Modernisering DRIVE
Doen waar Nederland goed in is - Strategie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Brief regering
Nummer: 2025D52860, datum: 2025-12-17, bijgewerkt: 2025-12-17 16:06, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A. de Vries, staatssecretaris van Buitenlandse Zaken (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 36180 -184 Doen waar Nederland goed in is - Strategie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.
Onderdeel van zaak 2025Z22341:
- Indiener: A. de Vries, staatssecretaris van Buitenlandse Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- 2025-12-18 13:15: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Geachte voorzitter,
Tijdens het commissiedebat van 2 april 2025 over de beleidsbrief Ontwikkelingshulp heeft de voormalige minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp toegezegd de Kamer schriftelijk te informeren over hoe ontwikkelingshulp meer gebonden wordt aan het Nederlandse verdienvermogen en met name het Nederlandse bedrijfsleven. Tevens is er een tweetal moties ingediend door lid Ram (PVV) op 27 mei 2025 (motie 1601 en 1612). Met deze brief informeer ik uw Kamer over de toezegging en de opvolging van beide moties.
Voorafgaand aan dit commissiedebat is in de beleidsbrief3 ontwikkelingshulp van 20 februari 2025 het voornemen van het kabinet opgenomen om Nederlandse bedrijven beter te positioneren voor internationale opdrachten door te onderzoeken hoe innovatieve opties kunnen worden toegevoegd aan het DRIVE instrumentarium voor infrastructuur. Bij de modernisering van DRIVE is onder andere gekeken naar de introductie van elementen van binding en het aanbieden van meer maatwerkoplossingen voor financiering, bijvoorbeeld via concessionele leningen. In dit proces zijn Invest International, VNO-NCW, bedrijven en banken geconsulteerd.
Binding
Het DRIVE-programma helpt publieke infrastructuur in lage- en middeninkomenslanden te realiseren en wordt, namens mij, uitgevoerd door Invest International. Het kabinet wil dat er meer Nederlandse bedrijven meedoen aan projecten die worden betaald uit het DRIVE-programma.
Daarom is gekeken op welke wijze, binnen de kaders van de OESO en (EU-) wet- en regelgeving, meer Nederlandse bedrijven deel kunnen nemen aan infrastructuurprojecten ondersteund via het DRIVE-instrumentarium.
Dit kan worden gerealiseerd door een bindingsoptie aan het DRIVE-instrumentarium toe te voegen, waarbij minimaal 35 procent van de projectwaarde dient te bestaan uit Nederlandse onderdelen, diensten, kennis of bedrijven. Aangezien Nederlandse bedrijven en met name ook het MKB vaak een deel van een project voor hun rekening nemen is het van belang dit minimale percentage niet te hoog vast te stellen.
Deze bindingsoptie met een gebonden aanbesteding is een aanvullende mogelijkheid binnen DRIVE. Hierdoor is meer maatwerk mogelijk in die midden-inkomenslanden waar dit volgens lokale wet- en regelgeving is toegestaan en waarmee is ingestemd door het ontvangende land. Opgemerkt wordt dat volgens regelgeving van de OESO-DAC een gebonden aanbesteding bij ODA-programma’s in lage-inkomens landen niet is toegestaan.
In lijn met motie van het lid Ram (36 180 nr. 160), maakt het kabinet het zo mogelijk om meer Nederlandse bedrijven bij de uitvoering van DRIVE projecten te betrekken. De benodigde aanpassing van de DRIVE-regeling wordt op korte termijn gepubliceerd, en nieuwe DRIVE-projecten kunnen vanaf heden al langs deze lijn worden voorbereid.
Invest International blijft ernaar streven dat bij minimaal 70 procent van de projecten die Invest International uitvoert onder DRIVE, sprake is van betrokkenheid van Nederlandse bedrijven.
Nieuwe concessionele leningen binnen DRIVE
In lijn met de tweede motie van het lid Ram (36 180 nr. 161) wordt op dit moment ook verkend of DRIVE kan worden uitgebreid met een zogeheten concessioneel luik. Hierbij zouden naast schenkingen ook leningen op gunstige voorwaarden vanuit DRIVE aangeboden kunnen worden als maatwerkoplossingen voor financiering.
Bij het ontwikkelen van nieuwe concessionele leningsoptie(s) moet tevens rekening gehouden worden met het risicokader van het Ministerie van Financiën voor risicoregelingen en uitvoerbaarheid en conformiteit met wet- en regelgeving, waaronder OESO-regelgeving, het aanbestedingsrecht en het staatssteunrecht. Ik zal uw Kamer medio 2026 hier verder over informeren.
Versimpeling en versnelling
In het proces van modernisering van DRIVE wordt ook gekeken naar hoe procedures versimpeld en versneld kunnen worden en hoe bedrijven nog meer ondersteund kunnen worden bij het ontwikkelen van infrastructuurprojecten. Dit kan onder andere door de zogeheten bouwteam- of 2-fasen aanpak mogelijk te maken waardoor de ontwikkeling en bouw van een infrastructuur project met elkaar wordt gecombineerd. Hiermee krijgen betrokken Nederlandse partijen meer zekerheid dat zij, mits aan de voorwaarden is voldaan, ook daadwerkelijk het project mogen uitvoeren.
Afsluitend
Met het toevoegen van binding aan het DRIVE instrumentarium is een concrete stap gezet om de rol van het Nederlandse bedrijfsleven en het Nederlandse verdienvermogen binnen ontwikkelingshulp te versterken. De komende periode blijft het kabinet zich verder inzetten om financieringsopties voor bedrijven die actief (willen) zijn in ontwikkelingslanden verder te ontwikkelen en ook door procedures te versimpelen en te versnellen.
| Staatssecretaris Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp Aukje de Vries |
|---|