[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Nederlandse inzet bestrijding van conflict-gerelateerd seksueel geweld

Doen waar Nederland goed in is - Strategie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

Brief regering

Nummer: 2025D50776, datum: 2025-12-09, bijgewerkt: 2025-12-09 13:53, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36180 -182 Doen waar Nederland goed in is - Strategie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.

Onderdeel van zaak 2025Z21466:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Geachte voorzitter,

Tijdens het commissiedebat Humanitaire Hulp van 25 september jl. heb ik uw Kamer toegezegd te bezien wat Nederland aanvullend kan doen in de bestrijding van seksueel geweld dat wordt ingezet als oorlogswapen en in de ondersteuning van slachtoffers. In deze brief doe ik, mede namens de minister van Buitenlandse Zaken, deze toezegging gestand door in te gaan op de huidige en toekomstige inzet op conflict gerelateerd seksueel geweld. Ook kom ik terug op de werkzaamheden van de Independent International Fact-Finding Mission for the Sudan (FFM) en de motie van de leden Dobbe c.s. over het standaard opnemen van zorg van slachtoffers van seksueel geweld in humanitaire basispakketten (MISP) (Kamerstuk 36247 nr. 11).

Nederlandse inzet conflict gerelateerd seksueel geweld

De wereld kampt met het hoogste aantal conflicten sinds 1946.1 In veel van deze conflicten maken strijdende partijen zich schuldig aan conflict-gerelateerd seksueel geweld als oorlogswapen om gemeenschappen te breken en bevolking te terroriseren. De VN rapporteert een stijging van 25% in 2024.2 In de Democra-tische Republiek Congo werden in de eerste maanden van dit jaar 38.000 nieuwe gevallen van seksueel geweld geregistreerd. In 2024 nam in Soedan de vraag naar levensreddende ondersteuning voor slachtoffers met 288% toe ten opzichte van het jaar daarvoor.3 Vrouwen en meisjes worden het zwaarst getroffen en ondervinden belemmeringen in toegang tot bescherming, zorg en recht.

Nederland blijft daarom inzetten om conflict-gerelateerd seksueel geweld te bestrijden, zowel diplomatiek als door financiële ondersteuning van organisaties die zich hiervoor inzetten. De brede inzet richt zich op het internationaal agenderen, voorkomen, het ter verantwoording brengen van daders en bescherming en ondersteuning van overlevenden. Deze inzet is in lijn met VN-Veiligheidsraadresolutie 1325 en opvolgende resoluties4, en het Vierde Nationaal Actieplan Vrouwen, Vrede en Veiligheid (NAP1325-IV).

Agenderen en voorkomen

Nederland brengt conflict-gerelateerd seksueel geweld structureel onder de aandacht. In de VN-Veiligheidsraad is Nederland bijvoorbeeld een constante stem tijdens de jaarlijkse Open Debatten over Women, Peace & Security (WPS) en Conflict-related Sexual Violence (CRSV). Hiermee zet Nederland multilateraal blijvend in op het vergroten van internationale normering en verantwoordelijkheid voor de aanpak van conflict-gerelateerd seksueel geweld. Ook ondersteunt Nederland het mandaat en het belangrijke werk van Pramila Patten, VN Speciaal Vertegenwoordiger voor het tegengaan van conflict-gerelateerd Seksueel Geweld.

Vredesmissies spelen een belangrijke rol bij het tegengaan van conflict-gerelateerd seksueel geweld en de bescherming van overlevenden. Meer deelname van vrouwen in vredesmissies versterkt de effectiviteit van missies, doordat zij betere toegang tot informatie en slachtoffers hebben. Nederland draagt hieraan bij via het Elsie Initiative Fund. Dit fonds zorgt voor het wegnemen van barrières voor vrouwelijke vredeshandhavers. Daarnaast organiseren de ministeries Buitenlandse Zaken en Defensie, samen met Spanje, jaarlijkse trainingen die militairen, diplomaten en maatschappelijke organisaties ondersteunen bij het integreren van genderperspectieven en preventie van conflict-gerelateerd seksueel geweld in missies en operaties.

Nederland heeft zich daarnaast binnen de EU sterk ingezet voor het aannemen van nieuwe sancties waar deze bijdragen aan Nederlandse en EU-doelstellingen, waaronder het stoppen van seksueel-en gender-gerelateerd geweld. Onlangs heeft de EU sancties aangenomen tegen Abdelrahim Hamdan Dagalo (RSF).5 De sancties zijn onder andere opgelegd vanwege zijn verantwoordelijkheid voor systematisch seksueel en gender-gerelateerd geweld.

Ondersteuning van overlevenden

Overlevenden van conflict-gerelateerd seksueel geweld krijgen te maken met stigma, uitsluiting en beperkte toegang tot ondersteuning en rechtspraak. Daarnaast kan seksueel geweld tot levensbedreigende situaties leiden (bijvoorbeeld ernstige verwonding en infecties (zoals HIV) en ongewenste zwangerschap). Het toepassen van een slachtoffergerichte aanpak6, inclusief toegang tot seksuele en reproductieve gezondheid en rechten (SRGR) en mentale en psychosociale ondersteuning (MHPSS) is daarom van belang. Zonder MHPSS kunnen overlevenden vaak moeilijk toegang tot recht krijgen, geen verklaring afleggen of herstelproces starten.
Nederland is een internationaal voortrekker in het integreren van MHPSS in humanitaire respons, werk met vluchtelingen, conflictpreventie en vredesopbouw. Nederland ondersteunt hiervoor onder meer de MHPSS Referentie Groep van de Inter Agency Standing Committee7, de Rode Kruis/Rode Halve Maan MHPSS Hub8 en het MHPSS Minimum Services Package9 en het mechanisme voor uitzending van MHPSS-experts. Zij steunen wereldwijd internationale en lokale organisaties om MHPSS in hun aanpak mee te nemen. Samen met het Internationale Strafhof (ISH) pleit Nederland voor structurele integratie van MHPSS in inspanningen die zijn gericht op waarheidsvinding en accountability.10 Daardoor kunnen overlevenden en getuigen veilig en verantwoord hun verhaal doen en worden getuigenissen van betere kwaliteit.

Tegengaan van straffeloosheid
Nederland hecht groot belang aan het tegengaan van straffeloosheid voor internationale​ misdrijven, inclusief conflict-gerelateerd seksueel geweld als oorlogsmisdrijf. Gedegen en onafhankelijk onderzoek is nodig om feiten te verzamelen over vermeende internationale misdrijven. Nederland ondersteunt het Internationaal Strafhof (ISH) en investeerde de afgelopen jaren in de versterking van de onderzoekscapaciteit van het ISH, inclusief gespecialiseerde capaciteit gericht op seksueel en gender-gerelateerd geweld. In 2023 en 2024 heeft Nederland 5,5 miljoen euro bijgedragen aan het ISH Trustfund dat ziet op onderzoek naar conflict-gerelateerd seksueel geweld.

Daarnaast investeert Nederland in laagdrempelige juridische dienstverlening waardoor mensen ondersteuning kunnen krijgen en hun recht kunnen zoeken. Hierbij is specifiek aandacht voor slachtoffers van gender-gerelateerd geweld, inclusief conflict-gerelateerd seksueel geweld. Zo ondersteunt Nederland via de International Development Law Organisation de Oegandese strafrechtketen bij de aanpak van geweld tegen vrouwen, onder meer door training van politie, justitie en zorgprofessionals, verbeterde bewijsvoering en ruimere toegang tot juridische en psychosociale hulp. Deze inzet heeft bijgedragen aan een stijging van het veroordelingspercentage van 20 procent in 2018 naar 70 procent in 2024.

Ook de Nederlandse inzet op transitional justice11 richt zich op ondersteuning van slachtoffers van conflict gerelateerd seksueel geweld om hen erkenning, bescherming en herstel te bieden en daarmee bij te dragen aan verzoening en duurzame vrede. Zo ondersteunt Nederland netwerken van ‘overlevenden’ in onder meer Zuid-Soedan, Oeganda, Mali, Ethiopië en Oekraïne die economische, mentale en psychosociale steun verlenen, en zorgdragen voor participatie van slachtoffers aan nationale verzoeningsprocessen.

Aanvullende toekomstige inzet
In 2026 zal Nederland samen met de VN een regionale conferentie in Afrika organiseren met als doel de samenwerking tussen aanklagers en andere actoren in de regio die betrokken zijn bij de berechting van conflict-gerelateerd seksueel geweld verder te versterken. Dit is een opvolging van de eerste internationale Prosecutors Conference on Accountability for Conflict-related Sexual Violence die Nederland samen met het VN Speciaal Vertegenwoordiger Pramila Patten en de VN Team of Experts on the Rule of Law and Sexual Violence in Conflict in Den Haag (2024) organiseerde. Dit gaf een impuls aan internationale inspanningen om straffeloosheid tegen te gaan door voor het eerst aanklagers uit diverse landen, die zich specifiek met dit onderwerp bezighouden, bij elkaar te brengen om ervaringen voor de berechting van dit soort misdaden uit te wisselen.

Vrouwen- en vrouwenrechtenorganisaties spelen in conflictgebieden een onmisbare rol: zij zijn vaak de eerstelijns hulpverleners die overlevenden van seksueel en gender-gerelateerd geweld opvangen, beschermen en begeleiden. Daarom heeft Nederland via het Vrouwen, Vrede en Veiligheid-instrument van het subsidiebeleidskader FemFocus (2026–2030) voor de komende jaren 39,9 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de ondersteuning van vrouwen(rechten)organisaties die zich onder meer inzetten voor de bescherming van overlevenden van conflict-gerelateerd geweld in West-Afrika, Hoorn van Afrika en het Midden-Oosten en Noord Afrika (MENA).12 Ook andere instrumenten onder FemFocus, zoals die voor het tegengaan van geweld tegen vrouwen (115 miljoen euro voor de periode 2026-2030), kunnen ten goede komen aan activiteiten die bijdragen aan de bestrijding van geweld tegen vrouwen in conflictsituaties.

Independent International Fact-Finding Mission for the Sudan (FFM)

Het mandaat van de Independent International Fact Finding Mission for the Sudan (FFM) omvat onder meer het verzamelen, analyseren en documenteren van alle mensenrechtenschendingen en schendingen van het humanitair oorlogsrecht in Soedan, waaronder conflict-gerelateerd seksueel geweld. Het werk van de FFM moet een bijdrage leveren aan het tegengaan van straffeloosheid. Door de liquiditeitscrisis en de noodzakelijke VN-bezuinigingen is de financiering van de FMM momenteel ontoereikend. De FFM kan met een kleinere staf echter wel goed functioneren en produceert regelmatig belangrijke rapportages. Het is voor individuele VN-lidstaten niet mogelijk om onafhankelijke onderzoekscommissies, zoals de FFM, rechtstreeks financieel te ondersteunen. Nederland zet zich ervoor in dat binnen het reguliere VN-budget voldoende middelen worden gereserveerd voor dergelijke onderzoekscommissies. Nederland steunt de FFM indirect via de organisatie Justice Rapid Response met expertise op het thema gender. Ook steunt Nederland het landenkantoor van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten (OHCHR) in Soedan met 2 miljoen euro. Het landenkantoor documenteert, monitort en rapporteert over de mensenrechtensituatie in Soedan en werkt samen met de FFM. Voor de Nederlandse inzet rondom de FFM, inclusief de verlenging en uitbreiding van het mandaat, wordt verwezen naar de Kamerbrief ‘Ontwikkelingen El Fasher Soedan’ van 24 november 2025.13

Humanitaire Hulp
Tijdens het notaoverleg abortus is een mensenrecht van 8 september 2025 hebben de leden Dobbe c.s. het ministerie van Buitenlandse Zaken middels een motie verzocht om in samenspraak met de Dutch Relief Alliance (DRA), zorg voor slachtoffers van seksueel geweld standaard onderdeel te maken van de door Nederland verstrekte Minimal Initial Service Package (MISP) in noodsituaties (Kamerstuk 36 247 nr.11). Het MISP voor seksuele en reproductieve gezondheid (SRG) is reeds een vast onderdeel van de humanitaire inzet van Nederland. Via ongeoormerkte, meerjarige steun aan VN-organisaties, de Rode Kruisbeweging en de DRA wordt in crises flexibel voorzien in SRG-zorg, psychosociale ondersteuning en medische zorg na seksueel en gender-gerelateerd geweld. De DRA past het MISP actief toe, onder meer in Soedan waar SRG-diensten en medische zorg na verkrachting worden geleverd.

Staatssecretaris Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp,





Aukje de Vries

  1. VN rapport Women Peace and Security (2025), S/2025/556↩︎

  2. Conflict-gerelateerd seksueel geweld omvat verkrachting, seksuele slavernij, gedwongen prostitutie, gedwongen zwangerschap, gedwongen abortus, gedwongen sterilisatie, gedwongen huwelijk en elke andere vorm van seksueel geweld van vergelijkbare ernst jegens vrouwen, mannen, meisjes en jongens die direct of indirect verband houdt met een conflict. De term omvat tevens mensenhandel gericht op seksueel geweld en/of seksuele uitbuiting wanneer deze plaatsvindt in conflictsituaties.↩︎

  3. VN rapport Women Peace and Security (2025), S/2025/556 en VN rapport Conflict-related sexual violence (2025), S/2025/389.↩︎

  4. VN-Veiligheidsraad Resoluties1820 (2008), 1888 (2009), 1889 (2009), 1960 (2010), 2106 (2013), 2122 (2013), 2242 (2015), 2467 (2019), 2493 (2019) en 2538 (2020).↩︎

  5. Kamerstuk 29237, nr. 234↩︎

  6. Een slachtoffergerichte aanpak houdt in dat slachtoffers en overlevenden worden benaderd op een manier die hun rechten, behoeften, wensen en waardigheid centraal stelt. Deze aanpak beschermt hen tegen vergelding, hertraumatisering en discriminatie, biedt duidelijke informatie en passende ondersteuning, en bevordert zo hun veiligheid en welzijn.↩︎

  7. https://interagencystandingcommittee.org/iasc-reference-group-on-mental-health-and-psychosocial-support-in-emergency-settings↩︎

  8. https://mhpsshub.org↩︎

  9. http://mhpssmsp.org↩︎

  10. Zoals uitgewerkt in deze studie: An Michels et al. (2024). Integration of mental health and psychosocial support approaches in accountability mechanisms for atrocity crimes (https://kpsrl.org/publication/integration-of-mental-health-and-psychosocial-support-approaches-in-accountability-mechanisms-for-atrocity-crimes)↩︎

  11. Nederland investeert in toegang tot recht voor burgers en specifiek voor slachtoffers van conflict en onderdrukking. Via effectieve, context-specifieke processen voor waarheidsvinding, verantwoording, reparaties en verzoening draagt transitional justice bij aan duurzame vrede, veiligheid en legitieme stabiliteit in fragiele (post-)conflictlanden. Het versterkt nationale verzoening, voorkomt hernieuwd conflict en herstelt vertrouwen in (formele en informele) rechtsmechanismen.↩︎

  12. Kamerstuk 36180, nr. 168.↩︎

  13. Kamerstuk 29237, nr. 234↩︎