[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Voortgang Kustpact

Regelgeving Ruimtelijke Ordening en Milieu

Brief regering

Nummer: 2025D52097, datum: 2025-12-15, bijgewerkt: 2025-12-17 14:06, versie: 2 (versie 1)

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 29383 -443 Regelgeving Ruimtelijke Ordening en Milieu.

Onderdeel van zaak 2025Z22035:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


29 383 Regelgeving Ruimtelijke Ordening en Milieu

Nr. 443 Brief van de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 december 2025

Met deze brief informeer ik u over de verlenging van het Kustpact tot eind 2030 en over de resultaten van de Monitor Kustpact 2025. Met het Kustpact streven partijen naar een balans tussen de ontwikkeling van de kust en het beschermen van haar kernkwaliteiten en collectieve waarden. Op 21 februari 2017 ondertekenden 59 bij de kust betrokken overheden, maatschappelijke organisaties en vertegen-woordigers namens ondernemers de eerste versie van het Kustpact.

Op 25 juni 2024 is de zesde voortgangsbrief over het Kustpact naar uw Kamer verstuurd (Kamerstuk 29 383, nr. 416). Daarin werd onder meer ingegaan op de toekomst van de samenwerking, aangezien het huidige Kustpact op 31 december 2025 afloopt. Dit jaar heb ik samen met de Kustpact partijen overleg gevoerd over de voortzetting na 2025. Met deze zevende voortgangsbrief Kustpact informeer ik u over de gemaakte afspraken.

Kustpact 2017-2025

Het Kustpact kwam in 2017 tot stand naar aanleiding van maatschappelijke en politieke zorgen over toenemende recreatieve bebouwing aan de kust. De vrees bestond dat zonder gezamenlijke afspraken de kust zou worden volgebouwd met vakantieparken, recreatiewoningen, strandhuisjes en hotels. Hoewel ontwikkeling van de kust kansen biedt voor de economie in de kustplaatsen, vormt juist het natuurlijke karakter van het unieke kustlandschap een van haar grootste aantrekkingskrachten. Partijen spraken daarom af een balans te bewaren tussen de ontwikkeling van recreatieve bebouwing in de kustzone enerzijds en bescherming en behoud van de natuur en het landschap anderzijds. 31 december 2025 werd als einddatum in het Kustpact opgenomen.

De Kustpactpartijen hebben de afgelopen jaren minimaal twee keer per jaar ambtelijk overleg gevoerd. Daarnaast vond jaarlijks bestuurlijk contact plaats, via overleg of een schriftelijke ronde. De samenwerking binnen het Kustpact heeft concrete resultaten opgeleverd, waarover in de afgelopen jaren aan uw Kamer is gerapporteerd. Samenvattend zijn de belangrijkste resultaten:

  • Actualisatie van provinciaal kustbeleid: De provincies hebben hun kustbeleid geactualiseerd en zoneringen ingesteld die bepalen waar wel en waar geen nieuwe recreatieve bebouwing mag plaatsvinden. Deze zoneringen zijn vastgelegd in provinciale verordeningen en geven daarmee de regels voor de inhoud van gemeentelijke omgevingsplannen. Dit heeft geleid tot een zorgvuldige ruimtelijke ordening.

  • Monitor en evaluatie Kustpact: In 2021, 2023 en 2025 is de Monitor Kustpact uitgevoerd om de ontwikkeling van recreatieve bebouwing en kustbeleving in beeld te brengen. De conclusie was dat er werking uitgaat van de gemaakte afspraken. Daarnaast bevestigde een tussentijdse evaluatie in 2022 de brede waardering van alle partijen voor de Kustpact samenwerking.

  • Voorkomen van diverse ruimtelijke conflicten: Door het structurele overleg en het opgebouwde vertrouwen zijn diverse ruimtelijke conflicten tussen overheden, ondernemers en natuurorganisaties voorkomen in plaats van achteraf opgelost.

  • Combinatie van ontwikkeling en bescherming: Het Kustpact heeft geleid tot gunstige ruimtelijke condities voor de vrijetijdseconomie én bescherming van natuur en landschap.

  • Brede agenderende functie: Het Kustpact bood een platform om actuele thema’s te bespreken, zoals de overwintering van strandpaviljoens tijdens de coronaperiode, het project Het Groene Strand, de Werkgroep Toekomst Strandpaviljoens en de verbinding met andere beleidsdossiers, zoals het Deltaprogramma en de Nota Ruimte.

Kustpact 2026-2030

Hoewel de onrust uit 2017 is afgenomen, blijven de opgaven voor de kust groot. Het toerisme groeit en de recreatiebehoefte neemt toe. Uit prognoses van het Nederlands Bureau voor Toerisme en Congressen (NBTC) blijkt dat Nederland in 2023 ca. 49 miljoen verblijfsbezoekers1 ontving. Naar verwachting zal dit aantal richting 2035 doorgroeien naar circa 61 miljoen. 2 Ook de kustgebieden zullen volgens onderzoek een groeiend aantal bezoekers ontvangen. De uitdaging is om deze ontwikkelingen in goede banen te leiden.

Op 4 maart 2025 heb ik tijdens het Bestuurlijk Overleg Kustpact met de Kustpact partijen gesproken over de mogelijke voortzetting van het Kustpact. De Kustpactpartijen zijn van mening dat het behouden van een balans tussen ontwikkeling en bescherming nog steeds van groot belang is. Tegelijkertijd spelen er nieuwe uitdagingen ten opzichte van tien jaar geleden. In het licht van de huidige actualiteiten en de toekomstige ontwikkelingen aan de kust is het nodig om nieuwe afspraken te maken. De Kustpactpartijen hebben daarom besloten de samenwerking voort te zetten op basis van nieuwe afspraken tot in ieder geval 31 december 2030.

De nieuwe afspraken zijn vastgelegd in het Kustpact 2026–2030 (zie bijlage). Deze afspraken betreffen beperkte wijzigingen ten opzichte van het oorspronkelijke Kustpact, maar zijn waar nodig geactualiseerd op basis van behaalde resultaten, recente ontwikkelingen en toekomstige opgaven. De belangrijkste wijzigingen zijn:

  • Verbreding van de scope: Naast recreatieve bebouwing omvat het nieuwe Kustpact nu ook de ontwikkelingen ten aanzien van toerisme, recreatieve druk en de strandeconomie in relatie tot de bescherming van kernkwaliteiten en de kwaliteit van de leefomgeving.

  • Monitor Kustpact: De Monitor Kustpact wordt niet meer iedere twee jaar, maar slechts eenmalig uitgevoerd in 2029, in aanloop naar een eventuele verlenging van de samenwerking na 2030.

  • Bestuurlijke borging: Jaarlijks wordt bekeken of er behoefte is aan een bestuurlijk overleg. Zo niet, dan ontvangen bestuurders een schriftelijke voortgangsrapportage. Uw Kamer wordt niet meer ieder jaar geïnformeerd, maar alleen als de actualiteit of urgentie daar aanleiding toe geeft.

De formele ondertekening van het Kustpact 2026–2030 vond plaats via een bestuurlijke schriftelijke ronde. 55 partijen hebben het Kustpact ondertekend — een overzicht van deze partijen vindt u in het bijgevoegde Kustpact.

Naast de formele schriftelijke ondertekening werd de samenwerking ook symbolisch bekrachtigd tijdens de Nederlandse Kustdagen in Noordwijk op 1 oktober 2025. Tijdens dit feestelijke moment hebben de bestuurders van de Kustpact partijen hun handtekening in het zand gezet. Het Kustpact 2026-2030 wordt binnenkort online gepubliceerd op ruimtelijkeordening.nl en in de Staatscourant.

Monitor Kustpact 2025

De Monitor Kustpact biedt inzicht in de balans tussen de ontwikkeling van de recreatieve bebouwing en bescherming van de kustzone. De Monitor bestaat uit drie onderdelen:

  • Onderzoek van het Kadaster naar de omvang van de recreatieve bebouwing in de kustzone;

  • Onderzoek van de ANWB naar de beleving van de kust;

  • Duiding door het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) van deze onderzoeken tegen de achtergrond van de afspraken uit het Kustpact.

Via het Kustpact 2017-2025 hebben de Kustpact partijen afgesproken de Monitor iedere twee jaar te herhalen. In de afgelopen periode zijn zodoende drie edities van de Monitor verschenen (2021, 2023, 2025).

Over de edities uit 2021 en 2023 is eerder aan uw Kamer gerapporteerd. In deze edities is gekeken naar de data tot 2022. De duiding van het PBL uit 2023 liet destijds zien dat er toename van recreatieve bebouwing plaatsvond, maar dat die uitbreiding gebeurde binnen de daarvoor aangewezen zoneringen, zoals vastgelegd naar aanleiding van het Kustpact, en niet in zones waar dat niet is toegestaan.

In 2025 zijn de onderzoeken van het Kadaster en de ANWB herhaald. Deze treft u aan in de bijlagen bij deze voortgangsbrief. Uit het ANWB-rapport blijkt dat de kust nog altijd zeer hoog wordt gewaardeerd (gemiddelde waardering: een 8), maar dat de drukte op bepaalde locaties toeneemt. Uit het Kadaster rapport blijkt dat de recreatieve bebouwing in de kustzone tussen 2022 en 2024 is gegroeid.

Het PBL heeft op basis van deze cijfers een kwantitatieve duiding opgesteld. De groei van recreatiewoningen bestaat volgens de analyse deels uit vervangende nieuwbouw en deels uit volledige nieuwbouw. Een deel van de toevoegingen ligt binnen de bebouwde kom, een ander deel daarbuiten. Van de uitbreidingen buiten de bebouwde kom vallen slechts drie ontwikkelingen binnen de restrictieve zoneringen van de provincies: twee in Noord-Holland en één in Zuid-Holland. Deze locaties zijn geverifieerd bij de betreffende provincies en gemeenten: de ontwikkelingen betreffen een verplaatsing en bebouwing op een woonperceel waar een vergunning voor is verleend. De ontwikkelingen zijn dus passend binnen het beleid. In Zeeland heeft uitbreiding uitsluitend plaatsgevonden binnen de daarvoor toegestane zoneringen. Op basis van deze kwantitatieve analyse kan dus worden gesteld dat er werking uit gaat van het Kustpact.

Echter, bovenstaande analyse is kwantitatief van aard en gebaseerd op cijfers en statistiek. Desondanks zijn er ontwikkelingen rond de bescherming van het kustlandschap waar verschillende Kustpactpartijen zich zorgen over maken. De gesignaleerde toename van de recreatieve bebouwing in de kustzone als geheel kan op gespannen voet staan met behoud van de kwaliteit van het (open) kustlandschap, waar in het Kustpact afspraken over zijn gemaakt. Voor de Kustpact partners is dit reden om door te gaan met de monitoring. De kwantitatieve analyse wordt éénmalig in 2029 herhaald, in aanloop naar het einde van het Kustpact in 2030. Daarnaast wordt vanaf 2026 aanvullend ingezet op een kwalitatieve duiding op basis van casuïstiek en een aantal voorbeeldlocaties. Partijen blijven met elkaar in gesprek over deze ontwikkelingen en werken de aanpak hiervoor in 2026 gezamenlijk verder uit.

Toekomstige samenwerking Kustpactpartners

De Kustpactpartijen mogen trots zijn op de resultaten die de Kustpact samenwerking tussen 2017-2025 heeft opgeleverd. Ontwikkeling en bescherming kunnen samengaan als er vertrouwen, afstemming en gedeeld eigenaarschap is. Met het Kustpact 2026-2030 zetten we dit krachtige netwerk voort. Het pact blijft fungeren als platform voor vroegtijdige informatie-uitwisseling en overleg tussen betrokken partijen. Zo blijven overheden, ondernemers en natuurorganisaties gezamenlijk zorgen voor een balans tussen ontwikkelen en beschermen van de Kustzone. Indien nodig zal uw Kamer over de voortgang worden geïnformeerd.

De minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening,

M.C.G. Keijzer


  1. Verblijfsbezoek betekent minimaal 1 overnachting, door nationale en internationale bezoekers.↩︎

  2. NBTC Forecast 2035, https://www.nbtc.nl/nl/site/download/download-nbtc-celth-forecast-2035-landelijke-prognose-nl?disposition=inline↩︎