloten extra middelen vrij te maken om de Moerdijkregeling door te zetten en te verhogen naar 100% van de getaxeerde en geïndexeerde waarde. Het betreft hier een eenmalige Rijksbijdrage van 17 miljoen euro, welke wordt verwerkt bij Voorjaarnota. Hiermee komen Rijk en regio tegemoet aan de onzekerheid van bewoners en wordt ervoor gezorgd dat er de komende periode perspectief is voor bewoners die klem zitten.
De afspraak is dat Rijk en Regio gezamenlijk aan de slag gaan met randvoorwaarden en de voorbereidingen om formeel een besluit te kunnen nemen. Besluitvorming over de te kiezen ontwikkelrichting is aan een nieuw kabinet. Het kabinet hecht eraan om te benadrukken dat er nog geen besluit genomen is en dat werkzaamheden voor de eerste projecten op zijn vroegst per 2030 beginnen. De ambitie van Rijk en regio is om ver voor die tijd duidelijkheid te kunnen geven. Rijk en regio zijn voornemens om een voorkeur uit spreken voor de ontwikkelrichting in juni 2026. Op dat moment is ook meer duidelijk over de bijbehorende randvoorwaarden.
Amergebied in Geertruidenberg
Het Amergebied groeit uit tot een energie hub voor Zuid-Nederland, waarbij ingezet wordt op een integrale gebiedsaanpak voor het ontwikkelen in balans met de leefomgeving: met behoud van de kwaliteit van wonen en met respect voor natuurwaarden en de regionale wateropgaven. Rijk en regio werken nauw samen aan de verdere uitwerking van de Amervisie, in samenhang met de nadere uitwerking voor Powerport regio Moerdijk.
De gebiedsuitwerking loopt van 2026 tot 2027 en bereidt de benodigde uitvoeringsbesluiten voor, waaronder projecten zoals Nederwiek 3. Met deze aanpak borgen Rijk en regio dat de ontwikkeling van de energie hub in het Amergebied zorgvuldig, samenhangend en in balans met de omgeving vorm krijgt.
Drimmelen en het landelijk gebied
Het agrarische gebied in de gemeente Drimmelen wordt in toenemende mate geconfronteerd met de opgaven rondom energie-infrastructuur, kabels en leidingen en de bredere gebiedsontwikkeling die samenhangt met Moerdijk en het Amergebied. In het participatieproces is de impact van deze ontwikkelingen op de agrarische sector in beeld gebracht en zijn randvoorwaarden en condities geformuleerd die meegenomen worden in de verkenning naar een gebiedsgerichte aanpak voor het agrarisch landschap in 2026. Daarbij wordt gekeken hoe de agrarische structuur kan worden versterkt, hoe functies beter kunnen worden gecombineerd en waar bestaande instrumenten zoals landinrichting kunnen bijdragen aan een toekomstbestendige landbouw en leefomgeving.
Tot slot
Het kabinet gaat samen met de regio aan de slag om het vervolgproces voor Powerport regio Moerdijk verder uit te werken. De komende maanden wordt gezamenlijk verder gewerkt aan het gebiedsproces en de opgestelde randvoorwaarden. Dit is een traject van nationaal belang en de start van een gezamenlijk langjarig proces. Het kabinet begrijpt dat inwoners en ondernemers in de regio toe zijn aan duidelijkheid. Rijk en regio vinden het tegelijkertijd van belang om een zorgvuldig proces te doorlopen. Het kabinet is daarom voornemens om in juni 2026 een voorkeur uit te spreken voor de ontwikkelrichting en randvoorwaarden vast te stellen.
Sophie Hermans
Minister van Klimaat en Groene Groei