Memorie van toelichting
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2024
Memorie van toelichting
Nummer: 2023D35211, datum: 2023-09-19, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36410-XIV-2).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Mede ondertekenaar: Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof
Onderdeel van kamerstukdossier 36410 XIV-2 Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2024.
Onderdeel van zaak 2023Z14465:
- Indiener: P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Medeindiener: Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2023-09-20 14:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-09-27 11:30: Procedurevergadering LNV (Procedurevergadering), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2023-12-18 14:00: Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2024 (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2024-01-31 10:15: Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (36410-XIV) 1e TK (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2024-02-01 11:00: Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (36410-XIV) antwoord 1e termijn + rest (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2024-02-07 11:15: Procedurevergadering commissie LNV (Procedurevergadering), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2024-02-15 14:01: Aanvang middagvergadering: STEMMINGEN (over alle resterende begrotingen en over de Incidentele suppletoire begroting inzake Oekraïne Faciliteit (36499) en over moties ingediend bij het Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken Handel) (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023–2024 |
36 410XIV | Vaststelling van de begrotingsstaten van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2024 |
Nr. 2 |
|
Geraamde uitgaven en ontvangsten
Figuur 1 Geraamde uitgaven verdeeld over beleidsartikelen en niet-beleidsartikelen (bedragen x € 1 mln.). Totaal € 2.862,7 mln.
Figuur 2 Geraamde ontvangsten verdeeld over beleidsartikelen en niet-beleidsartikelen (bedragen x € 1 mln.). Totaal € 77,9 mln.
A. Artikelsgewijze toelichting bij het begrotingswetsvoorstel
Wetsartikel 1
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld.
Het wetsvoorstel strekt ertoe om de onderhavige begrotingsstaten voor het aangegeven jaar vast te stellen.
Alle voor dit jaar vastgestelde begrotingswetten tezamen vormen de Rijksbegroting voor dat jaar. Een toelichting bij de Rijksbegroting als geheel is opgenomen in de Miljoenennota.
Met de vaststelling van dit wetsartikel worden de uitgaven, verplichtingen en de ontvangsten vastgesteld. De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zogenoemde begrotingstoelichting).
Wetsartikel 2
Met de vaststelling van dit wetsartikel worden de baten en de lasten, het saldo van de baten en de lasten en de kapitaaluitgaven en -ontvangsten van de in de staat opgenomen baten-lastenagentschappen voor het onderhavige jaar vastgesteld en worden de verplichtingen, ontvangsten en uitgaven van verplichtingen-kasagentschappen voor het onderhavige jaar vastgesteld. De in die begrotingen opgenomen begrotingsartikelen worden toegelicht in onderdeel B (Begrotingstoelichting) van deze memorie van toelichting en wel in de paragraaf inzake de agentschappen.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
P. Adema
De Minister voor Natuur en Stikstof
Ch. van der Wal - Zeggelink
B. Artikelsgewijze toelichting bij de begrotingsartikelen
1 Leeswijzer
Met de 1e suppletoire begroting 2023 wijzigen de budgettaire standen. Deze Voorjaarsnota-standen vormen de basis voor de budgettaire tabellen in deze begroting. Over de 1e suppletoire begroting van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft echter nog geen stemming in de Eerste Kamer plaatsgevonden.
Begrotingsstructuur
Beleidsagenda
De beleidsagenda begint met het onderdeel beleidsprioriteiten, waarin de hoofdlijnen van het (budgettair) beleid uiteen worden gezet. Daarnaast zullen de belangrijkste begrotingsmutaties voor zowel de uitgaven als ontvangsten worden weergegeven en toegelicht. Daarna volgen de openbaarheidsparagraaf, een toelichting op de Strategische Evaluatie Agenda en een overzicht van de risicoregelingen.
Beleidsartikelen
Aansluitend op de beleidsagenda volgt de toelichting op de beleidsartikelen. Per beleidsartikel is een algemene doelstelling en een beschrijving van de rol en verantwoordelijkheid van de bewindspersoon opgenomen. De beleidsartikelen bevatten een tabel waarin de meerjarige budgetten voor de financiële instrumenten zijn opgenomen. De financiële instrumenten zijn voorzien van een korte toelichting. Beleidswijzigingen ten opzichte van het voorgaande jaar worden in ieder beleidsartikel separaat toegelicht.
In de beleidsartikelen 21 en 22 van deze begroting worden begrotingsreserves apart toegelicht (conform artikel 2.21, lid 2 Comptabiliteitswet 2016). Het gaat om de reserves Landbouw, Visserij, borgstellingsfaciliteit voor de landbouw, Apurement en Risicovoorziening jonge boeren. Conform de motie Van Veldhoven en Koolmees (Kamerstuk 34 475-XIII, nr. 12) zijn de eventuele aanvullende afspraken over de begrotingsreserves opgenomen. In opvolging van de motie Geurts (Kamerstuk 34 000-XIII, nr. 64) worden de geraamde wijzigingen gedurende het begrotingsjaar in de 1e en 2e suppletoire begroting inzichtelijk gemaakt.
Niet-beleidsartikelen
In de LNV-begroting zijn twee niet-beleidsartikelen opgenomen: artikel 50 «Apparaat» en artikel 51 «Nog onverdeeld». In artikel 50 wordt ingegaan op de personele en materiële kosten van zowel het kerndepartement als de totale apparaatskosten van de NVWA en de begrotingsgefinancierde ZBO’s en RWT’s. Artikel 51 gaat in op de loonbijstelling, prijsbijstelling en middelen die nog worden verdeeld over de betreffende onderdelen op de LNV-begroting.
Begroting agentschappen
In de Begroting agentschappen is een overzichtstabel van het agentschap de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) opgenomen. Daarnaast wordt in de agentschapsparagraaf verder ingegaan op de begroting van de NVWA, waarbij ook een kasstroomoverzicht en een overzicht van doelmatigheidsindicatoren zijn opgenomen.
Begroting Diergezondheidsfonds (DGF)
De begroting van het DGF bevat een separate leeswijzer waarin de begroting nader wordt toegelicht.
Bijlagen
De bijlagen van de LNV-begroting zijn:
- Zelfstandige Bestuursorganen en Rechtspersonen met een Wettelijke Taak;
- Specifieke uitkeringen per departement;
- Verdiepingshoofdstuk;
- Moties en toezeggingen;
- Subsidieoverzicht;
- Strategische Evaluatie Agenda (SEA);
- Rijksuitgaven Caribisch Nederland;
- NGF-bijlage;
- Overzicht kengetallen en indicatoren;
- Europese geldstromen.
Motie Schouw
In juni 2011 is de motie Schouw ingediend en aangenomen. Deze motie zorgt ervoor dat de landenspecifieke aanbevelingen van de Raad van de Europese Unie («de Raad») op grond van de nationale hervormingsprogramma's een eigenstandige plaats krijgen in de departementale begrotingen. Als onderdeel van het Europees Semester komt de Raad jaarlijks met landspecifieke aanbevelingen voor alle EU-lidstaten. Op 16 juni jl. zijn de landspecifieke aanbevelingen 2023 goedgekeurd, één daarvan (2023.2) heeft betrekking op het Herstel- en Veerkrachtplan (HVP): «Doorgaan met de gestage uitvoering van zijn herstel- en veerkrachtplan en snel het REPowerEU-hoofdstuk afronden, zodat gauw een begin kan worden gemaakt met de uitvoering ervan. Voortgaan met de snelle uitvoering van de programma’s van het cohesiebeleid, in nauwe complementariteit en synergie met het herstel- en veerkrachtplan.» In de beleidsagenda wordt nader ingegaan op de uitwerking van deze aanbeveling ().
Groeiparagraaf
Ten opzichte van de begroting van vorig jaar zijn in de Strategische Evaluatie Agenda ((SEA), ) op basis van nieuwe inzichten en geactualiseerde beleidstheorieën, op vrijwel alle thema’s nieuwe evaluatieonderzoeken geprogrammeerd. Het thema Visserij is in deze SEA voor het eerst als een afzonderlijk thema opgenomen, waar deze in het verleden werd meegenomen in de beleidsdoorlichting van het Agro beleid. Tot slot is in de beleidsagenda een overzicht van onttrekkingen uit het Transitiefonds opgenomen.
Belangrijkste mutaties
Het uitgangspunt is om in de verdiepingsbijlage de beleidsmatige en technische mutaties toe te lichten die groter zijn dan of gelijk zijn aan de ondergrens zoals deze in de Rijksbegrotingsvoorschriften 2023 is opgenomen, de zogenaamde staffel, te weten:
< 50 | 1 | 2 |
=> 50 en < 200 | 2 | 4 |
=> 200 < 1000 | 5 | 10 |
=> 1000 | 10 | 20 |
2 Beleidsagenda
2.1 Beleidsprioriteiten
1. Inleiding
De uitdagingen waar Nederland voor staat zijn urgent en complex. Bij het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) werken we aan duurzame landbouw en voedsel, waardevolle natuur, de kwaliteit van onze leefomgeving en aan brede welvaart in het landelijk gebied. De opgaven in het landelijk gebied pakt LNV structureel en integraal aan. Voor het beschermen en herstellen van de natuur betekent dit onder andere dat het ministerie met prioriteit inzet op het verbeteren van de biodiversiteit, het verminderen van stikstof- en broeikasgasuitstoot en het verbeteren van de water- en bodemkwaliteit. Hierbij komen we internationale en Europese afspraken en richtlijnen na en wegen we landelijke en regionale belangen en doelen continu af.
De transitie van het landelijk gebied en het herstel van de natuur gaan hand in hand met een transitie van de landbouw. Deze ingrijpende verandering is nodig zodat in Nederland ook in de toekomst een robuuste, duurzame en innovatieve landbouw kan bestaan, met een verdienmodel voor boeren, vissers en andere voedselproducenten in balans met de leefomgeving en dus met de hiervoor genoemde condities op het gebied van stikstof- en broeikasgasuitstoot en water- en bodemkwaliteit. Het is in het belang van de gehele samenleving, maar ook in het bijzonder van de boeren, om samen met betrokkenen verder te blijven werken aan deze noodzakelijke transitie.
Het succes van nationaal landbouw-, visserij, natuur en voedselbeleid is in hoge mate mede afhankelijk van de internationale en in het bijzonder de EU context. Internationaal zullen de activiteiten vanuit LNV zich richten op drie thema's: biodiversiteit/water; klimaat/voedselzekerheid; en innovatie/duurzaam verdienvermogen, inclusief gelijk speelveld. Eind 2023 wordt een brief over de internationale strategie naar de Tweede Kamer gestuurd die leidend zal zijn voor de inzet vanaf 2024.
Het LNV Attaché Netwerk (LAN) blijft actief in en met andere landen werken aan een houdbaar en toekomstbestendig mondiaal voedselsysteem en een veerkrachtige natuur. Zo draagt het LAN ook bij aan de uitvoering van de internationale klimaatstrategie. Binnen de EU draagt het LAN, zowel in Brussel als in de andere lidstaten, bij aan het bevorderen van de Nederlandse prioriteiten en standpunten in Europese beleidsprocessen.
Met de verkiezingen voor het Europees Parlement in 2024, en de daaropvolgende benoeming van een nieuwe Europese Commissie en vaststelling van haar mandaat voor de periode 2024-2029, is het van belang om de Nederlandse prioriteiten goed onder de aandacht te brengen in Brussel. Begin 2024 wordt een brief over de EU Strategie aan de Kamer gestuurd, deze zal leidend zijn voor de inzet vanaf 2024. (cf. Motie Van Campen).1Gezien de verwevenheid binnen beleidsvelden tussen de nationale en EU en/of internationale context, zal hierop bij specifieke onderwerpen worden teruggekomen.
Bij de Rijksoverheid is er groeiende aandacht voor brede welvaart. Naar aanleiding van de motie Hammelburg kondigde het kabinet in 2022 aan te gaan kijken naar de mogelijkheden om brede welvaart te koppelen aan departementale begrotingen. Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft sindsdien voor elk departement een factsheet met brede welvaartsindicatoren ontwikkeld. Daarbij zijn de voor LNV relevante brede welvaartsuitkomsten in beeld gebracht. Zo gaat het bijvoorbeeld over de relatie tussen de landbouwproductie en de conditie van bodem, lucht, water, klimaat en natuur, maar ook over de gevolgen van onze productie en consumptie buiten onze grenzen.
2. Toekomst landbouw
We werken aan verduurzaming van de landbouw, waarbij enerzijds de natuur, onze wateren en bodems gezond blijven en anderzijds boeren, tuinders en vissers perspectief houden, en zij ook op de lange termijn een goede boterham blijven verdienen. Dat is niet alleen voor deze ondernemers belangrijk, maar ook voor de kwaliteit van de voedselvoorziening, het landelijk gebied en de regionale economie.
Op 21 juni 2023 is de Tweede Kamer geïnformeerd dat de onderhandelingen voor het landbouwakkoord zijn beëindigd (Kamerstuk 30 252, nr. 99). Ook heeft de Tweede Kamer de laatste versie van het concept landbouwakkoord ontvangen, zoals dat op verzoek van de hoofdtafel is afgerond door de onafhankelijk voorzitter. De noodzaak en onze ambitie om met een stabiele lange termijn aanpak samen met de boeren en tuinders, de partijen in de keten, overheden en natuurorganisaties te werken aan een duurzame toekomst staat onverkort overeind. In het bijzonder om de jonge boeren perspectief te geven zodat ze met vertrouwen de transitie in kunnen gaan.
Om de benodigde transitie van de landbouw te stimuleren heeft het kabinet besloten om € 175 mln. uit het Transitiefonds vrij te maken, zoals eerder aangekondigd na het beëindigen van de gesprekken over het landbouwakkoord. Het gaat hier om steun voor bedrijfsopvolging door jonge boeren; ontwikkeling en ondersteuning van een marktprogramma voor de biologische sector gelet op de hier benodigde impuls; de versnelling van de start van het aanvalsplan landschapselementen en de investering in een implementatieprogramma doelsturing. Met het beschikbaar maken van deze middelen wordt geborgd dat de transitie niet stil valt. In de beleidsartikelen worden deze maatregelen nader toegelicht.
We hebben daarbij het volgende toekomstbeeld voor ogen. Boeren die kwalitatief hoogwaardig en duurzaam produceren, met kringlooplandbouw als leidend motief voor innovatie, ontwikkeling en investeringen. Vakkundige boeren, die technisch en ecologisch vakmanschap hebben, daarbij geholpen door impulsen vanuit het onderwijs. Boeren die in balans produceren met de draagkracht van de omgeving. Een overheid die stuurt op doelen en ruimte geeft aan de ondernemers om te bepalen hoe aan deze doelen wordt voldaan. Er is ruimte voor verschillende ontwikkelpaden variërend van doorontwikkeling (primaire productie centraal, schaal en techniek als sleutels) tot omschakeling (biologisch, maximaal duurzaam, korte keten en/of multifunctioneel). We stimuleren nieuwe markten voor duurzame producten zoals de groei van biobased in grondstoffen voor bouw. De landbouw krijgt een belangrijke rol in het leveren van ecosysteemdiensten zoals ontwikkelen van biodiversiteit die afhankelijk is van boerenland zoals akker- en weidevogels en wordt daar ook voor beloond. Met ketenpartijen die eerlijke prijzen betalen en de overstap maken naar duurzame producten niet alleen in Nederland maar ook op de West-Europese markt en waarbij het beroep op ondernemerschap onverminderd groot is.
Ook in de toekomst heeft de Nederlandse landbouw op deze manier een belangrijke positie. Als kennisbron van duurzame, kennisintensieve productiemethoden gezien de groeiende behoefte aan duurzaam voedsel in de wereld. Door klimaatverandering nemen de oogstrisico's in de wereld toe. Nederland kan ook een belangrijke rol blijven spelen met de productie van uitgangsmateriaal dat is aangepast aan de gewijzigde omstandigheden.
Zoals reeds aangekondigd doen we in 2024 ervaring op met de stoffenbalans 1.0. Als eerste stap om in de praktijk ervaring op te doen om de stoffenbalans verder te ontwikkelen om op termijn doelsturing mogelijk te maken.
In 2024 wordt verder uitvoering gegeven aan bestaande ambities om voedselverspilling te halveren, consumenten en bedrijven openheid en inzicht te geven in de duurzaamheid van het voedselaanbod en de voedselconsumptie duurzamer te maken. Het gaat daarnaast ook om beleid gericht op ketenpartijen en organisaties helpen om te zorgen dat er meer duurzaam voedsel op de markt komt, dat er vaker duurzaam voedsel wordt gekocht en gegeten, en er minder voedsel wordt verspild. Met een database van het RIVM wordt het ook mogelijk gemaakt om de gemiddelde milieu-impact van voedingsmiddelen te vergelijken.
Om in de toekomst gewassen te kunnen telen die gezond zijn, beter bestand tegen ziekten en plagen en beter aangepast zijn aan droogte, hogere temperaturen en verzilting, streven we in Europees verband naar het toelaten van veilige technieken. Hiermee bedoelen we technieken die binnen de soortgrens blijven. Het voorstel dat de Europese Commissie dit jaar heeft gepubliceerd over nieuwe genomische technieken vormt een goede basis voor zorgvuldige Europese afspraken.
We werken samen met de sector verder aan het verminderen van de afhankelijkheid van gewasbeschermingsmiddelen en reduceren van het gebruik van deze middelen en in het bijzonder van de meest schadelijke middelen. In 2023 zijn al tussendoelen geformuleerd voor het terugdringen van het gebruik van hoogrisicomiddelen en stimuleren van laagrisicomiddelen. In het verlengde hiervan wordt in 2024 een digitale gewasbeschermingsmonitor ontwikkeld voor het registreren van de toepassing van geïntegreerde gewasbescherming, wordt het beleidsvoornemen (Kamerstuk 27858 nr. 609) voor onafhankelijk gewasbeschermingsadvies uitgewerkt en wordt een subsidieregeling opengesteld om het gebruik van innovatieve maatregelen en -technieken op het gebied van geïntegreerde gewasbescherming financieel te ondersteunen.
In Europees verband zet LNV zich in voor een optimaal toelatingsbeleid voor gewasbeschermingsmiddelen, met nadruk op het vereenvoudigen van de toelating van laagrisicomiddelen en herziening van beoordelingskaders op basis van nieuwe wetenschappelijke inzichten. Tevens wordt, als onderdeel van de beoogde herziening van Richtlijn 2009/128 (EG) tot een verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen, conform de Kabinetsinzet (Kamerstuk 27 858 nr. 609) ingezet op het vaststellen van reductiedoelen voor chemische gewasbeschermingsmiddelen en een grotere beschikbaarheid en gebruik van minder risicovolle alternatieven.
Door de Nationale Eiwitstrategie neemt de afhankelijkheid van de import van eiwitgewassen (met name soja) van buiten Europa af en neemt de zelfvoorzieningsgraad van Nederland voor eiwitten toe. Reststromen uit onder andere de landbouw, de levensmiddelenindustrie en de biobrandstoffenindustrie bevatten waardevolle nutriënten die ook als veevoer kunnen worden verwerkt. In 2024 worden afspraken gemaakt met de betrokken ketenpartijen, inclusief bijbehorende afspraken over de transparantie van deze stromen.
We gaan in 2024 door met het uitvoeren van het nationaal actieplan biologische landbouw en consumptie. Doel van dit plan is om te zorgen dat in 2030 15 procent van het landbouwareaal wordt gebruikt voor de productie van biologisch voedsel. Consumenten moeten daaraan bijdragen en de markt wordt ervoor klaargestoomd.
In 2024 is het Regieorgaan Stalinnovaties operationeel. Dit regieorgaan vloeit voort uit de brief ‘Toekomst bevorderen innovatie van emissiearme stalsystemen’ die aan de Tweede Kamer is gestuurd. Hiermee wordt de publiek-private samenwerking om duurzame emissiereductie in de veehouderij te versnellen uitgewerkt. De inzet is om te komen tot doorbraakinnovaties die technisch, juridisch, economisch en maatschappelijk goed uitwerken. Daarnaast wordt conform de brief aan de Tweede Kamer van juni 2023 (Kamerstuk 30 252, nr. 96) gewerkt aan een openstelling van de investeringsmodule van de Subsidieregeling brongerichte verduurzaming stal- en managementmaatregelen specifiek voor piekbelasters.
Met het marktprogramma ‘Verduurzaming dierlijke producten’ wordt het aandeel van dierlijke producten vergroot die duurzamer zijn dan er wettelijk wordt vereist. Het programma ondersteunt de marktinitiatieven van ketens met kennis, onderzoek en voorlichting.
De Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv) en de Lbv-plus zijn opengesteld tot en met respectievelijk 1 december 2023 en 5 april 2024. Deze subsidieregelingen bieden veehouders de mogelijkheid om hun bedrijfslocaties te beëindigen, en dragen bij aan de blijvende reductie van stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden. De Lbv-plus maakt deel uit van de aanpak piekbelasting en ondernemers die kwalificeren als piekbelaster kunnen aanspraak maken op de regeling. Aanvragers ontvangen uiterlijk in 2024 een beschikking waaruit blijkt of zij deel kunnen nemen aan de regelingen. Daarmee staat 2024 in het teken van de uitvoering.
Via het mestbeleid wordt een verantwoord gebruik van meststoffen bevorderd, opdat de kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater verbetert en Nederland kan voldoen aan de verplichtingen uit de Nitraatrichtlijn en de doelen van de Kaderrichtlijn Water. Hiertoe worden de maatregelen uit het 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn en het bijbehorende addendum en uit de derogatiebeschikking 2022-2025 uitgevoerd. Uitgangspunten van het nieuwe mestbeleid zijn verder een grondgebonden melkveehouderij en transparante afvoer en hoogwaardige mestverwerking van mest van niet-grondgebonden bedrijven en een gebiedsgerichte aanpak in gebieden waar doelen voor waterkwaliteit niet gehaald worden. Om het gebruik van kunstmest te verminderen blijven we in de Europese Unie werken aan toelating van het gebruik van producten uit dierlijke mest.
Het Nationaal Programma Landbouwbodems loopt door in 2024. Dat voorziet onder andere in kennisoverdracht op het boerenerf over nieuw ontwikkelde en bewezen maatregelen voor duurzaam bodembeheer en koolstofvastlegging. Dat geldt ook voor het Actieprogramma klimaatadaptatie landbouw, dat voorziet in kennisontwikkeling en -verspreiding over klimaatadaptieve maatregelen, in een gebiedsgerichte aanpak om regionaal en bodemgericht maatwerk te kunnen leveren, en in risicomanagement en financiële ondersteuning.
De glastuinbouw wil in 2040 een klimaatneutrale en economisch rendabele sector zijn. In het Convenant Energietransitie Glastuinbouw 2022-2030 (Kamerstuk 32627, nr. 43) is afgesproken hoe de deelnemende partijen zich daarvoor inzetten. Als gevolg van de voorjaarsbesluiten rond het Klimaatpakket worden in 2024 Klimaatfondsmiddelen ingezet voor energiebesparende maatregelen (via de EG-regeling) en investeringen in warmte-infrastructuur. In 2024 wordt het individuele sectorsysteem ter beprijzing van CO2-gebruik uitgewerkt zodat introductie per 1 januari 2025 mogelijk is.
Een vernieuwd Gemeenschappelijk Landbouwbeleid is van kracht en loopt door tot 2027. Hoe boeren in deze periode ondersteund worden, ligt vast in het Nationaal Strategisch Plan dat ook aan de omslag naar een duurzame landbouw bijdraagt en de voedselvoorziening borgt. Via dit plan worden boeren beloond voor inspanningen voor bodem, water, klimaat en biodiversiteit. In 2024 wordt het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb) voortgezet en de ecoregeling uitgebreid. Ook wordt het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid meer gebiedsgericht ingezet, bijvoorbeeld bij de Provinciale Programma’s Landelijk Gebied. Het Nationaal Strategisch Plan kan op basis van de EU-regels jaarlijks gewijzigd worden. Waar nodig vinden in 2024 aanpassingen plaats. Het GLB heeft daarnaast een nieuwe systematiek die veel administratieve inspanningen heeft gevraagd van boeren en van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Daarom wordt in 2024 gestreefd naar efficiëntere aanvraagprocedures, zodat boeren makkelijker en zonder problemen subsidies uit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid kunnen aanvragen.
Via de agrarische ondernemerschapsagenda zijn maatregelen genomen om de positie van de boer in de keten te versterken en ongelijke machtsverhoudingen tegen te gaan. Ketenpartijen hebben een belangrijke rol bij de overgang naar een duurzaam voedselsysteem en het versterken van het verdienmodel van boeren. Waar nodig worden afspraken juridisch geborgd.
3. Inzetten op een sterke natuur en gezonde leefomgeving
We benaderen maatschappelijke vraagstukken rond biodiversiteit, klimaat, water, bodem, landbouw, gezondheid, woningbouw en mobiliteit in samenhang. Het beter beschermen en herstellen van de natuur is hier een onderdeel van. Daarbij gaat het enerzijds om het beschermen, verbeteren en herstellen van natuurgebieden en anderzijds om het verder stimuleren van natuur buiten die gebieden. Dat vraagt niet alleen om inzet van natuurbeheerders, maar juist ook van actoren als boeren, burgers en bouwbedrijven. Boeren kunnen een belangrijke rol spelen in het beschermen van kwetsbare natuur, bijvoorbeeld door de inzet van laag-risico gewasbeschermingsmiddelen. Zij benutten natuur door optimaal gebruik van ecosysteemdiensten als bestuiving en waterberging te maken. Bovendien kunnen ze een belangrijke bijdrage leveren aan het verder verrijken van natuur door foerageer- en nestelgelegenheden te bieden aan bijvoorbeeld de grutto. Dit wordt ook wel natuurinclusief denken en handelen genoemd.
We werken in 2024 aan klimaatadaptatie van natuur. Dat gaat zowel over klimaatadaptatie ván als klimaatadaptatie mét natuur. Dat gebeurt bijvoorbeeld door de inzet van nature based solutions. Dat zijn oplossingen die de natuur beschermen, herstellen en duurzaam gebruiken zodat de natuur en de ecosysteemdiensten die zij levert een oplossing kunnen bieden voor maatschappelijke opgaven. De Agenda Natuurinclusief 2.0 voorziet in een publiek-privaat samenwerkingsverband voor 2024, met concrete acties per domein, maar ook acties die domeinen onderling kunnen versterken, zoals de bouw en de landbouw. Een ander belangrijk onderdeel van deze agenda is het vergroenen van financiële stromen. Ook zal meer ingezet worden op het meten en monitoren van natuurinclusiviteit.
We werken in 2024 verder aan de Basiskwaliteit Natuur: het (minimale) niveau van omgevingscondities dat nodig is, zodat algemene soorten zoals de egel, de korenbloem en de huismus, algemeen kunnen blijven of worden; en daarmee ook de basis op orde is waarvan ook soorten die vallen on de Vogel- en Habitatrichtlijnen (VHR) kunnen profiteren. De basiskwaliteit gaat over het minimum aan kwaliteiten die landschappen moeten hebben om de bijpassende biodiversiteit te behouden. De beleidsontwikkeling vindt plaats langs twee sporen: een kennisspoor om een ecologische methodiek per landschapstype te verkrijgen en een experimenteel spoor op gebiedsniveau om te leren wat daarvoor een effectieve systematiek is (Kamerstuk 33 576, nr. 271). Deze aanpak geeft LNV samen met provincies en maatschappelijke partijen vorm.
Ook werken we in 2024 verder aan het handhaven en verbeteren van de implementatie van Natura 2000-gebieden, die een onderdeel vormen van een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden. Verantwoordelijke instanties worden ondersteund met geactualiseerde richtlijnen en instructies om deze beschermde gebieden adequaat te beheren. Ook updaten we de landelijke doelen voor de regionale verdeling in het Natuurpact. Hierin zijn afspraken gemaakt over het vergroten en versterken van het Natuurnetwerk en de benodigde middelen hiervoor. In 2024 wordt de EU-rapportage over de staat van instandhouding van Natura 2000-gebieden voorbereid, die in 2025 moet worden ingediend.
Het kabinet kreeg het advies van bemiddelaar Johan Remkes om een alternatief te zoeken voor de kritische depositiewaarde (KDW) als omgevingswaarde in de Wet Stikstofreductie en Natuurherstel. Deze verkenning naar alternatieven voor de kritische depositiewaarde richt zich op oplossingen die de natuur centraal stellen. De verkenning is gestart in februari 2023. Om samen met sectorpartijen een zorgvuldige traject te doorlopen was een jaar uitgetrokken. Eind 2023 zal het ministerie samen met de betrokken partijen een haalbaarheidsstudie afronden, op basis waarvan een kabinetsbesluit kan worden genomen.
De effectiviteit van de maatregelen voor habitattypen en soorten uit de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn wordt inzichtelijker. Dat maakt het mogelijk om de natuur meer kansen te geven om te herstellen. Daartoe worden in 2024 bij de natuurmonitoring op twee manieren gegevens over het natuurherstel verzameld, namelijk via het Verbeterprogramma Vogel en Habitat Richtlijn-Natuurmonitoring en via de Nationale Database Flora en Fauna.
We zetten ons met de bossenstrategie in voor behoud en aanplant van bomen en bossen. Deze strategie dient als bijdrage aan het Klimaatakkoord (Kamerstuk 32 813 nr. 342) en staat als doel in het Nationaal Programma Landelijk Gebied. Samen met onder andere provincies en Staatsbosbeheer zal in de periode tot 2030 37.400 hectare nieuw bos worden gerealiseerd en bestaand bos toekomstbestendig worden gemaakt (Kamerstuk 33 576 nr. 186). De strategie wordt vanaf 2021 uitgevoerd. Over de voortgang wordt gerapporteerd in de Voortgangsrapportage Natuur.
Daarnaast zetten we ons in voor het wereldwijd behoud en herstel van bossen (Kamerstuk 30 196, nr. 708). In 2021 hebben meer dan 140 landen, waaronder Nederland, een verklaring ondertekend om de internationale inzet te verhogen om ontbossing en landdegradatie voor 2030 te stoppen. De versterkte inzet van Nederland richt zich met name op beleidsbeïnvloeding binnen de EU en in multilaterale fora om tot duurzame en ontbossingsvrije handelsketens te komen en innovatieve financiering voor duurzaam landgebruik op te schalen. In 2025 treedt de Europese verordening ontbossingsvrije producten in werking.
In 2024 werken we met andere overheden samen aan een verbeterde aanpak van invasieve exoten. Dit zijn planten, dieren of andere organismen die van nature niet in Nederland voorkomen, de overhand kunnen nemen en daarmee ecosystemen kunnen schaden. Het gaat om een aanpak op basis van de evaluatie implementatie exotenverordening. Hierbij ligt de nadruk op voorkomen dat invasieve exoten in Nederlandse natuur terechtkomen en op samenwerking rond deze soorten met en tussen provincies (Kamerstuk 33 576, nr. 325).
We blijven ons onverminderd inspannen om internationale afspraken na te komen. Het Verdrag van de Verenigde Naties inzake Biologische Diversiteit, ofwel het VN Biodiversiteitsverdrag, en het VN Klimaatverdrag (United Nations Framework Convention on Climate Change) uit 1992 zijn hierin leidend.
In december 2022 is tijdens de biodiversiteitsconferentie in Montréal onder het VN biodiversiteitsverdrag het Kunming-Montreal Global Biodiversity Framework (internationaal biodiversiteitsraamwerk) overeengekomen, met doelen en targets voor 2030 om biodiversiteit te herstellen en beschermen. Naar aanleiding van dit raamwerk, volgt in het eerste kwartaal van 2024 een National Biodiversity Strategy & Action Plan. Hierin staat wat Nederland doet om de doelen van het op de conferentie afgesproken Global Biodiversity Framework voor 2030 te halen (Kamerstuk 26 407, nr. 146). Daarnaast blijven we ons inspannen voor ambitieuze internationale afspraken op de tweejaarlijkse bijeenkomst van het Biodiversiteitsverdrag, waarvan de volgende in oktober 2024 zal plaatsvinden. In 2024 zetten we ook in op de uitbreiding van wereldwijde toegang tot kennis over biodiversiteit, onder meer via het Intergovernmental Platform on Biodiversity and Ecosystem Services.
Ook de Caribische delen van het Koninkrijk hebben zich met het ondertekenen van het Biodiversiteitsverdrag van de Verenigde Naties verbonden aan het opstellen van een National Biodiversity Strategy & Action Plan. Dit doen zij in samenhang met het plan van Nederland en zij kunnen daarvoor gebruikmaken van Nederlandse ondersteuning en expertise. In 2024 vindt ook de evaluatie plaats van de eerste fase van het Natuur- en Milieubeleidsplan, ter voorbereiding van de tweede fase (2025-2030). In 2024 is er voor het Natuur- en Milieubeleidsplan bijzondere aandacht voor bestrijding van erosie en sedimentatie, afval- en afvalwaterbeheer, herstel en behoud van habitats en soorten, versterking van de handhaving en wet- en regelgeving, landbouwontwikkeling en diergezondheid.
In 2024 zijn de verkiezingen voor een nieuw Europees Parlement, waarna ook een nieuwe Europese Commissie aantreedt. Er wordt een voortzetting verwacht van de Europese Biodiversiteitsstrategie uit 2020. We ondersteunen de ambities hiervan, maar blijven de ontwikkelingen nauwlettend volgen, met name waar er gevolgen kunnen zijn voor het ruimtelijk beleid. Als de natuurherstelverordening in eind 2023 of begin 2024 wordt aangenomen, implementeren we deze in 2024, onder andere door een natuurherstelplan te maken. Dat plan moet twee jaar na inwerkingtreding van de verordening gereed zijn.
Daarnaast start in 2024 een beleidsprogramma Nationale Parken dat we in 2023 hebben gemaakt met de provincies, de parken en de partners (Kamerstuk 33 576, nr. 351), naar aanleiding van de evaluatie van de parken in 2022 (Kamerstuk 33 576, nr. 320). De inzet draait onder meer op educatie en versterking van de positie van parken.
Om natuur in steden te versterken werken we met andere ministeries en overheden samen. Dat gebeurt via het programma Groen in en om de stad. We onderzoeken of er landelijk eisen kunnen worden gesteld aan de aanleg van natuur in stedelijke gebieden en hoe gemeenten en provincies kunnen worden ondersteund met richtlijnen, financiering en andere instrumenten. In 2024 werken we verder aan de soortenmanagementplannen (gebiedsgericht ecologisch onderzoek en biodiversiteitsplan), die in 2023 met een subsidieregeling voor gemeenten en provincies zijn gestart.
De twee kanten van het natuurbeleid (beschermde natuur blijven beschermen en herstellen enerzijds en daarbuiten natuurinclusief handelen anderzijds) worden ook voor de grote wateren en de Noordzee gevolgd.
Voor de Europese Kaderrichtlijn mariene strategie wordt in 2024 een geactualiseerde beschrijving van de huidige milieutoestand, de beoogde milieutoestand, milieudoelen en indicatoren opgesteld (Mariene Strategie deel 1) en aan de Europese Commissie gerapporteerd. LNV is daarbij verantwoordelijk voor enkele onderwerpen (biodiversiteit, niet-commercieel vissen, voedselwebben, integriteit van zeebodem). Er komen in dit verband aanvullende soortenbeschermingsplannen om maatregelen uit te voeren waarmee soorten worden beschermd en de natuur zich herstelt.
4. Duurzame visserij
De visserijsector heeft een lange traditie en is diep verankerd in de Nederlandse identiteit en cultuur. De sector staat echter voor grote uitdagingen als gevolg van de Brexit, sluiting van windparken en natuurgebieden en hoge brandstofprijzen. Een transitie is nodig voor een ecologische, economische en sociaal duurzame visserij.
In 2023 heeft een sanering van de visserijsector plaats gevonden, met name waar het de boomkorvisserij betreft. Daarmee is de beschikbare vangstcapaciteit beter in overeenstemming gebracht met de nieuwe gereduceerde vangstmogelijkheden als gevolg van de handelsovereenkomst met het Verenigd Koninkrijk na de Brexit. Samen met de resterende kleinere vloot zal deze transitie naar een duurzamer vloot worden voortgezet. Ondernemers worden ondersteund om hiertoe de noodzakelijke stappen te zetten. Daarnaast wordt in 2023 een visie op voedsel uit zee en grote wateren opgesteld om ondernemers perspectief te bieden en deze voedselwinning ook op lange termijn te borgen. Deze visie zal o.a. de basis vormen voor het waar nodig aanpassen van het nationale beleid, Europese samenwerking rond de borging van voedsel en innovaties, meer aandacht voor het behoud van ruimte voor voedselwinning en tenslotte de inzet van de middelen.
Geld uit het European Maritime Fisheries and Aquaculture Fund en financiële middelen die in het kader van wind op zee uit het Klimaatfonds ter beschikking zijn gesteld voor aanpassing van de visserij worden ingezet om innovaties, investeringen en onderzoek te ondersteunen, de visserijmethoden aan te passen, medegebruik van windparken te stimuleren en de benodigde kennis en innovaties te ontwikkelen of op te schalen. Gedurende de looptijd van het EMFAF worden innovaties in de aquacultuursector ook gestimuleerd. Begin 2024 wordt de eerste aquacultuur innovatieregeling open gesteld. Daarnaast zullen middelen uit het Klimaatfonds beschikbaar komen voor aanpassingen van de keten en gemeenschappen volgend op aanpassingen van de primaire sector.
Eind 2023 zal een toekomstperspectief met afspraken over een duurzame en toekomstbestendige garnalenvisserij gereed zijn, die in 2024 en verder geïmplementeerd zullen worden.
Voor IJsselmeervissers wordt in 2024 het Actieplan ‘Toekomstig visserijbeheer IJsselmeergebied’ (Kamerstuk 29 664, nr. 71) uitgevoerd. Aan de Europese Commissie is goedkeuring gevraagd voor een saneringsregeling, een van de bouwstenen ter uitvoering van het Actieplan. Het betreft een gedeeltelijke uitkoop van staande netten voor de visserij op schubvis.
Het beleid voor visserijvrije zones dat in 2020 gepresenteerd is, krijgt in 2024 verder vorm door de visserijvrije zones bij de grote Rijkswerken en in de overige wateren wettelijk vast te leggen.
5. Samenwerken aan de Klimaatopgave
In 2030 moet de netto broeikasgasuitstoot ten minste 55 procent lager zijn dan de uitstoot in 1990. Dit volgt uit Europese regels en is inmiddels ook wettelijk vastgelegd in de Nationale Klimaatwet. Voor realisatie van dit doel is een inhaalslag nodig. Daartoe heeft het kabinet in het voorjaar van 2023 een pakket met extra maatregelen per sector gepresenteerd (Kamerstuk 32 813, nr. 1230). Ook in EU-verband wordt gewerkt aan minder netto-uitstoot van broeikasgassen met het Fit for 55-pakket. De onderhandelingen over dat pakket zijn grotendeels afgerond. Deze Europese voorstellen, die in 2024 in werking treden, hebben ook impact op de landbouw en het landgebruik. Dit betreft onder meer de verordening inzake de verdeling van inspanningen (ESR) waarin nationale reductiedoelen zijn vastgelegd voor de ESR-sectoren, waaronder de landbouw. Aan de verplichtingen zal de komende jaren invulling gegeven moeten worden.
Begin 2024 worden naar verwachting ook de onderhandelingen over de verordening voor de certificering van koolstofverwijdering afgerond. Die verordening moet ervoor zorgen dat er minder koolstofdioxide in de atmosfeer terechtkomt door menselijk handelen of industriële bedrijvigheid. Samen met onder andere het ministerie van Economische Zaken en Klimaat benoemen we in 2024 een nationale autoriteit als toezichthouder op certificeringsinstellingen.
Daarnaast moet Nederland eind 2023 het concept Integraal Nationaal Energie- en Klimaatplan hebben ingediend bij de Europese Commissie, dat vervolgens in de loop van 2024 definitief wordt. Het tweede nationale klimaatplan – dat is afgeleid van het Integraal Nationaal Energie- en Klimaatplan – wordt dan ook gepubliceerd, en zal ook klimaatdoelen in 2050 voor de landbouw en het landgebruik bevatten.
Klimaatverandering is grensoverschrijdend en vergt een mondiale aanpak. Om een impuls te geven aan de uitvoering van de Overeenkomst van Parijs heeft Nederland een internationale klimaatstrategie opgesteld (Kamerstuk 2023Z11857). De Kamer wordt jaarlijks in het voorjaar geïnformeerd over de voortgang van de integrale uitvoering van de Internationale Klimaatstrategie in een Kamerbrief.
6. Transitie Landelijk Gebied
Een gezonde leefomgeving gedijt bij duurzaam land- en watergebruik en robuuste natuur. Door water- en bodemkwaliteit te verbeteren en de natuur te herstellen door onder andere het verminderen van stikstofuitstoot ontstaat er meer ruimte voor vergunningverlening voor bijvoorbeeld woningbouw, vervoer, bedrijvigheid, landbouw (en PAS-melders) en de noodzakelijke overgang naar een duurzame energievoorziening. Tegelijkertijd is deze aanpak een effectieve manier om te voldoen aan de (inter)nationale afspraken die Nederland heeft gemaakt en Europese doelen voor de klimaatopgave.
Op aanbeveling van de Commissie Remkes zijn we medio 2023 begonnen met de zogeheten aanpak piekbelasting. In 2024 gaan we door met de uitvoering en het bereiken van resultaten. We verwachten daarmee de stikstofneerslag in kwetsbare natuurgebieden snel terug te dringen voor de natuur, PAS-melders en het verder op gang helpen van economische en maatschappelijke ontwikkelingen. Agrarische bedrijven die veel stikstof uitstoten en zijn gevestigd in de buurt van beschermde Natura 2000-gebieden kunnen zich daarbij aanmelden. Hiermee krijgen circa 3000 agrarische bedrijven de mogelijkheid om tegen financieel aantrekkelijke voorwaarden de uitstoot fors te verlagen. Voor agrarisch ondernemers staan zaakbegeleiders ter beschikking. Op basis van verschillende (uit te werken) regelingen kunnen agrarische ondernemers de keuze maken om hun bedrijf te beëindigen dan wel anders vorm te geven door (combinaties van) innoveren, extensiveren, omschakelen of verplaatsen. Deelname is vrijwillig. De aanpak richt zich naast agrarische ondernemers ook op industriële piekbelasters.
De aanpak piekbelasting is gericht op de reductie van stikstof op de kortere termijn. Tegelijkertijd worden naast het NPLG de maatregelen uit de structurele aanpak stikstof voortgezet. Bij de implementatie van het bronmaatregelenpakket van de structurele aanpak stikstof bleek dat er sprake is van vertraging en van tegenvallende resultaten. We werken daarom aan bijsturing en intensivering van de maatregelen voor de beoogde stikstofreductie .
We delen de urgentie om de bedrijven en ondernemers die in het verleden gebruik hebben gemaakt van het voormalige programma aanpak stikstof, de zogeheten PAS-melders, zo snel mogelijk te legaliseren en stellen alles in het werk om meldingen te legaliseren. Uitgangspunt is de beleidslijn uit de Hoofdlijnenbrief (Kamerstukken 33 576, nr. 265, 2022) en uitwerking daarvan in de Kamerbrief Voortgang integrale aanpak landelijk gebied en opvolging uitspraak Raad van State in de Porthoszaak (Kamerstuk 34 682 nr. 108, 2022).
Zoals aangegeven wordt in 2024 het Nationaal Programma Landelijk Gebied vastgesteld als programma onder de Omgevingswet. Het kabinet en betrokken partijen zorgen voor samenhang tussen NPLG en de Provinciale Programma’s Landelijk Gebied (PPLG’s) en in de uitvoering daarvan. Voor het NPLG wordt een cyclus vastgesteld om het NPLG te kunnen actualiseren en nader uit te werken.
Zogeheten ontwerp-natuurdoelanalyses, opgesteld met de beschikbare wetenschappelijke kennis, worden getoetst door de Ecologische Autoriteit. Zo wordt inzichtelijk hoe het gaat met de natuur in een stikstofgevoelig Natura 2000-gebied en of extra maatregelen nodig zijn. Deze analyses worden opgenomen in de gebiedsprogramma’s. De onafhankelijke Ecologische Autoriteit, die voor acht jaar is ingesteld om de natuurdoelanalyses en gebiedsprogramma’s te toetsen, vervolgt in 2024 de toetsing van de natuurdoelanalyses en gebiedsprogramma’s. De autoriteit toetst hierbij ook natuurdoelanalyses die in 2023 niet behandeld konden worden, alsook verbeterde versies uit 2023.
In 2024 begint verder de tweede fase van het programma Natuur (2023-2030) dat het Rijk, de provincies en terreinbeherende organisaties gezamenlijk uitvoeren om kwetsbare natuurgebieden in Nederland te herstellen en verbeteren. Provincies leveren daarvoor begin 2024 uitvoeringsprogramma’s aan. Deze worden getoetst aan de provinciale kaders voor gebiedsprogramma’s die in het Nationaal Programma Landelijk Gebied zijn opgenomen. Het Nationaal Programma Landelijk Gebied voorziet tevens in een programma Verbinden Landbouw en Natuur dat gaat over afspraken met en rondom boeren, zodat zij een grotere rol kunnen spelen in het natuurbeheer.
Voor de grote veranderingen in het landelijk gebied spelen informatievoorziening en data een belangrijke rol. Een meerjarig programma ‘Informatievoorziening Transitie Landelijk Gebied’ is gestart en wordt de komende jaren verder ontwikkeld en verbeterd. De doelstelling van dit programma is om gefaseerd te komen tot een informatievoorziening (IV) die informatie en data beschikbaar stelt voor het maken en uitvoeren van NPLG-gerelateerde beleidskeuzes. Informatie wordt daartoe centraal, van kwalitatief niveau, actueel en op uniforme wijze toegankelijk gemaakt.
In maart 2023 heeft het Adviescollege ICTtoetsing uitgevoerd en adviezen gegeven over het AERIUS-instrumentarium. In lijn met deze adviezen wordt het AERIUS-instrumentarium in 2024 verder ontwikkeld om het proces van toestemmingsverlening en de uitvoering van het beleid te ondersteunen. Er wordt gewerkt aan een datawetsvoorstel dat de grondslag voor de gebruikte data kan verstevigen.
Monitoring van het Programma stikstofreductie en natuurverbetering en de Wet Stikstofreductie en natuurverbetering vindt plaats via tweejaarlijkse rapporten. Het consortium van het Planbureau voor de Leefomgeving, het RIVM en de WUR brengen in 2024 de monitor stikstofdepositie in Natura 2000-gebieden uit, met daarin de voortgang en de afstand tot de doelen van 2025 en 2030.
Een kritische succesfactor van het Nationaal Programma Landelijk Gebied is grondmobiliteit. Een team Grondbeleid van LNV is aan de slag om kennis te verzamelen, nieuwe en bestaande instrumenten in kaart te brengen en daarmee in 2024 een overkoepelend grondbeleid mogelijk te maken. Een van de instrumenten is de Nationale Grondbank, die vanaf 2023 operationeel is en in 2024 naar verwachting een aantal grondaankopen zal doen. De Nationale Grondbank koopt op vrijwillige basis gronden aan en stelt deze weer beschikbaar voor provinciale gebiedsprocessen. De Nationale Grondbank is een aanvulling op het provinciaal instrumentarium voor grondmobiliteit en kan helpen om de water-, bodem-, klimaat- en biodiversiteitsdoelen uit Nationaal Programma Landelijk Gebied sneller te halen en om bij te dragen aan duurzame landbouw.
De Regieorganisatie Transitie Landelijk Gebied is aangewezen om in 2024 namens het Rijk aan de grote ruimtelijke ontwikkelingen te werken in drie zogeheten NOVEX-gebieden. Daartoe moeten eind 2023 in het Groene Hart, de Peel en Foodvalley Arnhem-Nijmegen ontwikkelperspectieven gereed zijn.
Om goedgekeurde maatregelen uit te voeren kunnen provincies en Rijk aanspraak maken op geld uit het Transitiefonds.De Instellingswet voor het Transitiefonds is aangenomen in de Tweede Kamer en ligt ter besluitvorming bij de Eerste Kamer. Financiële middelen die nodig zijn in 2024 worden opgenomen in de LNV-begroting van 2024. De uitgaven worden getoetst aan de eisen zoals opgenomen in de Instellingswet.
Vrijwel alle provincies hebben een eerste versie van gebiedsprogramma’s en maatregelpakketten ingediend. Beide doorlopen een integrale beoordeling waarvan een ex ante evaluatie door de kennisinstellingen op doelbereik een onderdeel is. Provincies zullen naar aanleiding van de toetsing de gebiedsprogramma’s en maatregelpakketten nader concretiseren. Het is belangrijk dat de transitie van het landelijk gebied vaart houdt. De feitelijke staat van de natuur en het water en de opgave van het klimaat kunnen geen vertraging gebruiken. Hiervoor was in het debat van 5 april jl. brede steun in de Tweede Kamer, dit wordt ook ondersteund door mede overheden en maatschappelijke partners. Zo snel mogelijk na de integrale beoordeling en nadat de kennisinstellingen een positief advies hebben uitgebracht zal het kabinet een versnelde Incidentele Suppletoire Begroting indienen. Middels deze begrotingswijziging komen middelen op de LNV begroting beschikbaar om de eerste maatregelpakketten te kunnen financieren.
Originele reeks (25 mld. t/m 2035, waarvan 20 mld. t/m 2030) | 700 | 1.300 | 1.500 | 3.300 | 3.300 | 3.300 | 3.300 | 3.300 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 25.000 | |
Taakstelling VJN 2022 | 100 | 200 | 200 | 160 | 660 | ||||||||||
Totaalreeks na taakstelling (a) | 700 | 1.200 | 1.300 | 3.100 | 3.140 | 3.300 | 3.300 | 3.300 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 24.340 | |
Uitvoeringskosten 2022 | 0 | 94 | 33 | 33 | 33 | 33 | 33 | 33 | 33 | 33 | 33 | 25 | 22 | 12 | 448 |
Versnellingsmaatregelen Provincies | 0 | 504 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 504 |
Toekomstbrief landbouw | 0 | 103 | 123 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 226 |
Aankoop gronden NGB1 | 0 | 0 | 0 | 0 | 28 | 35 | 59 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 122 |
LBV+ | 0 | 0 | 200 | 600 | 200 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.000 |
Uitvoeringskosten 20231 | 0 | 0 | 166 | 64 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 231 |
Maatregelen Transitie Landbouw | 0 | 0 | 42 | 41 | 35 | 36 | 10 | 11 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 175 |
Totaal onttrokken (b) | 0 | 701 | 564 | 738 | 296 | 104 | 102 | 44 | 33 | 33 | 33 | 25 | 22 | 12 | 2.706 |
Resterend op AP (a-b) | 0 | 0 | 636 | 562 | 2.804 | 3.036 | 3.198 | 3.256 | 3.267 | 967 | 967 | 975 | 978 | 988 | 21.635 |
- Deze middelen staan nog niet op de LNV begroting maar zijn wel voor dit doel gereserveerd.
7. Dierenwelzijn en diergezondheid
In 2024 zal in Brussel onderhandeld worden over de voorstellen verwacht van de Europese Commissie voor een herziening van de EU-dierenwelzijnsregelgeving. We zetten ons in om de bestaande diersoortspecifieke regels te updaten en regels toe te voegen voor diersoorten- en categorieën waarvoor nog (soort)specifieke wetgeving ontbreekt (Kamerstuk 28286, nr. 1255 en Kamerstuk 21501-32, nr. 1497). Ook willen we dat langeafstandstransporten van slachtdieren en jonge ‘ongespeende’ dieren worden verboden (Kamerstukken 28286, nr. 1255, 28286 nr. 1290, 21501-32 nr. 1518 en beantwoording van 24 april 2023 van Kamervragen van het lid Vestering – Aanhangsel handelingen II, vergaderjaar 2022-2023, nr. 2405), dat pelsdierhouderij in de EU wordt verboden (Verslag LVR 26 en 27 juni 2023, nr. 2023Z13193), en dat er betere regels komen rond het welzijn van dieren die worden geslacht. De aanpak van stalbranden blijft een speerpunt en er wordt verder gewerkt aan het in slachthuizen en verzamelcentra verplicht stellen van cameratoezicht.
De fysieke en mentale gezondheid van gezelschapsdieren moet verbeteren. Daartoe richten we ons op de dierhouders. Het is immers hun verantwoordelijkheid om te voorkomen dat dieren lijden onder ernstige afwijkingen of ziekten, vanwege de behoefte aan dieren met een bepaald uiterlijk. Het ingezette beleid tegen het fokken van en de handel in dieren met schadelijke uiterlijke kenmerken wordt verder gebracht. Dat gebeurt met een houdverbod voor dieren met fysieke kenmerken die altijd voor lijden zorgen. Daarnaast werken we aan een vertoningsverbod van dieren met schadelijke uiterlijke kenmerken. In 2024 treedt de huis- en hobbydierenlijst in werking. Bij de totstandkoming wordt rekening gehouden met de behoeften van het dier en de veiligheid van mensen, waaronder zoönotische risico’s.
Ook proefdieren verdienen bescherming van hun welzijn. We zoeken mogelijkheden om proefdieren te vervangen en hun gebruik te verminderen en te verfijnen, en stimuleren onderzoek zonder proefdieren. In dat laatste voorziet het versnellingsprogramma Transitie Proefdiervrije Innovatie. In 2024 wordt een bijdrage uit het Nationaal Groeifonds gevraagd om een nationaal centrum voor proefdiervrije biomedische translatie mee op te richten.
Vanwege de risico’s voor de volksgezondheid en de grote impact op zowel in het wild levende dieren als gehouden pluimvee, wordt de aanpak van vogelgriep geïntensiveerd. Dat gebeurt inmiddels met het Intensiveringsplan preventie vogelgriep, dat ook in 2024 doorloopt. In 2023 is stapsgewijs begonnen met een aanpak voor vaccinatie van pluimvee (Kamerstuk 28 807, nr. 286). In 2024 komen de resultaten van de veldproef beschikbaar en er volgt een project om te kunnen experimenteren met een kleinschalig vaccinatieprogramma. Ook wordt er gewerkt aan een organisatievorm waardoor regionale en lokale partijen kadavers kunnen opruimen en kunnen zorgen dat mensen op de juiste manier omgaan met zieke wilde fauna.
In 2024 wordt het Nationaal actieplan versterken zoönosenbeleid verder uitgevoerd. Dit actieplan is gericht op de preventie en detectie van zoönosen en de respons daarop (Kamerstuk 25 295, nr. 1935). In 2023 is samen met de veterinaire beroepsgroep begonnen met een plan om de veterinaire beroepsuitoefening te versterken. Daar wordt in 2024 met de beroepsgroep over gesproken op basis van onderzoek naar de rol, positie en kwaliteitsborging van de dierenarts en de arbeidsmarkt voor dierenartsen (Kamerstuk 29 683, nr. 263).
8. Kennis en innovatie
Kennisontwikkeling en -verspreiding zijn cruciaal bij grote veranderingen en met de overstap naar duurzamere landbouw, tuinbouw en visserij groeit de behoefte aan kennis over verduurzaming. Hier dragen we op verschillende manieren aan bij, zoals met onderwijs en scholing, een Kennis- en Innovatieagenda, innovatieregelingen, sociaaleconomische begeleiding van boeren, kritische prestatie-indicatoren, het werken met fieldlabs, kennis over digitalisering en een kennisprogramma over stikstof.
We blijven met partners uit het samenwerkingsverband genaamd Groenpact investeren in vernieuwing van onderwijs en scholing, opdat ook de aankomende generatie kan bijdragen en inspelen op de maatschappelijke veranderingen. Voor de periode 2025-2034 werken we aan een concept Groenpact 4.0.
Een nieuw Kennis- en Innovatie Convenant zal de in 2023 geüpdatete Kennis- en Innovatieagenda voor 2024-2027 bevatten, die uiteraard is toegespitst op wat nu nodig is voor de natuur, onze wateren en bodems en het klimaat (Kamerstuk 33 009 nr. 120).
Na de start van de nieuwe innovatieregeling ‘Samenwerken aan innovatie’ (van het European Innovation Partnership-netwerk) in 2023, volgt een nieuwe openstelling in 2024. Hiermee kunnen samenwerkende partijen ondersteund worden bij het uittesten en realiseren van technische en/of sociale innovaties in de praktijk. De projecten gaan onder andere over ketens, technieken, nieuwe verdienmodellen, dierenwelzijn, gebiedsgerichte fieldlabs of over een combinatie van deze thema’s.
Met het Nationaal Kennisprogramma Stikstof wordt de wetenschappelijke onderbouwing van het stikstofbeleid verbeterd. Door meer of anders meten kunnen boeren op termijn werken met doelvoorschriften in plaats van de middelvoorschriften. Het doel is om een standaard gereed te hebben voor het gebruik van bedrijfsspecifieke metingen in een beloningssystematiek. Daarnaast zorgt het Nationaal Kennisprogramma Stikstof in 2024 voor een samenhangend netwerk van regionale meetinitiatieven.
In 2024 worden activiteiten uitgevoerd ter ondersteuning en stimulering van vrouwen en om de diversiteit in de agri- en foodsector te vergroten. Dit omdat Nederland op deze punten achterblijft vergeleken bij andere EU-landen.
9. Toezicht en uitvoering
De impact van beleid en regelgeving is voor een groot deel afhankelijk van uitvoering en toezicht. We werken samen met onder andere de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland aan de uitvoering van en toezicht op de beleidsuitvoering.
Met de extra middelen uit het coalitieakkoord ontwikkelt de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) zich tot een toekomstbestendige en innovatieve toezichthouder. Zo krijgt de NVWA weliswaar meer slagkracht, maar er zitten grenzen aan. Voor meer slagkracht worden nieuwe methoden, zoals drones, apps en gedragsinterventies, slim ingezet.
In 2024 werkt de NVWA aan de volgende fase van de herziening van het stelsel van keuren en toezicht. LNV stelt in die fase een tijdelijke commissie in voor het stelseltoezicht op de vleesketen. In 2024 zal de splitsing van directie Keuren in twee directies (Slachttoezicht en Handelstoezicht) plaatsvinden.
De onafhankelijkheid van de Rijksinspectie NVWA krijgt de nodige aandacht in relatie tot de ontwikkeling van de Wet op de rijksinspecties en de te verwachten aanpassing van de Regeling agentschappen.
Voor de NVWA is een stabiele financiering met een transparante verdeling van kosten tussen overheid en bedrijfsleven van belang. In 2024 wordt op basis van het in 2023 geïntroduceerde kostprijsmodel de inzet van het kabinet om te komen tot kostendekkende tarieven afgerond.
Het takenpakket van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland neemt mede als gevolg van de ontwikkelingen in de agrarische sector en natuur toe, zoals door de uitvoering van het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid en de grote veranderingen in het landelijk gebied en in de landbouw. Gelet op de beheersbaarheid en de schaarste op de arbeidsmarkt kan het takenpakket van LNV aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland niet al te veel toenemen en worden bij nieuwe taken prioriteiten gesteld.
10. Herstel en veerkrachtplan
Op 4 oktober 2022 is het definitieve Nederlandse Herstel- en Veerkrachtplan (HVP) goedgekeurd. Dit bestaat uit 49 maatregelen. LNV geeft uitvoering aan vijf maatregelen: vier maatregelen van het Programma Natuur en de Saneringsregeling Varkenshouderij (SRV).
Rijksbreed wordt momenteel hard gewerkt aan de implementatie van het HVP. Over de voortgang hiervan wordt de Kamer tweejaarlijks geïnformeerd. In het voorjaar van 2024 gebeurt dit vanuit het Nationaal Hervormingsprogramma en in het najaar door middel van een aparte Kamerbrief.
Nederland is voornemens eind 2023 de eerste betalingsverzoeken in te dienen bij de Europese Commissie, deze hebben echter geen betrekking op LNV. In 2024 zal de SRV meelopen in het betaalverzoek, en in 2025/2026 het Programma Natuur. Over de beoordeling van de betalingsverzoeken door de Europese Commissie zal de Kamer te zijner tijd worden geïnformeerd.
2.2 Belangrijkste beleidsmatige mutaties
Stand begroting 2023 (inclusief Nota van Wijziging) | 3.177.915 | 2.260.955 | 1.768.732 | 1.594.467 | 1.527.921 | 1.504.849 | |
Belangrijkste mutaties | |||||||
Lbv-plus (incl. kasschuif) | 21 | 30.000 | 170.000 | 600.000 | 200.000 | 0 | 0 |
7e actieplan nitraat (2e tranche; incl. kasschuif) | 21 | 8.400 | 25.700 | 28.900 | 0 | 0 | 0 |
Kasschuif Lbv | 21 | ‒ 100.000 | ‒ 245.000 | 229.000 | 64.000 | 52.000 | 0 |
Kasschuif Maatregel Gerichte Aankoop | 21 | ‒ 184.931 | 123.135 | 70 | 61.526 | 100 | 100 |
Investeringsfonds Duurzame Landbouw | 21 | 10.000 | 43.600 | 43.600 | 43.600 | 0 | 0 |
Voeding begrotingsreserve Apurement | 21 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | 2.500 |
Distributienetten Glastuinbouw | 21 | 0 | 15.100 | 29.900 | 49.800 | 66.100 | 61.300 |
Maatregelen Transitie Landbouw | 21,22,23 | 0 | 41.750 | 40.500 | 35.250 | 36.100 | 10.200 |
EG regeling | 21 | 0 | 17.600 | 26.400 | 27.000 | 28.200 | 26.800 |
Programma Veenweide (incl. kasschuif) | 22 | 0 | 0 | 12.500 | 12.500 | 12.500 | 12.500 |
Kasschuif Nationale Grondbank | 22 | ‒ 100.000 | 100.000 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Uitvoeringskosten aanpak piekbelasting | 22 | 26.257 | 30.003 | 30.003 | 0 | 0 | 0 |
Uitvoeringskosten transitie landelijk gebied | 22 | 41.200 | 30.700 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Programma Nationale Parken 2024-2030 | 22 | 0 | 4.980 | 4.980 | 4.980 | 4.980 | 4.980 |
Uitvoeringskosten GLB | 24 | 25.000 | 27.245 | 30.837 | 31.931 | 36.137 | 0 |
NVWA 2e tranche middelen CA Rutte IV | 24 | 0 | 0 | 9.800 | 19.600 | 30.100 | 40.600 |
Eindejaarsmarge | div | 112.680 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Loon- en prijsbijstelling tranche 2023 | div | 138.660 | 105.204 | 91.751 | 81.572 | 78.733 | 76.208 |
Overige mutaties | div | ‒ 147.971 | 109.231 | 108.212 | ‒ 20.928 | ‒ 28.941 | ‒ 29.306 |
Stand ontwerpbegroting 2024 | 3.039.710 | 2.862.703 | 3.057.685 | 2.207.798 | 1.846.430 | 1.710.731 |
Toelichting
Lbv-plus
De Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties-plus (Lbv-plus) is een belangrijk instrument in de piekbelastersaanpak. Het doel van de Lbv-plus is het realiseren van blijvende forse daling van stikstofdepositie op overbelaste en voor stikstof gevoelige Natura 2000-gebieden door beëindiging van de piekbelasters. De Lbv-plus is een bronmaatregel en levert een bijdrage aan de realisatie van de reductiedoelstellingen zoals vastgelegd in de Wet stikstofreductie en natuurverbetering. 1 mld. euro wordt overgeheveld van de AP (gereserveerd voor het Transitiefonds) naar de LNV-begroting en in het juiste kas- en verplichtingenritme gezet. Dit is inclusief uitvoeringskosten RVO (10 miljoen euro) en financiële ondersteuning van gemeenten voor uitvoeringstaken (15 miljoen euro).
7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn (2e tranche)
De middelen voor uitvoering van het 7e Actieprogramma nitraat zijn overgeheveld naar de LNV-begroting en in het juiste kas- en verplichtingenritme geplaatst.
Kasschuif Lbv
Als gevolg van de vertraging in publicatie en openstelling van de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv) is het kas- en verplichtingenritme aangepast.
Kasschuif Maatregel Gerichte Aankoop
De uitwerking van de Maatregel Gerichte Aankoop (2e tranche) heeft in 2022 vertraging opgelopen door staatssteunproblematiek. De regeling wordt momenteel verder uitgewerkt en dient later dit jaar genotificeerd te worden bij de Europese Commissie. Het kasritme is daarom aangepast.
Investeringsfonds Duurzame Landbouw
Er is additioneel fondsvermogen beschikbaar gesteld om de pilot Investeringsfonds Duurzame Landbouw door te zetten in een definitief, meerjarig Investeringsfonds Duurzame Landbouw (totaal € 140,8 mln.).
Voeding begrotingsreserve Apurement
De voeding van de begrotingsreserve Apurement wordt structureel verhoogd met € 2,5 mln. De begrotingsreserve Apurement is bedoeld voor het opvangen van correcties vanuit de Europese Commissie (EC).
Distributienetten Glastuinbouw
Bij voorjaarspakket Klimaat is (onder voorwaarden) € 300 mln. aan klimaatfondsmiddelen beschikbaar gekomen voor de aanleg van warmte distributienetten, waarvan in 2024 € 15,1 mln. beschikbaar is om een transitie naar duurzamere energievoorziening te ondersteunen.
Maatregelen Transitie Landbouw
Voor de transitie landbouw komt € 175 mln. uit het Transitiefonds beschikbaar. Het gaat hier om steun voor bedrijfsopvolging door jonge boeren (100 mln.); ontwikkeling en ondersteuning van een marktprogramma voor de biologische sector (50 mln.); de versnelling van de start van het aanvalsplan landschapselementen (15 mln.) en de investering in een implementatieprogramma doelsturing (10 mln.).
EG regeling
Met de subsidie Energie-efficiëntie glastuinbouw (EG) kunnen glastuinders en samenwerkingsverbanden hiervan energiebesparende maatregelen nemen. Voor de openstellingen van 2023 tot en met 2030 is aanvullend € 200 mln. beschikbaar gesteld.
Programma Veenweide
Dit betreft middelen voor de uitrol van maatregelen voor de veenweideaanpak uit het Klimaatakkoord. Deze middelen worden op de LNV-begroting ingezet voor de koppeling aan de GLB-NSP samenwerkingsmaatregel Veenweide/N2000, voor het meten en monitoren en voor de verlenging van het Nationaal Onderzoeksprogramma Broeikasgassen Veenweiden. De middelen zijn met een kasschuif in het juiste ritme geplaatst.
Kasschuif Nationale Grondbank
Met een kasschuif wordt budget vanuit 2023 doorgeschoven naar 2024 om gronden aan te kopen in 2024.
Uitvoeringskosten aanpak piekbelasting
Dit betreft budget dat aan de LNV-begroting is toegevoegd voor de uitvoering van de aanpak piekbelasting en met een kasschuif in het juiste uitgavenritme is geplaatst.
Uitvoeringskosten transitie landelijk gebied
Voor het opzetten/uitvoeren van de gebiedsprogramma's maken de medeoverheden uitvoeringskosten. Hiervoor wordt nu € 30,7 mln. beschikbaar gesteld uit de reservering voor het Transitiefonds. De budgetten voor de gemeentes en waterschappen worden via de provincies aan hen uitgekeerd.
Nationale Parken
In juni 2023 is het Beleidsprogramma Nationale Parken 2024-2030 uitgebracht. Hieraan hebben nationale parken, provincies en partners onder regie van LNV samengewerkt. Het Beleidsprogramma 2024-2030 geeft aan hoe parkorganisaties, provincies, Rijk en partners de komende jaren invulling willen geven aan de ontwikkeling van Nederlandse nationale parken naar robuuste natuur en landschapsgebieden met onthaalfunctie. LNV reserveert voor de jaren 2024-2030 hiervoor € 5,0 mln. per jaar bovenop de reeds beschikbare € 1,3 mln.
Uitvoeringskosten GLB
Voor de uitvoeringskosten van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) is budget vrijgemaakt en toegevoegd aan artikel 24.
NVWA 2e tranche middelen coalitieakkoord Rutte IV
In het coalitieakkoord Rutte IV is € 100 mln. structureel gereserveerd voor de NVWA. In 2022 is de 1e tranche van deze middelen toegevoegd aan de LNV-begroting. Nu wordt de 2e tranche toegevoegd. Met de middelen wordt de positie van de NVWA versterkt.
Eindejaarsmarge
De eindejaarsmarge is toegevoegd aan de LNV-begroting. Het betreft middelen die in 2022 niet tot besteding zijn gekomen, o.a. voor de versnellingsopties die in 2022 met de provincies zijn doorgevoerd en voor de structurele stikstofaanpak.
Loon- en prijsbijstelling tranche 2023
De loon- en prijsbijstelling tranche 2023 is aan de LNV-begroting toegevoegd.
Stand begroting 2023 (inclusief NvW) | 78.696 | 73.293 | 68.820 | 84.796 | 87.798 | 100.903 | |
Belangrijkste mutaties | |||||||
Bijstelling ontvangsten visserij | 22 | 15.706 | 1.042 | 1.042 | 2.242 | 1.042 | 1.042 |
Overige mutaties | 52.694 | 3.540 | 4.040 | 1.540 | 1.540 | ‒ 788 | |
Stand ontwerpbegroting 2024 | 147.096 | 77.875 | 73.902 | 88.578 | 90.380 | 101.157 |
Toelichting
Bijstelling ontvangsten visserij
De raming van de ontvangsten visserij is herijkt. Het betreft voornamelijk ontvangsten in het kader van het Europees fonds voor Maritieme Zaken en Visserij (EFMZV) en het Europees Maritiem Visserij en Aquacultuur Fonds (EMFAF).
2.3 Openbaarheidsparagraaf
Dit is de openbaarheidsparagraaf bij de begroting voor 2024 van het Ministerie van LNV en de bijbehorende dienstonderdelen.2De paragraaf komt voort uit het besluit tot actieve openbaarmaking van informatie, de plannen ter verbetering van de informatiehuishouding en artikel 3.5 van de Wet open overheid (Woo). We beschrijven de actuele ontwikkelingen rondom openbaarheid en informatiehuishouding en de bijbehorende inspanningen van het ministerie om toe te werken naar een meer transparante overheid.
Context
Informatiehuishouding en openbaarmaking staan onverminderd in de aandacht. Voorbeelden zijn de kabinetsreactie over berichtenapp-archivering en het rapport Matglas van de Open State Foundation. Het interdepartementale programma Open Overheid en de departementale programma’s zijn nu twee jaar onderweg. De quick wins zijn verzilverd en de eerste acties zijn afgerond (zie eerdere openbaarheidsparagrafen). Een belangrijke inzicht dat nog scherper is geworden betreft de inherente samenhang tussen informatiehuishouding en openbaarheid. We verwerken een grote hoeveelheid digitale informatie. Een goede informatiehuishouding is randvoorwaardelijk om grip te houden op deze informatiestroom en te voldoen aan onze verantwoordingsplicht naar samenleving en politiek. Dit betekent dat informatie niet alleen beschikbaar moet zijn, maar ook snel vindbaar voor openbaarmaking. Juist op dit punt is de integraliteit tussen informatiehuishouding en openbaarmaking extra zichtbaar geworden de afgelopen periode en met name bij Woo-verzoeken. Rijksbreed zijn de afhandeltermijnen langer dan wenselijk. Hierin wordt duidelijk dat ondanks de grote betrokkenheid en inzet van medewerkers om Woo-verzoeken tijdig af te handelen, er meerdere onderliggende vraagstukken liggen op het gebied van informatiesystemen, techniek, proces en organisatie. Vooruitgang op de thema’s informatiehuishouding en openbaarheid vraagt daarom echt om een integrale aanpak. Alleen op die integrale wijze kunnen we onze veranderopgave daadwerkelijk realiseren.
Effect op LNV
Binnen LNV bouwen we voort op deze inzichten en zetten we in op integrale en systemische maatregelen. Hieronder beschrijven we de belangrijkste interventies.
Impuls Informatiehuishouding en tooling
We zetten erop in dat eind 2024 bij alle directies een heldere informatiehuishouding-structuur aanwezig is, die ook wordt gehanteerd. We streven naar een volwassenheidsniveau van 2,5 bij de jaarlijkse N-meting. Dit betekent dat medewerkers zich bewust zijn van het belang van informatiehuishouding en dat zij werken volgens bijbehorende kaders en richtlijnen. Ook geven we een boost aan de inzet van tooling (geen alomvattende oplossing) om het werken met informatie te automatiseren en versnellen. Denk aan het zoeken en vinden van e-mails en documenten en het ontdubbelen en lakken van informatie.
Masterplan Woo
Vanaf 2024 zetten we in op een integraal plan, dat op basis van een duidelijke stip op de horizon werkt aan een set van samenhangende maatregelen om de versnelling van de afhandeling van Woo-verzoeken te realiseren. De uitkomsten van de deelname aan de interdepartementale Woo-pilot worden hierin meegenomen.
Experimenteren met openbaarheid
Transparantie richting de samenleving is essentieel. Maar welke informatie is relevant en helpt mensen bij het inzicht krijgen in beleid en beslissingen? In 2024 gaan we door met het opdoen van ervaringen met proactieve openbaarmaking (het uit eigen beweging openbaar maken van informatie). We experimenteren met de eerste proactieve openbaarheidsadviezen voor directies. Daarbij onderzoeken we welke informatie ook echt meerwaarde heeft voor de samenleving. We werken toe naar een departementale richtlijn voor het proactief openbaar maken van informatie, zodat zo veel mogelijk relevante informatie tijdig en helder voor de samenleving beschikbaar is.
Selectie van aanvullende activiteiten en maatregelen
Verbeteren Informatiehuishouding
- Vanuit de afspraken in het departementale actieplan Informatiehuishouding wordt samen met de dienstonderdelen gewerkt aan het juist naleven van de richtlijnen voor archiveren en het verbeteren van de vindbaarheid, leesbaarheid, beschikbaarheid en betrouwbaarheid van informatie.
- Er is specifiek aandacht voor de archivering van berichtenapps en e-mails. De nieuwe Rijksbrede richtlijn voor het archiveren van chatberichten wordt begin 2024 verwacht, waarna implementatie volgt. We zetten in op het sneller en beter opslaan van e-mails. Denk aan automatische opslag, directe opslag bij dossiers en het werken met automatisch taggen van e-mails. Er start een campagne om medewerkers goed te begeleiden bij het archiveren volgens deze nieuwe richtlijnen.
- Naar verwachting wordt de Archiefwet in 2024 ingevoerd met bijbehorend Archiefbesluit en Archiefregeling. Hiervoor worden in 2023 een uitvoerbaar- en handbaarheidstoets uitgevoerd. Bij LNV wordt gestart met de implementatie, bijvoorbeeld rondom de aanpassing van selectielijsten.
- De implementatie van het nieuwe informatiesysteem heeft in 2023 voor vertraging en knelpunten gezorgd in de informatiehuishouding. In 2024 gaan we door met de ontwikkeling van dit systeem zodat het daadwerkelijk het werken met informatie gaat ondersteunen en versterken. Ook kijken we breder naar de doelarchitectuur van diverse systemen en applicaties.
Openbaarmaking – passief, actief en proactief
- We geven vervolg aan de verplichte actieve openbaarmaking van de 17 informatiecategorieën onder de Woo via de Woo-index. Daartoe onderzoeken we welk platform bruikbaar is voor de publicatie van verplichte en proactief openbaargemaakte informatie voor politiek en samenleving.
- Verplichte actieve openbaarmaking geldt ook voor beslisnota’s bij Kamerstukken. Op basis van de evaluatie op de werkwijze in 2023 zal deze worden aangescherpt, gericht op het versterken van transparantie, uniformiteit en uitvoerbaarheid van de beleidslijn over beslisnota’s.
- We verkennen de optie om uitgebreider te werken met integrale inzage van documenten voor historisch, statistisch, wetenschappelijk of journalistiek onderzoek conform artikel 5.7 van de Woo.
Overkoepelende activiteiten
- In 2024 investeren we in betere sturing en sturingsinformatie op operationeel, tactisch en strategisch niveau. Het ontwikkelde Woo-dashboard zal hier een kwalitatieve en kwantitatieve impuls aan geven.
- Op basis van huidige ervaringen wordt verder gewerkt aan bewustwording en de nieuwe manier van denken en werken passend bij onze informatiesamenleving, waarbij informatie en openbaarheid meer centraal staan.
- We zetten blijvend in op het begeleiden van medewerkers door gerichte communicatie, instructies en het organiseren van trainingen en opleidingen op de verschillende onderdelen.
- De integrale aanpak capaciteit, die geleid heeft tot de inzet van 41 fte extra capaciteit binnen beleidsdirecties op de thema’s informatiehuishouding en openbaarmaking, ronden we af. Op basis van de opgedane ervaringen en inzichten worden de fte’s verder ingevuld binnen de organisatie.
- Het netwerk voor informatiehuishouding en openbaarheid wordt verder ontwikkeld om collega’s die werken aan de thema’s informatiehuishouding en openbaarheid gerichter met elkaar te verbinden, kennis en ervaring uit te wisselen en op te leiden.
Financiële toelichting
Bovenstaande activiteiten worden gefinancierd uit deels de POK-gelden (vanaf 2021) en Woo-gelden (vanaf 2022). Naast deze gelden zijn er eigen/reguliere middelen en capaciteit vanuit de lijnorganisatie en ICT-investeringen. Het totale budget aan POK- en Woo-gelden voor 2024 bedraagt € 21,1 mln. waarvan € 10,9 mln. voor de dienstonderdelen.
Kerndepartement | € 3.836 | € 6.375 | € 10.211 |
Diensten | € 8.040 | € 2.871 | € 10.912 |
Totaal | € 11.877 | € 9.246 | € 21.123 |
De gelden zijn meerjarige toegekend door BZK en worden beheerd door het Programma Transparantie in Informatie (TiI). Als randvoorwaarde zijn basisafspraken opgesteld met diensten en directies waarin de kaders van de financiering zijn vastgelegd. Hieraan liggen inhoudelijke plannen ten grondslag. Het Programma TiI heeft een monitorende rol met betrekking tot de doelmatige inzet van de financiële middelen, de inhoudelijke voortgang en financiële uitnutting. Op basis van een afgestemde planning- en controlcyclus stuurt het programma TiI bij indien nodig.
2.4 Planning Strategische Evaluatie Agenda
De Strategische Evaluatie Agenda (SEA) laat zien hoe LNV de komende jaren werkt aan het voortbrengen van inzichten over de (voorwaarden voor) de doeltreffendheid en doelmatigheid van ons beleid. Door voldoende (goed) evaluatieonderzoek te programmeren neemt het aantal bruikbare inzichten toe, en daarmee onze kennis over het bereiken van onze departementale missie en onderliggende doelstellingen.
Missie en hoofdthema’s
Het ministerie van LNV staat voor duurzaam voedsel, waardevolle natuur en een vitaal platteland. Onder de departementale missie onderscheiden we vier thema’s. Dat zijn:
- Land- en Tuinbouw
- Natuur
- Visserij
- Kennis en innovatie
Planning (synthese)onderzoeken hoofdthema’s
Conform afspraak met de Kamer wordt periodiek (indicatie 4-7 jaar) per thema verantwoording afgelegd over de doeltreffendheid en doelmatigheid van het gevoerde beleid. Dit gebeurt via een periodieke rapportage (voorheen: beleidsdoorlichting). Hieronder is de planning van deze syntheseonderzoeken opgenomen.
Land- en tuinbouw | Periodieke rapportage | 2025 | De komende periodieke rapportage voor het thema Land- en Tuinbouw trekt op basis van de beleidstheorie, en voortbordurend op de inzichten van de geprogrammeerde evaluaties, conclusies over de doeltreffendheid en doelmatigheid van het beleid dat onder dit thema valt. In 2022 en 2023 is de beleidstheorie geactualiseerd om te inventariseren waar aanvullend onderzoek wenselijk is. | 21, 24 |
Natuur | Periodieke rapportage | Uiterlijk 2028 | In 2022 is de beleidstheorie voor het thema Natuur geactualiseerd om te inventariseren of de huidige evaluatieplanning het gehele thema dekt. Dit is 2023 verder uitgewerkt om te inventariseren waarvoor aanvullend onderzoek wenselijk is op weg naar de periodieke rapportage in 2028. | 22, 24 |
Visserij | Periodieke rapportage | Uiterlijk 2030 | Het thema visserij is in deze SEA voor het eerst als een afzonderlijk thema opgenomen. In het verleden is het visserijbeleid meegenomen in de beleidsdoorlichtingen van het Agro beleid. Gelet op de complexiteit van de transities waarvoor de visserijsector op dit moment staat, past het beter om het thema visserij afzonderlijk als periodieke evaluatie in te plannen. Door in 2030 een periodieke rapportage uit te voeren, kan de (reeds) aangevulde evaluatieplanning grondig uitgevoerd worden. | 22, 24 |
Kennis en innovatie | Periodieke rapportage | 2024 | De periodieke rapportage van het Kennis- en Innovatiebeleid moet inzichtelijk maken in hoeverre LNV op een doeltreffende en doelmatige manier bijdraagt aan het (behouden van) het hoogwaardige niveau van de Nederlandse kennis- en innovatiestructuur. Voor het onderdeel kennis en innovatie is een beleidstheorie opgesteld om te inventariseren of de huidige evaluatieplanning het gehele thema dekt. De conclusie was dat de huidige evaluatieplanning voldoende dekkend is. | 23 |
Uitwerking Strategische Evaluatie Agenda (SEA)
Voor het meest recente overzicht van de realisatie van periodieke rapportages en beleidsdoorlichtingen, klik op deze link: Overzicht ingepland en uitgevoerd onderzoek. Voor een verdere onderbouwing van de strategische evaluatie agenda zie «Bijlage 6: Strategische Evaluatie Agenda»
2.5 Overzicht risicoregelingen
Borgstelling MKB- Landbouwkredieten (BL, BL plus en landbouwinnovatie) | 290.953 | 21.000 | 23.000 | 288.953 | 78.200 | 21.000 | 23.000 | 286.953 | 78.200 | |
Borgstelling MKB- Landbouwkredieten Corona (BL-C)* | 9.794 | ‒ | 6.000 | 3.794 | ‒ | 3.000 | 794 | 180.000 | ||
Borgstelling MKB-landbouwkredieten, onderdeel Werkkapitaal Omschak.Duurz.(BL-O) | 350 | 700 | 50 | 1.000 | ‒ | 100 | 900 | 6.000 | ||
Vermogens Versterkend Krediet (BL-VVK) | 4.280 | ‒ | 400 | 3.880 | 18.000 | ‒ | 400 | 3.480 | 18.000 | |
Garantie voor natuurgebieden en landschappen | 264.715 | ‒ | 19.911 | 244.804 | ‒ | 19.268 | 225.536 | 264.715 | ||
Klimaatfonds groenfonds garantie | 16.464 | 20.800 | ‒ | 37.264 | 18.736 | ‒ | 56.000 | 56.000 | ||
Totaal | 586.556 | 42.500 | 49.361 | 579.695 | 39.736 | 45.768 | 573.663 | 96.200 | 506.715 |
Borgstelling MKB- Landbouwkredieten (BL, BL plus en landbouwinnovatie) | 2.000 | 960 | 28.037 | ‒ 1.040 | 2.000 | 1.160 | 27.197 | ‒ 840 |
Borgstelling MKB- Landbouwkredieten Corona (BL-C)* | 100 | ‒ | 27.430 | ‒ 100 | 300 | ‒ | 27.130 | ‒ 300 |
Borgstelling MKB-landbouwkredieten, onderdeel Werkkapitaal Omschak.Duurz.(BL-O) | ‒ | 30 | 1.450 | 30 | ‒ | 40 | 1.490 | 40 |
Vermogens Versterkend Krediet (BL-VVK) | ‒ | ‒ | 71.116 | ‒ | ‒ | ‒ | 71.116 | ‒ |
Garantie voor natuurgebieden en landschappen | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ |
Klimaatfonds groenfonds garantie | ‒ | 405 | 1.078 | 405 | ‒ | 272 | 1.351 | 272 |
Totaal | 2.100 | 1.395 | 129.111 | ‒ 705 | 2.300 | 1.472 | 128.284 | ‒ 828 |
Toelichting risicoregelingen
Artikel 21 Land- en tuinbouw
Borgstelling Landbouwkredieten (BL)
Met deze garantieregeling kunnen banken een borgstelling aan land- en tuinbouwondernemers verstrekken indien deze bedrijven voor leningen onvoldoende zekerheden bieden aan de bank. Het knelpunt dat met deze borgstelling wordt bestreden, is het verschijnsel dat in de kern gezonde bedrijven – met voldoende zicht op rentabiliteit en continuïteit – niet of onvoldoende in hun kredietbehoefte kunnen voorzien door een tekort aan zekerheden (onderpand). De borgstelling voor een onderneming kan bijvoorbeeld 70% van € 1,2 mln. bedragen (standaard BL, ad 1 hieronder). De borgstellingslening is maximaal 2/3 van de benodigde investering, waardoor de borgstelling maximaal 46,6% (70% x 66,67% = 46,6%) van de benodigde financiering bedraagt. De borgstelling wordt alleen verleend voor «fresh money»: nieuwe leningen ten behoeve van de (door-)ontwikkeling of overname van een bedrijf.
De BL heeft in 2024 vier openstaande modules:
- Borgstellingskrediet voor de landbouw (BL): de overheid staat borg voor 70% van een borgstellingskrediet van maximaal € 1,2 mln. per onderneming. Het aandeel van het borgstellingskrediet in het totale krediet mag niet meer zijn dan 2/3.
- Borgstellingskrediet voor de landbouw Plus (BL Plus): deze borgstelling is bedoeld voor glastuinders of veehouders die duurzaam en milieuvriendelijk willen investeren in gecertificeerde kassen en stallen. De overheid staat borg voor 70% van een borgstellingskrediet van maximaal € 2,5 mln. per onderneming. Het aandeel van het borgstellingskrediet in het totale krediet mag niet meer zijn dan 2/3.
- Landbouwinnovatie: de overheid staat borg voor 70% van een borgstellingskrediet van maximaal € 2,5 mln. per onderneming ten behoeve van investeringen in een duurzaam nieuw concept, product of productieproces. Het aandeel van het borgstellingskrediet in het totale krediet mag niet meer zijn dan 2/3.
- Borgstelling MKB-landbouwkredieten, werkkapitaal Omschakeling Duurzame Landbouw (BL-O). De BL-O is de vierde module binnen de BL, hierin gebracht in het kader van het Omschakelprogramma Duurzame Landbouw (Kamerstuk 35 334, nr. 126). De module heeft als doel financiering mogelijk te maken van de voorzienbare dip in de kasstroom van een omschakelend bedrijf, die het gevolg is van tijdelijke extra kosten en/of tijdelijk mindere opbrengsten tijdens de omschakeling naar een integraal duurzame bedrijfsvoering. Deze module is gestart in 2022 en loopt, net als de pilot Investeringsfonds Duurzame Landbouw, vooralsnog voor de periode van een jaar. De maximale borgstellingsomvang per ondernemer kan € 1,2 mln., of € 2,5 mln. in het geval van BL-Plus, bedragen. De overheid staat hierbij borg voor 70% over 2/3 van het totale werkkapitaalkrediet.
De BL, BL Plus, en BL-O mogen gecombineerd worden.
De provisie voor deze BL modules bedraagt eenmalig 3% van het te lenen bedrag of 1% indien het een starter of een overnemer betreft. Jaarlijks worden de premieontvangsten/provisie-inkomsten en een bijdrage van LNV in de begrotingsreserve Borgstellingsfaciliteit gestort. Het gereserveerde geld uit deze begrotingsreserve wordt gebruikt om mogelijke verliesdeclaraties (als gevolg van faillissement) te betalen. Voor alle bovenstaande varianten van de BL tezamen, inclusief de LNV garantstelling voor het Klimaatfonds, is het jaarlijkse garantieplafond € 120 mln. Dit plafond is het maximale bedrag waarvoor LNV jaarlijks nieuwe garanties voor deze onderdelen mag aangaan.
De risicoreservering van de Borgstelling Landbouwkredieten (BL) wordt ook bij artikel 21 als aparte begrotingsreserve gepresenteerd (de Borgstellingsfaciliteit). De risicoreservering is ook voor nog lopende borgstellingen verleend onder eerdere, niet meer openstaande, BL-modules zoals de tijdelijke corona-borgstelling (BL-C) en het Vermogen Versterkend Krediet (VVK) die na afloop van de laatste verleende borgstelling uitfaseren.
Tijdelijke borgstelling MKB-Landbouwkredieten corona (BL-C)
Vanaf maart 2020 is de regeling tijdelijk verruimd om liquiditeitsproblemen als gevolg van de coronacrisis op te kunnen vangen (BL-C). De overheid staat borg voor 70% van een werkkapitaalkrediet van maximaal € 1,2 mln. per onderneming. Indien een bedrijf de maximale ruimte van de reguliere BL borgstelling al heeft benut, kon de borgstelling met € 300.000 worden verruimd zodat aan elk bedrijf in ieder geval werkkapitaal beschikbaar kon worden gesteld. Dit werkkapitaalkrediet heeft een looptijd van maximaal twee jaar, maar kan indien gewenst op maximaal vier jaar worden gesteld. Het loopt daarmee in 2024 af. Tevens is de eenmalige provisie die betaald moet worden voor dit werkkapitaalkrediet verlaagd van respectievelijk 3% naar 1,5% en van 1% naar 0,5% voor starters en overnemers. Voor de tijdelijke borgstelling met een looptijd langer dan twee jaar moet wel een hogere provisie van 2,25%, respectievelijk 0,75% door starters en overnemers, worden betaald.
De BL-C heeft geen jaarlijks plafond maar een totaalplafond (over de jaren heen) van € 180 mln. Om eventueel daaruit voortvloeiende verliesdeclaraties te dekken, is bij aanvang € 15 mln. aan de LNV begroting toegevoegd. Deze verruiming van de regeling met de BL-C gold tot 31 december 2021 en was toegankelijk voor bedrijven in de land- en tuinbouw en voor visserij- en aquacultuurbedrijven.
Artikel 22 Natuur, visserij en gebiedsgericht werken
Klimaatfonds Groenfonds Garantie
Met de Garantstelling van 80% van € 70 mln. aan het Nationaal Groenfonds trekt het Groenfonds extra geld aan voor de financiering van projecten die een bijdrage leveren aan de klimaatdoelstellingen van de sector Landbouw en Landgebruik. Nederland staat voor een grote maatschappelijke opgave op het terrein van klimaat. De uitstoot van broeikasgassen moet fors omlaag. Voor de sector Landbouw en Landgebruik ligt er een taakstelling van ten minste 3,5 Mton en een ambitie van 6 Mton broeikasgasemissiereductie in 2030. Voor het bereiken van de beoogde resultaten zijn innovatieve projecten wezenlijk; zij zorgen voor ‘vernieuwing van onderaf´ en zijn de successen van morgen. De financiering van deze projecten komt door marktfalen (te) beperkt van de grond. De projecten krijgen bij het reguliere bankwezen geen of zeer moeilijk financiering omdat ze voor banken (nog) te klein, te bewerkelijk/specialistisch en te nieuw (en daarmee te risicovol) zijn, en voor banken een te laag financieel rendement hebben. In dit markthiaat opereert de stichting Nationaal Groenfonds met haar klimaatfonds. Ze pakt economisch levensvatbare projecten op die banken laten liggen en verstrekt aan deze projecten onder marktconforme voorwaarden risicodragende financieringen (achtergestelde leningen). Door deze risicodragende financieringen daalt het risicoprofiel van de projecten naar een voor banken veelal acceptabel niveau waardoor deze bereid zijn te cofinancieren. Oorspronkelijk was beoogd om enkel in de jaren 2021-2023 leningen uit het Klimaatfonds uit te zetten voor de duur van de garantstelling. Recent is in overleg met het Groenfonds besloten de periode waarin de leningen worden uitgezet met 1 jaar te verlengen omdat de omvang van de uitgezette leningen achterloopt op verwachting.
Garantie voor natuurgebieden en landschappen
Het betreft het garant staan voor de leningen die aangetrokken zijn via het Groenfonds voor het realiseren van de EHS-gronden (nieuwe natuur in de Ecologische Hoofdstructuur). Deze gronden zijn opgegaan in het Natuur Netwerk Nederland.
Artikel 23: Kennis en Innovatie | Wageningen Research | 11.154 | looptijd tot eind 2028 | 4,5% | Jaarlijks |
Wageningen Research | 5.501 | looptijd tot eind 2030 | 5,2% | Jaarlijks | |
Wageningen Research | 1.267 | looptijd tot eind 2031 | 5,0% | Jaarlijks |
Artikel 23 Kennis en Innovatie
Het Ministerie van LNV heeft in het verleden leningen verstrekt aan Wageningen Research. Het betreft vier leningen met een looptijd van circa 30 jaar die zijn verstrekt in de periode van 1999 tot en met 2001. De leningen zijn verstrekt ten behoeve van gebouwen en terreinen die bij de verzelfstandiging van Wageningen Research (destijds Dienst Landbouwkundig Onderzoek, DLO) zijn overgedragen.
Een van de leningen is in 2022 volledig afgelost, waardoor nog 3 resteren, zie bovenstaande tabel.
Op de overige leningen (zie tabel) met een resterend uitstaand bedrag van € 21,9 mln. per 31-12-2023 wordt conform afspraak in 2024 € 3,9 mln. afgelost
3 Beleidsartikelen
3.1 Artikel 21 Land- en tuinbouw
3.1.1 A. Algemene doelstelling
De Minister van LNV streeft naar een weerbaar, veerkrachtig en veilig functionerend land- en tuinbouw- en voedselsysteem, dat internationaal concurrerend is, met aandacht voor dierenwelzijn, waarbinnen zorgvuldig wordt omgegaan met natuurlijke hulpbronnen en waar opbrengsten en reststromen zo efficiënt en hoogwaardig mogelijk worden (her)benut.
3.1.2 B. Rol en verantwoordelijkheid
De Minister is verantwoordelijk voor het zorgdragen voor een in ecologisch, maatschappelijk en economisch opzicht verantwoord functionerende land- en tuinbouw en voedselsector. Hiertoe stelt de Minister regels op en creëert hij voorwaarden die het mogelijk maken om vermijdbaar verbruik van grondstoffen terug te dringen en om de natuurlijke leefomgeving en de natuurlijke hulpbronnen (waaronder dierenwelzijn) te verbeteren.
De Minister is (mede)verantwoordelijk voor:
Stimuleren
- Het versterken van de sociaaleconomische positie van de agrarische ondernemer als pijler onder een toekomstbestendige sector
- Het stimuleren van de waardering van voedsel en de productiewijze en herkomst ervan
- Het versterken van kringlopen in de land- en tuinbouw en het bevorderen van circulariteit
- Het stimuleren van verduurzaming van de (dierlijke) productie en de consumptie van dierlijke en plantaardige producten door middel van nieuwe vormen van ketensamenwerking en nieuwe marktstrategieën.
- Het stimuleren van de verbetering van het dierenwelzijn.
- Het breder toepassen van geïntegreerde gewasbescherming door agrarische ondernemers, onder meer door het stimuleren van innovaties, niet-chemische maatregelen, het gebruik van laagrisico middelen en het borgen van een onafhankelijk advies.
- Het borgen en verbeteren van plant- en diergezondheid en dierenwelzijn, duurzaam bodembeheer en klimaatvriendelijk energiebeheer en -gebruik in de land- en tuinbouw.
- Het stimuleren van groene economische groei en het bevorderen van transparantie en ketenverantwoordelijkheid in de Nederlandse agro- en voedselketens.
- Het door de sterke internationale positie van Nederland in agro en food verduurzamen van het mondiale voedselsysteem.
- Het stimuleren van een adequate en duurzame voedselvoorziening, voedselzekerheid en voedselkwaliteit op Europees en mondiaal niveau, evenals het bijdragen aan het Europese en internationale landbouwbeleid.
- Het bieden van zekerheden aan agrarische bedrijven om leningen af te kunnen sluiten bij de bank.
- Het (mede)financieren van ontwikkelingen gericht op verdere verduurzaming van de land- en tuinbouw en veehouderij.
- Het borgen van diervoederveiligheid en tegelijkertijd bij te dragen aan (een verdere ) verduurzaming van diervoeders.
Regisseren
- Het borgen van voedselveiligheid. Producenten en partijen uit de voedselketen zijn primair verantwoordelijk voor de veiligheid van hun producten en productiewijze. De Minister voor Langdurige Zorg en Sport is verantwoordelijk voor wetgeving voor voedselveiligheid, met uitzondering van wetgeving voor het slachten van dieren en het keuren en uitsnijden van vlees, waar de Minister van LNV verantwoordelijk voor is.
- De coördinatie en het beheer van het Diergezondheidsfonds.
- Het stellen van regelgeving op het gebied van dier- en plantgezondheid, dierenwelzijn, mest, gewasbescherming, plantveredeling, biologische landbouw en voedselveiligheid.
- Het voeren van regie op de nationale inzet in EU-verband en op bi- en multilaterale samenwerkingen rond land- en tuinbouw en voedselkwaliteit.
3.1.3 C. Beleidswijzigingen
De hoogpathogene aviaire influenza virusvariant H5N1 is de afgelopen jaren endemisch geworden in de wilde vogelpopulaties in Nederland en de rest van de wereld. In 2023 is daarom een intensiveringsplan preventie vogelgriep opgesteld. Dit plan omvat maatregelen die in de komende periode uitgevoerd en verder uitgewerkt worden (Kamerstuk 28807, nr. 286). In 2024 wordt onder meer verder ingezet op het stapsgewijs mogelijk maken van vaccinatie van pluimvee tegen vogelgriep. Twee kandidaat-vaccins worden onder praktijkomstandigheden in een veldproef onderzocht op effectiviteit, en vervolgens in een pilot verder op de praktische uitvoering. Ook wordt er met betrokken regionale en lokale partijen verder samengewerkt om samen te zorgen voor een structuur om het opruimen van kadavers en de omgang met zieke wilde fauna goed te organiseren en uit te voeren.
In 2024 zal het Regieorgaan Stalinnovaties starten met de werkzaamheden om duurzame emissiereductie in de veehouderij te versnellen. Daarnaast is er een nieuwe openstelling van de investeringsmodule van de Subsidieregeling brongerichte verduurzaming stal- en managementmaatregelen specifiek voor piekbelasters (Kamerstuk 30 252, nr. 96).
De Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv) en de Lbv-plus zijn opengesteld tot en met respectievelijk 1 december 2023 en 5 april 2024. Aanvragers ontvangen uiterlijk in 2024 een beschikking waaruit blijkt of zij deel kunnen nemen aan de regelingen.
In december 2022 zijn met een Kamerbrief (Kamerstuk 29 683, nr. 263) twee onderzoeksrapporten over de beroepsgroep dierenartsen aan de Kamer verstuurd. Daarin is aangegeven dat de overheid met de beroepsgroep samen wil werken aan de versteviging van de rol en positie van de veterinaire beroepsgroep. Het streven is om te komen tot een breed gedragen plan in 2024. Dit proces is gestart in 2023 en zal plaatsvinden onder leiding van een onafhankelijke voorzitter. De resultaten van de onderzoeken, de dialoog met de beroepsgroep en het plan dient als input voor nieuw beleid voor de veterinaire beroepsgroep in 2024 en verder.
Voor de herziening van de EU-dierenwelzijnsregelgeving wordt gewerkt aan een vernieuwing van de bestaande diersoortspecifieke regels en regels toe te voegen voor diersoorten- en categorieën waarvoor nog (soort)specifieke wetgeving ontbreekt (Kamerstuk 28286, nr. 1255 en Kamerstuk 21501-32, nr. 1497). Ook wordt ingezet op een verbod van langeafstandstransporten van slachtdieren en jonge ‘ongespeende’ dieren en betere regels rond het welzijn van slachtdieren.
Om de fysieke en mentale gezondheid van gezelschapsdieren te verbeteren wordt het ingezette beleid tegen het fokken van en de handel in dieren met schadelijke uiterlijke kenmerken verder uitgewerkt. Zo wordt er gewerkt aan een houdverbod voor dieren met fysieke kenmerken die altijd voor lijden zorgen en wordt er gewerkt aan een vertoningsverbod van dieren met schadelijke uiterlijke kenmerken.
In 2024 wordt een bijdrage uit het Nationaal Groeifonds gevraagd om een nationaal centrum voor proefdiervrije biomedische translatie mee op te richten. Om zo het welzijn en de bescherming van proefdieren beter te garanderen.
3.1.4 D. Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 611.112 | 1.252.030 | 1.540.083 | 593.906 | 538.993 | 365.797 | 292.501 |
Uitgaven | 586.815 | 362.436 | 909.109 | 1.345.856 | 695.407 | 347.550 | 245.154 |
Subsidies (regelingen) | |||||||
Sociaal economische positie boeren | 113.550 | 30.347 | 48.588 | 28.549 | 30.738 | 33.838 | 7.938 |
Duurzame veehouderij | 118.974 | 69.828 | 346.871 | 967.808 | 306.298 | 83.121 | 20.821 |
Glastuinbouw en weerbare planten en teeltsystemen | 68.437 | 87.836 | 111.751 | 129.151 | 134.491 | 140.794 | 134.594 |
Mestbeleid | 861 | 75.664 | 72.937 | 76.415 | 38.275 | 10.644 | 7.344 |
Diergezondheid en dierenwelzijn | 3.525 | 4.460 | 4.567 | 4.602 | 4.996 | 5.076 | 5.046 |
Voedselzekerheid en internationale agrarische samenwerking | 873 | 1.541 | 1.616 | 1.599 | 1.616 | 1.616 | 1.616 |
Integraal voedselbeleid | 5.082 | 8.388 | 8.389 | 8.389 | 4.694 | 4.694 | 4.694 |
Leningen | |||||||
Lening Pilot Investeringsfonds Duurzame Landbouw | 12.000 | 10.000 | 43.600 | 43.600 | 43.600 | 0 | 0 |
Garanties | |||||||
Bijdrage borgstellingsreserve | 45.020 | 3.627 | 3.627 | 3.627 | 3.627 | 3.627 | 3.627 |
Verliesdeclaraties borgstellingsfaciliteit | 1.489 | 1.805 | 1.805 | 1.805 | 1.805 | 1.805 | 1.805 |
Opdrachten | |||||||
Sociaal economische positie boeren | 385 | 2.864 | 3.585 | 4.564 | 4.394 | 4.594 | 4.128 |
Duurzame veehouderij | 0 | 500 | 4.500 | 4.000 | 4.000 | 4.000 | 0 |
Glastuinbouw en weerbare planten en teeltsystemen | 18 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Mestbeleid | 0 | 0 | 13.600 | 15.300 | 0 | 0 | 0 |
Diergezondheid en dierenwelzijn | 9.244 | 12.303 | 14.637 | 13.282 | 12.046 | 10.876 | 10.876 |
Voedselzekerheid en internationale agrarische samenwerking | 2.723 | 3.321 | 3.276 | 3.226 | 3.226 | 3.226 | 3.226 |
Integraal voedselbeleid | 575 | 3.361 | 3.088 | 3.096 | 3.219 | 3.299 | 3.299 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's | |||||||
College toelating gewasbeschermingsmiddelen en biociden | 3.226 | 1.972 | 1.866 | 1.756 | 1.756 | 1.406 | 1.406 |
Centrale Commissie Dierproeven | 0 | 67 | 2.470 | 2.503 | 2.503 | 2.503 | 2.503 |
Medebewind/voormalige productschappen | 562 | 687 | 687 | 687 | 687 | 687 | 687 |
Raad voor de Plantenrassen | 1.110 | 1.492 | 1.492 | 1.492 | 1.492 | 1.492 | 1.492 |
Keuringsdiensten | 8.325 | 7.824 | 4.337 | 3.449 | 3.437 | 3.446 | 3.446 |
Bijdrage aan medeoverheden | |||||||
Specifieke uitkeringen | 121.470 | 7.850 | 185.314 | 450 | 62.001 | 300 | 100 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | |||||||
FAO en overige contributies | 9.688 | 11.630 | 11.633 | 11.633 | 11.633 | 11.633 | 11.633 |
Storting/onttrekking begrotingsreserve | |||||||
Storting begrotingsreserve apurement | 2.507 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | 2.500 |
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken | |||||||
Diergezondheidsfonds | 57.171 | 12.569 | 12.373 | 12.373 | 12.373 | 12.373 | 12.373 |
Ontvangsten | 103.826 | 62.380 | 31.780 | 30.580 | 29.080 | 29.080 | 29.080 |
Ontvangsten | |||||||
Sociaal economische positie boeren | 916 | 245 | 245 | 245 | 245 | 245 | 245 |
Agroketens | 7.438 | 2.013 | 2.013 | 2.013 | 513 | 513 | 513 |
Agrarische innovatie en overig | 10 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Mestbeleid | 3.118 | 12.209 | 7.209 | 7.209 | 7.209 | 7.209 | 7.209 |
Garanties | 1.157 | 1.800 | 1.800 | 1.800 | 1.800 | 1.800 | 1.800 |
Weerbare planten en teeltsystemen | 71 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Diergezondheid en dierenwelzijn | 12.893 | 11.600 | 11.600 | 11.600 | 11.600 | 11.600 | 11.600 |
Voedselzekerheid en internationale agrarische samenwerking | 42.692 | 6.013 | 5.413 | 5.413 | 5.413 | 5.413 | 5.413 |
Onttrekkingen begrotingsreserves | 33.891 | 26.200 | 1.200 | 0 | 0 | 0 | 0 |
ZBO's/RWT's | 1.640 | 2.300 | 2.300 | 2.300 | 2.300 | 2.300 | 2.300 |
Budgetflexibiliteit
Het budget voor 2024 op artikel 21 is voor ongeveer € 410 mln. (45%) juridisch verplicht, voor € 479 mln. (53%) bestuurlijk gebonden en voor € 20 mln. (2%) beleidsmatig gereserveerd. Zo worden bijvoorbeeld juridische verplichtingen aangegaan voor de landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (lbv en de lbv-plus). Voor onder andere de Maatregel Gerichte Aankoop (MGA) en een nieuwe openstelling van de tegemoetkomingsregeling afbouw derogatie zijn bestuurlijke afspraken gemaakt, maar vanwege de timing van de openstellingen zal die niet vanaf 1 januari al juridisch verplicht zijn.
juridisch verplicht | 45% |
bestuurlijk gebonden | 53% |
beleidsmatig gereserveerd | 2% |
nog niet ingevuld/vrij te besteden | 0% |
3.1.5 E. Toelichting op de financiële instrumenten
Subsidies
Sociaal economische positie boeren
Het subsidiebudget voor ‘Sociaal economische positie boeren’ is voor 2024 € 48,6 mln.
Hiervan betreft € 31,5 mln. de regeling Vestigingssteun jonge landbouwers onderdeel van het Nationaal Strategisch Plan (NSP), bestemd voor de generatievernieuwing en daarmee de verduurzaming op landbouwbedrijven te bevorderen. Het kabinet heeft besloten het Europese steunbedrag per jonge landbouwer substantieel te verhogen met aanvullende nationale middelen. De voorwaarden voor de regeling zullen verder worden uitgewerkt, passende binnen de kaders van het NPLG. In totaal wordt voor deze maatregel € 100 mln. uitgetrokken. De overige uitgaven worden gedaan in de jaren 2025 t/m 2027.
Hiervan is € 5,9 mln. beschikbaar voor landbouwers in de open teelten als gedeeltelijke tegemoetkoming op de premie die zij betalen voor de Brede Weersverzekering. De Brede Weersverzekering verzekert landbouwers tegen schade aan gewassen door extreme en ongunstige weersomstandigheden, zoals storm, hagel, regenval of droogte. De Brede Weerverzekering zal ook in de GLB-periode 2023-2027, met EU-middelen, beschikbaar blijven en valt in een verlaagd btw-tarief. Er is een bedrag van € 3,5 mln. gereserveerd voor een subsidie ten behoeve van het opzetten van een Kenniscentrum voor bedrijfsopvolging in de tuinbouw en agrarische sectoren. In nauw overleg met het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) en andere betrokken partijen wordt uitwerking gegeven aan een businessplan.
Daarnaast is in 2024 wederom € 3,0 mln. beschikbaar voor de flankerende maatregelen in het kader van de Wet verbod pelsdierhouderij. De middelen zijn bestemd voor de sloop- en ombouwregeling. Aanvullend zijn er in de begrotingsreserve landbouw ook middelen beschikbaar voor het flankerend beleid voor de pelsdierhouderij.
De resterende € 4,7 mln. is grotendeels voor Omschakelprogramma Duurzame Landbouw (€ 3,1 mln.). Het overige budget is bestemd voor diverse kleine subsidies.
Duurzame veehouderij
In 2024 is circa € 347 mln. gereserveerd voor ondersteuning van de verdere verduurzaming van de veehouderij en de vermindering van stikstofdepositie door de beëindiging van veehouderijlocaties. Het gereserveerde bedrag zal onder andere worden ingezet voor het volgende:
- Voor de Subsidiemodules brongerichte verduurzaming stal- en managementmaatregelen (Sbv) is in 2024 circa € 49,0 mln. beschikbaar. Deze middelen zijn gereserveerd voor een openstelling van de investeringsmodule van de Sbv (€ 30,0 mln.) en voor het opzetten van een Regieorgaan en Fieldlabs voor stalinnovaties.
- In 2023 zijn de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv) en de Lbv-plus opengesteld voor aanvragen. Deze regelingen bieden veehouders de mogelijkheid om hun veehouderijlocatie tegen een subsidie te beëindigen. Beide regelingen dragen bij aan het realiseren van de blijvende reductie van stikstofdepositie op stikstofgevoelige en overbelaste Natura 2000-gebieden. Voor de Lbv is in 2024 circa € 115,0 mln. beschikbaar. Voor de Lbv-plus gaat het in 2024 om € 170,0 mln.
- Voor klimaatvriendelijke veehouderij is in 2024 circa € 6,5 mln. gereserveerd. Het gaat om activiteiten voor het beschikbaar krijgen van maatregelen op het veehouderijbedrijf via het voer, dier, stal en mestspoor met als doel om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen.
- In 2024 is er circa € 3,6 mln. gereserveerd voor diverse subsidies voor projecten intensieve veehouderij. Het gaat om een verzamelpost voor projecten gericht op verduurzaming in alle veehouderijsectoren (varkens, geiten, schapen, kalveren, melkvee, pluimvee, konijnen, vleesvee, paarden en insecten).
- In 2024 is € 1,0 mln. uit de versnellingsmiddelen van het transitiefonds beschikbaar gekomen voor de uitrol op melkveebedrijven van kritische prestatie indicatoren voor natuur en landschap van de Biodiversiteitsmonitor melkveehouderij. Zo kunnen melkveehouders direct op hun bedrijf monitoren hoe het staat met de biodiversiteit en kunnen zij bepalen welke maatregelen zij kunnen treffen om natuur en landschap te verbeteren.
Glastuinbouw en weerbare planten en teeltsystemen
In 2024 is € 111,8 mln. aan subsidiebudget beschikbaar ten behoeve van glastuinbouw en weerbare planten en teeltsystemen. Van dit bedrag is € 10,8 mln. voor projecten plantgezondheid en gewasbescherming en de subsidieregeling geïntegreerde gewasbescherming en is € 13,1 mln. bestemd voor biologische landbouw. Voor bodem en klimaatadaptatie is € 2,1 mln. bestemd. Daarnaast is € 85,6 mln. bestemd voor subsidies op het op het terrein van energiebesparing en duurzame energie in de glastuinbouw. Het programma Kas als Energiebron is het innovatie- en actieprogramma dat energiebesparing en het gebruik van duurzame energie in de glastuinbouw stimuleert. Dit programma ondersteunt de opschaling en vroege marktintroductie van integrale innovatieve teelt- en kas(techniek) concepten en gebiedsgerichte energie-innovaties in de glastuinbouw passend bij een klimaatneutrale toekomst. Het gaat hierbij in specifiek om:
- Warmte-infrastructuur voor de glastuinbouw: Bij voorjaarspakket Klimaat is (onder voorwaarden) € 300 mln. aan klimaatfondsmiddelen beschikbaar gekomen voor de aanleg van warmte distributienetten, waarvan in 2024 € 15,1 mln. beschikbaar is om een transitie naar duurzamere energievoorziening te ondersteunen.
- Energie-efficiëntieglastuinbouw (EG): voor deze regeling is in 2024 circa € 36,7 mln. beschikbaar voor investeringen in energiebesparende maatregelen en aansluitingen op regionale warmte- en CO2-netten.
- Markintroducties energie-innovaties (MEI): voor deze regeling is een subsidiebudget van € 5,5 mln. beschikbaar met als doel investeringen in de vroege marktintroductie van energie-innovaties in de glastuinbouw.
- Innovatieagenda energie (€ 28,3 mln.): het programma Kas als Energiebron ondersteunt kennis- en innovatie-ontwikkeling, proof of principle-onderzoek en demonstraties voor verbreden en verdiepen van «Het nieuwe Telen» en klimaatneutrale(re) teelsystemen en kassystemen. Via een kennisuitwisselingsprogramma wordt uitrol gestimuleerd (bijvoorbeeld met kennisbijeenkomsten en communicatie via www.kasalsenergiebron.nl).
Voor weerbare planten en teeltsystemen gaat het onder andere om:
- In 2024 wordt uitvoering gegeven aan de ambities voor gewasbescherming uit het coalitieakkoord door projecten te financieren die de beschikbaarheid en toepassing van laag risicomiddelen bevorderen, gebiedspilots en gezondheidsonderzoek mogelijk maken en bijdragen aan de ontwikkeling van een digitale gewasbeschermingsmonitor en een systeem voor onafhankelijke advisering (€ 6,3 mln.). Daarnaast wordt een laagdrempelige subsidieregeling opengesteld voor geïntegreerde gewasbescherming (€ 4,0 mln.). Deze projecten dragen tevens bij en zijn ook ter uitvoering van de doelen van het Uitvoeringsprogramma Toekomstvisie gewasbescherming 2030 (Kamerstuk 27 858, nr. 518).
- Plantgezondheid (€ 0,5 mln.): een hoogwaardige kwaliteit van plantaardige producten en een hoog plantgezondheidsniveau zijn voor de Nederlandse plantaardige sector van groot belang. Een belangrijk speerpunt is het voorkomen van de in- en uitsleep van plantenziekten in Nederland. Ook in 2024 blijft Nederland in zich inzetten op het bevorderen van de zaaizaadvoorziening in ontwikkelingslanden via het publiek-private programma SeedNL en zet Nederland onder andere in op het wegnemen van fytosanitaire handelsbelemmeringen.
- Nationaal Programma Landbouwbodems (NPL) (€ 1,9 mln. in 2024): het doel van het NPL is dat in 2030 alle Nederlandse landbouwbodems (ongeveer 1,8 miljoen hectare) duurzaam worden beheerd en daarmee jaarlijks extra 0,5 Mton CO2-equivalenten in (minerale) landbouwbodems wordt vastgelegd door koolstofvastlegging (CO2 uitstoot reductie) (Kamerstuk 30 015, nr. 58). De eerste paar jaar lag de nadruk op wetenschappelijk onderzoek en praktijkpilots en vervolgens is een stevige impuls gegeven aan praktijkonderzoek. In 2024 worden werkzaamheden voortgezet voor onder andere een eenduidige kennisoverdracht op het boerenerf over nieuw ontwikkelde en bewezen maatregelen voor duurzaam bodembeheer en koolstofvastlegging in de regio.
Het kabinet wil dat in 2030 15% van het landbouwareaal biologisch geproduceerd wordt. Om dit te bereiken moet de afzetmarkt voor biologische producten vergroot worden. Het kabinet stelt € 50 mln. beschikbaar voor de jaren 2025 t/m 2029 voor het vergroten van de afzetmarkt voor biologische producten. De extra middelen dragen daaraan bij door concreet in te zetten op marktontwikkeling en partijen met elkaar in contact te brengen en daarmee kans te bieden voorstellen in te dienen die aansluiten bij de praktijk.
Mestbeleid
In 2024 is er voor mestbeleid € 72,9 mln. gereserveerd. Dit is voornamelijk bedoeld voor:
- Subsidieregeling behoud grasland (€ 52,6 mln.). Zoals in een brief (Kamerstuk 33 037, nr. 450) aan de Tweede Kamer kenbaar is gemaakt, vindt er op Europees besluit vanaf 2023 een stapsgewijze jaarlijkse afbouw plaats van de derogatie. Voor landbouwbedrijven die gebruikmaken van derogatie is er de komende jaren een subsidie. Deze subsidie is bedoeld om het aantrekkelijk te maken grasland te behouden zodat de waterkwaliteit in Nederland niet achteruit gaat. Daarnaast wordt met deze regeling voorzien in een tijdelijke tegemoetkoming in de extra kosten die deze bedrijven moeten maken door de versnelde afbouw van derogatie. In totaal is hier meerjarig € 130 mln. voor beschikbaar gesteld.
- Regeling kunstmestvervanging en mestverwerking (€ 5,8 mln.). Dit betreft een subsidieregeling voor de verwerkingsinstallaties die mest tot stikstof mestproducten verwerken en daarmee stikstof kunstmest vervangen. De nieuwe meststof heeft voordelen voor het reduceren van de emissie van broeikasgassen en stikstof.
- Overige projecten mestbeleid (€ 14,5 mln.). Hieronder vallen onder andere de middelen voor de uitvoering van het 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn. Op grond van de Nitraatrichtlijn heeft Nederland in december 2021 het 7e actieprogramma Nitraatrichtlijn 2022-2025 bij de Europese Commissie ingediend (Kamerstuk 33037, nr. 431). Het budget is bestemd voor de uitvoering, monitoring en handhaving van het mestbeleid om aan de Europese verplichtingen te kunnen blijven voldoen. Met het nationale mestbeleid wordt invulling gegeven aan de verplichtingen die volgen uit de Nitraatrichtlijn (91/676/EEG). Ook wordt er een bijdrage geleverd aan de realisatie van de doelen van de Kaderrichtlijn Water (2000/60/EG). Het doel van het mestbeleid is het verbeteren van de kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater door het bevorderen van een effectief en efficiënt gebruik van meststoffen in de landbouw.
Diergezondheid en dierenwelzijn
Om het dierenwelzijn van gezelschapsdieren en landbouwhuisdieren te bevorderen wordt door LNV een bedrag van circa € 4,6 mln. aan subsidies ingezet. Met dit bedrag wordt onder andere de inzet van de Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming (€ 2,3 mln.) en het Adviescollege huis- en hobbydierenlijst (€ 0,2 mln.) gefinancierd, evenals het Vertrouwens-loket welzijn landbouwhuisdieren (€ 0,3 mln.), het Landelijk Informatiecentrum Gezelschapsdieren (€ 0,2 mln.) en de uitwerking van het beleid rondom zorg voor jonge dieren (€ 0,4 mln.). Daarnaast worden een aantal andere projecten gesubsidieerd die gericht zijn op het waarborgen van het dierenwelzijn en verantwoord houderschap (€ 0,8 mln.), zoals op hondenbeleid of om de brandveiligheid van stallen te bevorderen.
Voedselzekerheid en internationale agrarische samenwerking
In 2024 is € 1,6 mln. beschikbaar gesteld voor bilaterale en multilaterale samenwerking op het gebied van duurzame economische- en landbouwontwikkeling en veerkrachtige voedselsystemen, mondiale voedselzekerheid en (internationale) partnerschappen.
Integraal Voedselbeleid
Het budget in 2024 van circa € 8,4 mln. is bestemd voor beleid voor duurzaam voedsel en reststromen. Het beleid voor duurzaam voedsel richt zich op het verminderen van voedselverspilling, het stimuleren van een duurzaam (en gezond) eetpatroon en het makkelijker maken voor consumenten om een bewuste en geïnformeerde keuze te maken voor duurzaam geproduceerd voedsel. Een belangrijk speerpunt blijft het verlagen van voedselverspilling bij de consument. Een bijdrage aan het Voedingscentrum vormt in het kader van het bovenstaande een substantieel onderdeel van de geraamde uitgaven. Verder is het hoogwaardig verwerken van reststromen uit de voedselketen voor nieuwe voedsel- of diervoederproducten een belangrijk speerpunt. In het Klimaatakkoord is de afspraak opgenomen om voedselverspilling bij de consument, inclusief de voedselverliezen in de keten, in Nederland in 2030 te halveren ten opzichte van 2015.
Leningen
Pilot-Investeringsfonds Duurzame Landbouw
Het budget in 2024 van € 43,6 mln. is bestemd voor het opzetten van een structureel Investeringsfonds Duurzame Landbouw (IDL) om boeren te ondersteunen bij de omschakeling naar meer duurzame bedrijfsvoering. Met het Investeringsfonds Duurzame Landbouw (IDL) kunnen boeren een gunstige financiering (qua rente, aflossingsvrije periode, achterstelling) krijgen voor de investeringen die zij doen bij een omschakeling. (Kamerstuk 30252 nr. 125)
Garanties
Bijdrage borgstellingsreserve
LNV verleent via de borgstelling MKB-Landbouwkredieten (BL) steun aan agrariërs in de primaire sector (land- en tuinbouw). Dit gebeurt middels het gedeeltelijk borg staan voor leningen die banken en/of andere financiers verstrekken aan agrariërs. Hierdoor wordt de financiering mogelijk gemaakt van investeringen die in de markt niet vanzelfsprekend tot stand komen. In 2024 is de geraamde LNV-bijdrage aan de begrotingsreserve voor de borgstellingsfaciliteit € 3,6 mln.
Verliesdeclaraties borgstellingsfaciliteit
Bij verliesdeclaraties borgstellingsfaciliteit worden uitgaven op afgegeven borgstellingen zichtbaar. Deze uitgaven doen zich voor als een agrariër, gebruikmakend van de borgstellingsregeling, failliet gaat. Hiervoor is op de LNV-begroting € 1,8 mln. geraamd. Meer informatie over risicoregelingen en garanties is te vinden in de paragraaf 2.5 Overzicht risicoregelingen.
Opdrachten
Sociaal economische positie boeren
Voor het versterken van de sociaal economische positie van de boer is € 3,6 mln. beschikbaar. Een groot deel van dit budget is bestemd voor de financiering van de opdrachten rondom het versterken van de positie van de boer in de keten. De middelen worden onder andere ingezet voor algemene kennisdeling over waardecreatie in ketens en praktijkgericht onderzoek naar ketenafspraken met betrekking tot duurzaamheidsinitiatieven in de landbouw. Ook worden o.a. activiteiten gefinancierd die bijdragen aan het verbeteren van het verdienvermogen van de boer en de versterking van de relatie boer-burger. In 2024 is daarnaast € 1,2 mln. beschikbaar voor weerbaarheid van LNV-sectoren.
Duurzame veehouderij
In 2024 is € 4,5 mln. gereserveerd voor het nog te sluiten convenant dierwaardige veehouderij. De afspraken uit het convenant hebben betrekking op de transitie naar een dierwaardige veehouderij waarbij houderijsystemen zijn gebaseerd op de behoeften van dieren. De middelen zijn gereserveerd om de uitvoering van de afspraken in het convenant te ondersteunen voor zowel de reeds aangesloten veehouderijsectoren als voor de overige (kleinere) veehouderijsectoren.
Mestbeleid
In het kader van het 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn is in 2024 € 13,6 mln. naar het opdrachtenbudget geschoven. Deze middelen worden voornamelijk ingezet voor handhaving en monitoring van het mestbeleid.
Diergezondheid en dierenwelzijn
Om diergezondheid en dierenwelzijn te borgen en verbeteren is er in 2024 voor verschillende activiteiten € 14,6 mln. gereserveerd. Dit bedrag wordt ingezet voor het volgende:
- Voor het in beslag of in bewaring nemen van dieren is een bijdrage van € 4,3 mln. beschikbaar.
- Uitvoering van het intensiveringsplan preventie vogelgriep: maatregelen om de kans op vogelgriepuitbraken, evenals de impact daarvan, te verkleinen. LNV investeert in 2024 € 3,0 mln. in het traject waarmee toegewerkt wordt naar de verantwoorde vaccinatie van pluimvee en in overige preventieve maatregelen.
- Bekostiging van de nieuwbouw en exploitatie van een wettelijk register voor diergeneeskundigen bij het Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg (CIBG). Daarnaast zit in deze post de ondersteuning van de Commissie Buitenlands Gediplomeerde Diergeneeskundigen. In totaal besteedt LNV hieraan € 2,4 mln. in 2024.
- Voor de regie van het programma Transitie Proefdiervrije Innovatie en projecten in het kader van dierproeven en alternatieven is totaal circa € 1,3 mln. gereserveerd.
- Early warning, monitoring en bewaking van andere dierziekten en zoönosen via bijdragen die mede namens VWS gedaan worden. Neem bijvoorbeeld de bijdrage aan de monitoring van zoönosen in gezelschapsdieren met een bedrag van € 0,3 mln. Ook worden bijdragen gedaan voor de monitoring van dierziekten en zoönosen in wilde dieren; € 0,2 mln. aan Erasmus MC voor vogelgriep-monitoring in wilde vogels, en € 0,8 mln. voor monitoring in andere wilde dieren aan het Dutch Wildlife Health Center (DWHC).
- Het antibioticabeleid is sectorspecifiek en heeft een focus op terugdringen van hooggebruik en het verbeteren van diergezondheid in het algemeen. In 2024 is een totaalbedrag van € 0,8 mln. vrijgemaakt voor activiteiten voor o.a. monitoring en onderzoek, ondersteuning van richtlijnontwikkeling dierenartsen, implementatie van verplichtingen volgend uit de Verordening Diergeneesmiddelen, acties uit het Nationaal actieplan AMR en cofinanciering van de Europese samenwerking in JAMRAI.
- Voor Identificatie en registratie van dieren (I&R) is in 2024 € 0,5 mln. begroot voor de LNV-bijdrage.
- Voor het beleid rondom de versterking van het veterinaire beroepsveld is een bedrag van € 0,4 mln. gereserveerd. Er wordt een brede dialoog met belanghebbende organisaties gevoerd, waarvoor een onafhankelijk voorzitter en bijhorend secretariaat wordt aangesteld en daarnaast zal aanvullend onderzoek worden gefinancierd.
- Een bijdrage aan de financiering van voorzieningen voor de crisisparaatheid zoals bijdragen aan de deskundigengroep dierziekten, de permanente welzijnscommissie dierziekten en budget voor crisisoefeningen (€ 0,1 mln.). Ook zijn middelen beschikbaar gesteld voor diverse opdrachten in het kader van veterinaire markttoegang (€ 0,2 mln.).
- Voor psychosociale zorg voor agrariërs is in 2024 € 0,2 mln. gereserveerd.
Voedselzekerheid en internationale agrarische samenwerking
Het budget van € 3,3 mln. is bestemd voor onder andere het Programma Internationale Agroketens (PIA) en internationale agrarische samenwerking. De middelen voor PIA (€ 2,6 mln.) worden ingezet voor het versterken van de internationale positie van de Nederlandse agro- en foodsector. De middelen zijn bestemd voor de financiering van diverse kleinschalige projecten wereldwijd, maar ook voor projecten in Nederland zoals voor inkomende handels- en overheidsmissies en voor de website agroberichtenbuitenland.nl. Het Landbouwradennetwerk vervult hierbij een belangrijke rol.
Integraal Voedselbeleid
In 2024 is er voor voedselveiligheid (als onderdeel van integraal voedselbeleid) een bedrag van € 3,1 mln. geraamd. De borging van voedselveiligheid richt zich op de primaire productiefase van de voedselketen. Daarbij moet in de eerste plaats worden gedacht aan de veiligheid van diervoeders, het verwerken van dierlijke reststromen en het borgen van voedselveiligheid in de schakels van de vleessector tot en met de slacht. Samen met het tegengaan van voedselfraude draagt dit bij aan het verkleinen van de risico’s voor de volksgezondheid, het versterken van het vertrouwen van de consument in voedsel en het versterken van de (internationale) positie van de agrofoodketen. Vanuit dit budget wordt tevens een bijdrage gedaan aan de coördinatie van Codex comités, specifiek voor het jaarlijkse Codex Alimentarius comité voor contaminanten in voedsel, waarvan Nederland organisator en permanent voorzitter is. Nederland draagt daarmee ook bij aan het mondiale systeem van veilig voedsel. Daarnaast is budget gereserveerd voor een opdracht aan het agentschap College ter Beoordeling van Geneesmiddelen/Bureau Diergeneesmiddelen (eigenaar VWS) voor beleidsadvisering met betrekking tot het diergeneesmiddelenbeleid.
Bijdrage ZBO/RWT
College toelating gewasbeschermingsmiddelen en biociden
Op de LNV-begroting is in 2024 € 1,9 mln. gereserveerd voor de bijdrage aan het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb). De ministeries van LNV, IenW, SZW en VWS geven opdracht aan het Ctgb voor het geven van beleidsadviezen en het afhandelen van bezwaar- en beroepschriften en verzoeken in het kader van de Wet openbaarheid van bestuur. In totaal wordt de bijdrage via budgetoverboekingen van de genoemde ministeries gedurende het jaar daarom hoger.
Centrale Commissie Dierproeven
Voor de bijdrage aan de Centrale Commissie Dierproeven (CCD) is € 2,5 mln. gereserveerd. RVO ondersteunt de CCD bij haar werkzaamheden en ontvangt daarvoor een bijdrage, voor zover dit niet via leges in rekening kan worden gebracht bij aanvragers van projectvergunningen voor het mogen uitvoeren van dierproeven. Deze vergunningen worden door de CCD verstrekt op grond van de Wet op de dierproeven. Ook behandelt ze wijzigingsaanvragen en registreert ze meldingen.
De Wet op de dierproeven heeft als uitgangspunt dat er geen dierproeven worden uitgevoerd, tenzij hier goede redenen voor zijn en er geen andere mogelijkheden bestaan om de nodige gegevens te verkrijgen zonder gebruikmaking van dierproeven.
Medebewind/voormalige productschappen
In 2014 zijn publieke taken van de Publiekrechtelijke bedrijfsorganisaties (PBO’s) overgaan naar de centrale overheid. Het geraamde budget (€ 0,7 mln.) is onder meer bestemd voor reorganisatie- en afvloeiingskosten van voormalig medebewindspersoneel bij de PBO’s.
Raad voor de plantenrassen
Aan de Raad voor plantenrassen wordt in 2024 € 1,5 mln. ter beschikking gesteld om uitvoering te geven aan diverse wettelijke verplichtingen aanvullend op de eigen wettelijke taken. Dit betreft onder meer het inrichten en uitgeven van een Rassenlijst Bomen en het opzetten van toetsproeven in de bosbouw en methodiekontwikkeling voor het uitvoeren van proeven aan plantenrassen.
Keuringsdiensten
Dit betreft in 2024 de LNV-bijdrage van € 4,3 mln. aan diverse privaatrechtelijke zelfstandige bestuursorganen (COKZ, KCB, Naktuinbouw, SKAL). Het gaat dan met name om (tijdelijke) niet-retribueerbare kosten. Het Kwaliteits-Controle-Bureau (KCB) ontvangt bijvoorbeeld een vergoeding voor kosten die zij maken om zich voor te bereiden op nieuwe regelgeving van het Verenigd Koninkrijk als gevolg van Brexit.
Bijdrage aan medeoverheden
Specifieke uitkeringen
In 2024 is er voor de Maatregel gerichte aankoop en beëindiging veehouderijen (MGAB) € 185,3 mln. beschikbaar. De uitwerking van deze maatregel vindt nog nader plaats. Daarna wordt dit bedrag beschikbaar gesteld aan de provincies middels een specifieke uitkering ten behoeve van de stikstofaanpak. Deze maatregel is gericht op het leveren van maatwerk.
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties
FAO en overige contributies
Ten behoeve van de jaarlijkse contributies voor internationale organisaties is er in 2024 € 11,6 mln. gereserveerd. De grootste contributie die hieruit bekostigd wordt, is die aan de Food and Agriculture Organization of the United Nations (FAO) (€ 8,8 mln.). Daarnaast zijn er middelen gereserveerd voor kleinere contributies aan verschillende internationale organisaties, zoals het United Nations Environment Programme (UNEP) (€ 0,4 mln.).
Storting/onttrekking begrotingsreserve
Storting begrotingsreserve apurement
Er wordt jaarlijks € 2,5 mln. in de begrotingsreserve apurement gestort ten behoeve van eventuele financiële correcties zoals in de toelichting op de reserve omschreven.
Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken
Diergezondheidsfonds
LNV levert een bijdrage van circa € 12,4 mln. aan de begroting van het Diergezondheidsfonds (DGF) voor de bewaking en monitoring van, en voor voorzieningen bij, een dierziekte-uitbraak. Daarbij kan gedacht worden aan vaccins, destructiecapaciteit en bestrijdingsmaterialen. De bijdrage aan de Autoriteit diergeneesmiddelen is eveneens inbegrepen. Meer informatie over het DGF vindt u in het begrotingshoofdstuk van het DGF.
Ontvangsten
Agroketens
De ontvangsten van € 2,0 mln. worden voor het grootste deel veroorzaakt door het terugvorderen van voorschotten op eerder afgegeven subsidiebeschikkingen.
Mestbeleid
De ontvangsten betreffen de boete-inkomsten voor de handhaving van het mestbeleid (€ 1,5 mln.) en de bijdrage van bedrijven die gebruik maken van de derogatie (€ 5,7 mln.). De bijdrage van bedrijven betreft de kosten van het derogatiemeetnet binnen het Landelijk Meetnet Mestbeleid (LMM) en de kosten die verbonden zijn aan het verlenen van een vergunning voor derogatie.
Garanties
De ontvangsten betreffen inkomsten uit door agrariërs betaalde provisies voor de door LNV afgegeven garantstellingen aan banken. Voor 2024 worden de ontvangsten geraamd op € 1,8 mln.
Diergezondheid en dierenwelzijn
Deze geraamde ontvangsten van € 11,6 mln. hebben voor het grootste gedeelte (€ 5,2 mln.) betrekking op ontvangsten uit heffingen en retributies voor identificatie en registratie van dieren. Daarnaast zijn er ontvangsten geraamd voor boete-inkomsten op grond van de Wet dieren (€ 5,6 mln.). Ook is er een bedrag geraamd voor ontvangsten van de Centrale Commissie Dierproeven voor de behandeling van vergunningaanvragen en wijzigingen (€ 0,5 mln.). Verder zijn er ontvangsten op grond van de regeling In beslag genomen goederen (€ 0,3 mln.).
Voedselzekerheid en internationale agrarische samenwerking
De ontvangsten van circa € 5,4 mln. betreffen voornamelijk ontvangsten van vervallen waarborgsommen bij in- en uitvoercertificaten. RVO verstrekt deze in- en uitvoercertificaten op basis van de Gemeenschappelijke Marktordening.
Onttrekkingen begrotingsreserves
Zie hiervoor de toelichting op de begrotingsreserves.
ZBO's/RWT's
Dit betreft een geraamde ontvangst van € 2,3 mln. uit door de Grondkamers geïnde leges. De Grondkamers hebben als doel om goede pachtverhoudingen te bevorderen tussen verpachters en pachters van landbouwgrond. Dit doen zij door nieuwe, gewijzigde of ontbonden pachtovereenkomsten van landbouwgrond te toetsen aan wet- en regelgeving. Hiervoor vragen de Grondkamers een lege voor de uitvoeringskosten.
Toelichting op de begrotingsreserves
Begrotingsreserve Landbouw
11.667 | ‒ | 800 | 10.867 | ‒ | 600 | 10.267 |
De Begrotingsreserve Landbouw is bestemd voor omvangrijke uitgaven op het gebied van landbouwbeleid waarvoor het lastig is om een kasritme vast te stellen. Het grootste deel van de middelen is bestemd voor het flankerend beleid pelsdierhouderij (circa € 8 mln.). De hoogte van de onttrekking in 2024 voor de pelsdierhouderij zal afhangen van het gebruik van de subsidieregeling sloop- en ombouwkosten. De geraamde onttrekking in de begroting heeft betrekking op de uitvoering van het sociaaleconomisch plan pelsdierhouderij.
Het restant van de begrotingsreserve is bestemd voor verplichtingen die zijn aangegaan voor de VAMIL-compensatieregeling.
Begrotingsreserve Borgstellingsfaciliteit
104.151 | 2.500 | ‒ | 106.651 | 2.500 | 109.151 |
De begrotingsreserve Borgstellingsfaciliteit is bedoeld om de verliesdeclaraties te betalen. Deze verliesdeclaraties (als gevolg van faillissement) kunnen te zijner tijd voortkomen uit afgegeven garantstellingen op verstrekte kredieten waarmee innovatieve en duurzame investeringen in de landbouw worden gefaciliteerd. Om een garantstelling te krijgen, moet door de ondernemer een provisie worden betaald. Deze provisie-inkomsten plus een jaarlijkse bijdrage vanuit de LNV begroting (zie budgettaire tabel, onder garanties en dan «Bijdrage borgstellingsreserve») worden in deze reserve afgestort. Deze begrotingsreserve is gelinkt aan de Borgstelling MKB-Landbouwkredieten (BL) en de modules die hieronder vallen. Zo staan hier ook middelen gereserveerd om verliesdeclaraties te kunnen betalen die voortkomen uit verstrekte coronakredieten (BL-C). Ook het Vermogens Versterkend Krediet (VVK) is grotendeels een module onder de Borgstellingsfaciliteit (BL-VVK). Meer informatie over risicoregelingen en garanties is te vinden in de begrotingsparagraaf Overzicht risicoregelingen.
Begrotingsreserve Apurement
76.862 | 1.000 | 8.500 | 69.362 | 1.000 | 9.700 | 60.662 |
De begrotingsreserve Apurement heeft betrekking op correcties van de Europese Commissie (EC) vanwege een niet EU-conforme uitvoering van EU-subsidieregelingen. LNV monitort het verloop van correctievoorstellen en -besluiten en bepaalt of de omvang van deze reserve proportioneel is in relatie tot de financiële dreigingen uit lopende onderzoeken. Pas op het moment van de ontvangen uitspraak van de EC is er sprake van een juridische verplichting.
De storting in de begrotingsreserve Apurement heeft te maken met de bijdrage van de provincies (€ 1,0 mln.) aan de risicoreserve om correcties van de EC die verband houden met maatregelen van het Plattelandsontwikkelingsprogramma waarvoor zij verantwoordelijk zijn, af te dekken. De onttrekking is een totaal van bedragen, waaronder € 1,6 mln. die is onttrokken voor de opgelegde correctie door de EC omtrent Gemeenschappelijke Marktordening Groente en Fruit (GMO G&F). Deze correctie is een forfaitaire correctie van 5% op basis van de bevinding van de EC dat Nederland de subsidieaanvragen van de producentenorganisaties onvoldoende getoetst heeft op de redelijkheid van kosten.
De storting ad € 1,0 mln. in de begrotingsreserve Apurement heeft te maken met de bijdrage van de provincies aan de risicoreserve om correcties van de EC mee op te kunnen vangen. De onttrekking is een totaal van € 9,7 mln. voor € 8,2 mln. de afwikkeling van conformiteitsprocedure 2021 en € 1,5 mln. voor de afwikkeling van de graasdierpremie.
Begrotingsreserve Risicovoorziening VVK
7.000 | ‒ | ‒ | 7.000 | 7.000 |
De begrotingsreserve Risicovoorziening VVK heeft betrekking op de in het kabinet Rutte III beschikbaar gestelde middelen voor opleidings- en coachingstrajecten voor jonge boeren.
Extracomptabele fiscale regelingen
Naast de in dit begrotingsartikel genoemde instrumenten, zijn er fiscale regelingen die betrekking hebben op dit beleidsterrein. In onderstaande tabel is ter informatie het budgettaire belang van deze regelingen vermeld. De cijfers zijn ontleend aan de corresponderende bijlage ‘Fiscale regelingen’ in de Miljoenennota. Een fiscale regelingen die niet in onderstaande tabel is opgenomen, maar wel op dit beleidsartikel betrekking heeft is Accijns teruggaaf LPG glastuinbouw. Voor een beschrijving van de regelingen, de doelstelling, de ramingsgrond, een verwijzing naar de laatst uitgevoerde evaluatie en het beoogde jaar van afronding van de volgende evaluatie wordt verwezen naar de bijlage bij de Miljoenennota ‘Toelichting op de fiscale regelingen’.
Landbouwvrijstelling in de winstsfeer | 1.358 | 1.407 | 1.482 |
EB Verlaagd tarief glastuinbouw | 161 | 171 | 220 |
Btw Verlaagd tarief Sierteelt | 285 | 309 | 321 |
ASB Vrijstelling Brede Weersverzekering | 7 | 7 | 7 |
OVB Vrijstelling cultuurgrond | 191 | 258 | 268 |
- [-] = regeling is in dat jaar niet van toepassing; [0] = budgettair belang van de regeling bedraagt in dat jaar afgerond nihil.
- OVB = Overdrachtsbelasting
- EB = Energiebelasting
- ASB = Assurantiebelasting
3.2 Artikel 22 Natuur, visserij en gebiedsgericht werken
3.2.1 A. Algemene doelstelling
De Minister van LNV streeft naar een sterke en veerkrachtige natuur, een duurzame en economisch rendabele visserijsector en draagt via gebiedsgericht werken bij aan het versterken van de brede welvaart.
3.2.2 B. Rol en verantwoordelijkheid
- De Minister is verantwoordelijk voor het beschermen, versterken en duurzaam benutten van de natuur en biodiversiteit, mede in relatie tot de klimaat-, en stikstofdoelstellingen, in nationaal, EU- en mondiaal verband. Voor de natuurkwaliteit van de Rijkswateren en voor de internationale samenwerking op natuurgebied treedt de Minister als eerstverantwoordelijke op.
- De Minister is verantwoordelijk voor het versterken van de positie van de Nederlandse visserijketen en het bevorderen van duurzaamheid, transparantie en ketenverantwoordelijkheid in de Nederlandse visserijketen.
- De Minister is medeverantwoordelijk voor gebiedsgericht werken, waarbij de LNV-opgaven in onderlinge samenhang met andere maatschappelijke en regionale opgaven optimaal worden opgepakt om te komen tot een optimale versterking van de brede welvaart.
- De Minister voert de regie over de aanpak van regionale knelpunten en de inzet van de Regio Envelop, in overleg met de Minister van BZK.
- De Minister is het aanspreekpunt voor wat betreft de betrokkenheid van het Rijk bij bodemdaling in het landelijke gebied in relatie tot landbouw, natuur en biodiversiteit en de vitaliteit van het platteland in bredere zin en voor landbouw als onderdeel van het Klimaatakkoord.
De Minister is (mede)verantwoordelijk voor:
Stimuleren
- Het stimuleren en versterken van de maatschappelijke betrokkenheid bij het beschermen, versterken en duurzaam benutten van natuur en biodiversiteit, op zowel nationaal als internationaal niveau.
- Het bevorderen van behoud en versterken van biodiversiteit in het agrarisch gebied en binnen agroketens.
- Het ondersteunen van het versterken van de positie van de Nationale parken.
- Het stimuleren van de inzet van de Nederlandse bos-, natuur- en houtsector in het energie- en klimaatbeleid en het bevorderen van de duurzame bijdrage van bos en natuur aan de groene grondstoffenvoorziening.
- Het stimuleren van maatschappelijke initiatieven in lijn met de LNV-visie, Nederland Natuurpositief, het Programma Natuur en het Natuur- en milieubeleidsplan Caribisch Nederland.
- Het bevorderen van een duurzame, innovatieve en rendabele visserij- en aquacultuursector binnen de kaders van het Gemeenschappelijk visserijbeleid (Europees Maritiem, Visserij en Aquacultuur Fonds 2021-2027 (EMVAF)).
Regisseren
- Het inzetten, samen met medeoverheden en bedrijfsleven, op de totstandkoming van afspraken over het versterken van biodiversiteit, aansluitend op de afspraken uit de EU-Biodiversiteitsstrategie en het mondiale biodiversiteitsverdrag (Convention on Biological Diversity, CBD).
- Het voeren van regie op de aanpak van regionale knelpunten en de inzet van de Regio envelop, in overleg met de Minister van BZK, met als doel om de brede welvaart in de regio’s in Nederland te versterken.
Uitvoeren
- Het met provincies nakomen van afspraken die gemaakt zijn in het Natuurpact en samen met provincies en IenW/RWS monitoren van de toestand van de natuur en biodiversiteit en benutting van natuur op land en in het water.
- Het samen met de provincies opstellen van het gezamenlijke Programma Natuur, waarmee onder andere invulling wordt gegeven aan het ambitiedocument Nederland Natuurpositief en aan de langjarige financiële impuls in het natuurbeleid als gevolg van de stikstofaanpak.
- Het onderhouden en handhaven van onder andere de Wet natuurbescherming en de Wet grondslagen natuurbeheer- en bescherming Caribisch Nederland en het treffen van voorbereidingen voor het invoeren van de Omgevingswet.
- Het voorbereiden en uitvoeren van internationale en in EU-verband gemaakte afspraken over de internationale handel in bedreigde dier- en plantsoorten.
- De implementatie van het Europese exotenbeleid. De provincies zijn verantwoordelijk voor het beheer van invasieve exoten.
- Het doen uitvoeren van regelingen en programma’s, zoals de natuuronderdelen van de Mariene Strategie waaronder het Noordzeeakkoord en het Programma Noordzee 2022-2027 en het beheer van Kroondomeinen
- Het samen met provincies uitwerken en uitvoeren van de bossenstrategie.
- Staatsbosbeheer in staat stellen om, in samenhang met zijn maatschappelijke omgeving, uitvoering te kunnen geven aan zijn (kern)taken, zoals bedoeld in de Wet verzelfstandiging Staatsbosbeheer en het Convenant LNV/Staatsbosbeheer (2014).
3.2.3 C. Beleidswijzigingen
Ecologisch impulspakket wadden
Het Waddengebied is een van de regio’s in Nederland waar aanlanding van wind op zee een rol speelt. Deze regio’s worden geconfronteerd met extra milieudruk, benodigde ruimte voor deze projecten en effecten op de leefomgeving. Binnen het Programma aansluiting wind op zee – Eemshaven (PAWOZ) wordt onderzocht via welke routes kabels en leidingen van windparken in de Noordzee naar de Eemshaven kunnen gaan. Bij elk van de mogelijke routes zal in meer of mindere mate het Unesco Werelderfgoed Waddenzee worden doorkruist. Het Rijk is zich bewust van effecten voor de regio en wil hieraan tegemoet komen met investeringen in deze gebieden om de lokale leefomgeving te verbeteren. Bovenop de middelen die landelijk beschikbaar worden gemaakt voor gebiedsinvesteringen bij aanlanding van elektriciteit, heeft het Rijk tot en met 2025 specifiek voor het Waddengebied middelen beschikbaar gesteld voor een Ecologisch Impulspakket Waddengebied (€ 18 mln.). Hiermee wordt specifiek in de ecologie van het Waddengebied geïnvesteerd. Het pakket sluit aan op de uitdagingen op het terrein van natuurherstel en -beheer zoals genoemd in de Agenda voor het Waddengebied 2050.
Overkoepelend LNV Grondbeleid
Voor het behalen van de NPLG doelen is grondmobiliteit essentieel. LNV hanteert daarvoor in samenspel met andere overheden diverse grondinstrumenten om de gewenste inrichting van het landelijk gebied te realiseren. Er is binnen LNV behoefte aan een visie en positionering op grond en overzicht van het totale palet aan grondinstrumentarium in samenhang. Daarom is in 2023 een nieuw team Grondbeleid opgericht. Dit team zal in 2024 een overkoepelend LNV grondbeleid opleveren. In dat beleid wordt de integraliteit en volledigheid van het instrumentarium geborgd en de inbreng van LNV uitgewerkt.
Natuurmonitoring
Het kabinet werkt met provincies en andere partijen aan intensivering en verbetering van natuurmonitoring, aanvullend op de bestaande basis met het Netwerk Ecologische Monitoring (NEM) en de Databank Flora en Fauna (NDFF). De ambitie is dat inzichtelijker wordt wat het effect is van de natuurherstelmaatregelen op systeemherstel in en rond natuurgebieden, of de gewenste condities worden bereikt die nodig zijn voor de instandhoudingsdoelen van habitattypen en soorten uit Vogel- en Habitatrichtlijn (VHR), en of deze VHR doelen worden bereikt op zowel landelijk als gebiedsniveau. Het ‘Verbeterprogramma VHR natuurmonitoring’ speelt onder andere in op de nieuwe informatiebehoeftes vanuit Programma Natuur en het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) om te rapporteren over doelen van de Vogel- en Habitatrichtlijn (VHR) op meerdere schaalniveaus. Het programma steunt op drie pijlers:
- Monitoring van natuurmaatregelen;
- Monitoring van omgevingscondities; en
- Monitoring van VHR doelbereik.
Uitvoering van het verbeterprogramma vergt een langjarige inzet (2023-2030), waarbij verbeteringen stapsgewijs worden doorgevoerd. De ambities is om eind 2024 onder andere een publieksvriendelijk digitaal dashboard ontwikkeld te hebben en de transitie van de NDFF naar een systeem met open data te hebben afgerond.
Nationaal Biodiversiteits Strategisch Actieplan (NBSAP)
In 2024 zal het Nationaal Biodiversiteit Strategisch Actieplan (NBSAP) worden gepresenteerd. Het NBSAP vloeit voort uit het Global Biodiversity Framework (GBF), waarover partijen bij het VN-Biodiversiteitsverdrag in december 2022 afspraken hebben gemaakt in Montreal. In dit NBSAP geeft Nederland weer hoe de doelen uit het GBF zullen worden vertaald in het nationaal beleid.
Nationale Parken
In juni 2023 heeft de Minister voor Natuur en Stikstof het Beleidsprogramma Nationale Parken 2024-2030 uitgebracht. Hieraan hebben nationale parken, provincies en partners onder regie van LNV samen gewerkt. Het Beleidsprogramma 2024-2030 geeft aan hoe parkorganisaties, provincies, Rijk en partners de komende jaren invulling willen geven aan de ontwikkeling van Nederlandse nationale parken naar robuuste natuur en landschapsgebieden met onthaalfunctie. Het bevat onder andere ambities, doelen en basiseisen waar bestaande parken op termijn en nieuwe parken bij aanvang aan moeten voldoen. Op basis van dit beleidsprogramma heeft LNV voor de jaren 2024-2030 € 5,0 miljoen per jaar extra gereserveerd voor het versterken van de positie van nationale parken. Dit komt bovenop de reeds beschikbare € 1,3 miljoen. Op een later moment in 2023 vindt uitwerking op onderdelen van het beleidsprogramma plaats en worden afspraken gemaakt over de gezamenlijke financiering door Rijk en provincies.
Gebiedsgerichte aanpak
In 2024 vervolgt LNV de beoordeling van gebiedsprogramma’s, het opstellen en vaststellen van het Meerjarenprogramma landelijk gebied 2024, en het inzetten van de Nationale Grondbank (NGB) als instrument om de grondmobiliteit ten behoeve van de transitie in het landelijk gebied te versnellen.
Aanpak Piekbelasters
Voor de aanpak piekbelasters is de programmadirectie Uitvoering Aanpak Piekbelasters (UAPB) opgezet. De UAPB informeert, begeleidt en ondersteunt in nauwe samenwerking met provincies en andere medeoverheden circa 3000 agrarische bedrijven in het maken van een keuze om te komen tot forse stikstofreductie. Voor agrarisch ondernemers staan zaakbegeleiders ter beschikking. Op basis van verschillende (uit te werken) regelingen kunnen agrarische ondernemers de keuze maken om hun bedrijf te beëindigen dan wel anders vorm te geven door (combinaties van) innoveren, extensiveren, omschakelen of verplaatsen. Deelname is vrijwillig.
3.2.4 D. Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 758.961 | 776.915 | 737.688 | 604.307 | 503.512 | 499.597 | 495.866 |
Uitgaven | 583.999 | 1.412.487 | 770.485 | 624.738 | 502.324 | 499.158 | 495.850 |
Subsidies (regelingen) | |||||||
Vermaatschappelijking Natuur en Biodiversiteit | 5.841 | 7.037 | 6.085 | 5.814 | 6.349 | 6.698 | 6.698 |
Natuur en Biodiversiteit op land | 23.303 | 47.791 | 78.238 | 89.415 | 24.337 | 21.400 | 17.664 |
Beheer Kroondomeinen | 775 | 803 | 803 | 803 | 803 | 803 | 803 |
Duurzame visserij | 8.144 | 214.663 | 14.859 | 6.871 | 6.159 | 6.580 | 6.462 |
Overige stelsel activiteiten | 4.695 | 6.543 | 6.208 | 6.302 | 6.187 | 6.719 | 6.719 |
Natuur en Biodiversiteit Grote Wateren | 0 | 3.900 | 3.900 | 2.100 | 0 | 0 | 0 |
Leningen | |||||||
Leningen rente en aflossing | 22.922 | 22.263 | 22.145 | 22.145 | 22.145 | 22.145 | 22.145 |
Garanties | |||||||
Garantie Klimaatfonds | 350 | 322 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
(Schade)vergoeding | |||||||
Vermaatschappelijking natuur en biodiversiteit | 0 | 1.000 | 5.000 | 5.000 | 0 | 0 | 0 |
Opdrachten | |||||||
Vermaatschappelijking Natuur en Biodiversiteit | 4.762 | 6.177 | 15.147 | 14.187 | 12.010 | 12.039 | 12.039 |
Natuur en Biodiversiteit op land | 28.274 | 35.197 | 75.344 | 68.208 | 41.827 | 41.859 | 42.241 |
Natuur en Biodiversiteit Grote Wateren | 6.585 | 19.934 | 34.056 | 34.215 | 36.964 | 35.511 | 35.559 |
Duurzame visserij | 570 | 29.217 | 36.940 | 29.918 | 30.653 | 30.966 | 30.765 |
Internationale Samenwerking | 2.103 | 2.188 | 3.027 | 3.080 | 3.068 | 3.068 | 3.068 |
Klimaatimpuls Natuur en Biodiversiteit | 4.538 | 5.993 | 5.998 | 3.306 | 3.306 | 3.306 | 3.306 |
Regio Deals | 292 | 25 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijdrage aan agentschappen | |||||||
Rijksrederij | 13.399 | 12.574 | 9.812 | 10.148 | 9.812 | 9.812 | 10.129 |
Rijksvastgoedbedrijf | 0 | 100.000 | 100.000 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's | |||||||
Staatsbosbeheer | 29.649 | 31.077 | 30.987 | 30.965 | 31.025 | 30.573 | 30.573 |
Bijdrage aan medeoverheden | |||||||
Caribisch Nederland | 3.212 | 11.725 | 16.475 | 800 | 800 | 800 | 800 |
Specifieke uitkering | 421.776 | 851.893 | 303.620 | 289.620 | 265.039 | 265.039 | 265.039 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | |||||||
Internationale Samenwerking | 1.535 | 2.165 | 1.841 | 1.841 | 1.840 | 1.840 | 1.840 |
Storting/onttrekking begrotingsreserve | |||||||
Storting begrotingsreserve visserij | 1.274 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Ontvangsten | 52.889 | 57.916 | 34.190 | 31.486 | 47.662 | 49.464 | 60.241 |
Ontvangsten | |||||||
Landinrichtingsrente | 26.429 | 24.153 | 22.845 | 19.641 | 18.197 | 16.544 | 14.416 |
Verkoop gronden | 8.804 | 1.000 | 500 | 1.000 | 18.620 | 23.275 | 36.380 |
Overige ontvangsten natuur | 11.600 | 5.387 | 2.089 | 2.089 | 2.089 | 2.089 | 1.889 |
Duurzame visserij | 6.056 | 24.247 | 8.756 | 8.756 | 8.756 | 7.556 | 7.556 |
Onttrekkingen begrotingsreserves | 0 | 3.129 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Budgetflexibiliteit
Het budget voor 2024 op artikel 22 is voor ongeveer € 210 mln. (27%) juridisch verplicht, voor € 552,5 mln. (72%) bestuurlijk gebonden en voor € 7,8 mln. (1%) beleidsmatig gereserveerd. Zo zijn bijvoorbeeld uitgaven voor natuur en biodiversiteit op het land grotendeels juridisch verplicht. Voor de specifieke uitkering in het kader van het Programma Natuur zijn meerjarige afspraken met provincies gemaakt, waardoor dit bedrag grotendeels bestuurlijk gebonden is.
juridisch verplicht | 27% |
bestuurlijk gebonden | 72% |
beleidsmatig gereserveerd | 1% |
nog niet ingevuld/vrij te besteden | 0% |
3.2.5 E. Toelichting op de financiële instrumenten
Subsidies
Vermaatschappelijking Natuur en Biodiversiteit.
Voor subsidies ‘Vermaatschappelijking natuur en biodiversiteit’ is in 2024 € 6,1 mln. beschikbaar. De middelen worden ingezet voor de volgende activiteiten:
- Natuurcombinaties (€ 2,8 mln.): onder de noemer natuurcombinaties werkt LNV aan het verankeren van het belang van natuur in andere sectoren in landelijk en stedelijk gebied en het beter gebruik maken van de natuur bij de aanpak van maatschappelijke opgaven (nature based solutions). Het beschikbare budget wordt ingezet voor de ondersteuning van kansrijke maatschappelijke initiatieven, de opbouw van kennis door ondersteuning van onderzoeken en pilots ten behoeve van onderbouwing van beleidskeuzes en ten behoeve van versnelling en opschaling van natuurinclusieve praktijken en de verspreiding van kennis en netwerkvorming, waardoor initiatiefnemers en koplopers van elkaar kunnen leren. Daarbij richt de inzet zich onder meer op natuurinclusieve landbouw, natuurinclusief bouwen, groen in en om de stad en de rol van natuur in de energietransitie (bijvoorbeeld bij isoleren).
- Nationale Parken (€ 1,6 mln.): dit subsidiebudget wordt, naast het opdrachtenbudget voor Nationale Parken, ingezet voor onder andere de educatie in de Nationale Parken, financiering van het ondersteunende bureau, uitfinanciering van de Regeling Tijdelijke ondersteuning Nationale Parken (in 2024) en versterking van de positie van de parken. Besluitvorming over de gezamenlijk financiering van het beleidsprogramma tussen Rijk en provincies vindt dit najaar plaats.
- Natuurlijk Kapitaal en Vergroening van de financiële sector (€ 1,6 mln.): LNV werkt samen met onder meer MVO Nederland, IUCN Nederland, Stichting voor Duurzame Ontwikkeling, De Nederlandsche Bank en financiële instellingen kennisinstellingen aan methoden en instrumenten die inzicht geven in het beslag op en de afhankelijkheid van biodiversiteit en ecosysteemdiensten van bedrijven en financiële instellingen. Ook wordt gewerkt aan toepassing van de methoden en instrumenten door overheden en gebiedspartijen, bijvoorbeeld voor ruimtelijke en thematische vraagstukken. De beschikbare middelen worden ingezet voor het ondersteunen en stimuleren van private partijen, financiële instellingen, overheden en andere maatschappelijke partijen om daarmee aan de slag te gaan en het ontwikkelen en ontsluiten van de hiervoor benodigde informatie, ook in internationaal verband.
Natuur en biodiversiteit op land
Voor natuur en biodiversiteit op land is in 2024 € 78,2 mln. beschikbaar.
Hiervan is € 20,6 mln. gereserveerd voor de uitfinanciering van de Regeling versneld natuurherstel. Met deze regeling wordt ingezet op natuurherstelprojecten bij terreinbeherende organisaties. Maatregelen hebben binnen deze regeling tot doel natuurherstel en natuurverbetering ten behoeve van het bereiken van de instandhoudingsdoelen van stikstofgevoelige habitats in Natura 2000-gebieden. De maatregelen zijn onderdeel van de structurele stikstofaanpak (Kamerstukken 35 334, nr. 82). De eerste tranche heeft in 2021 open gestaan, de tweede tranche in 2022. Hieruit zijn verschillende maatregelen gefinancierd waarvan het grootste gedeelte bestaat uit het verwijderen van bosopslag, toevoegen van steenmeel, hydrologische maatregelen, begrazing en plaggen en chopperen.
Ook is er € 22,2 mln. uit de natuurcompensatiebank gereserveerd voor een aantal specifieke (bovenwettelijke) stikstofmaatregelen op het gebied van industrie, bouw en mobiliteit, waaronder de industriële piekbelasters. De precieze maatregelen worden nog nader uitgewerkt.
Verder wordt € 16,4 mln. geraamd voor de uitvoering van de samenwerkingsmaatregel Veenweiden en overgangsgebieden N2000. Het gaat hier om de additionele middelen bovenop de EU-financiering uit het GLB-NSP. De regeling wordt bij de eerste openstelling in overgangsgebieden N2000 gericht op reductie ammoniakemissie door extensivering van melkveehouderijbedrijven. Het budget is voor ondersteuning van de samenwerking en voor een jaarlijkse vergoeding voor extensivering. Ook is er budget voor de voorbereiding van een gebiedsplan of van een samenwerkingsverband. Daarnaast wordt er € 6,7 mln. geraamd voor het Programma Veenweide die onder meer worden ingezet voor de uitvoering van het Nationaal Onderzoeksprogramma Broeikasgassen Veenweiden (NOBV), de uitvoering van GLB-pilots en onderzoek via het Nationaal Veenweide Innovatieprogramma (VIP-NL). Op basis hiervan vindt op diverse locaties, verspreid over de veenweidegebieden, onderzoek plaats en worden pilots uitgevoerd. Verder wordt er een budget van € 1,3 mln. gereserveerd voor financiële ondersteuning van onderzoeken in het kader van het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb). Tot slot wordt er € 0,4 mln. geraamd voor de uitfinanciering van de Tijdelijke regeling particulier natuurbeheer (Staatscourant 1998, nr. 163, 15298).
Ter versnelling van de uitvoering van het Aanvalsplan landschap wordt er incidenteel € 15,0 mln. budget toegevoegd aan de interventie Niet productieve investeringen op landbouwbedrijven, waarvan € 7,5 mln. in 2024 en € 7,5 mln. in 2025 wordt uitgegeven. Het NPLG heeft het doel opgenomen dat 10% van het landelijk gebied in 2050 groenblauwe dooradering (GBDA) heeft. Hiervoor wordt in 2024 een start gemaakt met het aanvalsplan landschapselementen. De doelstelling is om daarmee ruim 650 hectare nieuwe landschapselementen te realiseren. Agrarische ondernemers wordt de mogelijkheid geboden om landschapselementen op hun landbouwgrond aan te leggen (interventie Niet productieve investering op landbouwbedrijven). Dit is onderdeel van een grotere opgave, maar dit bedrag helpt om nu een start te maken met de genoemde 650 hectare.
In 2022 is de Ecologische Autoriteit voor acht jaar ingesteld. De Ecologische Autoriteit is hoofdzakelijke verantwoordelijke voor: 1) het toetsen of de essentiële ecologische informatie aanwezig is voor besluitvorming en 2) het op onafhankelijke wijze beoordelen van de wetenschappelijke onderbouwing op breed ecologische vlak van de informatie die nodig is voor het vaststellen van besluiten over gebiedsprogramma's en natuurdoelanalyses. Voor 2024 is een bedrag beschikbaar van € 3,2 mln. voor de kosten van de Ecologische Autoriteit. Deze middelen worden ingezet voor het uitvoeren van taken en het leveren van adviezen van de Ecologische Autoriteit.
Beheer Kroondomeinen
Het Loo is een landgoed van circa 10.400 hectare en bestaat uit twee deelgebieden: de Staatsdomeinen bij Het Loo en het eigenlijke Kroondomein. Bij de Staatsdomeinen bij Het Loo zijn de baten en lasten voor rekening van de Staat. Het eigenlijke Kroondomein (6.700 hectare) wordt, zoals is vastgelegd in de Wet op het Kroondomein, geëxploiteerd door de Kroondrager, waarbij alle baten en lasten voor zijn/haar rekening komen. Het juridisch eigendom berust bij de Staat. Het Rijk heeft voor de periode 2022-2027 een subsidie verstrekt aan de Kroondrager voor beheer- en inrichtingsmaatregelen van het Kroondomein. Voor deze subsidie is in 2024 € 0,8 mln. geraamd.
Duurzame visserij
Het subsidiebudget voor Duurzame Visserij in 2024 bedraagt € 14,9 mln. Hiervan is € 6,1 mln. bestemd voor cofinanciering van het Europees Maritiem Visserij en Aquacultuur Fonds (EMFAF). Het EMFAF-programma is verbonden met de bredere beleidsagenda voor visserij, aquacultuur en maritieme zaken. De grote uitdagingen voor de toekomst zijn de klimaatopgave en het beschermen van kwetsbare biodiversiteit op zee en andere wateren. De EMFAF-middelen dragen bij aan deze uitdagingen middels een breed spectrum van activiteiten en maatregelen, waaronder het geven van steun aan innovaties, investeringen en onderzoek. Daarnaast is in 2024 € 1,6 mln. gereserveerd voor de nationale innovatiemiddelen visserij welke volgen uit afspraken uit het Regeerakkoord van Rutte-III. Verder is in 2024 € 7,1 mln. beschikbaar voor de verduurzaming van de IJsselmeervisserij, conform de inzet uit het Actieplan ‘Toekomstig visserijbeheer IJsselmeergebied’ (Kamerstuk 29 664, nr. 71). Hiervan is € 5,0 mln. onderdeel van de Regio Deal Noordelijk Flevoland. In 2023 hebben de voorbereidende werkzaamheden voor een saneringsregeling voor het IJsselmeergebied plaatsgevonden. De beoogde saneringsregeling is ter toetsing en accordering in 2023 aan de Europese Commissie voorgelegd.
Overige stelsel activiteiten
Het budget voor Overige stelsel activiteiten in 2024 bedraagt € 6,2 mln. en wordt met name ingezet voor (internationaal) verplichte monitoring van natuurinformatie. Het verzamelen van gegevens over planten, dieren en habitats (monitoring) is nodig om de voortgang bij het realiseren van (inter)nationale natuurdoelen te kunnen volgen en indien nodig bij te sturen en voor het opstellen van de internationale rapportages op het gebied van natuur en biodiversiteit (waaronder de EU-richtlijnen, CBD, Verdrag van Bern, Verdrag van Bonn en het Waddenverdrag). De gegevens worden vooral via het Netwerk Ecologische Monitoring (NEM) verzameld. Ook worden middelen uit dit budget ingezet voor de 8e Nederlandse Bosinventarisatie, die gegevens levert voor internationale bos en klimaatrapportages (waaronder UNFCCC (onderdeel LULUCF), GFRA, ITTO/ITTA en Forest Europe). Verder verstrekt LNV een bijdrage aan BIJ12 voor het beheer van de Nationale Databank Flora en Fauna (NDFF) en aan het CBS voor de statistische bewerking van natuurgegevens en publicaties daarover in het Compendium voor de Leefomgeving.
Natuur en biodiversiteit Grote Wateren
In het kader van de energietransitie zijn er middelen beschikbaar voor natuur in de Waddenzee, het 'Ecologisch Impulspakket Waddenzee'. Het subsidiebudget hiervoor bedraag € 3,9 mln. Inclusief het opdrachtenbudget gaat het om € 7,9 mln. Deze middelen worden ingezet op natuurprojecten voor vogels, het Integraal Beheerplan Waddenzee, herstel zoetzout overgangen en onderzoek naar ecologische effecten van klimaatverandering (inclusief cumulatie). Daarnaast worden middelen ingezet voor het project Wij & Wadvogels, het project Waakvogels en het NWO-NWA onderzoeksprogramma «Understanding complex pressures on the Wadden Sea & options for action».
Leningen
Leningen rente en aflossing
In 2024 is er € 22,1 mln. geraamd voor de betaling van de rente op en aflossing van leningen die LNV heeft uitstaan. Deze leningen zijn in het verleden met tussenkomst van het Nationaal Groenfonds verstrekt voor de realisatie (verwerving en doorlevering van gronden) van het Natuurnetwerk Nederland (voorheen: Ecologische Hoofdstructuur). Door de decentralisatie van het natuurbeleid naar de provincies worden hiervoor geen nieuwe leningen meer aangegaan.
(Schade)vergoeding
Vermaatschappelijking Natuur en biodiversiteit
Om schadeclaims van zogeheten PAS-melders te behandelen, is een onafhankelijke commissie ingericht. Voor de kosten van deze commissie en de schadevergoedingen is een bedrag van € 5,0 mln. geraamd.
Opdrachten
Vermaatschappelijking Natuur en Biodiversiteit
In 2024 is € 15,1 mln. gereserveerd voor activiteiten ten behoeve van het verankeren van het belang en de waarde van natuur in verschillende maatschappelijke sectoren. Deze activiteiten zijn de volgende:
- Stikstofaanpak (€ 9,0 mln.): De ontwikkeling van de aanpak van stikstof wordt ondersteund met middelen voor beheer, ontwikkeling, advies en actualisatie van het rekeninstrument AERIUS (€ 5,4 mln.). Ook worden middelen ingezet voor ondersteuning en advies, onder meer via de inzet van RVO op het gebied van ruimtelijke processen en dataverzameling, informatievoorziening en kennisuitwisseling, en worden middelen ingezet voor het Informatiepunt stikstof dat ondersteuning biedt bij vragen van burgers, ondernemers en overheidsinstanties over stikstof en de toepassing van nieuw beleid bij toestemmingsverlening (€ 2,2 mln.).
- Nationale Parken (€ 5,2 mln.): dit opdrachtenbudget wordt, naast een deel subsidiebudget, ingezet voor onder andere de educatie in de Nationale Parken, financiering van het ondersteunende bureau en versterking van de positie van de parken. Besluitvorming over de gezamenlijk financiering van het beleidsprogramma tussen Rijk en provincies vindt in het najaar van 2023 plaats.
- Het overige budget (€ 1,0 mln.) wordt ingezet voor verschillende activiteiten op het gebied van onderzoek en stikstofmetingen.
Natuur en biodiversiteit op land
Voor opdrachten op het gebied van Natuur en Biodiversiteit op land is in 2024 € 75,3 mln. geraamd. De middelen worden grotendeels ingezet voor het Programma Natuur. Voor de aanpak van de stikstofproblematiek wordt in 2024 ruim € 300 mln. ingezet voor het versterken van de natuur (Kamerstuk 35 334, nr. 82). LNV heeft hiervoor via het Programma Natuur meerjarige afspraken met provincies gemaakt. Het gaat daarbij om gebiedsgerichte maatregelen die nodig zijn om de instandhoudingsdoelstellingen te bereiken en om ervoor te zorgen dat de kwaliteit van de natuurlijke habitats van soorten niet verslechtert. De focus ligt hierbij op systeemherstel van overbelaste stikstofgevoelige natuur. Het gaat daarbij onder andere over:
- het versnellen en naar voren halen van natuur herstelmaatregelen om de gevolgen van stikstofdepositie in natuurgebieden sneller te verminderen; het verbeteren van de hydrologie om de kwaliteit van de natuur te verhogen en het verbeteren van het natuurbeheer om beter in staat te zijn de natuurdoelen te halen;
- het versneld realiseren van het Natuur Netwerk Nederland ten behoeve van stikstofgevoelige habitats en leefgebieden door het versneld realiseren van grondverwerving en inrichtingsmaatregelen;
- het verder versterken van het systeem van robuuste natuurgebieden door ecologische en landschappelijke verbindingen, uitbreiding van natuur bij essentiële schakels in het natuurnetwerk en het realiseren van kwaliteitsverhoging van riviernatuur in samenhang met waterveiligheid;
- het verbeteren van condities voor behoud en herstel van algemene soorten.
Een deel van de te nemen maatregelen binnen het Programma Natuur wordt op het opdrachtenbudget geraamd. Dit budget van € 47,2 mln. is gereserveerd voor onder andere een opdracht aan Rijkswaterstaat voor kwaliteitsverhoging van riviernatuur, voor monitoring, voor tools voor basiskwaliteit natuur en voor andere opdrachten. Daarnaast wordt een deel van het budget ingezet voor de Agenda Natuurinclusief. Vanaf 2024 zal uitvoering worden gegeven aan de Agenda Natuurinclusief 2.0 en de investeringsagenda. Ook is een deel van het budget gereserveerd voor een overheveling naar het Provinciefonds voor het Aanvalsplan Grutto.
Regieorganisatie Transitie Landelijk Gebied (RTLG) werkt samen met provincies, gemeenten, waterschappen en andere (overheids)partners aan het realiseren van de gezamenlijke en langjarige aanpak om de doelen rondom natuur, water en klimaat te halen. Het beleidsbudget in 2024 bedraagt € 15,8 mln. Met deze middelen geeft RTLG uitvoering aan deze taken door opdrachten te verstrekken voor bijvoorbeeld het organiseren van regiodagen (€ 0,4 mln.), het doen van onderzoeken (1,3 mln.), het uitvoeren van de Nationale Grondbank (€ 5,4 mln.), en het (door)ontwikkelen van instrumentarium voor de gebiedsgerichte aanpak (€ 0,5 mln.). Daarnaast wordt 2024 wordt een opdracht verstrekt aan zes Rijksuitvoeringsorganisaties (RUO’s), te weten: RVO, Kadaster, RVB, RWS, Staatsbosbeheer en RCE, gericht op: 1) het (door)ontwikkelen van een centraal portaal (met backoffice, voor vragen en verzoeken) voor overheden in relatie tot de diensten van deze RUO’s, 2) een Digitale Data Faciliteit voor het delen van data, en 3) de inbreng van expertise ter ondersteuning van de gebiedsprocessen (€ 5 mln.). Voor de bevordering van kennisontwikkeling en -deling, ten bate van de transitie in het landelijk gebied wordt er ingezet op onderzoek gericht op gebiedsontwikkeling en transitiemanagement, met inbegrip van advies en kennisvalorisatie (€ 1,9 mln.) en op het ontwikkelen van nieuwe tools om (andere) overheden te ondersteunen bij hun gebiedsgerichte opgaven (€ 0,5 mln.). Voor gesprek ken met de agrarisch ondernemer, maatschappelijke partijen en mede overheden over de toekomst van het landelijk gebied is de aanpak van het project ‘Toekomstgesprek transitie landelijk gebied’ er op gericht langjarig en breed georiënteerd in gesprek te blijven en te zorgen dat partijen de transitie door kunnen maken en een bijdrage kunnen leveren aan de gebiedsprocessen (€ 0,9 mln.).
De Uitvoering Aanpak Piekbelasters is gericht op het fors verminderen van de stikstofreductie van circa 3000 agrarische ondernemers die vallen onder de aanpak piekbelasters. Om dit te realiseren is in de uitvoering vormgegeven aan drie lijnen (waarvan de tweede lijn wordt verantwoord op Bijdragen aan medeoverheden):
- De eerste lijn is gericht op de gehele doelgroep: informatie en tool op website, belteams RVO en BIJ12, aanvraagmodules RVO, informatievoorziening aan verschillende doelgroepen; actieve doorverwijzing naar 2e lijn als ondernemer die behoefte uit (€ 6,1 mln.).
- De derde lijn omvat specialistische kennis: biedt kennis op gebied van fiscaliteit, grondzaken, bedrijfswaardering, sociaal-psychologische ondersteuning aan de zaakbegeleiders en kan eventueel zeer complexe zaken overnemen van de 2e lijn (€ 3,0 mln.).
Het overige opdrachtenbudget voor Natuur en biodiversiteit op land (€ 3,2 mln.) wordt ingezet voor verschillende activiteiten waarvoor LNV als systeemverantwoordelijke verantwoordelijk is gebleven na de decentralisatie van natuurtaken naar provincies. Zo worden middelen ingezet met betrekking tot natuurwetgeving, natuurvergunningenverlening, Natura2000-gebieden en nationaal soortenbeleid. Vanuit het nationaal soortenbeleid is er in 2024 extra aandacht voor de verbeterde aanpak van invasieve exoten en stelselherziening jacht en faunabeheer (zie beleidsprioriteiten).
Natuur en biodiversiteit Grote Wateren
In 2024 is er voor opdrachten op het terrein van natuur en biodiversiteit in grote wateren € 34,1 mln. beschikbaar. Het Rijk is verantwoordelijk voor het beschermen en versterken van natuur en biodiversiteit in de grote wateren (het Waddengebied, de Zuidwestelijke Delta, het IJsselmeergebied, de Noordzee, het kustgebied en het rivierengebied). LNV zorgt ervoor dat het natuurbelang goed is gewaarborgd bij het gebruik en beheer van grote wateren en bij de uitvoering van projecten. Het budget is bestemd voor de volgende activiteiten:
- Versterking Noordzee ecosysteem (inpassing van windenergie op zee) (€ 16,6 mln.): Het kabinet streeft er naar de klimaatdoelen te verbinden aan de doelen van het Noordzee milieu- en ecosysteem. Daarmee wordt parallel aan de uitrol van windenergie op zee ingezet op de versterking van de draagkracht van het natuurlijke kapitaal van de Noordzee. De maatregelen zijn gericht op de ontwikkeling van natuurversterking en soortenbescherming binnen en buiten windenergieparken, inclusief experimenten natuurinclusief bouwen; investeren in aanvullende natuurherstelmaatregelen binnen en buiten windenergieparken en gerichte compensatie voor de natuur, waaronder Natura 2000-gebieden. Ook wordt de aankomende jaren ingezet op de digitalisering Ecologische Monitoring Noordzee, wat de monitoring van het toenemend menselijk gebruik van de Noordzee efficiënter en makkelijker uitvoerbaar maakt. In de periode 2023 tot en met 2030 is in totaal € 182,6 mln. gereserveerd voor de versterking Noordzee ecosysteem.
- Ecologisch Impulspakket Wadden (€ 4,0 mln.): In het kader van de energietransitie zijn er middelen beschikbaar voor natuur in de Waddenzee, het 'Ecologisch Impulspakket Waddenzee'. Het gaat hier om het opdrachtenbudget. Inclusief het subsidiebudget gaat het om € 7,9 mln.
- Natuur grote wateren (€ 10,9 mln.): om de natuur een bestendige plaats te geven te midden van ons intensieve gebruik, wordt geïnvesteerd in de veerkracht van het natuurlijk systeem. LNV werkt gebiedsgericht samen met andere overheden, natuurorganisaties en bedrijven om deze veerkracht en Natura 2000-doelen in de grote wateren te realiseren en doet dat door uitvoering middels de Programmatische Aanpak Grote Wateren (PAGW). Door middel van systeemingrepen en aanpassingen in beheer wordt gewerkt aan ecologisch gezonde en toekomstbestendige grote wateren. LNV participeert bijvoorbeeld in de ontwikkeling van het Integraal Rivier Management (IRM) programma voor de grote rivieren en heeft regie op de ontwikkeling van het toekomstbestendige ecologische systeem van het Markermeer en het IJmeer. In 2024 worden de voorstellen die door de ministeries van IenW en LNV zijn goedgekeurd in het kader van de 3e tranche PAGW verder uitgewerkt. Het gaat dan onder meer om ‘Optimaliseren Oostvaardersoevers’, ‘IJssel-Vechtdelta’, ‘Toekomstbestendig Lauwersmeergebied’, ‘Herstel Onderwaternatuur Waddenzee’ en ‘Langetermijnperspectief Natuur Schelde-estuarium’. De strategie, ontwikkeld in en vastgelegd in het Natuurwinstplan om de ecologische potentie van de Grote wateren centraal te stellen wordt de komende jaren verder geïmplementeerd.
- Waddenzee (€ 1,5 mln.): LNV is onder meer verantwoordelijk voor de trilaterale samenwerking tussen Denemarken, Duitsland en Nederland voor de Waddenzee en is tevens de siteholder (voor Nederland) van dit internationale natuurlijk UNESCO Werelderfgoed. De Nederlandse delegatie bestaat uit vertegenwoordigers van de ministeries van LNV en IenW, de Waddenprovincies en -gemeenten. Tevens is LNV verantwoordelijk voor de Beheerautoriteit Waddenzee die middels een Integraal Beheerplan de samenhang van het natuur-, vis- en waterbeheer bevordert en versterkt, waarmee de natuurkwaliteit verbeterd wordt. Zo wordt onder meer geïnvesteerd in Toezicht en Handhaving. Naast LNV zijn IenW en de Waddenprovincies medeopdrachtgever van de Beheerautoriteit. Tevens draagt LNV bij aan natuurprojecten voor vogels, zoals Wij & Wadvogels en Waakvogels. LNV draagt samen met andere partijen bij aan een vijfjarig NWO programma naar de effecten van klimaatverandering op de ecologie van het Waddengebied. Hiermee wordt een belangrijke bijdrage geleverd aan trilaterale kennisontwikkeling voor het Waddengebied en het Werelderfgoed Waddenzee.
- Mariene strategie (€ 1,0 mln.): de Noordzee wordt steeds intensiever gebruikt en kent tegelijkertijd een kwetsbaar ecosysteem. Dat betekent dat het toenemend gebruik moet passen binnen de ecologische grenzen en ook bijdraagt aan de versterking van de Noordzeenatuur (Natuurinclusieve ontwikkeling). De beleidskaders voor de maatregelen zijn Natura 2000, de KRM en het Programma Noordzee 2022-2027 en zijn gericht op bescherming en herstel van de Noordzeenatuur. In het Noordzeeakkoord zijn afspraken gemaakt voor gebiedsbescherming. De implementatie van het Noordzeeakkoord levert daarmee een bijdrage aan (de ontwikkeling van) het (ecologisch) netwerk van natuurgebieden. LNV is verantwoordelijk voor de doelen voor biodiversiteit, invasieve exoten, vissen, het voedselweb en de integriteit van de zeebodem. LNV draagt samen met IenW bij aan het Informatiehuis Marien, bedoeld om alle mariene informatie en onderzoeksgegevens over de Noordzee op één plek toegankelijk te maken voor belangstellenden, overheden en professionals. Daarnaast draagt LNV bij aan de coördinerende rol in de uitvoering van het KRM-monitoringsprogramma dat het Informatiehuis Marien uitvoert.
Duurzame visserij
Voor opdrachten op het terrein van duurzame visserij is in 2024 € 36,9 mln. gereserveerd. Het grootste deel hiervan, € 29,3 mln., wordt ingezet voor het verduurzamen en aanpassen van de visserijsector op de Noordzee. In 2024 wordt onderzoek gedaan naar verdere verduurzamingsopties, innovatie en de ontwikkeling van medegebruik door (alternatieve vormen van) visserij en voedselproductie in windparken. Deze zullen ook worden besteed aan voedselvoorziening en de keten en gemeenschappen (Kamerstuk 29 675 nr. 210). Hiervoor is in de periode tot en met 2030 € 199 mln. uit het Klimaatfonds beschikbaar gesteld. Daarnaast is € 2,2 mln. gereserveerd voor uitgaven in het kader van het Noordzeeakkoord. Hiervan is € 1,5 mln. gereserveerd voor innovatie en € 0,7 mln. voor handhaving. Ook is in 2024 € 0,8 mln. beschikbaar voor de uitvoering van de nadeelcompensatieregeling en de handhaving van de in te stellen visserijvrije zones op vismigratiepunten. Om vismigratie te stimuleren is afgelopen jaren veel geïnvesteerd in vismigratievoorzieningen bij stuwen, sluizen en gemalen. Om vismigratie verder te bevorderen zal op deze locaties een visserijvrije zone worden ingesteld (Kamerbrief 29 664, nr. 204). Het resterende opdrachtenbudget (€ 4,6 mln.) is bedoeld voor meerdere kleine onderzoeken en projecten ten behoeve van de visserijsector.
Internationale samenwerking
In 2024 is € 3,0 mln. beschikbaar voor opdrachten op het gebied van internationale samenwerking. Van dit budget wordt onder meer ingezet voor de uitvoering van acties die zijn overeengekomen in internationale verdragen en Europese en internationale afspraken over biodiversiteit, zoals het Global Biodiversity Framework, het CITES-verdrag, de Europese exotenverordening en de Convention on Migratory Species (CMS). Waaronder met name de afspraken in het in december 2022 in Montreal afgesloten Kunming-Montreal Global Biodiversity Framework zijn gemaakt. De uitwerking voor Nederland vindt plaats in het Nationale Biodiversiteit Strategie en Actieplan (NBSAP) dat begin 2024 verschijnt. Daarnaast wordt in 2024 verder gewerkt aan de verdere implementatie van de verschillende onderdelen van EU-Biodiversiteitstrategie, o.a. de uitwerking voor Nederland van de Natuurherstelverordening als de onderhandelingen daarover eind 2023 tot een politiek akkoord leiden. Ook wordt ingezet voor de implementatie van de aan biodiversiteit gerelateerde onderdelen van de VN 2030 Agenda voor duurzame ontwikkeling en de daaraan gekoppelde doelstellingen (Sustainable Development Goals). Ook wordt gewerkt aan het beperken van de ecologische voetafdruk van Nederland door het tegengaan van ontbossing, het bevorderen van duurzaam bosbeheer en het verduurzamen van de productie van en de handel in de belangrijkste handelsketens die in relatie tot ontbossing en duurzaam bosbeheer van grote invloed zijn. Het verduurzamen van deze handelsketens wordt samen met het Ministerie van BZ/BHOS, het bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld opgepakt. Tot slot wordt onder deze post ook de uitgaven (€ 1,1 mln.) geraamd voor de regeling In Beslag genomen Goederen (IBG) in het kader van de opslag en opvang van in beslag genomen goederen bij overtreding van de regels voor handel in bedreigde dier- en plantensoorten.
Klimaatimpuls Natuur en Biodiversiteit
Het budget van € 6,0 mln. in 2024 wordt hoofzakelijk ingezet voor klimaatinclusief natuurbeleid en -beheer (€ 5,7 mln.). Hiermee wordt met partijen gewerkt aan het realiseren van een bijdrage aan de CO2-reductie voor Bomen, Bos en Natuur. Partijen in dit domein zetten zich gezamenlijk in voor maatregelen die in 2030 tot een klimaatwinst van 0,4 ‒ 0,8 Mton additionele CO2 per jaar moeten leiden, door het voorkomen van ontbossing, het vergroten van de vastlegging van koolstof in bestaande natuur en de uitbreiding van bos en landschap. Het Rijk financiert het opzetten van compensatiepools bij ontbossing (via het Natuurpact), bosaanleg op rijksgronden, herstel en aanleg van landschapselementen, agroforestry en voortzetting van het in 2018 gestarte programma voor onderzoek voor klimaatslim beheer en aanleg van bos, bomen en natuur. Het Rijk en de provincies hebben gezamenlijk de Bossenstrategie vastgesteld (Kamerstuk 33 576, nr. 186), onder andere om een zorgvuldige afweging te maken tussen de verschillende doelen op het gebied van klimaat, natuur, recreatie en duurzaam gebruik van grondstoffen. Deze strategie is als doel opgenomen in het NPLG.
Bijdrage aan agentschappen
Bijdrage aan Rijksrederij
In 2024 is er € 9,8 mln. beschikbaar voor de bijdrage aan de Rijksrederij. Deze middelen zijn bestemd voor het uitvoeren van taken op het gebied van visserijonderzoek en het beheer en de inspectie voor natuur en visserij, welke voor een groot deel wettelijk verplicht zijn om uit te voeren.
Rijksvastgoedbedrijf
Er is een bedrag opgenomen ter financiering van aankopen uitgevoerd door het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) voor de Nationale Grondbank (NGB) (€ 100 mln.). Het betreft aankopen van grond en mogelijk gehele bedrijven op verzoek van provincies voor realisatie van de NPLG doelen en transitie van de landbouw.
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Staatsbosbeheer
Ten behoeve van personeelskosten, huisvestingskosten en andere organisatiekosten van Staatsbosbeheer die niet kunnen worden verhaald op andere opdrachtgevers ontvangt Staatsbosbeheer een bijdrage van het Rijk. Hiervoor is in 2024 € 31,0 mln. gereserveerd. Deze rijksbijdrage is bedoeld als bijdrage aan organisatiekosten en aan het beheer van rijksmonumenten en voor specifieke opdrachten van het Rijk, zoals de organisatie van Boomfeestdag. Voor het reguliere terreinbeheer ontvangt Staatsbosbeheer, net als andere natuurbeheerders, een subsidie van de provincies (Subsidieregeling Natuur en Landschap, SNL).
Bijdrage aan medeoverheden
Caribisch Nederland
In 2024 is € 16,5 mln. geraamd op het budget Caribisch Nederland. In 2024 wordt de eerste fase (2020-2024) van het Natuur- en Milieubeleidsplan Caribisch Nederland 2020-2030 (NMBP) afgerond. Voor de financiering van deze eerste fase van het NMBP is in 2022 in totaal € 35,0 mln. aan de LNV-begroting toegevoegd. In samenwerking met de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties en Infrastructuur en Waterstaat zijn plannen opgesteld om deze middelen doelmatig en doeltreffend in te zetten via de openbare lichamen van de eilanden. Het gaat om maatregelen die gericht zijn op onder andere erosiebestrijding, het herstel en behoud van habitats en soorten, waterkwaliteitsverbetering, afval- en afvalwaterbeheer, versterking van de voedselzekerheid en onderzoek en monitoring. Hiervoor is in 2024 € 15,8 mln. beschikbaar. Daarnaast wordt in 2024 de uitvoering van de eerste fase van het NMBP geëvalueerd en worden vanuit de reguliere middelen (€ 0,7 mln.) ingezet op de ondersteuning voor het beheer van het Nationaal park Sababank, monitoring en capaciteit vanuit het ministerie van LNV voor uitvoering van het NMBP.
Specifieke uitkering
Op het budget Specifieke uitkering wordt in 2024 € 303,6 mln. geraamd. Dit budget wordt ingezet voor de volgende activiteiten:
Programma Natuur (€ 248,3 mln.). Voor de aanpak van de stikstofproblematiek wordt in 2024 in totaal ruim € 300 mln. ingezet voor het versterken van de natuur (Kamerstuk 35 334, nr. 82). LNV heeft via het Programma Natuur meerjarige afspraken met provincies gemaakt. Het gaat daarbij om gebiedsgerichte maatregelen die nodig zijn om de instandhoudingsdoelstellingen te bereiken en om ervoor te zorgen dat de kwaliteit van de natuurlijke habitats van soorten niet verslechtert. De focus ligt hierbij op systeemherstel van overbelaste stikstofgevoelige natuur. Het gaat daarbij onder andere over:
- het versnellen en naar voren halen van natuur herstelmaatregelen om de gevolgen van stikstofdepositie in natuurgebieden sneller te verminderen; het verbeteren van de hydrologie om de kwaliteit van de natuur te verhogen en het verbeteren van het natuurbeheer om beter in staat te zijn de natuurdoelen te halen;
- het versneld realiseren van het Natuur Netwerk Nederland ten behoeve van stikstofgevoelige habitats en leefgebieden door het versneld realiseren van grondverwerving en inrichtingsmaatregelen;
- het verder versterken van het systeem van robuuste natuurgebieden door ecologische en landschappelijke verbindingen, uitbreiding van natuur bij essentiële schakels in het natuurnetwerk en het realiseren van kwaliteitsverhoging van riviernatuur in samenhang met waterveiligheid;
- het verbeteren van condities voor behoud en herstel van algemene soorten.
- Uitvoeringskosten medeoverheden. Voor 2024 wordt € 30,7 mln. gereserveerd om provincies, gemeenten en waterschappen te vergoeden voor de te maken uitvoeringskosten in verband met de ontwikkeling en uitvoering van de provinciale gebiedsprogramma’s. De provincies ontvangen het gehele bedrag en hebben een financiële regierol, passend bij de verantwoordelijkheid als gebiedsregisseur.
- De programmadirectie Uitvoering Aanpak Piekbelasters (UAPB) is gericht op het fors verminderen van de stikstofreductie van circa 3000 agrarische ondernemers die vallen onder de aanpak. Om dit te realiseren is de uitvoering vormgegeven in drie lijnen. De eerste en derde zijn verantwoord onder Opdrachten. De tweede lijn omvat persoonlijke begeleiding: gesprekken van een ‘zaakbegeleider’ van de overheid (Rijk, provincie en gemeenten) en een agrarische ondernemer om met behulp van regelingen tot stikstofreductie te komen (€ 21 mln.)
- Landelijk gebied. Uit dit budget is € 3,7 mln. gereserveerd voor een specifieke uitkering voor agrariërs in het aardbevingsgebied in Groningen. Dit agroprogramma ondersteunt boeren die met complexe problematiek te maken hebben, om weer perspectief te krijgen op de toekomst (Kamerstuk 33 525 nr. 846).
De middelen van Programma Natuur die onder bijdrage aan medeoverheden worden geraamd, worden via een specifieke uitkering uitgekeerd aan de provincies ten behoeve van bovenstaande maatregelen. Ook zijn er middelen (€ 19,1 mln.) gereserveerd voor het verhogen van de beheersvergoeding SNL naar 84%. Deze middelen zullen in 2024 overgeheveld worden naar het Provinciefonds.
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
In totaal is er in 2024 € 1,8 mln. beschikbaar voor internationale contributieverplichtingen en bijdragen. Nederland is partij bij een aantal internationale verdragen die als doel hebben dat de mondiale biodiversiteit en de relatie die dit met de Nederlandse biodiversiteit heeft, behouden blijft. Ondertekening en toetreding bij een verdrag leidt tot contributieverplichting. Uit het beschikbare budget worden onder meer de contributies betaald aan bijvoorbeeld de Convention on Biological Diversity (CBD), Convention on Migratory Species (CMS), de Convention on International Trade in Endangered Species of Wild Fauna and Flora (CITES) en de International Union for Conservation of Nature (IUCN).
Ontvangsten
Landinrichtingsrente
De geraamde ontvangsten van € 22,8 mln. in 2024 zijn gebaseerd op geprognosticeerde inkomsten per landinrichtingsproject. Tot aan de start van het Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG) in 2007 werd wettelijke landinrichting uitgevoerd op basis van de Landinrichtingswet. Op grond van deze wet schiet het Rijk de kosten van een landinrichting voor en worden de kosten daarna door de gezamenlijke eigenaren terugbetaald. Dit gebeurt door middel van de zogenaamde landinrichtingsrente waarbij wordt voorzien dat het Rijk in een aflopende reeks nog circa 20 jaar landinrichtingsrente zal ontvangen.
Verkoop gronden
Dit betreft de verkoopopbrengsten en pachtinkomsten van de Nationale Grondbank. De pachtinkomsten voor de nationale grondbank worden geraamd op € 0,5 mln. Er worden in 2024 nog geen verkoopopbrengsten verwacht.
Overige ontvangsten natuur
Dit betreft diverse geraamde inkomsten van € 2,1 mln. in 2024, onder andere de inkomsten als gevolg van het afsluiten van diverse projecten die via het Groenfonds zijn uitgevoerd, leges voor vergunningaanvragen op basis van de Wet natuurbescherming en terug ontvangsten bij diverse subsidiebijdragen.
Duurzame visserij
Van de ontvangsten in verband met visserij (€ 8,8 mln.) hangt het grootste deel (€ 6,1 mln.) samen met ontvangsten in het kader van de Europese visserijfondsen. Op de LNV-begroting worden diverse uitgaven gedaan die vervolgens worden gedeclareerd in Europa en waarvan het Europese deel als ontvangst binnenkomt. Het overige deel bestaat voornamelijk uit huurinkomsten van mosselpercelen (€ 2,5 mln.).
Toelichting op de begrotingsreserves
Begrotingsreserve Visserij
30.811 | ‒ | 3.129 | 27.682 | 2.500 | 25.182 |
De begrotingsreserve Visserij is bestemd voor uitgaven op de regelingen van het Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij (EFMZV 2014– 2020) en het Europees Maritiem, Visserij en Aquacultuur Fonds (EMFAF 2021-2027). Hiermee wordt zeker gesteld dat de nationale cofinanciering, die is vastgesteld in het Operationeel Programma, beschikbaar blijft bij vertragingen in de uitgaven. Het budget in deze reserve is voor ca. 31% juridisch verplicht, het overige deel is veelal reeds gecommitteerd.
Extracomptabele fiscale regelingen
Naast de in dit begrotingsartikel genoemde instrumenten, zijn er fiscale regelingen die betrekking hebben op dit beleidsterrein. In onderstaande tabel is ter informatie het budgettaire belang van deze regelingen vermeld. De cijfers zijn ontleend aan de corresponderende bijlage ‘Fiscale regelingen’ in de Miljoenennota. De fiscale regelingen die niet in onderstaande tabel zijn opgenomen, maar wel op dit beleidsartikel betrekking hebben, zijn:
- Vrijstelling bos- en natuurterreinen box 3
- Bosbouwvrijstelling
- Overdrachtsbelasting Vrijstelling inrichting landelijk gebied
- Overdrachtsbelasting Vrijstelling Bureau Beheer Landbouwgronden, is vervallen per 1 januari 2019.
- Overdrachtsbelasting Vrijstelling natuurgrond
Voor een beschrijving van de regelingen, de doelstelling, de ramingsgrond, een verwijzing naar de laatst uitgevoerde evaluatie en het beoogde jaar van afronding van de volgende evaluatie wordt verwezen naar de bijlage bij de Miljoenennota ‘Toelichting op de fiscale regelingen’.
Fiscale faciliteiten Natuurschoonwet | 39 | 44 | 50 |
Vrijstelling vergoeding bos- en natuurbeheer | 9 | 14 | 15 |
- [-] = regeling is in dat jaar niet van toepassing; [0] = budgettair belang van de regeling bedraagt in dat jaar afgerond nihil.
- OVB = Overdrachtsbelasting
3.3 Artikel 23 Kennis en innovatie
3.3.1 A. Algemene doelstelling
De Minister van LNV streeft naar een goed functionerende kennis-, innovatie- en onderzoeksinfrastructuur op het terrein van landbouw, voedsel en natuur en landelijk gebied die bijdraagt aan een duurzaam, concurrerend en ecologisch houdbaar landbouw- en voedselsysteem met maximale benutting van circulariteit en bijdraagt aan maatschappelijke opgaven op het terrein van klimaat, biodiversiteit, energie en water.
3.3.2 B. Rol en verantwoordelijkheid
De Minister is (mede)verantwoordelijk voor:
Stimuleren
- Het bevorderen van kennisontwikkeling, kennisbenutting en kennisverspreiding, nieuwe technologieën (ICT) en educatie voor de bijdrage aan de maatschappelijke opgaven op het terrein van verduurzaming landbouw en visserij, voedsel, behoud en versterking biodiversiteit en natuur, klimaat, water en de economische concurrentiekracht van de Nederlandse agro- en tuinbouwsector.
- Het bevorderen van publiek-private samenwerking gericht op het opstellen en (laten) uitvoeren van meerjarige missiegedreven innovatieprogramma’s voor Landbouw, Water en Voedsel.
- Het bevorderen van de inzet van kennis en innovatie binnen het domein van Landbouw, Water en Voedsel, in het bijzonder in de topsectoren Agri&Food en Tuinbouw & Uitgangsmaterialen op basis van een meerjarige kennis- en innovatieagenda (KIA) en een kennis- en innovatieconvenant (KIC).
- Het bevorderen van educatie en kennisverspreiding over voedsel richting scholen.
- Het bevorderen van educatie en kennisverspreiding naar agrarische ondernemers.
- Het stimuleren van internationale samenwerkingsprogramma’s voor onderzoek gericht op de maatschappelijke opgaven op het terrein van landbouw, voedsel, water, milieu en klimaat.
- Het stimuleren van het ontwikkelen van praktijkkennis voor structureel natuurherstel en -beheer via het kennisnetwerk Ontwikkeling en Beheer Natuurkwaliteit (OBN).
- Het stimuleren van startups bij het ontwikkelen van innovatieve manieren van werken bij het oplossen van maatschappelijke opgaven op het terrein van landbouw, voedsel, natuur, biodiversiteit, water, klimaat en landelijk gebied.
Financieren
- Het financieren van de kennisbasis van Wageningen Research, op basis van de Subsidieregeling instituten voor toegepast onderzoek.
Regisseren
- Regievoering op de subsidieverlening aan Wageningen Research en de opdrachtverlening RIVM voor het groene domein.
- Het regisseren van meerjarige missiegedreven programmering van kennis en innovatie met stakeholders ten behoeve van de maatschappelijke opgaven op het terrein van landbouw, voedsel, natuur, biodiversiteit en klimaat.
Uitvoeren
- Het uitvoering geven aan het Groenpact, samen met het groene onderwijs en het bedrijfsleven.
- De uitvoering van wettelijke onderzoekstaken door Wageningen Research gericht op genetische bronnen, voedselveiligheid, besmettelijke dierziekten, economische informatievoorziening, natuur en milieu en visserij.
3.3.3 C. Beleidswijzigingen
In 2024 zijn er geen beleidswijzigingen voorzien.
3.3.4 D. Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 449.055 | 399.061 | 328.288 | 205.779 | 208.960 | 207.410 | 227.958 |
Uitgaven | 253.210 | 382.205 | 379.608 | 277.067 | 259.154 | 240.938 | 240.071 |
Subsidies (regelingen) | |||||||
Beleidsondersteunend onderzoek | 50.725 | 49.932 | 35.653 | 28.768 | 25.597 | 20.302 | 20.301 |
Missiegedreven topsectoren- en innovatiebeleid | 58.579 | 67.524 | 67.641 | 67.372 | 67.215 | 67.140 | 67.140 |
Kennisverspreiding en groen onderwijs | 23.703 | 118.339 | 140.977 | 47.764 | 35.637 | 23.817 | 22.703 |
Opdrachten | |||||||
Kennisontwikkeling en innovatie | 12.296 | 15.966 | 10.297 | 10.773 | 9.911 | 9.060 | 9.182 |
Bijdrage aan agentschappen | |||||||
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu | 11.697 | 15.758 | 10.408 | 8.268 | 6.534 | 5.757 | 5.883 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's | |||||||
Wageningen Research | 96.210 | 114.624 | 114.137 | 113.471 | 113.180 | 112.619 | 112.619 |
ZonMw | 0 | 62 | 495 | 651 | 1.080 | 2.243 | 2.243 |
Ontvangsten | 11.643 | 7.474 | 7.543 | 7.474 | 7.474 | 7.474 | 7.474 |
Ontvangsten | |||||||
Kennisontwikkeling en innovatie | 11.643 | 7.474 | 7.543 | 7.474 | 7.474 | 7.474 | 7.474 |
Budgetflexibiliteit
Het budget voor 2024 is voor circa € 289 mln. (76%) juridisch verplicht en voor circa € 0,9 mln. (0,2 %) bestuurlijk gebonden. Daarnaast is er nog nog € 89,7 mln. (24%) beleidsmatig gereserveerd. Dit komt door de verplichtingen die rusten op de onderdelen van dit artikel. Zo is er onder subsidies een groot deel van het budget juridisch verplicht en is de bijdrage aan Wageningen Research ook juridisch verplicht.
juridisch verplicht | 76% |
bestuurlijk gebonden | 0,2% |
beleidsmatig gereserveerd | 24% |
nog niet ingevuld/vrij te besteden | 0% |
3.3.5 E. Toelichting op de financiële instrumenten
Subsidies
Beleidsondersteunend onderzoek
Om onderbouwd beleid mogelijk te maken en om knelpunten in de beleidsuitvoering op te lossen, wordt kennis ontwikkeld op een groot aantal thema’s. Het gaat hier veelal om middellange termijn en om politiek urgente dossiers. Daarnaast wordt onderzoek gedaan naar aanleiding van onder meer beleidsbrieven, internationale verplichtingen en bestuurlijke afspraken. Voorbeelden van dergelijke meerjarige dossiers zijn onder andere biodiversiteit, transitie landelijk gebied, duurzame en gezonde voedselkeuze, klimaatneutrale en -adaptieve land- en tuinbouw, verbeteren emissiefactoren, verbeteren waterkwaliteit, eiwittransitie, klimaatslim bosbeheer en duurzame visserij. In 2024 is hiervoor € 35,7 mln. beschikbaar. De middelen worden ingezet als subsidie aan Wageningen Research.
Missiegedreven topsectoren- en innovatiebeleid
Voor publiek-private samenwerking is in 2024 € 67,7 mln. beschikbaar. In deze programma’s werken kennisinstellingen, private partijen uit de topsectoren Agri&Food, Tuinbouw & Uitgangsmaterialen en Water & Maritiem, maatschappelijke partijen en overheden samen aan kennis- en innovatie, internationalisering, human capital en kennis voor het MKB. Vanaf 2024 wordt gewerkt met een hernieuwde kennis- en innovatieagenda Landbouw, Water en Voedsel (KIA LWV). Deze beslaat het hele LNV domein en relevante onderwerpen van de ministeries IenW en VWS. De nieuwe KIA-LWV zal bijdragen aan oplossingen voor de vele maatschappelijke uitdagingen waar we voor staan en is gericht op 6 missies getiteld:
- Veerkrachtige natuur en vitale bodem
- Duurzame land- en tuinbouw
- Vitaal landelijk gebied in een klimaatbestendig Nederland
- Duurzaam en gewaardeerd voedsel, dat gezond, toegankelijk en veilig is
- Duurzaam en veilig gebruik van de Noordzee en andere grote wateren
- Veilige en weerbare delta
De missies krijgen ondersteuning van een sleuteltechnologieprogramma. Daarnaast wordt ingezet op cross-over onderwerpen met andere topsectoren. Dit gaat in ieder geval over de onderwerpen ‘voeding, gezondheid en leefomgeving’, logistiek en hernieuwbare energie.
Kennisverspreiding en groen onderwijs
Het budget van € 141,0 mln. is bestemd voor diverse gesubsidieerde activiteiten op het terrein van kennisverspreiding en groen onderwijs. Het overgrote deel gaat naar de volgende programma’s:
Voor het dichterbij brengen van de doelen in de gebiedsprogramma’s wordt in 2024 een aantal activiteiten uitgevoerd, gericht op de transitie in de landbouw en het landelijk gebied. De subsidies richten zich op innovatie en op een versnelling van de verspreiding en implementatie (valorisatie) van kennis:
- In 2024 wordt € 26,9 mln. beschikbaar gesteld voor gebiedsgerichte fieldlabs. Voor de toepassing van nieuwe inzichten en innovaties uit onderzoek is specifieke kennis uit de gebieden (zoals regionale verschillen in grondsoorten, teelten, ketens, structuur en cultuur agrarische sector) essentieel om draagvlak en bruikbaarheid in verschillende omgevingen te vergroten. Op deze fieldlabs worden regio-specifieke experimenten uitgevoerd. Input voor de experimenten zijn innovatieve oplossingen die zowel vanuit onderzoek als vanuit de praktijk worden aangereikt. De oplossingen dragen bij aan een verbeterd perspectief voor ondernemerschap en verdienvermogen en aan een toekomstbestendige inrichting van de gebieden. In 2024 verwacht LNV het ontwerp en de verdere ontwikkeling van de eerste fieldlabs te subsidiëren. Tevens wordt een nationaal platform ingesteld voor de bovenregionale coördinatiefunctie voor het bewaken van de effectieve en efficiënte inzet van middelen.
- Sociaaleconomische advisering. We zetten in op een systeem op waarmee alle agrarisch ondernemers in Nederland de gelegenheid krijgen om meerjarig bijgestaan te worden in het maken én realiseren van keuzes voor het toekomstige bedrijf in de gebiedsgerichte aanpak. Hiervoor € 26,5 mln. beschikbaar in 2024.
- Digitale hulpmiddelen bieden grote kansen voor de transitie naar een duurzame landbouw. Daarvoor is het niet alleen nodig dat partijen in de land- en tuinbouw, ketenpartijen en andere datagebruikers en -leveranciers hierin investeren. Ook zullen de nodige randvoorwaarden op orde moeten komen om deze kansen te verzilveren. Het gaat hierbij onder andere over het opzetten van een geschikte data-infrastructuur waarin afspraken worden gemaakt over datadelen en -standaarden, het beschikbaar stellen van open (satelliet) data, zorgen voor voldoende digitale competenties bij de gebruikers, de zorg voor cybersecurity en waar nodig het ontwikkelen van nieuwe kennis of het faciliteren van investeringen. Hiervoor is € 24,9 mln. beschikbaar in 2024.
- Voor het programma ‘Innovatie op het boerenerf’ is in 2024 € 12,6 mln. beschikbaar. Het gaat hierbij om nationale en Europese middelen. In 2024 stelt LNV opnieuw vouchers beschikbaar waarmee agrariërs onafhankelijke bedrijfsadviseurs kunnen inschakelen en agrariërs en adviseurs kunnen deelnemen aan cursussen over stikstof, natuurinclusief ondernemen of precisielandbouw van de groene hogeronderwijsinstellingen. Ook verstrekt LNV subsidie aan samenwerkingsverbanden (praktijkleernetwerken) en demobedrijven gericht op verschillende verduurzamingsthema’s waarin agrariërs met, en van elkaar, leren. Vanaf 2023 is de Sabe-regeling onderdeel van het nieuwe Nationaal Strategisch Plan in het kader van het GLB. Dat betekent dat er in de nieuwe GLB-periode (2023-2027) ook Europese middelen beschikbaar zijn voor de kennisoverdracht naar het boerenerf.
- Het programma Meten op Bedrijfsniveau koppelt lopende kennisprojecten en praktijkprojecten aan elkaar. Meer meten is voor de langere termijn een optie voor het bepalen van met name stalemissies op bedrijfsniveau, door meer of anders meten kan de agrarisch ondernemer op termijn perspectief worden geboden om naar doelvoorschriften te gaan in plaats van de huidige middelvoorschriften. De ambitie voor 2024 is om een standaard gereed te hebben voor het gebruik van bedrijfsspecifieke metingen in een beloningssystematiek. Hiervoor is in 2024 € 9 mln. beschikbaar.
- Voor integrale verduurzaming op bedrijfsniveau is verdere ontwikkeling en uitrol van de KPI’s kringlooplandbouw nodig. Op deze manier kunnen duurzaamheidsprestaties van boeren inzichtelijk gemaakt worden en vormen op termijn de basis voor certificering van duurzame landbouwproductie, doelsturing en het belonen vanuit markt en overheid. In 2024 is hiervoor € 2 mln. beschikbaar.
- In Groenpact werkt LNV samen met bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties, werknemersorganisaties en de onderwijsinstellingen in het groene domein aan de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt, vernieuwing van het onderwijs en innovaties in de praktijk. Hiervoor is in 2024 € 4,5 mln. beschikbaar. De maatschappelijke opgaven zijn leidend bij de keuze in welke delen van het onderwijs en in welke thema’s voor praktijkgericht onderzoek geïnvesteerd wordt. LNV ondersteunt het MBO Centrum voor Innovatief Vakmanschap Groen en het HBO Centre of Expertise Groen in het groene domein.
- Voor de meerjarige kennis- en innovatieprogramma’s Duurzaam Door (DD) en Jong Leren Eten (JLE) is in 2024 een budget van € 3,7 mln. beschikbaar. Beide programma’s werken in 2024 aan versterking van maatschappelijke (innovatieve) initiatieven op het gebied van duurzaamheid en vergroting van de kennis en bewustwording over duurzaam, gezond voedsel bij kinderen en jongeren. Voor DuurzaamDoor liggen de accenten in 2024 op kennisdoorwerking bij transitieopgaven, verbinding met de interdepartementale werkgroep Duurzame School en internationale uitwerking van het concept Whole School Approach. Het thema Natuurinclusieve samenleving krijgt extra inhoud door implementatie van de resultaten van de participatietafel Groen en de doorwerking van de invulling van het domein Onderwijs in de Agenda Natuurinclusief 2.0. Jong Leren Eten focust op borging van voedseleducatie o.a. door versterking van de platformen voor boerderijeducatie, schooltuinen en kooklessen. Naast de stimulering van voedseleducatie in kinderopvang en het primaire onderwijs, versterkt Jong Leren Eten de inzet voor het speciaal onderwijs, vo, mbo en hbo, zowel in het generieke als vakspecifieke onderwijs, bijvoorbeeld door ondersteuning van de ontwikkeling van lesmateriaal.
- Voor het lopende, reguliere programma van het Kennisnetwerk Ontwikkeling en Beheer Natuurkwaliteit (OBN) (2019–2024) is in 2024 € 1,9 mln. beschikbaar. Het kennisnetwerk genereert op een onafhankelijke manier kennis voor structureel herstel en beheer van natuurkwaliteit. Er is extra aandacht voor natuurherstelmaatregelen in het kader van de stikstofproblematiek. Ook andere thema’s komen aan de orde, zoals de waterhuishouding in de natuur, invasieve exoten en insectensterfte.
- Met de subsidiemodule ‘Samenwerken aan innovatie (EIP)’ worden in 2024 Europese middelen uit het NSP-GLB ingezet voor het ondersteunen van innovatieve bottom-up projecten waarmee technische en sociale innovaties ontwikkeld en uitgetest worden in de praktijk. Projecten moeten bijdragen aan de doelen van het GLB en het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG), waarmee de projecten bijdragen aan de transitie in de landbouw en in het landelijk gebied. De kennis die wordt opgedaan in de projecten wordt gedeeld en verspreid in Europese en nationale kennisnetwerken
Nationaal Groeifonds
In 2023 zijn voor twee Nationaal Groeifonds projecten middelen toegevoegd aan de LNV begroting. Het betreft de volgende projecten:
- Kweekvlees is een groeiend domein, waarin flinke ontwikkelingen plaatsvinden. Er wordt gewerkt aan een integraal programma samen met bedrijven als Mosa Meat en Meatable en kennisinstellingen als TU Delft, Wageningen UR en Maastricht University. Doel is om voldoende gekwalificeerd CA-personeel op te leiden, fundamentele en toegepaste CA-kennis te ontwikkelen en opschalingsfaciliteiten beschikbaar te maken voor CA-bedrijven. In 2024 wordt hiervoor € 17,6 mln. ingezet.
- Het door het Nationaal groeifonds gefinancierde programma CROP-XR behelst fundamenteel onderzoek op het snijvlak van plantenwetenschappen, datawetenschappen en kunstmatige intelligentie om te komen tot nieuwe ‘smart data’-methoden voor plantenveredeling. Daarnaast wordt ingezet op kennisverspreiding en een snelle vertaling van de ontwikkelde kennis naar commercialiseerbare gewassen. Ook is er aandacht voor kennisontwikkeling en onderwijs. In 2024 wordt hiervoor € 2,7 mln. ingezet.
Doelsturing
- Tijdens de onderhandelingen over het landbouwakkoord is gebleken dat de agrarische sector graag meer grip wil hebben op de eigen emissies en op het behalen van de doelstellingen. Daarnaast is aan de Tweede Kamer toegezegd dat gestart zal worden met een (afrekenbare) stoffenbalans. Het kabinet wil daarom een begin maken met de omslag naar doelsturing. Op het agrarische erf wordt zo de middelsturing langzamerhand vervangen door doelsturing. De boer komt op die manier zelf aan het stuur. Hiervoor heeft het kabinet extra middelen vrijgemaakt, in 2024 komt € 9,0 mln. beschikbaar.
- Voor integrale verduurzaming op bedrijfsniveau is verdere ontwikkeling en uitrol van de KPI’s kringlooplandbouw (stoffenbalans) nodig. Op deze manier kunnen duurzaamheidsprestaties van boeren inzichtelijk gemaakt worden en vormen op termijn de basis voor certificering van duurzame landbouwproductie, doelsturing en het belonen vanuit markt en overheid. In 2024 is hiervoor € 5,0 mln. beschikbaar.
Opdrachten
Kennisontwikkeling en innovatie
Voor de ontwikkeling van kennis en praktijkgerichte innovaties worden opdrachten uitgezet bij kennisinstellingen, anders dan Wageningen Research, die ook bijdragen aan de missies van het thema Landbouw, Water en Voedsel. Het gaat hier om projecten bedoeld om nieuw beleid te onderbouwen, knelpunten in de beleidsuitvoering op te lossen en perspectiefvolle oplossingsrichtingen aan te dragen. Het budget voor 2024 bedraagt € 10,3 mln. Hierna volgen enkele voorbeelden van projecten die in 2024 starten.
Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) voert beleidsondersteunend onderzoek uit dat bijdraagt aan maatschappelijke doelen en verplichtingen, die onder andere voortkomen uit (Europese) wet- en regelgeving, zoals bijvoorbeeld door monitoring. LNV is coördinerend opdrachtgever RIVM voor LNV, EZK en BZK. Hiervoor is in 2024 € 5,3 mln. programmabudget beschikbaar. Dit wordt ingezet voor de volgende thema’s:
- Veilig, gezond en duurzaam voedsel & Alternatieven voor dierproeven
- Plantaardige Agro, Milieu en Gezondheid met daarin o.a. het monitoringprogramma Landelijk meetnet effecten mestbeleid en de opdracht gewasbeschermingsmiddelen en gezondheid omwonenden en agrariërs;
- Stikstof en Natuur, met daarin onder andere het onderzoek naar verbetering van de modellen om stikstofemissie en -depositie te berekenen, het onderhoud van het stikstofmeetnet, AERIUS, monitoring en evaluatie stikstofvermindering en natuurverbetering en natuuropdrachten zoals Atlas Natuurlijk Kapitaal en het kennisplatform processierups;
- Klimaat, Energie en Economie: opdrachten vanuit het ministerie van EZK over onder andere emissieregistratie, Kennisplatform Elektromagnetische Velden en Expertisepunt windenergie en gezondheid;
- Milieu SodM: RIVM-opdrachten vanuit Staatstoezicht op de Mijnen;
- RIVM-opdrachten vanuit het ministerie van BZK.
- LNV draagt € 3,1 mln. bij aan de basisfinanciering van enkele planbureaus en adviesraden die beleidsadviezen leveren. Het gaat voornamelijk om de generieke bijdrage van LNV aan het Ministerie van IenW voor het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en de generieke bijdrage aan het Ministerie van VWS voor de Gezondheidsraad.
- Voor het ontwikkelen van kennis ten behoeve van beleidsontwikkeling is in 2024 € 1,9 mln. beschikbaar. Het budget wordt besteed aan projecten die bijdragen aan zowel urgente beleidsdossiers als aan de missies. Ze worden uitgevoerd door een diversiteit van opdrachtnemers, zoals stichtingen, universiteiten en adviesbureaus.
Bijdrage aan Agentschappen
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
De bijdrage apparaatsbudget aan het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) voor 2024 van € 10,4 mln. betreft het apparaatsbudget ingezet voor de hierboven beschreven thema’s van het RIVM beleidsondersteunend onderzoek van LNV.
Bijdrage aan ZBO/RWT
Wageningen Research
Een goed functionerend kennissysteem levert een belangrijke bijdrage aan de oplossing van maatschappelijke vraagstukken, in het domein van natuur, agro, voedsel en landelijk gebied, zoals verwoord in de missies. De bijdrage aan Wageningen Research (WR) betreft € 114,1 mln. en bestaat uit drie onderdelen:
- Wettelijke taken (€ 78,4 mln.): de wettelijke onderzoekstaken (WOT) op de terreinen van Besmettelijke Dierziekten (BD), Voedselveiligheid (VV), Genetische Bronnen (GB), Natuur en Milieu (N&M), Visserijonderzoek (VO) en Economische Informatievoorziening (EI) zijn ondergebracht in WOT programma's. Deze programma's voorzien de overheid van kennis, expertise, methoden, analyses en faciliteiten, die nodig zijn om te voldoen aan haar verplichtingen voor de uitvoering van (inter)nationale wet- en regelgeving en andere overheidstaken van nationaal en/of algemeen belang. De programma’s zijn meerjarig en worden elke 5 jaar geëvalueerd. In 2024 zijn geen evaluaties voorzien.
- Kennisbasis (KB) (€ 27,1 mln.): de kennisbasis van Wageningen Research vormt samen met fundamenteel onderzoek van Wageningen University en andere kennisinstellingen (bijv. RIVM, PBL) de strategische kennisbasis voor het agro- en natuurdomein. Daarmee is het een langetermijnpijler onder het LNV-beleid. Voor het meerjarig kennisbasisonderzoek vormt het strategisch plan Wageningen UR 2019–2022 de basis. De minister van LNV heeft in 2022 akkoord gegeven op een verlenging met twee jaar, zodat de looptijd 2019-2024 is geworden.
- Autonome bijdrage (€ 4,8 mln.): dit is een lumpsum financiering aan Wageningen Research (WR) en houdt verband met de privatisering van de toenmalige Dienst Landbouwkundig Onderzoek (DLO, nu WR) eind jaren negentig van de vorige eeuw. Met deze bijdrage kan WR een aantal leningen (vorderingen van LNV op DLO/WR) terugbetalen. Dit betreft een bestuurlijke afspraak.
- HGIS beleidsondersteunend onderzoek (€ 3,8 mln.): het instrument HGIS betreft onderzoekprogrammering met focus op internationale voedselzekerheid.
Zon/Mw (Alternatieven voor dierproeven)
De bijdrage aan ZonMw van circa € 0,5 mln. in 2024 betreft budget voor het meerjarige programma «Meer kennis met minder dieren, MKMD». Dit programma heeft tot doel de ontwikkeling van nieuwe proefdiervrije innovaties en de toepassing van bestaande proefdiervrije innovaties te stimuleren. Het gereserveerde budget wordt via een meerjaarlijkse bijdrage aan ZonMw uitgegeven en loopt via het Ministerie van VWS. Het budget wordt door ZonMw ingezet voor verschillende subsidierondes en activiteiten, die voortkomen uit de al eerder goedgekeurde MKMD programmatekst.
Ontvangsten
Kennisontwikkeling en innovatie
De ontvangsten van € 7,5 mln. in 2024 bestaan voornamelijk uit een taakstellende ontvangst van een jaarlijkse betaling van WR aan LNV voor rente en aflossing op de leningen die bij de verzelfstandiging van de toenmalige Dienst Landbouwkundig Onderzoek (DLO en nu WR) eind jaren negentig werden aangegaan.
3.4 Artikel 24 Uitvoering en toezicht
3.4.1 A. Algemene doelstelling
De Minister van LNV streeft naar een doeltreffende uitvoering van het agro-, visserij- en natuurbeleid en een effectief en efficiënt stelsel voor handhaving en toezicht op deze beleidsterreinen.
3.4.2 B. Rol en verantwoordelijkheid
De Minister is verantwoordelijk voor de uitvoering van het agro-, visserij- en natuurbeleid (onder meer de uitvoering van het GLB) en belegt deze uitvoering jaarlijks bij RVO.nl. De uitvoering van de handhaving en het toezicht binnen deze domeinen is ondergebracht bij de NVWA, waarvoor de Minister niet alleen opdrachtgever is, maar ook de eigenaarsrol vervult.
De Minister is (mede)verantwoordelijk voor:
Stimuleren
- Het versterken van de internationale positie van het Nederlandse agro-, visserij en natuurdomein via het Landbouwradennetwerk.
Uitvoeren
- Het doen uitvoeren van een effectief beleid ter realisatie van de doelstellingen uit de Europese regelgeving.
- Het uitvoeren van adequaat veterinair en fytosanitair beleid.
- Het uitoefenen van toezicht en het handhaven van de regelgeving op het gebied van dier- en plantgezondheid, dierenwelzijn, mest, natuur en voedselveiligheid (primaire productie en slachterijfase).
- Het uitvoeren van het Gemeenschappelijk landbouw- en visserijbeleid en het zorgdragen voor een rechtmatige financiering aan agrarische ondernemers.
- Het uitvoeren van het klimaat en stikstof beleid op het terrein van landbouw, visserij en natuur.
- Het doen uitvoeren van de in de Wet natuurbescherming vastgelegde rijkstaken.
3.4.3 C. Beleidswijzigingen
In 2024 zijn er geen beleidswijzigingen voorzien.
Begrotingsindicatoren artikel 24
De indicatoren geven inzicht in de doeltreffendheid van het totale opdrachtenpakket dat LNV verstrekt aan RVO.
% lumpsum = 80% | Indicator zegt iets over de doeltreffendheid van het opdrachtenpakket LNV. Totaal lumpsumbedrag in de opdracht lopend jaar is 80% van de totale opdracht voor het lopend jaar. | 78,9% | 71,0% | 73,5% | 60,9% |
% meerwerk = <12% | Indicator zegt iets over de effectiviteit van het opdrachtenpakket. Hoe meer meerwerk, hoe minder planbaar het opdrachtenpakket, dus minder doeltreffend kan uitvoeren. | 11,3% | 9,3% | 15,6% | 6,1% |
KTO LNV cijfer | Klantevredenheid over de uitvoering van LNV opdrachten door RVO | 7,2 | 7,1 | 6,8 | 7,0 |
OTO LNV | 2-jaarlijks Opdrachttevredenheidsonderzoek (OTO) van RVO die peilt in hoeverre de verschillende opdrachtgevers van RVO tevreden zijn met de samenwerking die zij met RVO hebben. Vanuit LNV is deze indicator een waardevol peilmoment om te bezien in hoeverre LNV als opdrachtgever tevreden is over de samenwerking die zij hebben met RVO om de uitvoering van beleid van voldoende kwaliteit te laten zijn. | Uitgesteld vanwege Corona | 7,6 | ‒ |
3.4.4 D. Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 517.794 | 564.845 | 527.403 | 537.622 | 530.947 | 541.187 | 515.050 |
Uitgaven | 517.794 | 564.787 | 527.461 | 537.622 | 530.947 | 541.187 | 515.050 |
Bijdrage aan agentschappen | |||||||
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit | 262.110 | 284.929 | 273.633 | 284.059 | 287.957 | 295.171 | 305.171 |
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland | 255.684 | 279.858 | 253.828 | 253.563 | 242.990 | 246.016 | 209.879 |
Ontvangsten | 12.348 | 14.900 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Ontvangsten | |||||||
Agentschappen en overig | 12.348 | 14.900 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Budgetflexibiliteit
Het budget voor 2024 op artikel 24 is voor omstreeks € 506,6 mln. (96%) juridisch verplicht.
juridisch verplicht | 96% |
bestuurlijk gebonden | 3% |
beleidsmatig gereserveerd | 1% |
nog niet ingevuld/vrij te besteden | 0% |
3.4.5 E. Toelichting op de financiële instrumenten
Bijdragen aan agentschappen
NVWA
De bijdrage aan de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) van € 273,6 mln. is bestemd voor de financiering van het toezicht bij bedrijven en instellingen op de naleving van wetten en voorschriften op het gebied van dier- en plantgezondheid, visserij, duurzaamheid, dierenwelzijn, diervoeders, diergeneesmiddelen, dierlijke bijproducten, dierproeven, mest en de veiligheid van voedsel. Ook levert de NVWA een bijdrage aan de duurzame instandhouding van de biodiversiteit. De werkzaamheden van de NVWA in 2024 voor LNV bestaan voor een groot deel uit taken die om continuïteit vragen. Tegelijkertijd heeft de NVWA bij deze continuïteit ook te maken met een schaarse arbeidsmarkt en natuurlijke uitstroom van huidig personeel. Desondanks is de NVWA erin geslaagd een instroom te realiseren in 2023 ter versterking van het toezicht op basis van de toegekende extra middelen uit het Coalitieakkoord van het kabinet. Daarnaast zijn er extra middelen beschikbaar gesteld in het kader van «Werk aan Uitvoering». De effecten van de Brexit voor de NVWA zijn sterk afhankelijk van het van kracht worden van de invoering door het VK van haar grensformaliteiten met betrekking tot de sanitaire en fytosanitaire controles. Eind 2023 wordt het jaarplan NVWA voor 2024, met daarin een meer gedetailleerde beschrijving van alle voorgenomen activiteiten, vastgesteld en aan de Tweede Kamer gestuurd.
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
De bijdrage aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) van € 253,8 mln. is bestemd voor onder andere de uitvoering van het Gemeenschappelijk Landbouw- en Visserijbeleid, het mestbeleid, plant-, voedsel- en dierregistraties, natuur en biodiversiteit, klimaat- en stikstofbeleid. RVO voert onder de status van Europees betaalorgaan de Europese subsidies voor Nederland uit. Hieronder vallen diverse regelingen zoals de basisbetaling, de betaling voor jonge landbouwers, de betaling voor klimaat en milieuvriendelijke maatregelen in de landbouw, herstelfonds Europees Landbouw Fonds voor Plattelands Ontwikkeling (ELFPO), invoercertificaten en tariefcontingenten onder Gemeenschappelijke markt- en prijsbeleid, gemeenschappelijke marktordening Groente en Fruit en de uitvoering van het Europees Maritiem, Visserij en Aquacultuur Fonds (EMFAF). Daarnaast verleent RVO vergunningen voor agrarische ondernemers en voor bezit en handel in beschermde plant- en diersoorten. Van de bijdrage aan RVO is tevens € 21,6 mln. bestemd voor de uitvoering van het Landbouwradennetwerk. Het Landbouwradennetwerk stimuleert wereldwijd de internationalisering van het Nederlandse agro- en natuurdomein en draagt daarmee bij aan het verdienvermogen van de Nederlandse economie en aan een duurzame voedselproductie. De toenemende maatregelen op het gebied van klimaat en stikstof leggen ook de nodige druk op de capaciteit van RVO. Het goed en snel implementeren, beschikbaar stellen voor de doelgroep en uitvoeren van de maatregelen vraagt het nodige van de organisatie en haar medewerkers. LNV en RVO werken aan een gezamenlijke aanpak die uitkomst moet bieden aan het vele werk dat RVO uitvoert voor de maatschappelijke opgaven van LNV.
4 Niet-beleidsartikelen
4.1 Artikel 50 Apparaat
A. Budgettaire gevolgen
Verplichtingen | 173.640 | 214.173 | 229.031 | 227.962 | 197.098 | 190.954 | 190.469 |
Uitgaven | 173.640 | 214.173 | 229.031 | 227.962 | 197.098 | 190.954 | 190.469 |
Personele uitgaven | |||||||
Eigen personeel | 118.557 | 152.221 | 169.984 | 170.449 | 137.405 | 131.088 | 127.586 |
Externe inhuur | 7.133 | 11.999 | 7.289 | 7.015 | 10.538 | 14.321 | 17.338 |
Overige personele uitgaven | 1.909 | 2.930 | 3.282 | 3.282 | 2.196 | 2.196 | 2.196 |
Materiële uitgaven | |||||||
ICT | 531 | 500 | 500 | 500 | 500 | 510 | 1.041 |
Bijdrage aan SSO's (exclusief DICTU) | 12.929 | 12.929 | 12.929 | 12.929 | 12.929 | 12.929 | 12.929 |
SSO DICTU | 23.735 | 26.654 | 25.049 | 24.757 | 23.353 | 23.343 | 23.343 |
Overige materiële uitgaven | 8.846 | 6.940 | 9.998 | 9.030 | 10.177 | 6.567 | 6.036 |
Ontvangsten | 1.700 | 4.426 | 4.362 | 4.362 | 4.362 | 4.362 | 4.362 |
Ontvangsten | |||||||
Ontvangsten | 1.700 | 4.426 | 4.362 | 4.362 | 4.362 | 4.362 | 4.362 |
B. Toelichting op de financiële instrumenten
Personele uitgaven
Dit betreft alle personeelsuitgaven voor het kerndepartement van het Ministerie van LNV, inclusief het aan LNV toegerekende deel van de uitgaven die worden gedaan voor de dienstonderdelen die samen worden gedeeld met het Ministerie van EZK. Deze gezamenlijke onderdelen, waaronder de directie Bedrijfsvoering en directie Wetgeving en Juridische Zaken, zijn formeel opgehangen onder het Ministerie van EZK. De enige uitzondering hierop vormt de Crisisorganisatie, die onder LNV valt. De kosten van de gezamenlijke onderdelen worden volgens een verdeelsleutel aan de begrotingen van de ministeries van LNV en EZK toebedeeld. Overschrijdingen, meevallers, taakstellingen, etc. bij deze onderdelen worden door beide departementen gezamenlijk gedragen.
Materiële uitgaven
Dit betreft de materiële uitgaven voor het kerndepartement LNV. Net als bij de personele uitgaven, geldt ook hier dat de uitgaven inclusief het LNV-deel van de uitgaven van de gezamenlijke onderdelen van EZK en LNV zijn. Binnen de materiële uitgaven worden de ICT uitgaven geraamd onder de posten ICT en de bijdrage aan SSO DICTU.
Ontvangsten
De ontvangsten van het kerndepartement bestaan onder andere uit ontvangsten voor detacheringen en ontvangsten voor doorbelaste kosten.
C. Totaaloverzicht apparaatsuitgaven/kosten
Totaal apparaatsuitgaven ministerie | 173.640 | ||||||
Kerndepartement | 173.640 | 211.907 | 229.031 | 227.962 | 197.098 | 190.954 | 190.469 |
Totaal apparaatsuitgaven Agentschappen | |||||||
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit | 45.888 | 532.201 | 580.524 | 592.524 | 606.524 | 621.524 | 636.024 |
Totaal apparaatskosten ZBO's en RWT's | |||||||
Staatsbosbeheer | 122.600 | ||||||
Wageningen Research | 342.549 | ||||||
College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) | 20.508 | ||||||
Stichting Nederlandse Algemene Kwaliteitsdienst Tuinbouw (Naktuinbouw) | 38.217 | ||||||
Stichting Kwaliteits-Controle-Bureau (KCB) | 27.170 | ||||||
Stichting Controle Orgaan Kwaliteits Zaken (COKZ) | 5.988 | ||||||
Stichting Skal Biocontrole (Skal) | 15.145 | ||||||
Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) | 35.458 |
De bovenstaande twee tabellen geven de apparaatsuitgaven voor het kerndepartement en de apparaatskosten van de agentschappen en de begrotingsgefinancierde ZBO’s en RWT’s weer. Bij rijksdiensten zijn de apparaatsuitgaven de personele en materiële uitgaven. Bij baten-lasten-diensten (agentschappen) en ZBO’s/RWT’s omvatten de apparaatskosten de personele kosten en materiële kosten, exclusief afschrijvingskosten en overige lasten (zoals dotaties aan voorzieningen, rentelasten en andere lasten).
In de tabel zijn onder andere de personele en materiële apparaatskosten van de NVWA, ZBO’s en RWT’s vermeld. Deze apparaatskosten worden niet alleen door LNV gefinancierd, maar ook door andere opdrachtgevende ministeries, decentrale overheden en derden. In de agentschapsparagraaf en in Bijlage 1 «Zelfstandige Bestuursorganen en Rechtspersonen met een Wettelijke Taak» wordt dit nader toegelicht. De apparaatskosten van de zelfstandige bestuursorganen zonder rechtspersoonlijkheid zijn vanwege hun beperkte omvang niet opgenomen in de tabel. Een groot deel van hun werkzaamheden is uitbesteed aan andere organisaties.
Apparaatsbudget per beleidsterrein/DG
In onderstaande tabel staan de personele budgetten voor het kerndepartement van LNV opgenomen. Onder het budget van de stafdirecties zijn de gezamenlijk gedeelde onderdelen EZK/LNV opgenomen.
RTLG | 14.626 |
NV | 21.059 |
LGS | 15.657 |
DGA | 43.281 |
Staf | 83.691 |
4.2 Artikel 51 Nog onverdeeld
A. Budgettaire gevolgen
Verplichtingen | 0 | 103.622 | 47.009 | 44.440 | 22.868 | 27.043 | 24.537 |
Uitgaven | 0 | 103.622 | 47.009 | 44.440 | 22.868 | 26.643 | 24.137 |
Nog te verdelen | 0 | 103.622 | 47.009 | 44.440 | 22.868 | 26.643 | 24.137 |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
B. Toelichting op de financiële instrumenten
Dit artikel is een administratief begrotingstechnisch artikel. Dit betekent dat er geen daadwerkelijke uitgaven ten laste van artikel 51 worden gedaan. Vanuit dit artikel vinden overboekingen van loon- en prijsbijstelling naar de loon- en prijsgevoelige artikelen binnen de begroting plaats. Ook worden er taakstellingen of middelen die nog niet aan de beleidsartikelen zijn toegevoegd op dit artikel geplaatst. Het budget van € 47,0 mln. in 2024 betreft reserveringen voor prijsbijstelling en stikstof, die op een later moment naar andere beleidsartikelen worden overgeheveld.
5 Begroting agentschappen
5.1 De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
Baten | |||||||
Omzet | 422.591 | 523.650 | 574.677 | 586.677 | 600.677 | 615.677 | 630.177 |
- Omzet moederdepartement | 198.016 | 250.191 | 285.641 | 294.041 | 303.841 | 314.341 | 324.341 |
- Omzet overige departementen | 117.843 | 134.503 | 151.342 | 154.942 | 159.142 | 163.642 | 168.142 |
- Omzet derden | 106.732 | 138.956 | 137.695 | 137.695 | 137.695 | 137.695 | 137.695 |
Rentebaten | 360 | 0 | 360 | 360 | 360 | 360 | 360 |
Vrijval voorzieningen | 181 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijzondere baten | 46.509 | 19.606 | 22.604 | 22.604 | 22.604 | 22.604 | 22.604 |
Totaal baten | 469.641 | 543.256 | 597.641 | 609.641 | 623.641 | 638.641 | 653.141 |
Lasten | |||||||
Apparaatskosten | 458.888 | 532.201 | 579.242 | 591.242 | 605.242 | 620.242 | 634.742 |
- Personele kosten | 289.582 | 336.629 | 353.153 | 364.002 | 376.659 | 390.221 | 403.330 |
- waarvan eigen personeel | 252.407 | 297.748 | 312.057 | 322.906 | 335.564 | 349.125 | 362.234 |
- waarvan externe inhuur | 27.527 | 25.585 | 27.668 | 27.668 | 27.668 | 27.668 | 27.668 |
- waarvan overige personele kosten | 9.648 | 13.296 | 13.428 | 13.428 | 13.428 | 13.428 | 13.428 |
- Materiële kosten | 169.306 | 195.572 | 226.089 | 227.240 | 228.583 | 230.021 | 231.412 |
- waarvan apparaat ICT | 1.991 | 2.150 | 3.300 | 3.300 | 3.300 | 3.300 | 3.300 |
- waarvan bijdrage aan SSO's | 55.063 | 59.403 | 74.486 | 74.486 | 74.486 | 74.486 | 74.486 |
- waarvan overige materiële kosten | 112.252 | 134.019 | 148.303 | 149.454 | 150.797 | 152.235 | 153.626 |
Rentelasten | 32 | 100 | 200 | 200 | 200 | 200 | 200 |
Afschrijvingskosten | 7.358 | 10.455 | 7.810 | 7.810 | 7.810 | 7.810 | 7.810 |
- Materieel | 1.494 | 1.660 | 1.810 | 1.810 | 1.810 | 1.810 | 1.810 |
- waarvan apparaat ICT | 109 | 200 | 200 | 200 | 200 | 200 | 200 |
- Immaterieel | 5.864 | 8.795 | 6.000 | 6.000 | 6.000 | 6.000 | 6.000 |
Overige kosten | 10.080 | 500 | 10.389 | 10.389 | 10.389 | 10.389 | 10.389 |
- waarvan dotaties voorzieningen | 0 | 500 | 500 | 500 | 500 | 500 | 500 |
- waarvan bijzondere lasten | 10.080 | 0 | 9.889 | 9.889 | 9.889 | 9.889 | 9.889 |
Totaal lasten | 476.358 | 543.256 | 597.641 | 609.641 | 623.641 | 638.641 | 653.141 |
Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening | ‒ 6.717 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Agentschapsdeel Vpb-lasten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Saldo van baten en lasten | ‒ 6.717 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting op de baten
Omzet
De NVWA streeft naar effectief en efficiënt toezicht binnen de gegeven financiële kaders, met adequate beheersing van budgettaire en bedrijfsmatige risico’s waarbij gestreefd wordt naar een meerjarige stabiele formatieve omvang.
De post omzet moederdepartement (€ 285,6 mln.) is gerelateerd aan de opbrengsten voortvloeiend uit het opdrachtenpakket dat met het moederdepartement is afgesproken. Bij omzet moederdepartement en omzet overige departementen is rekening gehouden met een bedrag van € 42 mln. regeerakkoordmiddelen en € 8 mln. extra middelen in het kader van WAU (Werk aan Uitvoering). Daarvan is 70% toegewezen aan omzet moederdepartement en 30% aan overige departementen (VWS).
De omzet derden bestaat uit opbrengsten NVWA-tarieven voor het bedrijfsleven (waarin verdisconteerd kosten werkzaamheden Kwaliteitskeuring Dierlijke Sector (KDS)) en overige baten. De omzet derden neemt enerzijds toe ten opzichte van 2023 doordat de ministers LNV en VWS het voornemen hebben om per 1 januari 2024 kostendekkende tarieven te hanteren (verdere afbouw bijdrage van LNV en VWS). Hierdoor wordt een groot deel van de vergoeding van de (retribueerbare) kosten door het moederdepartement die voorheen als bijzondere baten werden verantwoord vanaf 2024 aan het bedrijfsleven toegerekend. Alhoewel er voor 2024 sprake zal zijn van een hogere kostprijs, wordt rekening gehouden met een daling van de retributieopbrengsten door minder retribueerbare activiteiten (volume).
De totale omzet 2024 zal fors hoger uitkomen dan in 2023, als gevolg van een vergoeding van een hogere kostprijs. Dit wordt met name veroorzaakt door een hogere loon- en kostprijsontwikkeling en doorberekende kosten van derden. Daarnaast ontvangen medewerkers vanaf 2023 meer IKB uren. Dit kan effect hebben op het aantal productieve uren per medewerker zonder vervanging en (voor zover deze extra uren niet worden opgenomen) op de hoogte van de verlofvoorziening.
Omzet moederdepartement:
Deze tabel laat de verdeling van de omzet moederdepartement over de productgroepen zien. Vanaf 2023 wordt er als gevolg van een nieuw kostprijsmodel bij het moederdepartement nog maar met 1 product gewerkt, namelijk «Toezicht».
De categorie ‘overig’ betreft werkzaamheden die aan derden worden uitbesteed zoals bijvoorbeeld de activiteiten die Wageningen Food Safety Research in opdracht van de NVWA uitvoert in het kader van het WOT Voedselveiligheidsbeleid. Dit is noodzakelijk om te kunnen voldoen aan de Europese verplichtingen.
Handhaven | 167.652 | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t | n.v.t. | n.v.t. |
Keuren certificering op afstand | 523 | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t | n.v.t. | n.v.t. |
Keuren import | 716 | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t | n.v.t | n.v.t. | n.v.t. |
Keuren export, slachthuizen en overige activiteiten | 16.860 | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t | n.v.t. | n.v.t. |
Toezicht (nieuw in 2023) | n.v.t. | 234.170 | 266.220 | 274.620 | 284.420 | 294.920 | 304.920 |
Overig | 12.265 | 16.021 | 19.421 | 19.421 | 19.421 | 19.421 | 19.421 |
Totaal | 198.016 | 250.191 | 285.641 | 294.041 | 303.841 | 314.341 | 324.341 |
Omzet overige departementen:
Deze tabel laat de verdeling van de omzet overige departementen over de productgroepen zien. Vanaf 2023 wordt er bij de overige departementen nog maar met 1 product gewerkt, namelijk «Toezicht».
De categorie ‘overig’ betreft werkzaamheden die aan derden worden uitbesteed zoals bijvoorbeeld laboratorium onderzoek door Wageningen Food Safety Research of onderzoeken door het RIVM.
Handhaven | 91.540 | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t | n.v.t. | n.v.t. |
Keuren certificering op afstand | 0 | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t | n.v.t. | n.v.t. |
Keuren import | 1.078 | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t | n.v.t | n.v.t. | n.v.t. |
Keuren export, slachthuizen en overige activiteiten | 2.179 | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t | n.v.t. | n.v.t. |
Toezicht (nieuw in 2023) | n.v.t. | 111.031 | 121.980 | 125.580 | 129.780 | 134.280 | 138.780 |
Overig | 23.046 | 23.472 | 29.362 | 29.362 | 29.362 | 29.362 | 29.362 |
Totaal | 117.843 | 134.503 | 151.342 | 154.942 | 159.142 | 163.642 | 168.142 |
Rentebaten
Dit betreft de rente op de uitstaande middelen op de rekening-courant bij het ministerie van Financiën. De rentebaten zijn begroot conform realisatie 2022.
Vrijval voorzieningen
Dit betreft voorzieningen voor (schade)claims. Er is geen vrijval van de bestaande voorzieningen begroot.
Bijzondere baten
De bijzondere baten betreffen bijdragen van het moederdepartement voor zover er aanleiding bestaat om specifieke kosten niet door te berekenen in de NVWA-tarieven voor derden. Deze baten dienen ter bekostiging van kosten die de NVWA niet aan het bedrijfsleven mag doorberekenen en dus ten laste komen van de begroting van LNV. Een voorbeeld hiervan is de initiële opleidingskosten van nieuwe officiële assistenten en officiële dierenartsen die op grond van de Europese Controleverordening (EU) 2017/625 niet mogen worden doorbelast aan het bedrijfsleven of politieke toezeggingen (bijvoorbeeld de kosten voor Reistijd=Werktijd-regeling (de reistijd van ambulante medewerkers die nu binnen de NVWA werkzaam zijn) of compensatie van de kosten voor de kleine slagers).
Toelichting op de lasten
Personele kosten
De stijging van de personele kosten hangt samen met de salarisstijgingen als gevolg van de nieuwe cao’s. Daarnaast zal het aantal fte in 2024 licht hoger zijn dan in 2023.
Materiële kosten
De stijging van de materiële kosten is met name een gevolg van de hoge inflatie. Dit is te zien bij de bijdrage aan SSO’s (DICTU, servicekosten huisvesting, beveiliging en schoonmaak). Daarnaast zijn er applicaties die vanuit projectfase in beheer komen en tot hogere exploitatiekosten leiden. Bijvoorbeeld RijksDoc, ‘Zoek-en-Vind’ en Laboratory Information Management System (LIMS).
De overige materiële kosten zijn hoger door de stijgende tarieven van de partijen die extern worden ingehuurd voor specifieke opdrachten. Daarnaast zullen de kosten voor gas- en elektra stijgen.
Rentelasten
De rentelasten stijgen licht door hogere rentepercentages op de leningen bij het Ministerie van Financiën.
Afschrijvingskosten materieel
Deze kosten liggen naar verwachting in lijn met de kosten in 2023.
Afschrijvingskosten immaterieel
Deze kosten liggen naar verwachting in lijn met de realisatie in 2022. De realisatie 2023 zal vermoedelijk fors lager uitkomen. Doordat er inmiddels meerdere systemen zijn opgeleverd zullen de afschrijvingskosten in 2024 hoger zijn.
Dotaties aan voorzieningen
Voor (schade)claims wordt, net als in 2023, een bedrag van € 0,5 mln. aan de voorziening gedoteerd.
Bijzondere lasten
Er is voor € 9,9 mln. aan bijzondere lasten begroot. Dit bestaat met name uit de BTW op de ontvangen facturen van KDS en practitioners. De compensatie hiervoor wordt verantwoord onder de bijzondere baten.
+/+ totaal ontvangsten operationele kasstroom | 467.791 | 543.256 | 597.641 | 609.641 | 623.641 | 638.641 | 653.141 | |
-/- totaal uitgaven operationele kasstroom | ‒ 457.241 | ‒ 532.301 | ‒ 589.331 | ‒ 601.331 | ‒ 615.331 | ‒ 630.331 | ‒ 644.831 | |
2 | Totaal operationele kasstroom | 10.550 | 10.955 | 8.310 | 8.310 | 8.310 | 8.310 | 8.310 |
-/- totaal investeringen | ‒ 8.813 | ‒ 9.350 | ‒ 10.850 | ‒ 9.550 | ‒ 9.550 | ‒ 9.550 | ‒ 9.550 | |
+/+totaal boekwaarde desinvesteringen | 162 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
3 | Totaal investeringskasstroom | ‒ 8.651 | ‒ 9.350 | ‒ 10.850 | ‒ 9.550 | ‒ 9.550 | ‒ 9.550 | ‒ 9.550 |
-/- eenmalige uitkering aan moederdepartement | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
+/+ eenmalige storting door moederdepartement | 2.481 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
-/- aflossingen op leningen | ‒ 7.356 | ‒ 5.391 | ‒ 6.247 | ‒ 7.889 | ‒ 8.777 | ‒ 9.424 | ‒ 9.507 | |
+/+ beroep op leenfaciliteit | 6.900 | 9.350 | 10.850 | 9.550 | 9.550 | 9.550 | 9.550 | |
4 | Totaal financieringskasstroom | 2.025 | 3.959 | 4.603 | 1.661 | 773 | 126 | 43 |
5 | Rekening courant RHB 31 december (incl. deposito) (=1+2+3+4) | 58.928 | 64.167 | 66.230 | 66.651 | 66.184 | 65.071 | 63.874 |
Toelichting op het kasstroomoverzicht
Operationele kasstroom
De operationele kasstroom is in 2024 lager dan de operationele kasstroom in de begroting van 2023. Het verschil wordt verklaard doordat de afschrijvingen lager zijn. Afschrijvingskosten worden wél doorberekend via de kostprijs, maar maken geen deel uit van de (uitgaande) kasstroom.
Investeringskasstroom
De investeringskasstroom is in 2024 € 1,5 mln. lager dan in 2023, doordat er meer wordt geïnvesteerd in verbouwingen, inventaris en installaties.
Financieringskasstroom
De financieringskasstroom is in 2024 € 0,6 mln. hoger dan in 2023. Enerzijds zal er € 0,9 mln. meer worden afgelost aan leningen. Daar staat tegenover dat het beroep op de leenfaciliteit € 1,5 mln. hoger zal zijn, doordat er meer geïnvesteerd zal worden.
Rekening courant
De verwachte stand rekening-courant neemt toe met € 2,1 mln. tot € 66,2 mln.
Tarieven | |||||||
Gemiddelde kostprijs (€/uur) | 121,17 | n.v.t. | 135,54 | 135,54 | 135,54 | 135,54 | 135,54 |
Index 2012 = € 94,07 = 100 | 128,8 | n.v.t. | 144,08 | 144,08 | 144,08 | 144,08 | 144,08 |
Omzet per productgroep ( in € mln.) | |||||||
Toezicht (moeder- en overige departementen) | n.v.t. | 345,2 | 388,2 | 400,2 | 414,2 | 429,2 | 443,7 |
Overige producten (derden) | n.v.t. | 109,4 | 137,7 | 137,7 | 137,7 | 137,7 | 137,7 |
Handhaven | 271,6 | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. |
Keuren certificering op afstand | 12 | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. |
Keuren import | 21,8 | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. |
Keuren export, slachthuizen en overige activiteiten | 94,6 | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. |
Percentage meerwerk t.o.v. Jaarplan1 | n.v.t. | n.v.t. | 0,00% | 0,00% | 0,00% | 0,00% | 0,00% |
FTE | |||||||
Aantal FTE (excl. Externe inhuur)2 | 2.831 | 3.222 | 3.310 | 3.425 | 3.560 | 3.704 | 3.843 |
Verhouding FTE direct/indirect (exclusief externe inhuur) | 2.182/649 | 2.484/738 | 2.615/695 | 2.706/719 | 2.812/748 | 2.926/778 | 3.036/807 |
Salariskosten per fte | 89.152 | 92.394 | 94.266 | 94.266 | 94.266 | 94.266 | 94.266 |
Saldo van baten en lasten | |||||||
Saldo van baten en lasten als % van de totale baten | ‒ 1,43% | 0,00% | 0,00% | 0,00% | 0,00% | 0,00% | 0,00% |
Kwaliteit | |||||||
Afhandelsnelheid informatieverzoeken, klachten en meldingen | 80% | 90% | 90% | 90% | 90% | 90% | 90% |
Tijdig betaalde facturen (< 30 dagen) | 95% | 95% | 95% | 95% | 95% | 95% | 95% |
- Het percentage meerwerk betreft een nieuwe indicator. Het streven is om meer indicatoren toe te voegen, bijvoorbeeld klanttevredenheid.
- De gerealiseerde gemiddelde bezetting is niet alleen exclusief herplaatsingskandidaten, maar ook exclusief VanWerkNaarWerk-kandidaten.
6 Begroting Diergezondheidsfonds
Leeswijzer
Het Diergezondheidsfonds (DGF) is een begrotingsfonds waaruit de kosten worden betaald die verband houden met de bestrijding, bewaking en preventie van besmettelijke dierziekten en zoönosen. Deze fondsbegroting bevat een inleidende paragraaf over de achtergronden van het fonds en plafondbedragen voor de maximale opbrengst van de diergezondheidsheffing. Aansluitend volgt de toelichting bij het enige artikel van het fonds, inclusief budgettaire tabel en de bijbehorende toelichting. Een toelichting op de saldosystematiek van het DGF volgt na de tabel budgettaire gevolgen van beleid.
Inleiding en achtergrond
Uitbraken van besmettelijke dierziekten kunnen een grote impact op de Nederlandse samenleving hebben als geheel en op de agrarische sector in het bijzonder. Voor dierziekten die zich in potentie snel verspreiden gelden speciale bestrijdings- en preventieregimes die grotendeels in Europese regelgeving zijn voorgeschreven. Bij een aantal van deze dierziekten bevat de Europese regelgeving een plicht tot bestrijding. Daarnaast kan sprake zijn van een plicht tot het nemen van preventieve maatregelen en verplichtingen voor het doen van onderzoek naar de aan- of afwezigheid van een dierziekte via het monitoren van dieren.
Het fonds wordt gevoed door jaarlijkse bijdragen vanuit de begroting van LNV, heffingen bij de sector op grond van de Wet dieren en de middelen die de Europese Unie ter beschikking stelt in verband met het weren en bestrijden van besmettelijke dierziekten.
Financiering van het fonds
De verdeling welke activiteiten uit de heffingen bij het bedrijfsleven worden gefinancierd en welke uit de begroting van LNV, is vastgelegd in een convenant tussen LNV en de betrokken sectorpartijen (Convenant financiering bestrijding besmettelijke dierziekten 2020–2024; Kamerstuk 29 683, nr. 248).
De kosten van bewaking van dierziekten worden in beginsel voor 50% door het Rijk en voor 50% door het bedrijfsleven gefinancierd met uitzondering van de bewakingsprogramma’s die LNV heeft overgenomen van de voormalige productschappen. Deze worden voor 100% door de betreffende sector gefinancierd. Het gaat hierbij om het voorkomen en/of bestrijden van dierziekten waaronder de ziekte van Aujeszky, Salmonella (Se en St), Leukose, en een monitoringsprogramma voor vogelgriep (AI), Newcastle disease (NCD), non-zoönotische Salmonella en Mycoplasma.
De financiering van de kosten van bestrijding van dierziekten is afhankelijk van de dierziekte en de noodzakelijke voorzieningen om de bestrijding uit te kunnen voeren. Deze kosten worden in beginsel – tot een per diersoort afgesproken plafondbedrag – voor 100% doorberekend aan de veehouderijsectoren, met uitzondering van de kosten van de contractueel vastgelegde voorzieningen voor de bestrijding. Deze worden gefinancierd door overheid en sector, beide voor 50%. Boven de plafondbedragen draagt de overheid de resterende kosten.
De plafondbedragen
De tarieven voor de diergezondheidsheffing voor de diersoorten runderen, varkens, kippen, kalkoenen, eenden, schapen en geiten worden voor de jaren 2020 tot en met 2024 zodanig vastgesteld dat de totale opbrengst van de diergezondheidsheffing en de bijdragen van de sectorpartijen niet meer zullen bedragen dan de in onderstaande tabel opgenomen plafonds.
Rundvee | 34.220.000 | 9.000.000 | 43.220.000 |
Pluimvee | 46.000.000 | 32.000.0001 | 78.000.000 |
Schapen | 4.699.860 | 490.000 | 9.095.440 |
Geiten | 3.905.580 | ||
Varkens | 16.947.300 | 41.000.0002 | 57.947.300 |
- Waarvan 2.000.000 voor Newcastle Disease
- Waarvan 22.000.000 voor Afrikaanse Varkenspest.
De bedragen voor de totaalplafonds zijn opgenomen in het Besluit diergezondheid. In het eerdergenoemde convenant zijn deze plafondbedragen nader uitgewerkt in een deelplafond voor de 5-jaarlijkse kosten over de periode 2020 tot en met 2024 en een deelplafond voor de bestrijdingskosten.
6.1 Bewaking en bestrijding van dierziekten en voorkomen en verminderen van welzijnsproblemen
Algemene doelstelling
Bewaking en bestrijding van specifieke dierziekten en het voorkomen en verminderen van welzijnsproblemen.
Rol en verantwoordelijkheid
De Minister van LNV is verantwoordelijk voor:
- Het bestrijden van dierziekten die op basis van (Europese) wetgeving verplicht moeten worden bestreden en indirect verantwoordelijk – houders van dieren zijn zelf primair verantwoordelijk – voor welzijnsaspecten bij de bestrijding.
- Het tijdig signaleren en afhandelen van verdenkingen en besmettingen door onderzoek en monitoring/bewaking van bepaalde dierziekten.
- Effectieve en doelmatige crisisorganisatie bij dierziektenuitbraken.
Beleidswijzigingen
Er zijn geen wijziging in het beleid ten opzichte van 2023.
Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 83.513 | 29.720 | 15.624 | 30.939 | 30.939 | 30.939 | 30.939 |
Waarvan Garantieverplichtingen | |||||||
Waarvan overige verplichtingen | |||||||
Uitgaven | 83.409 | 44.236 | 30.939 | 30.939 | 30.939 | 30.939 | 30.939 |
Waarvan juridisch verplicht | 35% | ||||||
Opdrachten | |||||||
Waarvan: | |||||||
Bewaking van dierziekten | 4.944 | 4.677 | 5.052 | 5.052 | 5.052 | 5.052 | 5.052 |
Bestrijding van dierziekten | 21.093 | 16.279 | 8.130 | 8.130 | 8.130 | 8.130 | 8.130 |
Overig | 0 | 2.300 | 1.155 | 1.155 | 1.155 | 1.155 | 1.155 |
Subsidies | |||||||
Waarvan: | |||||||
Bewaking van dierziekten | 14.655 | 16.672 | 14.404 | 14.404 | 14.404 | 14.404 | 14.404 |
Overig | 1.208 | 1.308 | 1.348 | 1.348 | 1.348 | 1.348 | 1.348 |
(Schade)vergoedingen | |||||||
Waarvan: | |||||||
Bestrijding van dierziekten | 41.509 | 3.000 | 850 | 850 | 850 | 850 | 850 |
Ontvangsten | 114.594 | 71.987 | 31.558 | 30.939 | 30.939 | 30.939 | 30.939 |
Waarvan: | |||||||
Ontvangsten LNV | 57.171 | 12.569 | 12.373 | 12.373 | 12.373 | 12.373 | 12.373 |
Ontvangsten sector | 14.774 | 16.318 | 14.079 | 13.460 | 13.460 | 13.460 | 13.460 |
Ontvangsten EU | 1.371 | 1.500 | 419 | 419 | 419 | 419 | 419 |
Bijdrage sector crisisreserve | 91 | 10.415 | 4.687 | 4.687 | 4.687 | 4.687 | 4.687 |
Saldo van de afgesloten rekeningen | 41.187 | 31.185 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting bij bovenstaande tabel budgettaire gevolgen van beleid
Budgetflexibiliteit
Er zijn doorlopende contracten met bedrijven om bewakingsprogramma’s uit te voeren en/of om beschikbaar te zijn voor dienstverlening tijdens crises, waardoor uitgaven voor circa 35% juridisch verplicht zijn. De rest is op basis van het convenant aan bestuurlijke afspraken gebonden.
Saldosystematiek DGF
In de systematiek van het DGF speelt het fondssaldo een belangrijke rol. Via het saldo worden de middelen in het fonds, die worden gereserveerd voor onverwachte (grote) uitgaven die samenhangen met het uitbreken van een dierziektecrisis, jaar op jaar meegenomen. Het beginsaldo is de resultante van het beginsaldo van het vorige jaar en het saldo van specifieke uitgaven en ontvangsten in dat jaar. Voor de crisisreserve geldt dat deze middelen op vergelijkbare wijze meegenomen worden.
De raming zal jaarlijks worden herijkt en hierbij worden ook de gevolgen voor het fondssaldo meegewogen. De verdere ontwikkeling van het fondssaldo (of het saldo crisisreserve) wordt dan ook niet voor latere jaren weergegeven omdat hier nu geen reële raming van kan worden gemaakt.
Het eindsaldo van 2022 bedroeg € 31,2 mln. Dit is de opgebouwde crisisreserve tot en met 2022 ad € 7,5 mln. en het voordelig eindsaldo per eind 2022 ad € 23,7 mln. Dit eindsaldo voor 2022 is als beginsaldo bij eerste suppletoire begroting 2023 toegevoegd aan de lopende begroting 2023 onder saldo van de afgesloten rekeningen.
Voor 2023 is de huidige verwachting dat er voor € 44,2 mln. wordt uitgegeven en voor € 40,8 mln. ontvangen waardoor het genoemde beginsaldo 2023 ad € 31,2 mln. in dat jaar naar verwachting afneemt met € 3,4 mln. tot € 27,8 mln.
Er wordt in 2024 voor € 30,9 mln. aan uitgaven voorzien en € 31,6 mln. ontvangsten waardoor het saldo in dat jaar met € 0,7 mln. toeneemt tot € 28,5 mln.
Meerjarig beeld
Voorheen werden bij de begroting de ontvangsten volledig gelijkgesteld aan de uitgaven. Vanaf 2020 is er voor gekozen om een prognose van verwachte ontvangsten op te nemen. Zo wordt een reëler beeld van de verwachte ontwikkeling van het fondssaldo gepresenteerd. De raming wordt jaarlijks herijkt.
De geraamde uitgaven en ontvangsten 2024 worden conform de vigerende systematiek voor het DGF pro forma meerjarig doorgetrokken naar 2025 en latere jaren. Daarbij zijn de totale ontvangsten voor die jaren gelijkgesteld aan de uitgaven door de geraamde ontvangsten voor de sector met € 0,6 mln. te verlagen.
Met ingang van 2021 is voor DGF een verplichtingen administratie ingevoerd waardoor nu een meer reële prognose is opgenomen voor de verplichtingen 2023 en 2024. De verplichtingen voor 2025 en latere jaren zijn gelijkgesteld aan de uitgaven voor die jaren.
Ontvangsten van LNV
De bijdrage van LNV aan het fonds is gebaseerd op de conform het convenant toegewezen uitgaven.
Ontvangsten van sectoren
In de varkens- en pluimveesector zijn overschotten aanwezig in het saldo van de afgesloten rekeningen. Dit saldo wordt gedurende deze convenantsperiode afgebouwd.
Ontvangsten EU
De EU draagt bij aan de kosten voor Salmonella, BSE en HPAI.
Bijdrage van sector aan crisisreserve
In het convenant 2020-2024 zijn afspraken gemaakt over de opbouw van een crisisreserve. Deze reserve vormt een aanvulling op het fondssaldo. Voor de pluimveesector geldt dat voor de bestrijdingsuitgaven het afgesproken plafond bereikt is na de uitbraken in 2022 en dat de crisisreserve in 2024 niet wordt aangevuld. Wel wordt het ontstane tekort voor bestrijdingsuitgaven HPAI aangevuld tot het afgesproken plafond.
Toelichting op de financiële instrumenten
Opdrachten
Bewaking van dierziekten
Het signaleren van (mogelijke) dierziekten vindt plaats door houders van dieren, dierenartsen en/of medewerkers van laboratoria/onderzoeksinstellingen, hetzij op basis van klinische verschijnselen dan wel op basis van de uitkomsten van laboratoriumonderzoek. In het geval deze verschijnselen kunnen wijzen op een aangifteplichtige ziekte, dient dit onmiddellijk bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) te worden gemeld. Naast de meldplicht worden in opdracht van LNV bewakings- en monitoringsprogramma’s uitgevoerd die deels door de Europese Unie (EU) verplicht zijn gesteld ter behoud van de dierziektevrij-status.
Ook een vrijstatus voor de Wereldorganisatie voor diergezondheid (World Organisation for Animal Health (WOAH, voorheen OIE) vereist voor sommige ziekten een monitoringsprogramma. Door bewakingsonderzoeken uit te voeren wordt het risico dat een ziekte niet of niet tijdig wordt opgemerkt gereduceerd.
Naast deze officiële vrijstatus zijn er andere redenen voor het uitvoeren van monitoringprogramma’s, zoals de volksgezondheid of nationale diergezondheidsbelangen. Zo is ervoor gekozen om een monitoringsprogramma uit te voeren op Q-koorts, Mycoplasma gallisepticum en Salmonella St./Se.
Voor een snelle opsporing van dierziekten is de overheid in sterke mate afhankelijk van de opmerkzaamheid van veehouders en dierenartsen en van hun bereidheid een eventuele verdenking te melden. Hiervoor worden in aanvulling op de monitoringsprogramma’s, waarbij een aangewezen aantal bedrijven wordt bemonsterd, zogenaamde ‘early warning’-programma’s uitgevoerd voor AI, Klassieke varkenspest (KVP) en Afrikaanse varkenspest (AVP). Deze early warning verplicht de dierhouder om bij zieke dieren, waarbij AI, KVP of AVP niet kan worden uitgesloten op basis van het klinische beeld, monsters op te sturen voor uitsluitingsdiagnostiek.
Het budget voor bewaking van dierziekten wordt onder meer ingezet voor de volgende activiteiten:
Basismonitoring (incl. effectiviteitsonderzoek) | 9.496 | ||
Brucella melitensis (schaap, geit) | 431 | ||
Blauwtong (rund, schaap, geit) | 47 | ||
Brucellose (rund) | 1.105 | ||
BSE (rund) | 3.351 | ||
TSE (schaap, geit) | 230 | ||
KVP (varkens, wilde zwijnen) | 773 | ||
AI | ‒ | Bedrijfsmatig pluimvee early warning | 128 |
‒ | Wilde vogels early warning / serologische test | 100 | |
Q-koorts (schaap, geit) | 750 | ||
Leukose (rund) | 365 | ||
Salmonella (zoönotisch, pluimvee) | 470 | ||
AI, NCD, Mycoplasma en Salmonella (niet-zoönotisch) | 1.211 | ||
Vogelgrieptesten | 999 | ||
Totaal bewaking van dierziekten | 19.456 |
Bestrijding van dierziekten
Onder de bestrijding van dierziekten vallen:
Voorzieningen
- Treffen van voorzieningen om onmiddellijk te kunnen bestrijden (crisisparaatheid);
Verdenkingen
- Onderzoek naar verschijnselen die kunnen duiden op een aangifteplichtige dierziekte na een melding door een (vee)houder en/of door een dierenarts;
- Onderzoek van verdachte dieren;
Bestrijding
- Bestrijding van besmettelijke dierziekten zoals tuberculose, brucellose, leukose, hoogpathogene vogelgriep (HPAI), Mond en klauwzeer (MKZ) en klassieke of Afrikaanse varkenspest (KVP en AVP).
Als veehouders verschijnselen signaleren bij hun dieren die kunnen duiden op een aangifteplichtige dierziekte, is melding daarvan verplicht. Het onderzoeken
van deze meldingen is een belangrijke structurele taak van de NVWA. Ook bij een positief testresultaat van een aangifteplichtige ziekte wordt dit gemeld bij de NVWA. Indien een bevestigingstest positief is, wordt het bedrijf door de NVWA besmet verklaard. Als er sprake is van een bestrijdingsplichtige ziekte, wordt aansluitend tot bestrijding overgegaan.
Zodra sprake is van een besmetting of hier vanuit moet worden gegaan, worden onmiddellijk bestrijdingsmaatregelen getroffen door de (permanente) crisisorganisatie van LNV. Vertraging van de bestrijding leidt tot meer besmettingen en daarmee tot langdurige bestrijdingsmaatregelen. Bestrijding vindt plaats volgens Europese bestrijdingsrichtlijnen. De aanpak is geregeld in diverse draaiboeken van het Ministerie. Op Rijksoverheid.nl staan de actuele bestrijdingsdraaiboeken.
In bepaalde gevallen kan de inzet van beschermende noodvaccinatie (vaccinatie ‘voor het leven’) een effectieve bestrijdingsmethode zijn. In plaats van het in grote aantallen preventief ruimen van dieren kan de uitbraak bij bepaalde dierziekten tot staan worden gebracht door vaccinatie, in een bepaald gebied rondom besmette bedrijven. Gezonde gevaccineerde dieren worden niet meer gedood. Op basis van de huidige EU-regelgeving is beschermende noodvaccinatie mogelijk bij de bestrijding van uitbraken van MKZ, KVP, Ziekte van Aujeszky (ZvA) en AI. Deze aanpak is alleen uitvoerbaar bij dierziekten waarvoor een effectief en praktisch toepasbaar vaccin beschikbaar is (MKZ, KVP en ZvA). Een vaccin tegen HPAI word op dit moment getest. De mogelijkheid van noodvaccinatie is beschreven in de betreffende beleidsdraaiboeken.
Voor de bestrijding van dierziekten staan onder andere de volgende instrumenten ter beschikking:
- wettelijke verplichting van houders van dieren en dierenartsen om verschijnselen die duiden op een aangifteplichtige dierziekte te melden;
- klinische inspectie door een zogenaamd deskundigenteam, bestaande uit dierenartsen (bedrijfsdierenarts van veehouder, dierenarts van de Gezondheidsdienst van Dieren en NVWA-dierenarts op bedrijven waar mogelijk sprake is van aangifteplichtige dierziekten);
- monsternames en diagnostisch onderzoek van afgenomen monsters bij verdachte dieren;
- instellen van stand-still, vervoersverboden en/of compartimenten;
- vaccineren van dieren;
- onderzoek van dieren op buurt-/contactbedrijven en andere relevante bedrijven;
- tracering van een besmetting (van en naar);
- doden van besmette dieren en van dieren die een reëel gevaar zijn voor verspreiding van de besmetting;
- destructie van gedode (besmette) dieren;
- reinigen en ontsmetten van bedrijven.
De grondslag voor de inzet van bovenstaande instrumenten zijn:
- EU-richtlijnen en EU-verordeningen;
- Wet Dieren;
- (Beleids-)draaiboeken;
- crisisorganisatie en voorzieningen.
Doordat een mogelijke dierziektecrisis niet op voorhand te voorspellen valt, kunnen de werkelijke bestrijdingskosten niet worden begroot. Het budget voor opdrachten voor voorzieningen en verdenkingen wordt onder meer ingezet voor de volgende activiteiten:
Voorzieningen: | |
Middelenbeheer | 114 |
Waakvlamcontracten | 2.001 |
Vaccinatie ZvA, MKZ en KVP | 2.217 |
HCU | 1.452 |
Subtotaal Voorzieningen | 5.784 |
Verdenkingen: | |
AI | 400 |
Salmonella | 100 |
Overige verdenkingen | 646 |
Subtotaal Verdenkingen | 1.146 |
Bestrijding: | |
Salmonella | 2.000 |
Mycoplasma Gallisepticum | 0 |
Overige ziekten | 50 |
HPAI | 0 |
Subtotaal Bestrijding | 2.050 |
Totaal | 8.980 |
- Begrote bedragen gebaseerd op gerealiseerde kosten 2020-2022 (zie jaarverslagen DGF), daarbij rekening houdend met meerjarige trends en structurele veranderingen.
Toelichting bij de post bestrijding HPAI
De huidige vogelgriep uitbraak is veel groter dan de uitbraken die Nederland sinds 2003 heeft gekend. Nederland had in de laatste jaren te maken had met ‘seizoensgebonden’ uitbraken bij enkele bedrijven, en soms jaren zonder uitbraken. Sinds het najaar van 2020 is HPAI continu aanwezig in de wilde vogelpopulatie. Tussen najaar 2020 en maart 2023 zijn vele locaties met gehouden pluimvee geruimd. In pluimveedicht gebieden zijn ook bedrijven preventief geruimd. De financiële afwikkeling van deze recente ruimingen loopt nog, waardoor exacte bedragen op dit moment niet voorhanden zijn. Door het groot aantal ruimingen is het deelplafond voor de bestrijdingskosten van de pluimveesector overschreden. Over de financiële afwikkeling wordt de Kamer nader geïnformeerd.
Overig
Het budget 2024 voor overige opdrachten wordt onder meer ingezet voor de volgende activiteiten:
- De bijdrage aan de Stichting Diergeneesmiddelen Autoriteit voor € 0,4 mln.
- De uitvoeringskosten voor het innen van heffingen van € 1,2 mln.
- De overeenkomst met de Gezondheidsdienst voor Dieren voor veterinaire kennis (inclusief opleiding) en beleidsadvisering, deelname aan de zoönosenstructuur, assistentie van de NVWA bij verdenkingen en de afhaaldienst voor onderzoek dode dieren (€ 0,9 mln.).
Ontvangsten
Toelichting op de ontvangsten in de tabel budgettaire gevolgen van beleid.
Ontvangsten LNV
Dit betreft de LNV-bijdrage aan de DGF-begroting voor met name de bewaking en monitoring en voor voorzieningen in geval van een dierziekte-uitbraak (zoals vaccins, waakvlamcontracten en bestrijdingsmaterialen). De bijdrage van LNV is op de LNV begroting terug te vinden op artikel 21 bij Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken.
Ontvangsten van de sector
Heffingstarieven worden jaarlijks bij algemene maatregel van bestuur vastgesteld. Voor het bepalen van de hoogte van het tarief zijn de volgende componenten van belang:
- Een raming van de uitgaven voor betreffende diersoort of diercategorie in het kalenderjaar waarvoor het tarief wordt vastgesteld.
- De benodigde middelen om in het DGF als reserve aan te houden.
- Een berekening van de uitgaven in de voorafgaande vijf jaren die niet gedekt zijn door de inkomsten uit heffingen of Europese middelen. Hierdoor sluiten de opbrengsten van de heffingen beter aan op de uitgaven.
- Mogelijke overschotten op de balans.
Bijdrage sector crisisreserve
De omvang van de reserve per sector is vastgelegd in het besluit diergezondheidsheffing en is ongeveer 20% van het deelplafondbedrag voor de bestrijdingskosten per sector in de convenantsperiode. De crisisreserve wordt gevormd en in stand gehouden uit de bijdragen van de sectoren. De reserves zijn bedoeld om in geval van een crisis direct de bestrijdingskosten te kunnen betalen. Tegenover de ontvangsten ten behoeve van de crisisreserve staan nog geen begrote uitgaven omdat uitbraken van dierziekten en daarmee samenhangende uitgaven in enig jaar niet te voorspellen zijn.
Ontvangsten uit voorgaande jaren | 6.821 | 0 | 876 | 866 | 1.461 | 10.024 |
Ontvangsten voor hetzelfde jaar | 4.055 | 4.055 | ||||
Ontvangsten voor crisisreserve | 4.687 | 4.687 | ||||
Totaal verwachte ontvangsten | 6.821 | 0 | 876 | 866 | 10.203 | 18.766 |
Runderen
De ontvangsten worden gevormd door de heffing over 2023 die in 2024 wordt opgelegd en geïnd.
Varkens
De ontvangsten worden gevormd door de heffing over 2023 die in 2024 wordt opgelegd en geïnd. Deze bedraagt echter nihil waardoor geen inkomsten voorzien zijn.
Schapen en geiten
De ontvangsten worden voor beide sectoren gevormd door de heffing over 2023 die in 2024 wordt opgelegd en geïnd.
Pluimvee
De ontvangsten worden gevormd door de heffing over 2024 en het restant over 2023. De heffingen worden gedurende het jaar 2-maandelijks opgelegd. Het heffingsbedrag voor lopende uitgaven is lager dan de verwachte uitgaven doordat er een overschot aanwezig is in het DGF. De sector heeft er voor gekozen om gedurende 3 jaar de tarieven deels te verlagen. Daar staat tegenover dat het tekort dat is ontstaan in 2022 als gevolg van de HPAI uitbraken wordt aangevuld. Dit is zichtbaar gemaakt onder ‘ontvangsten crisisreserve’.
Ontvangsten EU
De EU-ontvangsten voor 2024 en verder zijn met € 1,1 mln. / jaar verlaagd tot € 0,4 mln. gelet op de voorgestelde aanpassingen vanuit de EU over de cofinancieringspercentages. Voor specifieke monitoringsprogramma’s en bestrijding kunnen in een aantal gevallen EU-bijdragen worden toegekend. De jaarlijkse EU bijdrage is met ingang van 2023 flink naar beneden bijgesteld vanwege beperkt EU-budget en hoge uitgaven voor de bestrijding van AVP en HPAI. Het is nog onduidelijk wat de omvang van de daadwerkelijke bestrijdingsuitgaven gaat zijn en de (voorlopige) claim is nog niet ingediend. Er is vooralsnog geen bedrag op genomen. Ontvangsten ter dekking van bestrijdingsuitgaven van HPAI komen, vanwege de overschrijding van het bestrijdingsplafond van de pluimveesector, ten gunste van de LNV bijdrage aan het DGF.
7 Bijlagen
7.1 Bijlage 1: ZBO's en RWT's
- Rijksbekostiging door
subsidiëring en valt niet onder de gehanteerde
definitie voor «Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s.» - De bijdrage aan CCD is onderdeel van van de bijdrage aan RVO. In het geval de CCD is gekozen om de afzonderlijke bijdrage weer te geven.
- Alle bijdragen van andere
departementen aan Ctgb worden budgettair
overgeboekt naar LNV en door LNV toegekend. - Najaar 2023 zal de wettelijke evaluatie van Skal starten en deze zal in de loop van 2024 worden afgerond.
- Rendac ontvangt vanuit het
Diergezondheidsfonds een vergoeding voor
het onderhouden van extra destructiecapaciteit voor het geval er een
dierziekte uitbreekt. - De bijdrage aan de Grondkamers is onderdeel van de bijdrage aan RVO.
- De bijdrage
aan de Kamer voor Binnenvisserij is onderdeel van de
bijdrage aan RVO.
Zorg Onderzoek Nederland/Medische Wetenschappen (ZonMw)1 | Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit | ZBO | Artikel 23 | 495 |
7.2 Bijlage 2: Specifieke uitkeringen per departement
L16 | Programma Natuur | 259,3 | ||||||
Korte duiding | Inzet voor natuurherstel met het oog op een duurzame instandhouding van de overbelaste stikstofgevoelige Natura2000-gebieden en leefgebieden van soorten met een overschrijding van de Kritische Depositiewaarde. | |||||||
Juridische grondslag | Ministeriële regeling, eenmalig | |||||||
Maatschappelijke effecten | Bijdrage aan natuurherstel | |||||||
Ontvangende partijen | Provincies | |||||||
Artikel | 22 | |||||||
L18 | Agroprogramma Groningen | 3,8 | 3,8 | 3,8 | ||||
Korte duiding | Programma onder regie van provincie Groningen, gericht op het helpen van boeren met aardbevingsgerelateerde problematiek door middel van kennis/expertise, begeleiding en (maatwerk-)regelingen | |||||||
Juridische grondslag | Kaderwet EZK/LNV subsidies | |||||||
Maatschappelijke effecten | Toekomstbestendige agrarische sector in het aardbevingsgebied | |||||||
Ontvangende partijen | Provincie Groningen | |||||||
Artikel | 22 | |||||||
L23 | Programma Eems-Dollard 2050 Groningen | 0,1 | 0,1 | 0,1 | 0,1 | |||
Korte duiding | Financiering van een deel van de programmakosten van het programma Eems-Dollard 2050 | |||||||
Juridische grondslag | Kaderwet EZK/LNV subsidies | |||||||
Maatschappelijke effecten | Versterking van de natuur, economie en leefbaarheid in de Eems-Dollard | |||||||
Ontvangende partijen | Provincie Groningen | |||||||
Artikel | 22 | |||||||
L24 | Voorbereidingskosten landelijk gebied en PAS-melders | 13,9 | ||||||
Korte duiding | Bijdrage aan uitvoeringskosten landelijk gebied en PAS-melders | |||||||
Juridische grondslag | Ministeriële regeling | |||||||
Maatschappelijke effecten | Zie L25 en L27 | |||||||
Ontvangende partijen | Provincies | |||||||
Artikel | 22 | |||||||
L25 | Provinciale versnellingsvoorstellen gebiedsgericht | 294,1 | ||||||
Korte duiding | De realisatie van provinciale versnellingsvoorstellen voor de gebiedsgerichte aanpak voor natuur, inclusief stikstof, water en klimaat | |||||||
Juridische grondslag | Ministeriële regeling | |||||||
Maatschappelijke effecten | Integrale aanpak met positieve bijdrage aan stikstofreductie, verbeteren waterkwaliteit, de klimaatopgave, de natuur en een verandering van het voedselproductiesysteem | |||||||
Ontvangende partijen | Provincies | |||||||
Artikel | 22 | |||||||
L27 | Regeling provinciale maatregelen PAS-melders (RPMP) | 254,0 | ||||||
Korte duiding | Maatregelen die met voldoende zekerheid een oplossing bieden voor gemelde PAS-projecten | |||||||
Juridische grondslag | Ministeriële regeling | |||||||
Maatschappelijke effecten | De situatie oplossen van bedrijven die een melding hebben gedaan tijdens het Programma Aanpak Stikstof (PAS-melding) | |||||||
Ontvangende partijen | Provincies | |||||||
Artikel | 22 | |||||||
Totaal | 2.848,1 | 2.027,8 | 2.028,8 | 2.026,1 | 2.027,0 | 2.028,0 | ||
Juridische grondslag | Ministeriële regeling | |||||||
Maatschappelijke effecten | Integrale aanpak met positieve bijdrage aan stikstofreductie, verbeteren waterkwaliteit, de klimaatopgave, de natuur en een verandering van het voedselproductiesysteem | |||||||
Ontvangende partijen | Provincies | |||||||
Artikel | 22 | |||||||
L27 | Regeling provinciale maatregelen PAS-melders (RPMP) | 250,0 | ||||||
Korte duiding | Maatregelen die met voldoende zekerheid een oplossing bieden voor gemelde PAS-projecten | |||||||
Juridische grondslag | Ministeriële regeling | |||||||
Maatschappelijke effecten | De situatie oplossen van bedrijven die een melding hebben gedaan tijdens het Programma Aanpak Stikstof (PAS-melding) | |||||||
Ontvangende partijen | Provincies | |||||||
Artikel | 22 | |||||||
V | Maatregel gerichte aankoop en beëindiging veehouderijen nabij natuurgebieden (MGAB) | |||||||
Korte duiding | Met de regeling kunnen provincies bedrijfslocaties van veehouders die vrijwillig willen stoppen aankopen of via een subsidie laten beëindigen | |||||||
Juridische grondslag | Ministeriële regeling | |||||||
Maatschappelijke effecten | Het gericht verlagen van de stikstofneerslag op kwetsbare natuurgebieden (Natura 2000-gebieden) | |||||||
Ontvangende partijen | Provincies | |||||||
Artikel | 21 | |||||||
V | Natuurmonitoring | |||||||
Korte duiding | Capaciteit verhogen voor het uitvoeren van natuurmonitoringsmaatregelen | |||||||
Juridische grondslag | nntb | |||||||
Maatschappelijke effecten | Verbetering in de natuurmonitoring | |||||||
Ontvangende partijen | Provincies | |||||||
Artikel | 22 | |||||||
Totaal | 3.923,3 | 2.031,6 | 2.032,6 | 2.026,1 | 2.027,0 | 2.028,0 |
7.3 Bijlage 3: Verdiepingshoofdstuk
Algemeen
Artikel 21 Land- en tuinbouw
Stand ontwerpbegroting 2023 | 585.884 | 623.445 | 286.580 | 205.341 | 148.116 | |
Mutatie Nota van wijziging 2023 | 63.930 | 76.924 | 53.746 | |||
Mutatie ISB 2023 | ||||||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2023 | ‒ 254.592 | 125.433 | 906.067 | 371.924 | 57.378 | |
Nieuwe mutaties | ||||||
EG regeling (Klimaatfonds 2023) | 17.600 | 26.400 | 27.000 | 28.200 | ||
Naar RVO tbv uitvoering 7e Actieprogramma en rVDM | ‒ 8.023 | ‒ 4.144 | ‒ 4.144 | |||
Kasschuif SBV-Klimaat,varkens, pluimvee | ‒ 12967 | 12967 | ||||
Distributienetten Glastuinbouw | 15.100 | 29.900 | 49.800 | 66.100 | ||
Maatregelen Transitie Landbouw | 31.500 | 28.500 | 32.500 | 36.100 | ||
Overig | ‒ 11.796 | 10.284 | 18.807 | 8.842 | 11.656 | |
Stand ontwerpbegroting 2024 | 362.436 | 909.109 | 1.345.856 | 695.407 | 347.550 | 245.154 |
EG regeling (Klimaatfonds 2023)
Dit betreft toevoeging van klimaatmiddelen voor de regeling Energie-efficiëntie glastuinbouw (EG-regeling) waarover bij Voorjaarsnota 2023 besluitvorming heeft plaatsgevonden. Zie ook Kamerbrief 32 813, nr. 1230. In totaal wordt € 200 mln. aan de EG-regeling toegevoegd. Hieraan is een additionele CO2-reductie voor de glastuinbouw verbonden van 0,36 ‒ 0,38 Mton.
Uitvoering 7e actieprogramma nitraat
Voor uitvoering van het 7e actieprogramma betreffende de Nitraatrichtlijn verricht RVO diverse activiteiten (voor meer info inzake het 7e actieprogramma, zie https://www.rijksoverheid.nl/documenten/publicaties/2021/11/26/7e-nederlandse-actieprogramma-betreffende-de-nitraatrichtlijn). Deze meerjarige overheveling van artikel 21 naar artikel 24 is voor de uitvoeringskosten van RVO voor het 7e Actieprogramma.
Kasschuif SBV
Op basis van de prognoses van RVO en vanwege de uitgestelde openstelling van de SBV van begin naar eind 2023 is het kas- en verplichtingenritme aangepast.
Distributienetten Glastuinbouw
In 2024 is € 15,1 mln. beschikbaar voor warmte-infrastructuur in de glastuinbouw om een transitie naar duurzamere energievoorziening te ondersteunen.
Maatregelen Transitie Landbouw
Voor de transitie landbouw komt € 175 mln. uit het Transitiefonds beschikbaar, waarvan € 150 mln. op artikel 21. Tot en met 2027 gaat dit om een bedrag van € 128,6 mln. Het gaat hier om steun voor bedrijfsopvolging door jonge landbouwers en de ontwikkeling en ondersteuning van een marktprogramma voor de biologische sector. Voor de ondersteuning van het marktprogramma is aanvullend in 2028 en 2029 nog € 21,4 mln. beschikbaar.
Stand ontwerpbegroting 2023 | 32.580 | 30.280 | 29.080 | 29.080 | 29.080 | |
Mutatie Nota van wijziging 2023 | 22.700 | |||||
Mutatie ISB 2023 | ||||||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2023 | 600 | |||||
Nieuwe mutaties | ||||||
Vertraging derogatieontvangsten | 5.000 | |||||
Overig | 1.500 | 1.500 | 1.500 | 0 | 0 | |
Stand ontwerpbegroting 2024 | 62.380 | 31.780 | 30.580 | 29.080 | 29.080 | 29.080 |
Vertraging derogatieontvangsten
Door vertraging in de besluitvorming over de derogatie is RVO niet meer in staat om de geraamde derogatiemonitoringskosten 2022 tijdig bij derogatiedeelnemers in rekening te brengen. De ontvangsten zijn daarom verschoven naar 2023.
Artikel 22 Natuur, visserij en gebiedsgericht werken
Stand ontwerpbegroting 2023 | 1.219.304 | 548.676 | 529.853 | 469.832 | 469.089 | |
Mutatie Nota van wijziging 2023 | 237.145 | 8.457 | 8.075 | 8.329 | 8329 | |
Mutatie ISB 2023 | ||||||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2023 | 76.579 | 39.237 | 46.879 | 5.927 | 5.607 | |
Nieuwe mutaties | ||||||
kasschuif Aankoop grond NGB via RVB | ‒ 100.000 | 100.000 | ||||
Kasschuif Programma Natuur RWS | ‒ 20.000 | 10.000 | 10.000 | |||
Uitvoeringskosten medeoverheden 2024 | 30.700 | |||||
Inpassing WOZ Noordzee Ecosysteem - deel van struc | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | ||
AP veenweide uitrol 49,5 mln | 4.500 | 4.000 | 10.000 | |||
Piekbelasters Industrie (Yara) | ‒ 10.000 | |||||
Uitvoeringskosten RTLG | 14.231 | |||||
Programma Nationale Parken 2024-2030 | 4.980 | 4.980 | 4.980 | 4.980 | ||
Maatregelen Transitie Landbouw | 7.500 | 7.500 | ||||
Overig | ‒ 541 | 11.704 | 7.951 | 4.256 | ‒ 3.847 | |
Stand ontwerpbegroting 2024 | 1.412.487 | 770.485 | 624.738 | 502.324 | 499.158 | 495.850 |
Kasschuif aankoop grond Nationale Grondbank
Met een kasschuif wordt budget vanuit 2023 overgeheveld naar 2024 om gronden aan te kopen in 2024.
Kasschuif Programma Natuur RWS
Rijkswaterstaat voert de opdracht Kwaliteitsverhoging Riviernatuur uit als onderdeel van het Programma Natuur. Door vertraging in de uitvoering kan RWS de gecommitteerde € 20 mln. dit jaar niet factureren, maar het is wel nodig voor de uitvoering van de opdracht in de jaren tot en met 2025. De middelen worden naar verwachting in 2024 en 2025 gefactureerd.
Uitvoeringskosten medeoverheden 2024
Voor het opzetten/uitvoeren van de gebiedsprogramma's maken de medeoverheden uitvoeringskosten. Hiervoor wordt nu € 30,7 mln. beschikbaar gesteld uit de reservering voor het Transitiefonds. De budgetten voor de gemeentes en waterschappen worden via de provincies aan hen uitgekeerd.
Inpassing WOZ Noordzee Ecosysteem
In het Programma Noordzee is aangegeven dat er met het vergroten van de ambities van de Offshore windopgave middelen beschikbaar komen voor het versterken van de draagkracht van het natuurlijke kapitaal van de Noordzee. Deze middelen worden beschikbaar gesteld vanuit de tenderopbrengsten.
Veenweide
Met deze mutatie worden de resterende middelen van de Klimaatakkoord envelop Veenweide overgeheveld naar de LNV-begroting. Het gaat om € 49,5 mln. in totaal, maar een deel van het bedrag valt in 2029 en 2030 (ieder € 10,5 mln.) en moet dus geëxtrapoleerd worden. De middelen worden ingezet voor de Samenwerkingsmaatregel GLB, het meten en monitoren en andere uitrol zaken.
Piekbelasters Industrie (Yara)
Eind 2022 is de Natuurcompensatiebank (NCB) stopgezet zodat de middelen beschikbaar kunnen worden gesteld voor de stikstofaanpak. Een deel van de middelen gaat naar EZK voor de subsidieverlening aan Yara voor de Piekbelasters Industrie.
Uitvoeringskosten RTLG
Dit betreft budget uitvoeringskosten voor het directoraat-generaal RTLG en voor o.a. het Rijksvastgoedbedrijf (voor de Nationale Grondbank) en een subsidie aan de Ecologische Autoriteit voor 2024 en 2025.
Programma Nationale Parken 2024-2030
Het Programma Nationale Parken heeft middelen nodig om voortgezet te kunnen worden. Daarom zetten de parken, partners, provincies en LNV in op ondersteuning. Dit sluit aan op de wens van de Tweede Kamer (o.a. motie van De Groot c.s.) om nationale parken te ondersteunen en een rol te laten spelen in de transitie van het landelijk gebied om de waarde van natuur over te brengen en de parken in de positie te zetten om deze rol goed in te kunnen vullen. Met nationale cofinanciering zullen de provincies aangespoord worden om ook middelen beschikbaar te stellen. Het budget wordt ingezet voor een nieuwe openstelling van de Regeling tijdelijke ondersteuning Nationale Parken, educatie en communicatie. Met de middelen kunnen de nationale parken een grotere bijdragen leveren aan zowel de onthaal- en beleeffunctie (goed voor draagvlak natuur) als aan de gebiedsprocessen in het kader van de het NPLG (goed voor biodiversiteit, natuur en integrale afweging in de regio).
Maatregelen Transitie Landbouw
Voor de transitie landbouw komt € 175 mln. uit het Transitiefonds beschikbaar, waarvan €15 mln. op artikel 22. Zowel in 2024 als in 2025 is € 7,5 mln. beschikbaar voor de versnelling van de start van het aanvalsplan landschapselementen.
Stand ontwerpbegroting 2023 | 33.365 | 30.257 | 27.053 | 24.409 | 22.756 | |
Mutatie Nota van wijziging 2023 | 18.620 | 23275 | ||||
Mutatie ISB 2023 | ||||||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2023 | 6.977 | 2.721 | 2.721 | 2.721 | 2.721 | |
Nieuwe mutaties | ||||||
Bijstelling ontvangsten visserij | 15.706 | 1.042 | 1.042 | 2.242 | 1.042 | |
BBL verkoop gronden | 1.000 | |||||
Overig | 868 | 170 | 670 | ‒ 330 | ‒ 330 | |
Stand ontwerpbegroting 2024 | 57.916 | 34.190 | 31.486 | 47.662 | 49.464 | 60.241 |
Bijstelling ontvangsten visserij
Het ontvangstenbudget visserij is herijkt om het budget in lijn te brengen met de geraamde ontvangsten. Het betreft voornamelijk ontvangsten in het kader van de Europese Visserijfondsen EFMZV en EMFAF, die ingezet worden om aan de wettelijke eisen op het gebied van datacollectie te voldoen.
BBL verkoop gronden
In 2019 zijn de feitelijke werkzaamheden van Bureau Beheer Landbouwgronden gestaakt. De verplichtingen worden afgewikkeld en daarvoor zijn risicoreserveringen gevormd. Hiervoor wordt € 1,0 mln. toegevoegd aan de LNV-begroting.
Artikel 23 Kennis en innovatie
Stand ontwerpbegroting 2023 | 263.509 | 252.010 | 241.364 | 233.250 | 229.740 | |
Mutatie Nota van wijziging 2023 | 85.300 | 104.700 | 10.000 | 10.000 | 10000 | |
Mutatie ISB 2023 | ||||||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2023 | 19.727 | 7.512 | 9.381 | 7.962 | ‒ 4.637 | |
Nieuwe mutaties | ||||||
Prijsbijstellingstranche 2023 | 2.743 | 2.721 | 2.673 | 2.651 | 2.688 | |
Loonbijstelling tranche 2023 | 6.144 | 6.028 | 5.955 | 5.849 | 5.795 | |
Crop-XR Meerjarig Kasreeks | 20 | ‒ 1.246 | 532 | 698 | ‒ 2.235 | |
Maatregelen Transitie Landbouw | 2.750 | 4.500 | 2.750 | |||
Overig | 4.762 | 5.133 | 2.662 | ‒ 4.006 | ‒ 5.050 | |
Stand ontwerpbegroting 2024 | 382.205 | 379.608 | 277.067 | 259.154 | 240.938 | 240.071 |
Prijsbijstelling tranche 2023
De prijsbijstelling tranche 2023 is toegevoegd aan artikel 23.
Loonbijstelling tranche 2023
De loonbijstelling tranche 2023 is toegevoegd aan artikel 23.
Crop-XR
Gecoördineerd vanuit Cellulaire Agricultuur Nederland Stichting en in samenwerking met het ministerie van LNV, wordt een integrale aanpak uitgerold die gekwalificeerd cellulaire agricultuur (CA) personeel opleidt, fundamentele en toegepaste CA kennis ontwikkelt en opschalingsfaciliteiten beschikbaar maakt voor CA bedrijven. Het gaat om een totaal gehonoreerd bedrag van € 60 mln. De verplichting en het kasritme worden nu aangepast, omdat het faillissement van een van de beoogde uitvoerders heeft gezorgd voor vertraging en het on hold zetten van een van de onderdelen van het project. De andere onderdelen worden wel gestart, maar dus met vertraging.
Maatregelen Transitie Landbouw
Voor de transitie landbouw komt € 175 mln. uit het Transitiefonds beschikbaar, waarvan € 10 mln. op artikel 23. Dit wordt in 2024 t/m 2026 ingezet voor de investering in een implementatieprogramma doelsturing.
Stand ontwerpbegroting 2023 | 9.256 | 9.325 | 9.256 | 9.256 | 9.256 | |
Mutatie Nota van wijziging 2023 | ||||||
Mutatie ISB 2023 | ||||||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2023 | ‒ 1.782 | ‒ 1.782 | ‒ 1.782 | ‒ 1.782 | ‒ 1.782 | |
Stand ontwerpbegroting 2024 | 7.474 | 7.543 | 7.474 | 7.474 | 7.474 | 7.474 |
Artikel 24 Uitvoering en toezicht
Uitvoering 7e actieprogramma nitraat
Voor uitvoering van het 7e actieprogramma betreffende de Nitraatrichtlijn verricht RVO diverse activiteiten (voor meer info inzake het 7e actieprogramma, zie link). Deze meerjarige overheveling van artikel 21 naar artikel 24 is voor de uitvoeringskosten van RVO voor het 7e Actieprogramma.
Uitvoeringskosten GLB
Dit betreft budget voor de uitvoeringskosten van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) in de periode 2024-2027.
Prijsbijstelling tranche 2023
De prijsbijstelling tranche 2023 is toegevoegd aan artikel 24.
Loonbijstelling tranche 2023
De loonbijstelling tranche 2023 is toegevoegd aan artikel 24.
Implementatiekosten GLB
Voor de implementatiekosten van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) 2023 ‒ 2027 wordt voor 2023 € 5 mln. voor RVO toegevoegd aan artikel 24.
Stand ontwerpbegroting 2023 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie Nota van wijziging 2023 | ||||||
Mutatie ISB 2023 | 14.900 | |||||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2023 | ||||||
Stand ontwerpbegroting 2024 | 14.900 |
Artikel 50 Apparaat
Stand ontwerpbegroting 2023 | 166.488 | 162.365 | 159.748 | 157.205 | 155.806 | |
Mutatie Nota van wijziging 2023 | 16.600 | 16.600 | 16.600 | 16.600 | 16.600 | |
Mutatie ISB 2023 | ||||||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2023 | 22.278 | 34.439 | 34.829 | 7.755 | 7.298 | |
Nieuwe mutaties | ||||||
Programma Transparantie in informatie | 5.518 | 6.901 | 6.890 | 6.804 | ||
Loonbijstelling tranche 2023 | 3.653 | 6.532 | 6.356 | 6.276 | ||
Overig | 3.289 | 5.073 | 3.363 | 2.378 | 4.974 | |
Stand ontwerpbegroting 2024 | 214.173 | 229.031 | 227.962 | 197.098 | 190.954 | 190.469 |
Programma Transparantie in informatie
De middelen voor het programma Transparantie in informatie (TiI) worden voor de resterende looptijd van het programma overgeheveld van EZK naar LNV en toegevoegd aan art. 50.
Loonbijstelling tranche 2023
De loonbijstelling tranche 2023 is toegevoegd aan art. 50.
Stand ontwerpbegroting 2023 | 3.495 | 3.431 | 3.431 | 3.431 | 3.431 | |
Mutatie Nota van wijziging 2023 | ||||||
Mutatie ISB 2023 | ||||||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2023 | 931 | 931 | 931 | 931 | 931 | |
Stand ontwerpbegroting 2024 | 4.426 | 4.362 | 4.362 | 4.362 | 4.362 | 4.362 |
Artikel 51 Nog onverdeeld
Stand ontwerpbegroting 2023 | 51.567 | 52.624 | 53.746 | 42.682 | 44.432 | |
Mutatie Nota van wijziging 2023 | ‒ 1.030 | ‒ 52.624 | ‒ 53.746 | |||
Mutatie ISB 2023 | ||||||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2023 | 163.835 | 82.472 | 106.024 | 31.097 | 56.699 | |
Nieuwe mutaties | ||||||
Uitvoeringskosten GLB | ‒ 27.245 | ‒ 30.837 | ‒ 31.931 | ‒ 36.137 | ||
Loonbijstelling tranche 2023 | ‒ 12.342 | ‒ 26.499 | ‒ 29.322 | ‒ 28.780 | ‒ 28.697 | |
Kasschuif art. 51 | ‒ 115.000 | 43.000 | 22.000 | 29.000 | 8.000 | |
Overig | 16.592 | ‒ 24.719 | ‒ 23.425 | ‒ 19.200 | ‒ 17.654 | |
Stand ontwerpbegroting 2024 | 103.622 | 47.009 | 44.440 | 22.868 | 26.643 | 24.137 |
Uitvoeringskosten GLB
Het budget dat op art. 51 was gereserveerd voor de uitvoeringkosten GLB 2023-2027 is overgeheveld naar art. 24, waarop de uitgaven op plaatsvinden.
Loonbijstelling tranche 2023
De loonbijstelling tranche 2023 is met de 1e suppletoire begroting 2023 toegevoegd aan art. 51. De loonbijstelling wordt nu toebedeeld aan de artikelen waarop de uitgaven plaatsvinden.
Kasschuif art. 51
Op art. 51 is een kasschuif doorgevoerd om de beschikbare middelen in het verwachte uitgavenritme te plaatsen.
Diergezondheidsfonds
Stand ontwerpbegroting 2023 | 32.955 | 32.955 | 32.955 | 32.955 | 32.955 | 0 |
Mutatie Nota van wijziging 2023 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Mutatie ISB 2023 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Mutatie 1e suppletoire begroting 2023 | 11.281 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Nieuwe mutaties | ||||||
Opdrachten | ||||||
Waarvan: | ||||||
Bewaking | 375 | 375 | 375 | 375 | 0 | |
Bestrijding | 101 | 101 | 101 | 101 | 0 | |
Overig | ‒ 154 | ‒ 154 | ‒ 154 | ‒ 154 | 0 | |
Subsidies | ||||||
Waarvan: | ||||||
Bewaking | ‒ 2.268 | ‒ 2.268 | ‒ 2.268 | ‒ 2.268 | 0 | |
Overig | ‒ 70 | ‒ 70 | ‒ 70 | ‒ 70 | 0 | |
(Schade)vergoedingen | ||||||
Waarvan: | ||||||
Bestrijding van dierziekten | ||||||
Stand ontwerpbegroting 2024 | 44.236 | 30.939 | 30.939 | 30.939 | 30.939 | 30.939 |
De uitgaven mutaties voor 2024 en verder hebben betrekking op:
- Verhoging opdrachten bewaking ad € 0,375 mln. voor met name WOT (Wettelijke Onderzoekstaken).
- Verhoging geraamde opdrachten bestrijding ad € 0,1 mln. per jaar m.b.t. waakvlam contracten voor de bestrijding van dierziekten.
- Verlaging overige opdrachten ad € 0,154 mln. per jaar m.b.t. de uitvoeringskosten voor de heffingen.
- Verlaging van de geraamde subsidies voor bewaking in 2024 ad € 2,268 mln. kas m.b.t. WOT GD.
- Verlaging overige subsidies m.b.t. onder andere WOT GD ad € 0,07 mln.
Voorts zijn op aangeven van ADR de opdrachten voor de bestaande DGF-onderdelen bewaking, bestrijding en overige gesplitst in opdrachten en subsidies of opdrachten en (schade)vergoedingen. Voor 2024 en latere jaren is hiertoe bij onderhavige ontwerpbegroting een aantal interne overhevelingen doorgevoerd en in de budgettaire standen verwerkt. De splitsing voor 2022 en 2023 is reeds eerder doorgevoerd.
Stand ontwerpbegroting 2023 | 39.987 | 32.955 | 32.955 | 32.955 | 32.955 | 0 |
Mutatie Nota van wijziging 2023 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Mutatie ISB 2023 | 815 | 619 | 619 | 619 | 619 | 0 |
Mutatie 1e suppletoire begroting 2023 | 31.185 | |||||
Nieuwe mutaties | ||||||
Ontvangsten van LNV | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Ontvangsten van de sector | 4.793 | 4.174 | 4.174 | 4.174 | 0 | |
Ontvangsten van EU | ‒ 1.081 | ‒ 1.081 | ‒ 1.081 | ‒ 1.081 | 0 | |
Bijdrage sector crisisreserve | ‒ 5.728 | ‒ 5.728 | ‒ 5.728 | ‒ 5.728 | 0 | |
Stand ontwerpbegroting 2024 | 71.987 | 31.558 | 30.939 | 30.939 | 30.939 | 30.939 |
Ontvangsten van de sector
De verhoging van de prognose ad € 4,793 mln. voor de ontvangsten van de sector voor 2024 is gebaseerd op het heffingsbesluit 2023 welke in 2024 wordt opgelegd. De pluimveesector is hierop een uitzondering omdat de verwachte heffingsinkomsten 2024 voor 5/6 deel zijn meegenomen. De heffing voor de varkenssector is in 2023 op nihil gesteld. De ontvangsten 2024 zijn doorgetrokken naar 2025 en latere jaren waarbij de totale DGF-ontvangsten voor 2025 zijn gelijk gesteld aan de totale DGF-uitgaven door de ontvangsten sector voor deze jaren met € 0,619 mln. per jaar te verlagen.
Ontvangsten van EU
De ontvangsten van EU voor 2024 en verder zijn met € 1,081 mln. / jaar verlaagd gelet op de voorgestelde aanpassingen vanuit de EU over de cofinancieringspercentages.
Bijdrage sector crisisreserve
De verlaging van de ontvangsten crisisreserve 2024 ad € 5,728 mln. is gebaseerd op de prognose 2023. Daar is een hoge aanvulling van de reserves voorzien naar aanleiding van de uitbraken HPAI bij de pluimveesector. In 2024 is voorzien dat het restant wordt geïnd. De ontvangsten 2024 zijn doorgetrokken naar 2025 en verder.
7.4 Bijlage 4: Moties en toezeggingen
MINISTER VAN LNV | ||||
EK | ||||
2206 | Verzoekt de regering bij toekomstige beleidsvoorstellen aangaande de landbouwsector stappen richting kringlooplandbouw die bedrijven al hebben gezet mee te wegen. | 35347, K | Parlementaire agenda [17-12-2019] - Eerste termijn Kamer Spoedwet aanpak stikstof (35.347) | Onderhanden. Dit is een motie waar doorlopend opvolging aan wordt gegeven. |
TK | ||||
3512 | Verzoekt de regering om voedselverspilling (de post harvest losses) onderdeel uit te laten maken van de Internationale Klimaatstrategie, en de Kamer over de voortgang periodiek te rapporteren. | 33625-347 | Parlementaire agenda [05-07-2023] - TMD Voedselzekerheid en water (CD 23/5) | Onderhanden. |
3556 | Verzoekt de regering om zo snel mogelijk na het zomerreces met een visie – met het principe van kringlooplandbouw als leidmotief – strategie en overlegstructuur te komen voor het bieden van toekomst voor de landbouw in ons land, daarbij waar mogelijk uit te gaan van het concept_landbouwakkoord en ervoor zorg te dragen dat zowel economisch als ecologisch doelbereik wordt geborgd. | 30252-113 | Parlementaire agenda [29-06-2023] - Debat over het beëindigen van de onderhandelingen over het Landbouwakkoord | Onderhanden. Er wordt door het ministerie gewerkt aan uitvoering van deze motie, na het zomerreces wordt de Kamer hierover nader geïnformeerd. |
3500 | Verzoekt de regering te komen tot arrangementen en abonnementen die differentiëren naar de mate waarin de verwerkende industrie verantwoordelijkheid neemt voor de productiewijze van de primaire sector. | 33835-217 | Parlementaire agenda [08-06-2023] - TMD Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) (CD 31/5) | Onderhanden. |
3501 | Verzoekt de regering alle slachthuizen zo snel als mogelijk te beoordelen, waarbij de slachtsnelheid direct omlaag moet als er risicofactoren worden gezien. | 33935-219 | Parlementaire agenda [08-06-2023] - TMD Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) (CD 31/5) | Onderhanden. |
3502 | Verzoekt de regering te inventariseren welke wet- en regelgeving, bijvoorbeeld taaleisen, dit vrije verkeer van goederen tussen lidstaten momenteel in de weg staat; verzoekt de regering de Kamer hierover voor de begrotingsbehandeling LNV te informeren, met daarbij een voorstel hoe zij deze belemmeringen voor het verkopen van producten binnen de Europese interne markt wegneemt. | 33835-220 | Parlementaire agenda [08-06-2023] - TMD Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) (CD 31/5) | Onderhanden. |
3503 | Verzoekt de regering bij de cao-onderhandelingen over de inhuizing maximaal in te zetten op het niet van toepassing laten zijn van de «reistijd = werktijd»-regeling; verzoekt de regering, indien deze regeling onverhoopt en ongewenst toch tot het onderhandelingsresultaat behoort, de financiële gevolgen hiervan per taakstelling binnen de NVWA zelf te dekken. | 33835-221 | Parlementaire agenda [08-06-2023] - TMD Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) (CD 31/5) | Onderhanden. |
3504 | Verzoekt de regering om het belang van dit loket te onderschrijven en te verkennen op welke manier de financiële problemen kunnen worden opgelost, bijvoorbeeld door hier korte- en langetermijnafspraken over te maken in het Convenant dierwaardige veehouderij. | 33835-222 | Parlementaire agenda [08-06-2023] - TMD Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) (CD 31/5) | Onderhanden. |
3505 | Verzoekt de regering deze keuring uit te laten voeren door onder andere de brandweer; verzoekt de regering om de controle op adequate bluswatervoorzieningen deel te laten zijn van de jaarlijkse keuring. | 33835-224 (was 218) | Parlementaire agenda [08-06-2023] - TMD Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) (CD 31/5) | Onderhanden. |
3506 | Verzoekt de regering op grond van statistisch onderzoek te bezien of parkinson aangemerkt moet worden als beroepsziekte onder landbouwers. | 21501-32-1544 | Parlementaire agenda [08-06-2023] - TMD Landbouw- en Visserijraad 30 mei (CD 24/5) | Onderhanden. |
3507 | Verzoekt de regering zich in te zetten voor behoud van de verplichte IPM-maatregelen en hiervoor medestanders te vinden bij andere lidstaten | 21501-32-1545 | Parlementaire agenda [08-06-2023] - TMD Landbouw- en Visserijraad 30 mei (CD 24/5) | Onderhanden. |
3508 | Verzoekt de Minister zich hier in de Landbouw- en Visserijraad krachtig tegen uit te spreken en deze mogelijke vertrouwensbreuk te bespreken met de Europese Commissie en de bij de natuurherstelwet betrokken Eurocommissarissen Timmermans en Sinkevic¿ius in het bijzonder, en hier op de kortst mogelijk termijn in een brief aan de Kamer op terug te komen, en deze te informeren over dit gesprek. | 21501-32-1546 | Parlementaire agenda [08-06-2023] - TMD Landbouw- en Visserijraad 30 mei (CD 24/5) | Onderhanden. |
3509 | Verzoekt de regering het probleem van het patenteren van op klassieke wijze veredelde planten aan te kaarten in de Landbouw- en/of Milieuraad en op korte termijn in samenwerking met andere lidstaten bij het Europees Octrooibureau proactief aan te dringen op het voorkomen van het patenteren van op klassieke wijze veredelde planten en het claimen van planteneigenschappen. | 21501-32-1547 | Parlementaire agenda [08-06-2023] - TMD Landbouw- en Visserijraad 30 mei (CD 24/5) | Onderhanden. |
3511 | Verzoekt de regering een koude sanering van de garnalenvisserij te voorkomen en, zolang een sociaal vangnet als een saneringsregeling ontbreekt, in overleg met de sector te bezien in hoeverre visserijbedrijven als referentie terug kunnen vallen op de stikstofdepositie behorend bij het vissen in de belangrijkste visgebieden waar al van oudsher wordt gevist, waarbij in ieder geval de mogelijkheid wordt bekeken om deze depositie collectief te beschouwen en beoordelen. | 32627-62 (was 60 | Parlementaire agenda [22-03-2023] - TMD Tuinbouw en Visserij (CD 9/2) | Onderhanden. |
3489 | Verzoekt de regering om te onderzoeken hoe de structurele toepassing van systematic reviews beter geïmplementeerd kan worden. | 32336-145 | Parlementaire agenda [16-05-2023] - TMD Dierproeven + MOCW | Onderhanden. Er wordt gesproken met o.a. ZonMw, Radboud MC, de Universiteit Utrecht (UU) en de Centrale Commissie Dierproeven (CCD) over de mogelijkheden m.b.t.systematic reviews. De Kamer wordt over de uitkomsten van deze gesprekken naar verwachting in Q1 van 2024 geïnformeerd, of eerder wanneer mogelijk. |
3487 | Verzoekt de regering om mee te denken met betrokken organisaties die werken aan gidsen voor goede praktijken. | 35892-27 | Parlementaire agenda [11-05-2023] - Debat Wet aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing - MLNV + MJ&V | Uitgaande brief [13-07-2023] - Verzamelbrief dierenwelzijn gezelschapsdieren |
3488 | Verzoekt de regering om de kosten voor het laten beoordelen van de gids voor goede praktijken voor fokkers die kleine huisdieren hobbymatig houden, te verlagen. | 35892-28 (was 26) | Parlementaire agenda [11-05-2023] - Debat Wet aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing - MLNV + MJ&V | Onderhanden. In de « Uitgaande brief [13-07-2023] - Verzamelbrief dierenwelzijn gezelschapsdieren» is de Kamer geïnformeerd over het voornemen tot een lager tarief. De motie kan worden afgedaan als het tarief in de regelgeving is aangepast.De Kamer wordt na het eerste kwartaal 2024 geïnformeerd. |
3494 | Verzoekt de regering een uitvoeringsprogramma NKS uit te werken waarbij heldere doelen worden geformuleerd; verzoekt het kabinet tweejaarlijks te rapporteren over de voortgang van het NKS, op basis van de informatie van de bij het consortium betrokken partijen. | 36277-40 | Parlementaire agenda [10-05-2023] - Debat Tijdelijke wet transitiefonds landelijk gebied en natuur (36277) (Antwoord 1e termijn + rest) | Onderhanden. |
3498 | Verzoekt de regering om de Subsidiemodules brongerichte verduurzaming stal- en managementmaatregelen op de kortst mogelijke termijn open te stellen. | 36277-58 t.v.v. 36277-46 | Parlementaire agenda [10-05-2023] - Debat Tijdelijke wet transitiefonds landelijk gebied en natuur (36277) (Antwoord 1e termijn + rest) | Onderhanden. In de brief «Innovatie en borging emissiearme stalsystemen» van 30 juni 2023 is de Kamer geinformeerd over de voortgang van beide Sbv-modules. LNV is in afwachting van resultaten van de inventarisatie van RVO naar knelpunten bij de uitvoering van innovatieprojecten onder de Sbv-innovatiemodule. De Kamer kan daarover waarschijnlijk na de zomer worden geïnformeerd. |
3480 | Verzoekt de regering aan te dringen bij de EFSA om haar eerdere besluit na te komen en gedegen onderzoek te doen naar het toelatingsbeleid voor gewasbeschermingsmiddelen; verzoekt de regering om in samenwerking met VWS, LNV en het RIVM de reeds toegezegde steun van Nederland te benutten voor Nederlandse onderzoekspilots naar het toelatingsbeleid ten behoeve van de volksgezondheid. | 27858-613 | Parlementaire agenda [19-04-2023] - TMD Stand van zaken rondom moties en toezeggingen op het terrein van gewasbescherming (27 858, nr. 610) | Onderhanden. |
3481 | Verzoekt de regering een trendanalyse te maken van zowel het totale gebruik van de gewasbeschermingsmiddelen uitgesplitst naar de groepen synthetisch en biologisch of laagrisicomiddel, als het gebruik per hectare per toegepast middel, uitgesplitst naar deze twee soorten. | 27858-614 | Parlementaire agenda [19-04-2023] - TMD Stand van zaken rondom moties en toezeggingen op het terrein van gewasbescherming (27 858, nr. 610) | Onderhanden. De Kamer wordt hier naar verwachting na het zomerreces 2023 over geïnformeerd. |
3484 | Verzoekt de regering in beeld te brengen hoeveel vissers er exact gestopt zijn sinds 1 januari 2022, hoeveel werkgelegenheid hiermee verloren gegaan is, welk effect dit gehad heeft op de toeleverende en afnemende bedrijven en dit in een rapportage op waarde te zetten naar het verlies in economisch opzicht. | 21501-32-1525 | Parlementaire agenda [19-04-2023] - TMD Landbouw- en Visserijraad 20 maart 2023 (eerste deel) (21 501-32, nr. 1517) | Onderhanden. |
3485 | Verzoekt de regering daarnaast ook in Europa actief te pleiten voor het overnemen van de uitkomsten van de EFSA-onderzoeken over de maximale temperatuur voor diertransporten. | 21501-32-1526 | Parlementaire agenda [19-04-2023] - TMD Landbouw- en Visserijraad 20 maart 2023 (resterende vragen) (21501-32, nr. 1518) | Onderhanden. In de «Verzamelbrief dieren in de veehouderij» van 8 juni 2023 is aangegeven dat de minister de Europese Commissie hiertoe zo snel mogelijk zal oproepen, op een daartoe geschikt moment. Daarbij is aangegeven dat de verwachting niet is dat hier gehoor aan zal worden gegeven, gelet op de grote impact die dit zal hebben, met name voor de zuidelijke lidstaten. |
3486 | Verzoekt de regering om zich in te zetten voor onafhankelijke registratie, het verplicht beschikbaar stellen van gegevens en benchmarking bij gewasbeschermingsmiddelengebruik, middels het instellen van een onafhankelijke autoriteit. | 21501-32-1528 | Parlementaire agenda [19-04-2023] - TMD Landbouw- en Visserijraad 20 maart 2023 (resterende vragen) (21501-32, nr. 1518) | Onderhanden. De uitvoering van deze motie wordt meegenomen bij het ontwikkelen van de gewasbeschermingsmonitor – Kamer is hierover recent geïnformeerd (Kamerstuk 27858, nr. 611) |
3478 | Verzoekt de regering in overleg met de agrarische sector een concrete aanpak uit te werken hoe meer kan worden ingezet op het aanpakken van verzilting of de ontwikkeling van zilte teelten. | 27625-612 | Parlementaire agenda [27-03-2023] - Notaoverleg Water en Bodem sturend | Onderhanden. |
3459 | Verzoekt de regering in navolging van de genoemde lidstaten een krachtig nee tegen dit plan op de kortst mogelijk termijn te communiceren. | 32627-49 | Parlementaire agenda [22-03-2023] - TMD Tuinbouw en Visserij (CD 9/2) | Uitgaande brief [14-04-2023] - Kamerbrief beantwoording moties Mededelingenpakket Visserij |
3461 | Verzoekt de regering om samenwerking te zoeken met andere Europese landen en zich in te spannen een meerderheid te vormen in de LNV-Raad teneinde een gelijk Europees speelveld te creëren wat betreft investeringsmogelijkheden in verduurzaming van vissersschepen. | 32627-58 | Parlementaire agenda [22-03-2023] - TMD Tuinbouw en Visserij (CD 9/2) | Uitgaande brief [13-06-2023] - Verzamelbrief visserij |
3462 | Verzoekt de regering om samenwerking te zoeken met andere Europese landen en zich in te spannen een meerderheid te vormen tegen deze onzalige voorstellen van de Europese Commissie. | 32627-59 | Parlementaire agenda [22-03-2023] - TMD Tuinbouw en Visserij (CD 9/2) | Uitgaande brief [14-04-2023] - Kamerbrief beantwoording moties Mededelingenpakket Visserij |
3476 | Verzoekt de regering: •een voorlichtingscampagne te starten zodat breed bekend wordt hoe om te gaan met besmette wilde dieren; •te komen tot een structurele vergoeding voor dierenhulpverleners; •de veiligheid van dierenhulpverleners te verbeteren. | 29683-271 | Parlementaire agenda [22-03-2023] - TMD Zoönosen en dierziekten (CD 2/2) + MVWS | Uitgaande brief [26-04-2023] - Deskundigengroep Dierziekten en moties vogelgriep |
3443 | Verzoekt de regering om te onderzoeken hoe van het innovatieve systeem van de familie Van Gorp in Brabant een pilot is te maken, zodat met eigen financiering verder gewerkt kan worden aan juridische borging. | 29383-401 | Parlementaire agenda [22-03-2023] - TMD Geurproblematiek (CD 10/11) samen met Stas I&W | Onderhanden. Vanuit het ministerie zijn we in gesprek met de familie Van Gorp om te bezien wat precies nodig is om dit concept verder te brengen. |
3458 | Verzoekt het kabinet te bevorderen dat voor het einde van dit jaar pilotlocaties voor de schelpdiersector beschikbaar gemaakt worden en, bij een succesvolle uitkomst van deze pilots, een gebied aan te wijzen voor structurele nearshorekweeklocaties die voldoende tijd en ruimte krijgen om de investeringen terug te verdienen. | 32627-47 | Parlementaire agenda [22-03-2023] - TMD Tuinbouw en Visserij (CD 9/2) | Onderhanden. |
3460 | Verzoekt de regering om actief in Europa te pleiten tegen octopuskwekerijen. | 32627-50 | Parlementaire agenda [22-03-2023] - TMD Tuinbouw en Visserij (CD 9/2) | Onderhanden. De minister heeft in het debat van 20 april 2023 aangegeven dat bij het proces van de herziening van de Europese dierenwelzijnswetgeving Nederland bij de Europese Commissie zal aangeven dat het tegen het kweken van octopussen is. Dit is naar verwachting in het vierde kwartaal van 2023. |
3464 | Verzoekt de regering om waterschappen te stimuleren de snelheid en frequentie van het delen van gegevens te verhogen tot ieder kwartaal en bij metingen van meer dan vijf keer de norm deze direct aan de land- en tuinbouwsector te rapporteren, zodat de betreffende bedrijven adequaat kunnen ingrijpen. | 32627-57 | Parlementaire agenda [22-03-2023] - TMD Tuinbouw en Visserij (CD 9/2) | Onderhanden. |
3475 | Verzoekt de regering de kosten voor dierenartsen en beschermingsmaterialen te financieren uit het Diergezondheidsfonds. | 29683-268 | Parlementaire agenda [22-03-2023] - TMD Zoönosen en dierziekten (CD 2/2) + MVWS | Uitgaande brief [26-04-2023] - Deskundigengroep Dierziekten en moties vogelgriep |
3477 | Verzoekt de regering om een pilot met het prijswinnende Piglets Treatment System van Twan Claessens uit Leunen ten behoeve van veterinaire regie, toezicht, controle, handhaving, «track, trace en recalls» van boer tot winkel. | 29683-272 | Parlementaire agenda [22-03-2023] - TMD Zoönosen en dierziekten (CD 2/2) + MVWS | Onderhanden. |
3381 | Verzoekt de regering zich in Europa actief te verzetten tegen het toestaan van diertransporten naar derde landen, ook over kortere afstanden. | 21501-32-1507 | Parlementaire agenda [26-01-2023] - TMD Landbouw- en Visserijraad 30 januari (CD 25/1) | Uitgaande brief [16-02-2023] - Transporten levend vee naar derde landen |
3297 | Verzoekt de regering om passieve visserij toe te staan in Offshore Windparken en te onderzoeken of Offshore Windparken zo in te richten zijn dat ook actieve visserij mogelijk is. | 21501-32-1500 | Parlementaire agenda [20-12-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad 17-18 oktober 2022 (21 501-32, nr. 1466) | Uitgaande brief [07-02-2023] - Startnotitie voor de Visie voedsel uit zee en grote wateren |
3289 | Verzoekt de Minister voor april 2023 de Kamer te informeren over het door de Minister genoemde wettelijke instrumentarium om transparantie bij de retail te realiseren. | 36200-XIV-100 | Parlementaire agenda [20-12-2022] - TMD Landbouw, Klimaat en Voedsel (CD 20/10) | Onderhanden. Over de natuurherstelverordening vinden onderhandelingen in EU-Raadsverband plaats. Triloog wordt in najaar verwacht. |
3290 | Verzoekt de regering in Europa te pleiten voor het wijzigen van artikel 9 van de LULUCF-verordening, zodat, conform de systematiek bij bosbouw, 50% van de koolstofvastlegging toegerekend wordt aan de telers van biogrondstoffen en daarmee aan de agrarische sector. | 36200-XIV-102 | Parlementaire agenda [20-12-2022] - TMD Landbouw, Klimaat en Voedsel (CD 20/10) | Uitgaande brief van de staatssecretaris van IenW [31-05-2023] - Geannoteerde agenda Milieuraad van 20 juni 2023 te Luxemburg |
3291 | Verzoekt de regering een impactanalyse te maken van de primaire en secundaire gevolgen van faillissementen in de glastuinbouw. | 36200-XIV-108 | Parlementaire agenda [20-12-2022] - TMD Landbouw, Klimaat en Voedsel (CD 20/10) | Onderhanden. De Kamer wordt hier naar verwachting na het zomerreces 2023 over geïnformeerd. |
3292 | Verzoekt de regering zich in te zetten voor verduidelijking van de internationale goederencodes zodat genoemde partijen bananen zonder problemen ingevoerd kunnen worden voor verwerking tot bananenpuree, en zolang de internationale goederencodes niet aangepast zijn de Vlaamse aanpak te kiezen. | 36200-XIV-110 | Parlementaire agenda [20-12-2022] - TMD Landbouw, Klimaat en Voedsel (CD 20/10) | Onderhanden. |
3293 | Verzoekt de regering om, zolang er nog onvoldoende duidelijkheid is over wat de wisselwerking is tussen het ANLb en andere regelingen in het GLB, toch zekerheid te bieden dat het beheer dat is aangevraagd en goed is uitgevoerd, ook daadwerkelijk uitbetaald wordt. | 36200-XIV-113 | Parlementaire agenda [20-12-2022] - TMD Landbouw, Klimaat en Voedsel (CD 20/10) | Onderhanden. |
3294 | Verzoekt de regering onafhankelijk uiteen te laten zetten wat de gevolgen, kansen en bedreigingen zijn van klimaatverandering voor de land- en tuinbouw en de mogelijke betekenis daarvan voor strategie en beleid inzake de toekomstige voedselproductie in Nederland en de Europese Unie. | 36200-XIV-114 (tvv 36200-XIV-103) | Parlementaire agenda [20-12-2022] - TMD Landbouw, Klimaat en Voedsel (CD 20/10) | Onderhanden. |
3330 | Verzoekt de regering in beeld te brengen, voor de belangrijkste Nederlandse landbouwexportproducten, wat de emissies daarvan zijn op het gebied van water, klimaat en stikstof en dit voor dezelfde productieprocessen voor andere lidstaten, waar de productie zal worden opgevangen als Nederland de productie terugschroeft, in kaart te brengen. | 21501-32-1499 (t.v.v. 21501-32-1488) | Parlementaire agenda [20-12-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad 26 september 2022 (overige vragen) (21 501-32, nr. 1460) | Onderhanden. |
3288 | Verzoekt de regering in Europa (opnieuw) te pleiten voor een spoedig verbod op de nertsenfokkerij. | 21501-32-1498 (tvv 21501-32-1484) | Parlementaire agenda [20-12-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad van 18 juli 2022 (21 501-32, nr. 1454) | Onderhanden. Het onderwerp wordt tijdens de Landbouw- en visserijraad (LVR) van 26 juni 2023 ingebracht. |
3212 | Verzoekt de regering te komen met een plan voor een verzwaarde monitoring van virussen bij gemengde bedrijven met varkens en kippen. | 28807-280 | Parlementaire agenda [08-12-2022] - TMD Reactie op D66-plan ter bestrijding van vogelgriep en uitspraak RvS vergunning geitenhouderij Utrecht (28 807, nr. 260) (met minister VWS!) | Uitgaande brief [27-01-2023] - Stand van zaken vogelgriep |
3331 | Verzoekt de regering te komen met een plan voor een verzwaarde monitoring van virussen bij gemengde bedrijven met varkens en kippen. | 28807-280 | Parlementaire agenda [08-12-2022] - TMD Reactie op D66-plan ter bestrijding van vogelgriep en uitspraak RvS vergunning geitenhouderij Utrecht (28 807, nr. 260) (met minister VWS!) | Uitgaande brief [27-01-2023] - Stand van zaken vogelgriep |
3213 | Verzoekt de regering te zorgen dat omgevingsdiensten beschikken over de gegevens die nodig zijn om effectief toezicht te houden op dieraantallen; verzoekt de regering te zorgen dat er altijd wordt opgetreden tegen fraude met dieraantallen. | 28807-281 | Parlementaire agenda [08-12-2022] - TMD Reactie op D66-plan ter bestrijding van vogelgriep en uitspraak RvS vergunning geitenhouderij Utrecht (28 807, nr. 260) (met minister VWS!) | Onderhanden. |
3214 | Verzoekt de regering vooraf een impactanalyse te doen om te bepalen in welke mate het doorvoeren van beperkingen in waterrijke gebieden daadwerkelijk het risico voor uitbraken van vogelgriep bij pluimveehouderijen terugdring. | 28807-282 | Parlementaire agenda [08-12-2022] - TMD Reactie op D66-plan ter bestrijding van vogelgriep en uitspraak RvS vergunning geitenhouderij Utrecht (28 807, nr. 260) (met minister VWS!) | Onderhanden. Streven is dat de impactanalyse voor het einde van 2023 wordt opgeleverd. |
3215 | Verzoekt de regering ook de dierwaardige veehouderij mee te nemen in de adviesverlening aan boeren. | 28286-1273 | Parlementaire agenda [08-12-2022] - TMD Dieren in de veehouderij (CD 10/11) | Onderhanden. Deze motie wordt betrokken bij het convenant dierwaardige veehouderij. Dit is ook aangegeven in de Kamerbrief van 14 juni 2023 over de voortgang van het convenant dierwaardige veehouderij (Kamerstuk 28 286 nr. 1297). De Kamer wordt hier in het najaar van 2023 nader over geïnformeerd. |
3216 | Verzoekt de regering ook agrarische opleidingen aan tafel te brengen bij het convenant dierwaardige veehouderij. | 28286-1274 | Parlementaire agenda [08-12-2022] - TMD Dieren in de veehouderij (CD 10/11) | Onderhanden. Deze motie wordt betrokken bij het convenant dierwaardige veehouderij. Dit is ook aangegeven in de Kamerbrief van 14 juni 2023 over de voortgang van het convenant dierwaardige veehouderij (Kamerstuk 28 286 nr. 1297). De Kamer wordt hier in het najaar van 2023 nader over geïnformeerd. |
3217 | Verzoekt de regering, conform de aangenomen motie, niet akkoord te gaan met dit sectorplan. | 28286-1275 | Parlementaire agenda [08-12-2022] - TMD Dieren in de veehouderij (CD 10/11) | Onderhanden. In de verzamelbrief dieren in de veehouderij van 26 mei 2023 wordt aangegeven hoe deze motie wordt opgepakt, o.a. door de preventieve maatregelen die nodig zijn in het kader van permanente waterverstrekking, mee te nemen in het traject dierwaardige veehouderij. |
3218 | Verzoekt het kabinet, op het moment dat de lijst in wet- en regelgeving is verankerd maar voor het in werking treden van deze lijst, een objectieve wetenschappelijke toets van de dromedaris voor de huis- en hobbydierenlijst te laten uitvoeren door het adviescollege, waarbij de door de dromedarishouder aangedragen wetenschappers op het gebied van domesticatie van de dromedaris worden geraadpleegd en in het geval dat deze gedomesticeerd wordt beschouwd deze voor het in werking treden van de lijst toe te voegen. | 28286-1282(was 28286-1279) | Parlementaire agenda [08-12-2022] - TMD Dieren in de veehouderij (CD 10/11) | Onderhanden. |
3219 | Verzoekt de regering te streven naar eenduidige regels voor dierenwelzijn en ervoor te pleiten dat er geen producten worden geïmporteerd van buiten de EU die niet aan deze regels voldoen. | 28286-1281 | Parlementaire agenda [08-12-2022] - TMD Dieren in de veehouderij (CD 10/11) | Onderhanden. In de Kamerbrief «Voortgang dierenwelzijn» van 19 januari 2023 is aangegeven hoe aan deze motie uitvoering wordt gegeven. De inzet is om dit in de komende maanden te laten inbrengen door de minister. Te denken valt aan een geschikt moment in de Landbouw- en visserijraad of en marge in een bila met EU-commissaris Kyriakides. Dit onderwerp is hoogambtelijk bij de Europese Commissie aangekaart. De nieuwe Europese voorstellen worden naar verwachting in oktober 2023 gepresenteerd. |
3333 | Verzoekt de regering vooraf een impactanalyse te doen om te bepalen in welke mate het doorvoeren van beperkingen in waterrijke gebieden daadwerkelijk het risico voor uitbraken van vogelgriep bij pluimveehoude-rijen terugdringt. | 28807-282 | Parlementaire agenda [08-12-2022] - TMD Reactie op D66-plan ter bestrijding van vogelgriep en uitspraak RvS vergunning geitenhouderij Utrecht (28 807, nr. 260) (met minister VWS!) | Onderhanden. In de brief Intensiveringsplan preventie vogelgriep van 6 juli 2023 wordt de Kamer geïnformeerd over de uitvoering. Streven is dat de impactanalyse voor het einde van 2023 wordt opgeleverd. |
3245 | Verzoekt de regering de teelt van vezelgewassen te bevorderen, onder andere door het onderscheid tussen regio’s in de financiële vergoeding per hectare in de ecoregeling weg te nemen door de lagere waardering en vergoeding in regio 1 (onder andere Veenkoloniën) gelijk te stellen aan de hogere waardering en vergoeding in regio 2 (onder andere kleigebieden). | 36200-XIV-99 (tvv 36200-XIV-56) | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Uitgaande brief [14-02-2023] - Motie bevorderen teelt van vezelgewassen |
3256 | Verzoekt de regering om zich in te zetten voor internationale en Europese beschermingsmaatregelen en daarbij de meest recente wetenschappelijke rapporten leidend te laten zijn. | 36200-XIV-74 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Uitgaande brief [08-03-2023] - Gesloten periode aalvisserij |
3262 | Verzoekt de regering in kaart te brengen in welke mate en op welke wijze de ontwikkeling van precisiefermentatie in Nederland wordt gestimuleerd; verzoekt de regering de Tweede Kamer hierover in het eerste kwartaal van 2023 te informeren. | 36200-XIV-91 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Uitgaande brief [22-06-2023] - Aanbieding rapportage precisiefermentatie |
3220 | Verzoekt de regering in het landbouwakkoord afspraken te maken over de wijze waarop de integrale keten bijdraagt aan een goed verdienvermogen voor boeren en tuinders. | 36200-XIV-24 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
3221 | Verzoekt de regering bij het landbouwakkoord te bepalen welke brongegevens als input kunnen dienen voor een stoffenbalans; verzoekt de regering gelijktijdig met een plan van aanpak te komen over hoe een «stoffenbalans 1.0» nog in 2023 van start kan gaan. | 36200-XIV-25 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Deze motie gerelateerd aan het Landbouwplan en er wordt nader bezien hoe derhalve invulling wordt gegeven aan de motie. |
3223 | Verzoekt de regering jaarlijks met de begroting LNV een Brusselstrategie te delen met de Kamer, waarin gezamenlijk met het bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties en onderzoeksinstituten de prioriteiten, thema’s en ambities worden geformuleerd waarvoor het kabinet zich hard maakt bij de Europese Commissie en in de Europese Raad; verzoekt de regering hierbij in consultatie met betrokkenen ook aan te geven hoe zij zich voor deze prioriteiten, thema’s en ambities gaat inzetten. | 36200-XIV-27 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. |
3224 | Verzoekt de regering een onderzoek te starten naar de prijsontwikkeling in de dierenzorg en de mogelijkheden te bezien om prijsstijgingen te beperken, en de Kamer hierover in het tweede kwartaal van 2023 te informeren. | 36200-XIV-28 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Verwachting is dat resultaten begin 2024 beschikbaar zijn. Kamer wordt dan geïnformeerd. |
3227 | Verzoekt de regering met een plan van aanpak te komen om tot kwaliteitseisen te komen voor kringloopadviseurs om te garanderen dat het advies ook daadwerkelijk bijdraagt aan de transitie. | 36200-XIV-32 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Met inzet van versnellingsmiddelen uit het transitiefonds wordt gewerkt aan een regeling voor sociaal-economische adviseurs die agrariërs ondersteunen in de transitie. Hierbij wordt ook een plan gemaakt voor borging van de kwaliteit van deze adviseurs door middel van het registeren in het BAS-register en daarbij stellen we randvoorwaarden zoals onafhankelijk, werkzaamheden in de agrarische sector en gespreksvaardigheden. |
3228 | Verzoekt de regering zorg te dragen dat keuzes in het landbouwakkoord voldoende concreet zijn gemaakt, zodat deze tijdig in het NPLG kunnen worden meegenomen, en indien dit niet lukt het kabinet deze keuzes zelf tijdig heeft gemaakt zodat het NPLG geen vertraging oploopt wanneer het landbouwakkoord niet tot passende keuzes komt. | 36200-XIV-33 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
3231 | Verzoekt de regering om de gevolgen van de gemaakte afspraken in het landbouwakkoord op de voedselprijzen door te rekenen; verzoekt de regering om te onderzoeken of en hoe lage inkomens gecompenseerd kunnen worden voor een eventuele stijging van de voedselprijzen, en om beide bevindingen te presenteren samen met het landbouwakkoord. | 36200-XIV-37 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
3232 | Verzoekt de regering om voor verschillende types agrarische bedrijven mogelijke verdienmodellen door te rekenen die rekening houden met de bindende water-, klimaat- en stikstofdoelen, en daarbij zowel het verdienvermogen van de boer als de bijdrage aan deze doelen in kaart te brengen. | 36200-XIV-38 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
3233 | Verzoekt de regering om te onderzoeken of en hoe een bijmengverplichting van duurzame grondstoffen opgelegd aan de verwerkende industrie en retail kan bijdragen aan het verbeteren van het verdienmodel van de boeren die extra duurzaam voedsel produceren en de kamer hier voor de zomer 2023 over te informeren. | 36200-XIV-96 (tvv 36200-XIV-39) | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
3236 | Verzoekt de regering om zich in te spannen voor een herwaardering binnen het GLB van lisdodde en andere alternatieve gewassen die passen in een natuurinclusieve landbouw. | 36200-XIV-42 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Herwaardering wordt onderzocht door de WUR en de Kamer wordt hier naar verwachting na het zomerreces 2023 over geïnformeerd. |
3237 | Verzoekt de regering om een tegemoetkoming te ontwikkelen voor de boeren die voortaan moeten werken met een fors hoger waterpeil. | 36200-XIV-43 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. |
3238 | Verzoekt de regering innovatieve grondgebonden natuurinclusieve veehouderij te ondersteunen en de huidige experimenten op te schalen en de opgedane kennis te delen. | 36200-XIV-46 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
3239 | Verzoekt de regering te onderzoeken hoe de afzet van biologische producten gestimuleerd kan worden, door bv. Het inkoop beleid van (semi-)overheidsinstellen over te laten stappen op biologisch van Nederlandse oorsprong. | 36200-XIV-97 (tvv 36200-XIV-47) | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. |
3240 | Verzoekt de regering om de regelgeving zo aan te passen dat het nuttige gebruik van maaisel makkelijker wordt. | 36200-XIV- 48 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. |
3241 | Verzoekt de regering om een effectief systeem van vergoedingen te ontwerpen waarmee deze landschapselementen hersteld en onderhouden kunnen worden en zo ook bijdragen aan het verdienmodel van de boer. | 36200-XIV- 49 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. |
3242 | Verzoekt de regering te onderzoeken wat nodig is om de ontwikkeling van fossielvrije landbouwmachines te ondersteunen en aanschaf en gebruik hiervan te bevorderen. | 36200-XIV-50 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Begin dit jaar wordt door de Rijksoverheid in samenwerking met stakeholders een Actieplan verduurzaming landbouwvoertuigen opgesteld. Waarin duidelijk moet worden wat nodig is om de ontwikkeling van fossielvrije landbouwmachines te ondersteunen en aanschaf en gebruik hiervan te bevorderen. Kamer wordt de Kamer in het derde kwartaal van 2023 over geïnformeerd. |
3244 | Verzoekt de regering het Fonds Kleine Toepassingen te continueren en optimaliseren, zodat er, naast extra inzet op sterkere rassen door veredeling, ook effectieve duurzame middelen voor vollegrondsgroenteteelten en andere kleine teelten blijvend worden ontwikkeld en beschikbaar komen, zodat typisch Hollandse groenten in Nederland geteeld kunnen blijven worden. | 36200-XIV-55 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Kamer wordt hier na het reces nader over geinformeerd. |
3246 | Verzoekt de regering zich tijdens de onderhandelingen over het landbouwakkoord in te zetten voor de stimulering van natuurinclusieve, biologische, circulaire landbouw en agroforestry, waaronder voedselbossen, en dit tevens in te passen in het NPLG en het een volwaardige ontwikkelrichting te laten zijn. | 36200-XIV-57 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
3247 | Verzoekt de regering duurzame voorlopers gemotiveerd te houden door het wegnemen van belemmerende wet- en regelgeving en door extra inspanningen op het gebied van klimaat, natuur en water te waarderen, bijvoorbeeld door de ecoregelingen vanaf 2024 daar beter op in te richten. | 36200-XIV-58 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. De uitvoering van deze motie wordt meegenomen in de beleidsontwikkeling voor de ecoregeling in 2024. |
3248 | Verzoekt de regering, met de ervaringen in Frankrijk, België en Zwitserland en hier te lande met de Alcoholwet op het netvlies, uit te werken hoe met het creëren van een wettelijke grondslag prijsstunten met agrarische basisproducten als fruit, groente, zuivel en vlees is tegen te gaan, waarbij wel ruimte blijft voor het afprijzen van levensmiddelen in verband met de houdbaarheidsdatum, teneinde voedselverspilling te voorkomen, en de Kamer over het resultaat te informeren. | 36200-XIV-59 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Mogelijk wordt de Kamer in het najaar van 2023 geïnformeerd over het voedselbeleid en wordt deze motie hierbij betrokken. |
3249 | Roept op tot spoedige implementatie van een verbod op het gebruik van stroomstootapparatuur | 36200-XIV-62 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. In de Kamerbrief «voortgang dierenwelzijn» van 19 januari 2023 (28 286, nr. 1287) en de brief van 25 mei 2023 over versterken toezicht op dierenwelzijn (28 286 nr.1294) staat dat momenteel een zo breed mogelijk verbod wordt uitgewerkt, waarvan de internetconsultatie op 14 juni 2023 is gestart en loopt tot half augustus. |
3250 | Verzoekt de regering om uiterlijk in het voorjaar over te gaan tot het verlagen van de maximale temperatuur voor diertransporten en daarbij de uitkomsten van de EFSA-onderzoeken te betrekken. | 36200-XIV-63 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. In de verzamelbrief dieren in de veehouderij van 8 juni 2023 (Kamerstuk 28 286, nr. 1296) is aangegeven dat de beleidsregel wordt aangepast zodra het beeld van de impact (voor de sector) van het verlagen van de maximumtemperatuur voor diertransport en eventueel benodigd flankerend beleid gereed is (na zomerreces 2023). |
3251 | Verzoekt de Minister de adviezen van de OVV, waaronder een maximumaantal dieren per brandcompartiment en het verplicht compartimenteren van de technische ruimte, in het aankomend maatregelenpakket tegen stalbranden op te nemen. | 36200-XIV-65 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Deze motie maakte al deel uit van de aangescherpte aanpak van stalbranden. Concreet vroeg de motie over het opnemen van de wettelijke verplichting van brandcompartimentering van de technische ruimte van bestaande stallen. Het voornemen om dit op te nemen in regelgeving is al eerder aan de Tweede Kamer kenbaar gemaakt, waarbij ook naar mogelijke andere schadebeperkende maatregelen wordt gekeken (de verplichting luidt dan het nemen van schadebeperkende maatregelen, zoals brandcompartimetering). Dit om ook maatwerk te kunnen leveren. Dit wordt meegenomen in een onderzoek van de WUR, dat naar verwachting in in de tweede helft van 2023 wordt opgeleverd. Het andere deel van de motie vroeg om het opnemen van een maximum norm aantal dieren in een compartiment. Dit wordt, zoals ook al eerder aan de Kamer bericht, bezien binnen andere trajecten die er lopen op dierenwelzijn, zoals dierwaardige veehouderij en de herziening van de EU-dierenwelzijnsregelgeving. De internetconsulatie start Q2 2023; en ook daarover zal de Kamer geïnformeerd worden. Deze stand van zaken is meegenomen in de verzamelbrief landbouwhuisdieren van 26 mei 2023. |
3252 | Verzoekt de regering de mogelijkheden te onderzoeken om ook in Nederland de minimale transportleeftijd voor kalfjes te verhogen. | 36200-XIV-66 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. De WUR wordt gevraagd om de gevolgen van het verhogen van de minimumleeftijd van kalveren in kaart te brengen voor kalver- en melkveehouders. Op basis daarvan kan bepaald worden of en hoe de betrokken veehouders ondersteund zullen worden bij een leeftijdverhoging. Naar verwachting kan de Kamer in Q3 geïnformeerd worden. Een tussentijdse stand van zaken is opgenomen in de brief van 26 mei 2023 (verzamelbrief dieren in de veehouderij). |
3253 | Verzoekt de regering geen belastinggeld te steken in technische innovaties die het welzijn van dieren verslechteren. | 36200-XIV-67 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Deze motie wordt betrokken bij de uitwerking van de nieuwe openstelling van de Sbv-investeringsmodule (onderdeel aanpak piekbelasting). De Kamer is hierover geinformeerd in de Kamerbrief Innovatie en borging emissiearme stalsystemen van 30 juni 2023. |
3255 | Verzoekt de regering uiterlijk voor de zomer van 2023 te komen met een eigen plan van aanpak om de sterfte van jonge dieren in alle sectoren van de veehouderij niet alleen in beeld te brengen maar ook structureel en significant terug te dringen. | 36200-XIV-71 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. In de verzamelbrief van 26 mei 2023 (Kamerstuk 28 286, nr. 1293) is aangegeven dat het plan van aanpak vertraging oploopt en dat het later in 2023 naar de Kamer wordt gezonden. |
3257 | Verzoekt de regering bij het Interprovinciaal Overleg aan te dringen op deelname aan het Platform Multifunctionele Landbouw en de gesprekstafel over multifunctionele landbouw in het kader van het landbouwakkoord vanwege zijn rol in de gebiedsprocessen en de ruimtelijke ordening; verzoekt de regering ervoor te zorgen dat het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport gaat deelnemen aan het Platform Multifunctionele Landbouw en de gesprekstafel over multifunctionele landbouw in het kader van het landbouwakkoord vanwege de gewenste aanpak van knelpunten voor zorgboerderijen. | 36200-XIV-79 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. |
3258 | Verzoekt de regering om onderzoek ten behoeve van maatschappelijke waardecreatie in de biologische, agro-ecologische en natuurinclusieve landbouw en de duurzame voedselvoorziening mee te nemen in het traject van het landbouwakkoord en bij de herijking van de kennisagenda ten behoeve van het missiegedreven topsectoren- en innovatiebeleid. | 36200-XIV-80 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. U Kamer wordt nader geïnformeerd in de brief over de vaststelling van de nieuwe Kennis- en Innovatieagenda na het zomerreces. |
3263 | Verzoekt de regering te streven naar eenduidige regels voor productie van voedsel en ervoor te pleiten dat er geen producten worden geïmporteerd van buiten de EU die niet aan dezelfde regels voor de productiewijze voldoen. | 21501-32-1476 | Parlementaire agenda [08-12-2022] - TMD Landbouw- en visserijraad 11 en 12 december 2022 (21 501-32, nr. 1472) | Onderhanden. Regels rondom import zijn geen competentie van Nederland, maar van de EU. Autonome maatregelen moeten namelijk case-by-case worden beoordeeld op WTO-conformiteit, technische en economische haalbaarheid van controle mechanismen, en de daadwerkelijke impact in relatie tot het te bereiken doel. Op het gebied van autonome maatregelen lopen verschillende trajecten, bijvoorbeld herziening dierenwelzijnswetgeving (verwachting najaar 2023), gewasbescherming. De Europese ontbossingswetgeving is recent in werking getreden waarbij ook duurzaamheidseisen worden gesteld aan geïmporteerde landbouwgoederen. |
3210 | Verzoekt de regering vriesbranden niet meer toe te staan voor alle runderen die na 2024 zijn geboren. | 28286-1271 | Parlementaire agenda [01-12-2022] - TMD Besluit tot wijziging van het Besluit diergeneeskundigen in verband met de uitfasering van vriesbranden bij runderen als toegestane lichamelijke ingreep | Uitgaande brief [24-12-2022] - Tijdelijke vrijstelling ingrepen klopmerken, achterste teen haan en vriesbranden Regeling diergeneeskundigen |
3209 | Verzoekt de regering de invoering van kostendekkende tarieven en de invoering van het nieuwe verrekenstelsel met elkaar in de pas te laten lopen door in 2023 de tarieven deels generiek te dempen, en tot een inspanningsverplichting hiertoe in 2024; verzoekt de regering in het najaar van 2023 op basis van de WEcR-impactanalyse opnieuw met een voorstel te komen voor het dempen van tarieven indien het nieuwe verrekenstelsel tegen die tijd nog niet is ingevoerd. | 33 835, nr. 207 | Parlementaire agenda [23-11-2022] - TMD NVWA | Onderhanden, de Kamer wordt in het najaar 2023 geïnformeerd. |
3205 | Verzoekt de regering om de voorbereidingen te treffen voor de introductie van elektronische identificatie van dieren. | 33835-205 | Parlementaire agenda [23-11-2022] - TMD NVWA | Uitgaande brief [17-04-2023] - Verzamelbrief diergezondheid over actualisatie bestrijdingsdraaiboeken dierziekten, voorbereidingen op elektronische identificatie in dieren en het tijdig & juist invoeren van diergegevens door rundveehouders |
3204 | Verzoekt de regering verwerkers die brede verantwoordelijkheid nemen voor de naleving van wetten door hun toeleveranciers en die met adequate kwaliteitsschema’s werken, te belonen bij de ingroei naar kostendekkende tarieven. | 33835-204 | Parlementaire agenda [23-11-2022] - TMD NVWA | Onderhanden. De Kamer is over de stand van zaken geïnformeerd met de Kamerbrief «Organisatie NVWA» van 25 mei 2023 (33 835 nr. 216). Het ministerie verkent samen met de NVWA langs twee sporen welke mogelijkheden er zijn voor het belonen van goed gedrag. Dit gaat om aanpassingen van de verrekensystematiek en het belonen van goed gedrag en naleving middels risicogebaseerd toezicht. De komende periode zet de minister, in afstemming met het bedrijfsleven, de hiervoor noodzakelijke ambtelijke gespreksstructuren voort. De Kamer wordt hier nader over geïnformeerd. |
3206 | Verzoekt de regering een onafhankelijke impactanalyse te laten uitvoeren naar de gevolgen van het onderbrengen van KDS bij de NVWA, en bij deze analyse in ieder geval te betrekken: –gevolgen voor de personele beschikbaarheid voor KDS-diensten in de operatie; –een doorrekening van zowel de incidentele als structurele kosten; –een doorrekening van de potentiële lastenverzwaring voor het bedrijfsleven; verzoekt de regering deze impactanalyse uiterlijk in Q2 2023 aan de Kamer te doen toekomen en tot nader orde geen onomkeerbare stappen te zetten. | 33835-206 | Parlementaire agenda [23-11-2022] - TMD NVWA | Onderhanden. |
3198 | Verzoekt de regering parallel aan de onderzoeken in laboratoria te starten met veldproeven, zodat zo snel mogelijk begonnen kan worden met het vaccineren van de pluimveestapel. | 28807, nr. 270 | Parlementaire agenda [09-11-2022] - TMD Zoönose en dierziekte | Uitgaande brief [30-11-2022] - Beantwoording Kamervragen leidraad omgang met wilde vogels met vogelgriep |
3199 | Verzoekt de regering te onderzoeken wat de precieze kosten zijn die partijen als dierenhulporganisaties en natuurorganisaties maken in de bestrijding van vogelgriep en te onderzoeken of, en zo ja, welk deel in aanmerking zou kunnen komen voor een bijdrage vanuit het Rijk. | 28807, nr. 271 | Parlementaire agenda [09-11-2022] - TMD Zoönose en dierziekte | Uitgaande brief [26-04-2023] - Deskundigengroep Dierziekten en moties vogelgriep |
3203 | Verzoekt de regering de deadline 2025 te hanteren waarop de afspraken in werking moeten zijn getreden en het uitfaseringsplan zo spoedig mogelijk naar de Kamer te sturen. | 27858-599 (was 588) | Parlementaire agenda [09-11-2022] - TMD Gewasbeschermingsmiddelen (CD 20/10) | Onderhanden. De Kamer is meest recent geïnformeerd met Kamerbrief 27 858, nr. 611. |
3192 | Verzoekt de regering te onderzoeken hoe het toepassen van de best beschikbare technieken bij alle veehouderijen in Nederland kan bijdragen aan stikstofreductie en een robuuste aanpak. | 30252-51 | Parlementaire agenda [03-11-2022] - Debat over het advies van de heer Remkes naar aanleiding van de gesprekken over de aanpak van het stikstofprobleem | Uitgaande brief [25 november 2022] - Beleidsreactie op rapport verbetering effectiviteit emissiearme stalsystemen |
3195 | Verzoekt de regering om te onderzoeken of en op welke manier boeren nabij Natura 2000-gebieden financieel kunnen worden ondersteund in het aanpassen van de bedrijfsvoering. | 30252-61 | Parlementaire agenda [03-11-2022] - Debat over het advies van de heer Remkes naar aanleiding van de gesprekken over de aanpak van het stikstofprobleem | Uitgaande brief [05-07-2023] - Investeringsfonds Duurzame Landbouw |
3188 | Verzoekt de regering om iedere agrariër de mogelijkheid te bieden zich onafhankelijk te laten adviseren over de keuzes aangaande stoppen, verplaatsen, omscholing en sociaal-emotionele begeleiding en hiervoor voldoende middelen te reserveren. | 30252-38 | Parlementaire agenda [03-11-2022] - Debat over het advies van de heer Remkes naar aanleiding van de gesprekken over de aanpak van het stikstofprobleem | Onderhanden. Er wordt een systeem opgezet om sociaal economische begeleiding (SEB) aan te bieden voor elke landbouwer door middel van een subsidie regeling 1. regionale knooppunten in elke provincie en 2. een landelijke kwartiermaker die het proces faciliteert. Hiervoor zetten we ook een traject op voor onafhankelijke begeleiders. |
3189 | Verzoekt de regering de mogelijkheden te bezien hoe een deel van deze leningen kan worden afgewaardeerd en de besparingen die hierdoor ontstaan ten goede te laten komen aan de verduurzaming van de landbouw. | 30252-70 (was nr. 40) | Parlementaire agenda [03-11-2022] - Debat over het advies van de heer Remkes naar aanleiding van de gesprekken over de aanpak van het stikstofprobleem | Onderhanden. |
3201 | Verzoekt de regering, in overleg met de BES-eilanden, Wageningen University & Research het land- en tuinbouwbeleid te laten onderzoeken en aanbevelingen te doen voor de korte en middellange termijn, en de Kamer daarover voor april 2023 te informeren. | 36200-IV-15 | Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2023 | Onderhanden. |
3163 | Verzoekt de regering om tijdens de klimaattop in Sharm el-Sheikh, samen met gelijkgestemde landen, het voortouw te nemen voor het opzetten van een mondiaal initiatief voor klimaatslimme landbouw gericht op concrete acties voor het reduceren van emissies uit de landbouw en het versterken van de wereldwijde voedselzekerheid. | 31793-225 | [13-10-2022] Debat over de klimaattop in Sharm-el-Sheikh | Uitgaande brief van de minister van BZ [23-06-2023] Internationale Klimaatstrategie |
3169 | Verzoekt de regering om onderzoek te doen naar het opnemen in het Uitvoeringsprogramma Toekomstvisie Gewasbescherming van laagdrempelige stimuleringsprogramma’s en bijbehorende middelen voor: • Precisieland- en tuinbouw; • Biologische land- en tuinbouw; • Ontwikkeling IPM-tools voor duurzame teeltsystemen; • Kennisverspreidingsprogramma’s | 22112-3518 (was 3517) | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen (22 112, nr. 3481) | Onderhanden. Er wordt gewerkt aan de openstelling van een subsidiemodule geïntegreerde gewasbescherming. 1e openstelling voorzien per 1 september 2023. |
3170 | Verzoekt de regering ook de gevolgen en effecten van het afbouwen van de derogatie en de lagere gebruiksnorm per 2025 mee te nemen in de perspectiefbrief, het Nationaal Programma Landelijk Gebied en de gebiedsprocessen, zodat boeren en bestuurders goede langetermijnkeuzes kunnen maken. | 33037-464 | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Mestbeleid | Uitgaande brief [25-11-2022] - Voortgang Nationaal Programma Landelijk Gebied |
3176 | Verzoekt de regering bij zowel de uitwerking van de maatregelen uit het zevende actieprogramma die zien op het inzaaien van gewassen als bij de uitwerking van de bufferstroken uit de derogatiebeschikking rekening te houden met de agrarische bedrijfspraktijk, met name met inzaai en aangegane verplichtingen van de betreffende bedrijven voor 2023. | 33037-473 | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Mestbeleid | Uitgaande brief [20-01-2023] - Implementatie derogatiebeschikking en zevende actieprogramma Nitraatrichtlijn |
3159 | Verzoekt het kabinet hiertoe beleidsopties uit te werken, en daarbij rekening te houden met mogelijke macroprudentiële gevolgen. | 36200, nr. 96 | Parlementaire agenda [04-10-2022] - LNV: Algemene Financiële Beschouwingen TK | Onderhanden. Over de natuurherstelverordening vinden onderhandelingen in EU-Raadsverband plaats. Triloog wordt in het najaar verwacht. |
3171 | Verzoekt de regering te onderzoeken hoe mest- en gifvrije bufferstroken door teelt van alternatieve gewassen, natuurbeheer, et cetera kunnen bijdragen aan het verdienvermogen van de creatieve innoverende boeren. | 33037-465 | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Mestbeleid | Onderhanden. |
3172 | Verzoekt de regering een offensief op te stellen voor het verkrijgen van derogatie op de Nitraatrichtlijn om kunstmestvervangers bij aanvang van het komende mestseizoen toe te staan, en de Kamer hierover nog dit jaar nog te informeren. | 33037-466 | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Mestbeleid | Onderhanden. Na publicatie van INMAP wordt bezien welke stappen Nederland kan zetten voor de toelating van Renure. Dit wordt ook betrokken in het BNC-fiche over INMAP. |
3173 | Verzoekt de regering met een voorstel te komen waarin ammoniakruimte die ontstaat door het voorgeschreven afbouwpad tot 2026 ingezet wordt voor de vergunningverlening van PAS-melders, en de Kamer hierover nog dit jaar te informeren. | 33037-467 | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Mestbeleid | Onderhanden. |
3174 | Verzoekt de regering zo spoedig mogelijk een maatschappelijke kosten-batenanalyse uit te voeren naar het verlies van derogatie; verzoekt de regering hierbij in ieder geval de economische én ecologische effecten in kaart te brengen. | 33037-468 | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Mestbeleid | Onderhanden. |
3175 | Verzoekt de regering om, naast de impactanalyse die is gedaan van de mestmarkt, ook een analyse uit te voeren van de impact op de akkerbouw en de daarmee gepaarde voedselproductie. | 33037-469 | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Mestbeleid | Onderhanden. |
3177 | Verzoekt de regering om, als er gewerkt gaat worden met bemestingsvrije zones, met provincies in gesprek te gaan over het inzetten op een alternatieve wijze van financiering van slootkanten en te zorgen voor langjarige contracten. | 33037-476 (was 470) | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Mestbeleid | Onderhanden. |
3179 | Verzoekt de regering om conform de Europese GLB-verordening de afname van grasland te monitoren op nationaal, regionaal en bedrijfsniveau, en hierover de Kamer jaarlijks te informeren. | 33037, nr. 475 | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Mestbeleid | Onderhanden. De Kamer wordt naar verwachting medio 2023 geïnformeerd over het areaal grasland n.a.v. de monitoring van RvO.nl. |
3180 | Verzoekt het kabinet zich in te zetten voor een berekeningsmethode in Annex 1 van het voorstel voor een Verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen waarin toxiciteit op een juiste wijze wordt meegewogen. | 22112, nr. 3499 | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen (22 112, nr. 3481) | Uitgaande brief [19-10-2022] - Actuele ontwikkelingen op het terrein gewasbescherming |
3181 | Verzoekt het kabinet zich maximaal in te spannen voor herintroductie van het voorzorgsbeginsel in het voorstel voor een Verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen op een wijze dat lidstaten de vrijheid hebben om het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen te beperken of te verbieden als er twijfel bestaat over de veiligheid voor mens en milieu. | 22112, nr. 3501 | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen (22 112, nr. 3481) | Uitgaande brief [19-10-2022] - Actuele ontwikkelingen op het terrein gewasbescherming |
3182 | Verzoekt de regering zich uiterst kritisch op te stellen bij de beoordeling van en het overleg over het genoemde voorstel en ervoor te zorgen dat het vakmanschap van agrarische ondernemers op een goede manier uitgedaagd en niet belemmerd wordt. | 22112, nr. 3504 | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen (22 112, nr. 3481) | Uitgaande brief [17-11-2022] - Actuele ontwikkelingen gewasbescherming: glyfosaat en verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen |
3183 | Verzoekt de regering tijdens de onderhandelingen in Brussel over de verordening de evenredige bijdrage van alle lidstaten ten aanzien van goedkeuring en toelating van nieuwe gewasbeschermingsmiddelen mede-inzet te laten zijn; verzoekt de regering om huidige knelpunten bij het Ctgb ten aanzien van goedkeuring en toelating van nieuwe gewasbeschermingsmiddelen op de Europese markt in kaart te brengen, en de Kamer hierover te rapporteren. | 22112, nr. 3506 | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen (22 112, nr. 3481) | Uitgaande brief [24-03-2023] - Beantwoording vragen Schriftelijk Overleg Gewasbeschermingsmiddelenbeleid |
3184 | Verzoekt de regering om te pleiten voor een aparte reductiedoelstelling voor categorie 2-middelen. | 22112, nr. 3507 | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen (22 112, nr. 3481) | Uitgaande brief [19-10-2022] - Actuele ontwikkelingen op het terrein gewasbescherming |
3186 | Verzoekt de regering om in de voorgestelde verordening in te zetten op milieu-impact en niet op hoeveelheden kilogrammen. | 22112, nr. 3511 | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen (22 112, nr. 3481) | Uitgaande brief [19-10-2022] - Actuele ontwikkelingen op het terrein gewasbescherming |
3185 | Verzoekt de regering om overal daar waar bestrijdingsmiddelen nu nog een bijdrage hebben aan slechte waterkwaliteit, het gebruik ervan zo aan banden te leggen dat bestrijdingsmiddelen geen belemmering meer zijn voor de Kaderrichtlijn Water. | 22112, nr. 3509 | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen (22 112, nr. 3481) | Onderhanden. |
3187 | Verzoekt de regering om in aansluiting op de voorgestelde verordening zich ertoe te verplichten dat de wettelijke barrières voor moderne veredelingstechnieken en groene middelen worden weggenomen en dat de toepassing hiervan wordt gestimuleerd. | 22112, nr. 3512 | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen (22 112, nr. 3481) | Onderhanden. De uitvoering van deze motie wordt betrokken bij het traject van het Commissievoorstel verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen. |
3024 | Verzoekt de regering om te onderzoeken op welke manier gerecyclede nutriënten uit menselijke mest kunnen worden toegevoegd aan de voedselkringloop en welke kansen dit biedt voor boeren. | 21501-32-1435 | Parlementaire agenda [19-05-2022] - TMD Landbouw en Visserijraad d.d. 24 mei | Onderhanden. Het onderzoek loopt, en hier is de Kamer over geïnformeerd in de beantwoording van schriftelijke vragen van de leden Akerboom en Van Esch (beide PvdD) over het gat in de voedselkringloop: menselijke mest. |
3148 | Verzoekt de regering om samen met de sector, analoog aan deze aanpak, tot onafhankelijke registratie te komen van het gebruik van gewas-bescherming en de milieu-impact van het gebruik in het teeltplan, en vanuit daar een benchmark te ontwikkelen voor individuele telers. | 35925-XIV-135 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Landbouw, Klimaat en Voedsel | Onderhanden. De Kamer wordt meegenomen bij het ontwikkelen van de gewasbeschermingsmonitor (zie Kamerstuk 27 858, nr. 611) |
3124 | Verzoekt de regering om ruim voor Prinsjesdag een brief te sturen met daarin alle politieke keuzes voor de toekomst van de Nederlandse landbouw en wat daarin het toekomstperspectief is van boeren; verzoekt de regering daarbij voorbeelden van toekomstvaste agrarische bedrijfsplannen uit te werken. | 33576-298 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Uitgaande brief [25-11-2022] - Kamerbrief Toekomst Landbouw |
3136 | Verzoekt de regering zo snel mogelijk met een compleet uitgewerkt instrumentarium te komen, waaronder voor innovaties, een management-maatregeleneffectschema’s per grondsoort (bijvoorbeeld door de WUR), een verplaatsersregeling (zonder beroepsverbod) en aantrekkelijke regelingen voor langjarig agrarisch natuurbeheer, en de Kamer hierover bij de begrotingsbehandeling te informeren. | 33576-312 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Uitgaande brief [12-06-2023] - Voortgang aanpak piekbelastingUitgaande brief [12-06-2023] - Voortgang aanpak piekbelasting |
3120 | Verzoekt de regering er op een niet-vrijblijvende manier voor te zorgen dat de transitie naar kringlooplandbouw, inclusief een eerlijk verdienmodel, een vaste plek krijgt in deze private kwaliteitssystemen. | 33576-289 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Onderhanden. |
3121 | Verzoekt de regering koplopers in kringlooplandbouw, zoals biologische en natuurinclusieve kringloopboeren, te ondersteunen om hun bedrijf zo veel mogelijk voort te zetten binnen de gebiedsgerichte aanpak. | 33576-290 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Onderhanden. |
3122 | Verzoekt de regering beleid te ontwikkelen om koolstofopslag in bouwmaterialen te stimuleren en daarbij een generieke methode te ontwikkelen waarmee snel koolstofcertificaten te maken zijn voor combinaties van gewassen en isolatie- en bouwmaterialen. | 33576-291 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Onderhanden. Bij de Voorjaarsbesluitvorming Klimaat is hier 200 miljoen euro voor gereserveerd. Specifiek voor de ontwikkeling van een generieke methode de certificering langdurige koolstofopslag in biobased materialen en producten is gegeven aan SNK. Zij zullen deze 1-12-2023 publiceren op hun website waarmee de methode beschikbaar komt voor aanvragen. In de Kamerbrief «Beleidsagenda normeren en stimuleren circulair bouwen» (Kamerstuk 32 852, 32 847, nr. 223) van 23 december 2022 is toegezegd dat deze generieke methode er zal komen. |
3123 | Verzoekt de regering te onderzoeken hoe banken en leveranciers en afnemers met langlopende contracten zijn te verplichten tot een bail-in die een substantieel aandeel in de transitiekosten draagt. | 33576-292 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
3133 | Verzoekt de regering met een plan van aanpak te komen om ook grote verpachtende partijen als terreinbeherende organisaties, het Rijksvastgoedbedrijf, kerken en anderen verantwoordelijkheid te laten nemen in het bieden van perspectief voor hun huidige pachters en omschakeling naar meer extensieve en natuurinclusieve voedselproductie mogelijk en rendabel te maken op hun gronden. | 33576-309 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Onderhanden. |
3079 | Verzoekt de regering om dit jaar nog een stappenplan op te stellen om bij te dragen aan de verbetering van de mondiale voedselzekerheid. | 21501-32-1447 (was 1442) | Parlementaire agenda [16-06-2022] - TMD Landbouw en Visserijraad dd 13-06-2022 | Uitgaande brief [23-12-2022] – Stappenplan mondiale voedselzekerheid |
3080 | Verzoekt de regering om op de kortst mogelijke termijn een overbruggingsregeling uit te werken voor tijdelijke steun aan de sector, in het bijzonder de kottervissers, totdat de BAR- en innovatiegelden beschikbaar zijn, en dit te dekken uit de LNV-begroting (visserijmiddelen binnen artikel 22) en/of EMVAF. | 21501-32-1448 (was 1444) | Parlementaire agenda [16-06-2022] - TMD Landbouw en Visserijraad dd 13-06-2022 | Uitgaande brief [15-11-2022] - Overbruggingsregeling visserijsector |
3081 | Verzoekt de regering de vlas- en hennepteelt in de ecoregeling zo snel mogelijk anders te waarderen dan gewone rustgewassen en ervoor te zorgen dat deze vezelteelten tenminste op evenveel of zelfs meer ondersteuning kunnen rekenen als bij de vergroeningsregeling. | 21501-32-1449 (was 1446) | Parlementaire agenda [16-06-2022] - TMD Landbouw en Visserijraad dd 13-06-2022 | Uitgaande brief [31-08-2022] - Geannoteerde agenda informele Landbouw- en Visserijraad 14 - 16 september in Praag |
3062 | Verzoekt de regering om met een plan van aanpak te komen om de transitie naar proefdiervrije innovaties te versnellen, om zo een bijdrage te leveren aan beter onderzoek, betere medicijnen en een significante vermindering van het aantal proefdieren. | 32336-141 (was 131) | Parlementaire agenda [07-06-2022] - TMD Dierproeven | Uitgaande brief [30-01-2023] - Transitie Proefdiervrije Innovatie (TPI) en dierproeven |
3065 | Verzoekt de regering om binnen de Transitie Proefdiervrije Innovatie werk te maken van het OMA-model, waarbij niet de dierproef, maar de onderzoeksvraag en de daarvoor meest succesvolle methode centraal staat. | 32336-138 | Parlementaire agenda [07-06-2022] - TMD Dierproeven | Uitgaande brief [30-01-2023] - Transitie Proefdiervrije Innovatie (TPI) en dierproeven |
3058 | Verzoekt de regering om in kaart te brengen welke dierproeven weinig tot geen voorspellende waarde hebben, en om te onderzoeken hoe deze slecht transleerbare dierproeven kunnen worden uitgefaseerd. | 32336-128 | Parlementaire agenda [07-06-2022] - TMD Dierproeven | Onderhanden. In de brief van 30 januari 2023, 'Transitie Proefdiervrije Innovatie (TPI) en dierproeven', is de Kamer geïnformeerd dat in het kader van deze nieuwe pijler ‘uitfaseren’ het NCad is gevraagd om kaders en indicatoren te identificeren die gebruikt kunnen worden om de betrouwbaarheid van dierproeven nog beter mee te wegen. |
3059 | Verzoekt de regering de verdere ontwikkeling van kunstmatige intelligentie te stimuleren, om zo het zoeken naar alternatieven snel, eenvoudig en effectief te maken en daarmee te kunnen voldoen aan de wet en het aantal overbodige dierproeven te verminderen. | 32886-129 | Parlementaire agenda [07-06-2022] - TMD Dierproeven | Onderhanden. Er is aanvullende financiering naar ZonMw gegaan voor een AI-project. Oproep voor project staat inmiddels open bij ZonMw. Een besluit over het project wordt verwacht in het najaar. |
3061 | Verzoekt de regering om met een actieplan te komen om tot een snelle verlaging van het aantal in voorraad gedode proefdieren te komen. | 32336-140 (was 130) | Parlementaire agenda [07-06-2022] - TMD Dierproeven | Onderhanden. Om het aantal dieren in voorraad gedood verder terug te dringen is een werkgroep gevraagd met betrokken fok-coördinatoren te onderzoeken hoe de effectiviteit en kwaliteit van het fokproces verbetert kan worden, en zo tot aanbevelingen te komen voor een plan van aanpak. Rapportage van deze werkgroep wordt eind 2023 verwacht. |
3064 | Verzoekt de regering om een tijdpad te maken om dierproeven voor veiligheidstesten te beëindigen, en de Kamer hierover zo spoedig mogelijk te informeren. | 32336-137 | Parlementaire agenda [07-06-2022] - TMD Dierproeven | Onderhanden. Ter uitvoering van deze motie is een derde beleidspijler in ontwikkeling gericht op uitfaseren van dierproeven, naast pijler 1 (3V-beleid) en pijler 2 (TPI-beleid). Een winstwaarschuwing, de mogelijkheden om tot nationaal beleid te komen gericht op het uitfaseren van dierproeven zijn beperkt. Waar nog wel kansen en mogelijkheden liggen wordt momenteel verder uitgewerkt, in de voortgangsrapportage (begin 2024) zal de Kamer over de voortgang geïnformeerd worden. |
3066 | verzoekt de regering waar mogelijk knelpunten op de route van lab naar praktijk op te lossen, en hierover jaarlijks te rapporteren aan de Kamer | 32336-139 | Parlementaire agenda [07-06-2022] - TMD Dierproeven | Onderhanden. Naar aanleiding van het debat wordt de motie dusdanig geïnterpreteerd dat de aanpak van de routekaarten door de Kamer wordt gesteund, maar dat de wens is om meer te doen. Ter uitvoering van deze motie wordt daarom extra inzet gepleegd. De acties hiertoe zijn opgenomen in het plan van aanpak. Jaarlijks wordt de Kamer geínformeerd over de voortgang. Bovendien wordt het plan continu aangevuld met nieuwe acties die bijdragen aan de oplossing voor de knelpunten. De uitvoering van de motie loopt daarmee door. In de voortgansbrief over TPI en dierproeven, die naar verwachting begin 2024 uitgaat, zal worden ingegaan op de voortgang. |
3052 | Verzoekt de regering definitieve sluiting van recidiverende slachthuizen mogelijk te maken. | 28286-1248 | Parlementaire agenda [17-05-2022] - Debat Voortdurende misstanden in de Nederlandse Slachthuizen | Uitgaande brief [25-05-2023] - Verzamelbrief versterken toezicht op dierenwelzijn |
3053 | Verzoekt de regering bij de uitwerking van de procedure voor verscherpt toezicht voor slachthuizen een «three strikes out»-handhavingsvoorstel uit te werken. | 28286-1249 | Parlementaire agenda [17-05-2022] - Debat Voortdurende misstanden in de Nederlandse Slachthuizen | Onderhanden. Kamer is geinformeerd door de uitgaande brief [25-05-2023] - Verzamelbrief versterken toezicht op dierenwelzijn, wordt dit najaar geinformeerd over de implementatie. |
3056 | Verzoekt de regering te waarborgen dat de NVWA fysieke inspecties blijft uitvoeren in slachthuizen. | 28286-1252 | Parlementaire agenda [17-05-2022] - Debat Voortdurende misstanden in de Nederlandse Slachthuizen | Uitgaande brief [22-06-2022] - Verzamelbrief versterking toezicht |
3046 | Verzoekt de regering te borgen dat de NVWA zelf mag bepalen waar de camera’s in slachthuizen worden geplaatst en te voorkomen dat er dode hoeken bestaan. | 28286-1240 | Parlementaire agenda [17-05-2022] - Debat Voortdurende misstanden in de Nederlandse Slachthuizen | Onderhanden. Wordt verwerkt in wetsvoorstel. Voortgang is gemeld in «verzamelbrief versterken toezicht» van 22 juni 2022 (28286 nr. 1259). Wetsvoorstel gaat najaar 2023 in de internetconsultatie. |
3047 | Verzoekt de regering de bandsnelheid van alle slachthuizen te re-evalueren tegen het licht van de risico’s en de mate waarin maatre-gelen daarvoor zowel in de praktijk als in theorie voldoende oplossing bieden; spreekt uit dat CO2-bedwelming toepassen geen mitigerende maatregel mag zijn om de bandsnelheid te verhogen. | 28286-1242 | Parlementaire agenda [17-05-2022] - Debat Voortdurende misstanden in de Nederlandse Slachthuizen | Onderhanden. De Kamer is over de stand van zaken met betrekking tot de bandsnelheid geïnformeerd met de brief van 25 mei 2023 (Kamerstuk 28 286 nr. 1294). |
3048 | Verzoekt de regering om slachterijen die over willen gaan op het bedwelmen met CO2 hiervoor geen toestemming te geven. | 28286-1243 | Parlementaire agenda [17-05-2022] - Debat Voortdurende misstanden in de Nederlandse Slachthuizen | Onderhanden. Het lid Beckerman stemde in met de interpretatie van de motie dat de minister er in EU-verband alles aan zal doen om CO2-verdoving in varkensslachterijen in EU-verband uit te faseren. De Kamer is over de stand van zaken geïnformeerd middels de verzamelbrief over de versterking van toezicht op 22 juni 2022. Daarin staat dat de minister zijn inzet zal continueren zodra de CIE met nieuwe voorstellen komt. Dit gebeurt naar verwachting in het najaar van 2023. |
3050 | Verzoekt de regering om een roulatiesysteem binnen de NVWA-teams om intimidaties, dan wel te hechte banden met de slachthuisdirectie en -medewerkers, te voorkomen. | 28286-1246 | Parlementaire agenda [17-05-2022] - Debat Voortdurende misstanden in de Nederlandse Slachthuizen | Onderhanden. |
3051 | Verzoekt de regering om hoge boetes in relatie tot het delict, gevangenisstraf, beroepsverbod en levenslang verbod op het houden van dieren voor recidivisten binnen slachthuizen. | 28286-1247 | Parlementaire agenda [17-05-2022] - Debat Voortdurende misstanden in de Nederlandse Slachthuizen | Onderhanden. De Kamer is hier over geïnformeerd met de passage over Wetsvoorstel aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing in Verzamelbrief versterken toezicht op dierenwelzijn (Kamerstuk 28286, nr. 1294 d.d. 25 mei 2023). |
3054 | Verzoekt de regering bij de in voorbereiding zijnde wetgeving binnen de kaders van de AVG cameratoezicht die realtime op afstand kan worden uitgelezen als basisvoorwaarde uit te werken. | 28286-1250 | Parlementaire agenda [17-05-2022] - Debat Voortdurende misstanden in de Nederlandse Slachthuizen | Onderhanden. Wordt verwerkt in wetsvoorstel. Voortgang is gemeld in «verzamelbrief versterken toezicht» van 22 juni 2022 (28286 nr. 1259). Wetsvoorstel gaat najaar 2023 in de internetconsultatie. |
3055 | Verzoekt de regering bij alle voorbereidende wet- en regelgeving expliciet aandacht te hebben voor maatwerkregels voor zelfslachtende slachters. | 28286-1251 | Parlementaire agenda [17-05-2022] - Debat Voortdurende misstanden in de Nederlandse Slachthuizen | Onderhanden. |
3057 | Verzoekt de regering op korte termijn een toetsingskader voor de slachtsnelheid in te stellen, in overleg met betrokken belangenpartijen, en de Kamer daar zo snel mogelijk over te informeren. | 28286-1254 | Parlementaire agenda [17-05-2022] - Debat Voortdurende misstanden in de Nederlandse Slachthuizen | Onderhanden. |
3022 | Verzoekt de regering een strategische analyse te laten uitvoeren naar kwetsbaarheden van het mondiale voedselsysteem in relatie tot grondgebruik. | 21501-32-1421 | Parlementaire agenda [11-05-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad 7 april 2022 (21 501-32, nr. 1410) | Uitgaande brief [06-07-2023] - WUR-rapport «Analyse extra beschikbaar voedsel bij vervanging van veevoergewassen op akkerland door voedselgewassen» |
3012 | Verzoekt de regering in overleg met provincies te treden over het vinden van een duurzaam alternatief voor de verschraling van akkers. | 35925-XIV-139 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Landbouw, Klimaat en Voedsel | Uitgaande brief [23-06-2023] - Verzamelbrief natuur |
3015 | Verzoekt de regering de gevolgen van de genoemde maatregelen voor de agrarische sector in kaart te brengen en de negatieve gevolgen bij de uitwerking van het beleid zo veel mogelijk te beperken door meer maatwerk. | 35925-XIV-146 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Landbouw, Klimaat en Voedsel | Uitgaande [20-01-2023] - Implementatie derogatiebeschikking en zevende actieprogramma Nitraatrichtlijn |
3004 | Verzoekt het kabinet in de uitwerking van kringlooplandbouw operationele doelen te formuleren en deze waar mogelijk een gebiedsgerichte vertaling te geven; verzoekt tevens een nieuwe goede landbouwpraktijk te formuleren waarin deze doelen zijn verwerkt en hierover de Kamer in de eerste week van juni te informeren. | 35925-XIV-107 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Hoofdlijnendebat LNV | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
3007 | Verzoekt de regering bij het werken aan perspectief voor de landbouwsector en boeren lessen te trekken uit succesvolle voorbeelden van (Europees) bronbeleid uit andere sectoren, de aanpak van andere landen in met name de EU en uit succesvolle pilots in eigen land, zoals de pilot inzake biologische melk van de provincie Gelderland. | 35925-XIV-119 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Hoofdlijnendebat LNV | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
3009 | Verzoekt de regering meer in te zetten op emissiereductie op het boerenerf met handelingsperspectief voor boeren, en provincies de ruimte te geven om middelen naar eigen inzicht te besteden afhankelijk van de gebiedsprocessen ten behoeve van het halen van de doelen. | 35925-XIV-153 (was 130) | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Hoofdlijnendebat LNV | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
3010 | Verzoekt de regering geen vleestaks in te voeren. | 35925-XIV-131 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Landbouw, Klimaat en Voedsel | Onderhanden. |
3011 | Verzoekt het kabinet om een heldere doelstelling met ingroei naar kringloopwaardig veevoer te verwerken in de eiwitstrategie, en over de voortgang ten minste jaarlijks te rapporteren aan de Kamer. | 35925-XIV-134 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Landbouw, Klimaat en Voedsel | Onderhanden. |
3014 | Verzoekt de regering bij de uitwerking van de genoemde verordening de administratieve lasten zo veel mogelijk te beperken, averechtse effecten zo veel mogelijk te voorkomen en daarbij te kijken naar de uitwerking in genoemde lidstaten. | 35925-XIV-145 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Landbouw, Klimaat en Voedsel | Onderhanden. |
3016 | Verzoekt de regering om samen met provincies en landbouworganisaties, waaronder BoerenNatuur, een werkwijze te ontwikkelen waarbij boeren terreinbeherende organisaties kunnen ontwikkelen om gronden te beheren voor natuur, landschap en duurzame langjarige pacht. | 35925-XIV-147 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Landbouw, Klimaat en Voedsel | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
3019 | Verzoekt de regering in Europa voor te stellen de ambitie voor halvering van voedselverspilling in de Farm to Fork-strategie uit te breiden naar de volledige voedselketen. | 21501-32-1414 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad van 21 maart | Onderhanden. De Tweede Kamer is op 2 september 2022 geïnformeerd over de uitvoering van deze motie met brief met kenmerk 21 501 32 nr. 1457. Wanneer het wetgevingstraject wordt gestart, zal Nederland zoals gebruikelijk het voorstel van de Commissie zal appreciëren en deze ambitie hierin opnemen. MLNV zal de Tweede Kamer te zijner tijd hierover informeren middels het BNC-fiche. Daarnaast zal Nederland dit standpunt, waar opportuun, inbrengen in verschillende gremia. Voorbeeld hiervan is het EU Platform Food Losses And Food Waste waar Nederland lid van is. |
3020 | Verzoekt het kabinet om in beeld te brengen hoe belemmeringen in wetgeving om insecten als veevoer te kunnen gebruiken weggenomen kunnen worden. | 21501-32-1417 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad van 21 maart | Onderhanden. |
3021 | Verzoekt de regering zo veel als mogelijk gebruik te maken van bestaande certificeringsschema’s en daar bij aan te sluiten. | 21501-32-1418 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad van 21 maart | Onderhanden. |
2923 | Verzoekt de regering te onderzoeken en monitoren wat de effecten zijn van vogelgriep op wilde soorten in de natuur, | 28807, nr. 247 | Parlementaire agenda [17-03-2022] - TMD Zoönosen en Dierziekte samen met MVWS | Uitgaande brief [04-04-2023] - Verzamelbrief soortenbeleid |
2924 | Verzoekt de regering voor het volgende vogelgriepseizoen in oktober 2022 te komen met duidelijke protocollen en communicatie over wie verant_woordelijk is voor de vondst van besmette dieren, bijvoorbeeld door middel van een landelijk draaiboek. | 28807, nr. 248 | Parlementaire agenda [17-03-2022] - TMD Zoönosen en Dierziekte samen met MVWS | Uitgaande brief [30-11-2022] - Beantwoording Kamervragen leidraad omgang met wilde vogels met vogelgriep |
2925 | Verzoekt de regering zo snel mogelijk te komen met een monitoringssysteem voor zoönose in de varkenshouderij. | 28807, nr. 258 (was 250) | Parlementaire agenda [17-03-2022] - TMD Zoönosen en Dierziekte samen met MVWS | Uitgaande brief [06-07-2022] – Nationaal actieplan versterken zoönosenbeleid |
2926 | Verzoekt de regering om bij de ontwikkeling van nieuwe natuur in het licht van klimaatverandering de risico’s op zoönosen als extra afwegingskader mee te nemen bij het type natuur dat wordt ontwikkeld. | 28807, nr. 252 | Parlementaire agenda [17-03-2022] - TMD Zoönosen en Dierziekte samen met MVWS | Uitgaande brief [06-07-2022] – Nationaal actieplan versterken zoönosenbeleid |
2927 | Verzoekt de regering om onderzoek te doen naar de Nederlandse en Europese omvang en grootte van bushmeat en traditionele medicijnen waarin bedreigde wilde dieren zijn verwerkt, en de resultaten daarvan zo snel mogelijk naar de Kamer te sturen. | 28807, nr. 253 | Parlementaire agenda [17-03-2022] - TMD Zoönosen en Dierziekte samen met MVWS | Uitgaande brief [06-07-2022] – Nationaal actieplan versterken zoönosenbeleid |
2918 | Verzoekt de regering om de impact van de betreffende maatregelen op de glastuinbouw in kaart te brengen en de Kamer hier voor Prinsjesdag 2022 over te informeren. | 27428-392 (was 388) | Parlementaire agenda [08-03-2022] - TMD Biotechnologie en tuinbouw (CD 9/2) | Uitgaande brief [22-04-2022] - Samenhangend pakket glastuinbouw |
2919 | Verzoekt de regering in samenspraak met de betrokken sectoren tot oplossingen te komen zodat hergebruik van CO2 wordt gestimuleerd en verdere verduurzaming van de glastuinbouw niet in de weg staat, en de Kamer over de uitkomsten ervan voor Prinsjesdag 2022 te informeren. | 27428-389 | Parlementaire agenda [08-03-2022] - TMD Biotechnologie en tuinbouw (CD 9/2) | Uitgaande brief [19-10-2022] - Perspectief duurzame glastuinbouw Limburg, motie-Valstar en subsidieplafond energiebesparing |
2920 | Verzoekt de regering om voor Vogelrichtlijngebieden een uitzondering te maken voor het scheurverbod, zodat eens in de tien jaar het noodzakelijk onderhoud aan het grasland kan worden gedaan waarbij de doelstelling van GLMC 9, bescherming van habitats en soorten, niet wordt geschaad. | 27428-390 | Parlementaire agenda [08-03-2022] - TMD Biotechnologie en tuinbouw (CD 9/2) | Uitgaande brief [14-11-2022] - Ingangsjaar Gemeenschappelijk Landbouw Beleid in 2023 |
3074 | Verzoekt de regering om bij de Europese Commissie aan te dringen op snellere invoering van dierenwelzijnseisen aan productie van diergeneesmiddelen dan de uiterlijke datum van 29 januari 2025; verzoekt de regering om er bij de Europese Commissie op aan te dringen dat deze dierenwelzijnseisen sterk genoeg zullen zijn om de import en productie van PMSG daadwerkelijk te stoppen. | 21501-32-1385 | Parlementaire agenda [08-03-2022] - TMD Informele Landbouw- en Visserijraad van 6-8 februari 2022 (21 501-32, nr. 1380) | Uitgaande brief [05-09-2022] - Beantwoording schriftelijke vragen over mogelijke productie van PMSG bij paarden in Nederland |
3075 | Verzoekt het kabinet om een dringende oproep te doen aan de Europese Commissie om per direct kunstmestvervangers op basis van dierlijke mest toe te staan. | 21501-32-1403 (was 1388) | Parlementaire agenda [08-03-2022] - TMD Informele Landbouw- en Visserijraad van 6-8 februari 2022 (21 501-32, nr. 1380) | Uitgaande brief [12-09-2022] - Kamervragen over de brief «Stand van zaken derogatie van de Nitraatrichtlijn» |
3144 | Verzoekt de regering de handelsbelemmeringen en andere bezwaren tegen vaccinatie in kaart te brengen, een plan van aanpak op te stellen om deze belemmeringen en bezwaren te slechten en de Kamer hierover te informeren voor het zomerreces. | 21501-32-1396 | Parlementaire agenda [08-03-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad op 21 februari 2022 (CD 16/2) | Uitgaande brief [30-11-2022] - Beantwoording Kamervragen leidraad omgang met wilde vogels met vogelgriep |
3145 | Verzoekt de regering te pleiten voor kritische beoordeling van de Green Deal en de Farm to Fork-strategie om de voedselzekerheid te borgen. | 21501-32-1398 | Parlementaire agenda [08-03-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad op 21 februari 2022 (CD 16/2) | Uitgaande brief [08-08-2022] - Verslag van de Landbouw- en Visserijraad van 18 juli 2022Uitgaande brief [08-08-2022] - Verslag Landbouw- en Visserijraad 18 juli 2022 |
3147 | Verzoekt de regering: –het stilliggen van de kottervloot in verband met de hoge brandstofprij-zen aan te kaarten in de volgende Visserijraad; –het momentum te benutten om opnieuw te pleiten voor herziening van het pulskorverbod; –in overleg met de sector zo snel mogelijk uitvoering te geven aan de BAR-regelingen. | 21501-32-1405 | Parlementaire agenda [08-03-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad op 21 februari 2022 (CD 16/2) | Uitgaande brief [19-12-2022] - EK Verslag Landbouw- en Visserijraad 11 en 12 december 2022Uitgaande brief [19-12-2022] - Verslag Landbouw- en Visserijraad 11 en 12 december 2022 |
3141 | Verzoekt de regering om in de EU in te zetten op internationale productie-standaarden voor de import van agrarische producten (spiegelmaatre-gelen) om te voorkomen dat onze boeren die natuurinclusief, biologisch en klimaatbewust verbouwen van de markt worden gedrukt. | 21501-32-1390 | Parlementaire agenda [08-03-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad op 21 februari 2022 (CD 16/2) | Onderhanden. Het kabinet zet zich via verschillende fora in op het verhogen van internationale standaarden op het gebied van milieubescherming en dierenwelzijn: zowel bij bilaterale als multilaterale activiteiten. Op het gebied van autonome maatregelen lopen verschillende trajecten, bijv. herziening dierenwelzijnswetgeving (verwachting najaar 2023) en gewasbescherming. De Europese ontbossingswetgeving is recent in werking getreden waarbij ook duurzaamheidseisen worden gesteld aan geïmporteerde landbouwgoederen. |
3146 | Verzoekt de regering in Europa te pleiten om de regels op het gebied van dierlijke eiwitten en kunstmestvervangers op zeer korte termijn te versoepelen, daarbij rekening houdend met milieu en voedselveiligheid. | 21501-32-1404 (was 1397) | Parlementaire agenda [08-03-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad op 21 februari 2022 (CD 16/2) | Onderhanden. Na publicatie van INMAP wordt bezien welke stappen Nederland kan zetten voor de toelating van Renure. Dit wordt ook betrokken in het BNC-fiche over INMAP. |
2910 | Verzoekt de regering bij de Europese Commissie de problematiek rond de toegang van omstreden producten als kangoeroevlees en kangoeroepro_ducten tot de Europese markt aan te kaarten. | 21501-32-1376 | Parlementaire agenda [10-02-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad van 15 en 16 november 2021 | Uitgaande brief [01-06-2022] - Verslag van de Landbouw- en Visserijraad van 24 mei 2022Uitgaande brief [01-06-2022] - Verslag van de Landbouw- en Visserijraad van 24 mei 2022 |
2911 | Verzoekt de Minister om ook met retailers om tafel te gaan en ze te stimuleren en faciliteren om ook voor Nederlandse boeren een dergelijk project te starten om zo de kennisontwikkeling op dit gebied te bevorderen, | 21501-32-1377 | Parlementaire agenda [10-02-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad van 15 en 16 november 2021 | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
2878 | Verzoekt de regering ervoor zorg te dragen dat de concretisering van het regeerakkoord in de vorm van een addendum aan het zevende actieprogramma voldoende ruimte biedt voor het laten slagen van de maatwerkaanpak die door het agrobedrijfsleven en het Ministerie van LNV wordt uitgewerkt. | 35949-11 | Parlementaire agenda [24-01-2022] - WGO Wijziging van de Meststoffenwet in verband met het begrip melkvee en enkele andere wijzigingen betreffende het stelsel van fosfaatrechten (TK 35949) | Afgedaan met het addendum op het 7e AP afgedaan, waarin ook staat dat hiermee uitvoering wordt gegeven aan de motie Geurts en Van Campen. |
2881 | Verzoekt de regering bij de inzet van de fosfaatbank ter bevordering van grondgebondenheid de fosfaatbank zo in te richten dat een zo groot mogelijke groep grondgebonden bedrijven in aanmerking komt voor de niet-verhandelbare ontheffingen uit de fosfaatbank. | 35949-18 | Parlementaire agenda [24-01-2022] - WGO Wijziging van de Meststoffenwet in verband met het begrip melkvee en enkele andere wijzigingen betreffende het stelsel van fosfaatrechten (TK 35949) | Onderhanden. In het Commissiedebat Mestbeleid op 1 juni 2023 is door MLNV gemeld dat de Kamer in het vierde kwartaal van 2023 hierover wordt geïnformeerd. |
2845 | Verzoekt de regering, samen met het Planbureau voor de Leefomgeving, een analyse in de Klimaat- en Energieverkenning uit te werken waarin de klimaatdoelen die van werking zijn in het NSP worden gemonitord. | 28625-330 | Parlementaire agenda [14-12-2021] - TMD Gemeenschappelijk Landbouwbeleid-Nationaal Strategisch Plan | Uitgaande brief [09-11-2022] - Geannoteerde agenda Landbouw- en Visserijraad 21 november 2022 |
2842 | Verzoekt het kabinet daarbij specifiek mee te nemen of het Nationaal Strategisch Plan invloed heeft op bestaande marktinitiatieven zoals Planet Proof en soortgelijke concepten, en hierover te rapporteren in de mid-termevaluatie. | 28625-321 | Parlementaire agenda [14-12-2021] - TMD Gemeenschappelijk Landbouwbeleid-Nationaal Strategisch Plan | Onderhanden. Dit is gebeurd bij de totstandkoming van het GLB-NSP. De Kamer wordt nader en meer expliciet geïnformeerd bij de tussenevaluatie in 2025. |
2818 | Verzoekt de regering een levenslang verbod op het houden van dieren mogelijk te maken voor recidiverende dierenbeulen. | 35925-XIV-28 | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Het wetsvoorstel waarin het houdverbod opgenomen staat, is inmiddels verzonden aan de Kamer. |
2824 | Verzoekt de regering, om aan het zevende actieprogramma een fosfaatvrijstelling van 50% toe te voegen voor organische stofrijke producten ten einde het verlies aan fosfaatgebruiksruimte ten gevolge van de invoer van de gecombineerde fosfaatindicator te compenseren. | 35925-XIV-46 | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Uitgaande brief [14-02-2023] - Implementatie vier maatregelen zevende actieprogramma |
2826 | Verzoekt de regering ervoor zorg te dragen dat het Rijksvastgoedbedrijf geen gronden meer in eenjarige pacht uitgeeft; verzoekt de regering een regeling in het leven te roepen die boeren pachtkorting geeft op de gronden die zij pachten van het Rijksvastgoedbedrijf als zij werken aan een duurzame bedrijfsvoering, en daarbij zo veel mogelijk aansluiting te zoeken bij bestaande certificeringsprogramma’s op het gebied van duurzaamheid. | 35925-XIV-50 | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Uitgaande brief [27-01-2023] - Stand van zaken pachtbeleid |
2827 | Verzoekt de regering om in Europees verband aan te dringen op het inventariseren van de grootste knelpunten van palingmigratie en te pleiten voor een plan om de doorlaatbaarheid te vergroten; verzoekt de regering tevens om de grootste knelpunten voor de palingmigratie in Nederlandse wateren te inventariseren en in samenwerking met de waterbeheerders een voorstel te doen om deze beter doorlaatbaar te maken voor paling. | 35925-XIV-51 | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Uitgaande brief [08-03-2023] - Gesloten periode aalvisserijUitgaande brief [13-06-2023] - Verzamelbrief visserij |
2829 | Verzoekt de regering te onderzoeken hoe ook de handel in en import van deze doorgefokte gezelschapsdieren verboden kan worden. | 35925-XIV-64 | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Uitgaande brief [20-01-2023] - Aanpak gezelschapsdieren met schadelijke uiterlijke kenmerken |
2831 | Verzoekt de regering een leidende rol te nemen in het tot stand brengen van de uitwisseling van best practices, meer specifiek die met betrekking tot de ecoregelingen, en de Kamer hierover te informeren. | 35925-XIV-69 | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | De door NL georganiseerde internationale conferentie heeftplaatsgevonden op 20 en 21 september 2022 in Heereveen. |
2836 | Verzoekt de regering de mogelijkheden te bekijken om excellente dierenambulances, die lid zijn van de Federatie Dierenambulances Nederland (FDN) en nu al hulp mogen verlenen op het hoofdwegennet, in geval van spoedeisende hulp als voorrangsvoertuig te laten rijden. | 35925-XIV-84 (was 30) | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Uitgaande brief [14-04-2022] - Verzamelbrief dierenwelzijn |
2838 | Verzoekt de regering zo snel mogelijk toe te werken naar het opnemen van de inzet op doelvoorschriften op bedrijfsniveau in combinatie met het realtime meten van ammoniak in het programma Stikstofreductie. | 35925-XIV-86 (was 74) | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Uitgaande brief [25-11-2022] - Toekomst bevorderen innovatie van emissiearme stalsystemen |
2839 | Verzoekt het kabinet om informatie en data over sensor- en datasystemen in te zetten als basis voor doelenbeleid en te onderzoeken of en hoe dit in de wet verankerd kan worden. | 35925-XIV-88 (was 79) | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Uitgaande brief [25-11-2022] - Toekomst bevorderen innovatie van emissiearme stalsystemen |
2819 | Verzoekt de regering de mogelijkheden in kaart te brengen voor continuering van de experimenten op het gebied van kringlooplandbouw in de experimenteerregio’s voor de komende jaren; verzoekt de regering tevens helderheid te verschaffen over randvoorwaarden als experimenteerruimte, inhoud, methodiek en monitoring voor de experimenteerregio’s. | 35925-XIV-35 | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Onderhanden. Deze motie gerelateerd aan het Landbouwplan en er wordt nader bezien hoe derhalve invulling wordt gegeven aan de motie. |
2820 | Verzoekt de regering te onderzoeken hoe een nieuw mestbeleid kan worden ingericht met goede bodemgezondheid als uitgangspunt in plaats van mest als afvalproduct; verzoekt de regering de Kamer over de resultaten hiervan te informeren voor de zomer van 2022. | 35925-XIV-36 | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
2822 | verzoekt de regering om te zorgen voor strenge controle en handhaving op reptielenbeurzen, en de handel, het dierenwelzijn en de mogelijke gezondheidsrisico’s in kaart te brengen, en de Kamer hierover zo spoedig mogelijk te informeren | 35925-XIV-39 | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Uitgaande brief [13-07-2023] - Verzamelbrief dierenwelzijn gezelschapsdieren |
2830 | Verzoekt de regering om stappen te zetten om humane dodingsmethoden voor deze dieren te verplichten en het levend koken van kreeften en krabben te verbieden. | 35925-XIV-67 | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Onderhanden. stand van zaken verstuurd naar de Kamer in Kamerstukken: Kamerstuk 21 501-32, nr. 1366 en Kamerstuk 36 200 XIV, nr. 6. Aan de Kamer is aangegeven dat we aansluiten bij resultaten van Noors onderzoek. Planning afhankelijk van beschikbaar komen van deze onderzoeksresultaten. Er wordt gekeken hoe de Nederlandse praktijk hierop kan aansluiten. |
2835 | Verzoekt de regering specifieker in beeld te brengen welk type bedrijven, en gedurende welke periode, onder de lage-inkomensgrens zitten. | 35925-XIV-82 | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Onderhanden. |
2800 | Verzoekt de regering bij de inwerkingtreding van het Nationaal Strategisch Plan een tool te introduceren die boeren helpt om eenvoudig keuzes te kunnen maken in het nieuwe gemeenschappelijk landbouwbeleid. | 28625-311 | Parlementaire agenda [11-11-2021] - Tweeminutendebat Nationaal Strategisch Plan | Aan deze motie is invulling gegeven met de totstandkoming van het GLB-NSP. |
2803 | Verzoekt het kabinet om de definitie van «mest verwerken» zodanig aan te passen dat deze aansluit bij de praktijk. | 33037-408 | Parlementaire agenda [11-11-2021] - Tweeminutendebat Mestbeleid | Onderhanden. Deze motie gerelateerd aan het Landbouwplan en er wordt nader bezien hoe derhalve invulling wordt gegeven aan de motie. |
2804 | Verzoekt het kabinet om te onderzoeken hoe het mogelijk gemaakt kan worden om ook aan mestverwerkingsinstallaties vvo’s toe te kennen. | 33037-409 | Parlementaire agenda [11-11-2021] - Tweeminutendebat Mestbeleid | Onderhanden. Dit vergt mogelijk een wetswijziging. |
2934 | Verzoekt de regering tot een standaardisering te komen van de methoden voor het berekenen, meten en verifiëren van koolstofvastlegging en van regels omtrent certificering van koolstofvastlegging. | 32 813, nr. 895 | Parlementaire agenda [27-10-2021] - Debat Fit for 55 | Uitgaande brief [19-12-2022] - Verslag Landbouw- en Visserijraad 11 en 12 december 2022Uitgaande brief [19-12-2022] - EK Verslag Landbouw- en Visserijraad 11 en 12 december 2022 |
2814 | Verzoekt het kabinet, om samen met de NVWA op zeer korte termijn afspraken te maken met buitenlandse veterinaire autoriteiten om klachten over niet-transportwaardige dieren binnen vier weken terug te koppelen; verzoekt het kabinet, de procedure rond de afhandeling van klachten te wijzigen, waarbij de NVWA een buitenlandse klacht zo spoedig mogelijk na ontvangst doorspeelt naar de betrokken ondernemer, zodat deze zo snel mogelijk zelf onderzoek kan doen en zo nodig maatregelen kan treffen. | 28286-1226 (was 1223) | Parlementaire agenda [29-09-2021] - Tweeminutendebat Niet handhaven door de NVWA op exportverzamelplaatsen (CD 9/9) | Uitgaande brief [12-11-2021] - Voortgangsbrief NVWAUitgaande brief [25-05-2023] - Verzamelbrief versterken toezicht op dierenwelzijn |
2720 | Verzoekt de regering, kwantitatieve tussendoelen te stellen voor de uitfasering van het gebruik van pesticiden, aangevuld met een plan om boeren te helpen bij de benodigde omschakeling. | 21 501, nr. 1346 (was 1340) | Parlementaire agenda [29-09-2021] - Tweeminutendebat Landbouw- en Visserijraad van 19 juli 2021 (21 501-32, nrs. 1332 en 1337) | Onderhanden. |
2690 | Verzoekt de regering, de maximale temperatuur voor diertransporten te verlagen naar 30 graden. | 35830-XIV-10 | Parlementaire agenda [08-07-2021] - Debat Slotwet Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en Diergezondheidsfonds 2020 (35 830-XIV) | In de verzamelbrief dieren in de veehouderij van 8 juni 2023 (Kamerstuk 28 286, nr. 1296) is aangegeven dat de beleidsregel wordt aangepast zodra het beeld van de impact (voor de sector) van het verlagen van de maximumtemperatuur voor diertransport en eventueel benodigd flankerend beleid gereed is. Dit wordt verwacht in het najaar van 2023. |
2656 | Verzoekt de regering, zich te beroepen op het Verdrag van Aarhus en Raadsafspraken over transparantie en kenbaar te maken niet akkoord te gaan met een besloten discussie over het bijenrichtsnoer. | 21501-32-1309 | Parlementaire agenda [24-06-2021] - Tweeminutendebat Landbouw- en Visserijraad 28 en 29 juni (CD d.d. 23/6) | Uitgaande brief [17-06-2022] - Beantwoorden vragen CD Gewasbescherming 8 juni |
2657 | Verzoekt de regering, de uitkomsten van de pilots, klankbordgroepen en uitvoeringstoetsen met de Kamer te delen zodat dit betrokken kan worden bij het op te stellen NSP. | 21501-32-1310 | Parlementaire agenda [24-06-2021] - Tweeminutendebat Landbouw- en Visserijraad 28 en 29 juni (CD d.d. 23/6) | Aan deze motie is invulling gegeven met de totstandkoming van het GLB-NSP. |
2661 | Verzoekt de regering, het Nationaal Strategisch Plan verder uit te werken, waarbij een zo groot mogelijk budget beschikbaar is voor innovatie, investeringen en agrarisch natuur- en landschapsbeheer in een meer gebiedsgerichte benadering, waarbij ook diensten van boeren op het gebied van onder andere bodem, water, emissies en dierenwelzijn kunnen worden aangeboden en vergoed. | 21501-32-1319 | Parlementaire agenda [24-06-2021] - Tweeminutendebat Landbouw- en Visserijraad 28 en 29 juni (CD d.d. 23/6) | Aan deze motie is invulling gegeven met de totstandkoming van het GLB-NSP. |
2704 | Verzoekt de regering, om diergedragsdeskundigen te betrekken bij de invulling van de open normen in de Wet dieren en bij de invulling van de wetswijziging en deze adviezen daarbij leidend te laten zijn. | 28286-1186 | Parlementaire agenda [10-06-2021] - Tweeminutendebat Evaluatie Wet dieren (28 286, nr. 1183) | Uitgaande brief [04-11-2022] - Aanpak dierwaardige veehouderij en vervolgstappen amendement artikel 2.1 Wet dieren |
2707 | verzoekt de regering, onderzoek te doen hoe en op welke termijn een verbod op het doden van haantjes ingevoerd kan worden, en de Kamer daarover te informeren | 28286-1196 | Parlementaire agenda [10-06-2021] - Tweeminutendebat Evaluatie Wet dieren (28 286, nr. 1183) | Uitgaande brief [08-11-2022] - Verzamelbrief dierenwelzijn van dieren in de veehouderij |
2708 | verzoekt de regering, in de uit te voeren analyse de Europeesrechtelijke kaders en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens in relatie tot eigendomsrechten mee te nemen | 28286-1191 | Parlementaire agenda [10-06-2021] - Tweeminutendebat Evaluatie Wet dieren (28 286, nr. 1183) | Uitgaande brief [04-11-2022] - Aanpak dierwaardige veehouderij en vervolgstappen amendement artikel 2.1 Wet dierenUitgaande brief [18-11-2022] - Aanpak dierwaardige veehouderij en vervolgstappen amendement artikel 2.1 Wet dieren |
2709 | Verzoekt het kabinet, om gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek vast te stellen wat wordt verstaan onder het natuurlijk gedrag van een gehouden en daarmee gedomesticeerd (landbouw)huisdier, en of het vertonen van natuurlijk gedrag altijd bijdraagt aan een beter welzijn van een gehouden en daarmee gedomesticeerd (landbouw)huisdier. | 28286-1192 | Parlementaire agenda [10-06-2021] - Tweeminutendebat Evaluatie Wet dieren (28 286, nr. 1183) | Uitgaande brief [04-11-2022] - Aanpak dierwaardige veehouderij en vervolgstappen amendement artikel 2.1 Wet dierenUitgaande brief [18-11-2022] - Aanpak dierwaardige veehouderij en vervolgstappen amendement artikel 2.1 Wet dieren |
2710 | Verzoekt het kabinet, een impactanalyse te maken voor de handhaafbaarheid door de NVWA van deze wetswijziging - deze impactanalyse omvat in ieder geval de praktische handhaafbaarheid voor alle gehouden dieren. | 28286-1195 | Parlementaire agenda [10-06-2021] - Tweeminutendebat Evaluatie Wet dieren (28 286, nr. 1183) | Uitgaande brief [04-11-2022] - Aanpak dierwaardige veehouderij en vervolgstappen amendement artikel 2.1 Wet dierenUitgaande brief [18-11-2022] - Aanpak dierwaardige veehouderij en vervolgstappen amendement artikel 2.1 Wet dieren |
2632 | Verzoekt de regering, deze discrepantie weg te nemen en het maximale areaal voor kleine toepassingen voor de bedekte teelt naar 5.000 hectare en voor de onbedekte teelt naar 10.000 hectare te verhogen voor groene laagrisicogewasbeschermingsmiddelen. | 27858-538 | Parlementaire agenda [20-05-2021] - VAO Gewasbeschermingsmiddelen | Uitgaande brief [25-05-2022] - Moties en toezeggingen op het gebied van gewasbescherming |
2636 | verzoekt de regering, in gesprek met de sector te komen tot een werkbaar alternatief voor het gebruik van neonicotinoïden door bietentelers, en de Kamer daarover zo spoedig mogelijk te informeren | 27858-547 | Parlementaire agenda [20-05-2021] - VAO Gewasbeschermingsmiddelen | Uitgaande brief [25-05-2022] - Moties en toezeggingen op het gebied van gewasbescherming |
2639 | Verzoekt de regering, de biologische landbouw in het Nationaal Strategisch Plan een prominente plek te geven. | 21501-32-1300 | Parlementaire agenda [20-05-2021] - VSO Landbouw- en Visserijraad | Uitgaande brief [17-06-2022] - Appreciatie observaties Europese Commissie GLB-Nationaal Strategisch Plan |
2635 | verzoekt de regering, om een langetermijnstudie naar de gezondheidsge-volgen van blootstelling aan bestrijdingsmiddelen te doen | 27858-545 | Parlementaire agenda [20-05-2021] - VAO Gewasbeschermingsmiddelen | Onderhanden. De Tweede Kamer is over de voortgang geïnformeerd met Uitgaande brief [02-12-2022] Invullen diverse moties gewasbescherming en Raadswerkgroep voorstel Verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen. |
2638 | Verzoekt de regering, een convenant te sluiten over de inzet van supermarkten op het gebied van voorlichting, schapruimte en aanbod van biologische producten. | 21501-32-1299 | Parlementaire agenda [20-05-2021] - VSO Landbouw- en Visserijraad | Onderhanden. |
2640 | Verzoekt de regering, in EU-verband in te zetten op «made in Europe»-eiwitten en daarbij tevens te onderzoeken welke maatregelen daaraan kunnen bijdragen, en hoe veevoerbedrijven gestimuleerd kunnen worden om meer eiwithoudende grondstoffen uit Europa te halen, zonder dat dit ontbossing in Europa tot gevolg heeft; verzoekt de regering, de Kamer in het najaar van 2021 hierover te informeren. | 21501-32-1301 | Parlementaire agenda [20-05-2021] - VSO Landbouw- en Visserijraad | Onderhanden. |
2606 | Verzoekt het kabinet, om alle beleids- en uitvoeringsdraaiboeken zo spoedig mogelijk openbaar te plaatsen op rijksoverheid.nl en jaarlijks actueel te houden en te bewaken, en voor het zomerreces de Kamer een overzicht te geven van alle huidige draaiboeken die voorzien zijn van een laatsteversiedatum. | 35398, nr. 19 | Parlementaire agenda [21-04-2021] - Wijziging van de Wet dieren in verband met de uitvoering van de herziene Europese Diergezondheidswetgeving (35 398) | Uitgaande brief [17-04-2023] - Verzamelbrief diergezondheid over actualisatie bestrijdingsdraaiboeken dierziekten, voorbereidingen op elektronische identificatie in dieren en het tijdig & juist invoeren van diergegevens door rundveehouders |
2605 | Verzoekt de regering, de nadere uitwerking van verdere wet- en regelgeving, al dan niet vanuit Brussel, voor parlementaire behandeling aan de Kamer te doen toekomen. | 35398, nr. 17 | Parlementaire agenda [21-04-2021] - Wijziging van de Wet dieren in verband met de uitvoering van de herziene Europese Diergezondheidswetgeving (35 398) | Onderhanden. Dit is een motie waar doorlopend opvolging aan wordt gegeven. De Kamer is geïnformeerd middels de brieven van 2 december 2021; 28 januari 2022; en 18 oktober 2022. De Kamer wordt opnieuw geïnformeerd wanneer er nieuwe wetgeving vanuit Brussel komt. |
2584 | Verzoekt de regering, vooruitlopend op de verdere uitwerking van een nieuw mestbeleid een nulmeting uit te werken van de huidige situatie, en de Kamer bij het eerstvolgende informatiemoment te informeren over de concrete invulling daarvan. | 33037-384 | Parlementaire agenda [14-04-2021] - VAO Mestbeleid (AO d.d. 4/11) | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
2585 | Verzoekt de regering, het voornemen om niet-grondgebonden bedrijven te verplichten alle mest af te voeren en te laten verwerken te heroverwegen. | 33037-390 | Parlementaire agenda [14-04-2021] - VAO Mestbeleid (AO d.d. 4/11) | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
2540 | Verzoekt de regering om de haas en het konijn te schrappen van de lijst van vrij bejaagbare soorten. | 35616-9 | Parlementaire agenda [11-02-2021] - Notaoverleg Initiatiefnota «Weidse blik op de weidevogels» van het lid Von Martels | Uitgaande brief [14-04-2022] - Antwoorden op schriftelijke vragen over het decimeren van de konijnenpopulatie door ziekte, terwijl de jacht op konijnen ongehinderd doorgaat |
2544 | Verzoekt de regering, de regie te nemen om in samenwerking met het Noordzeeoverleg en de visserijsector passende maatregelen te nemen, zoals bijvoorbeeld de ontwikkeling van een emissiearme kottervloot en innovatieve vistechnieken, en verzoekt de regering dit met prioriteit op te pakken en daarmee perspectief voor de sector te bieden op het gebied van innovatie. | 33450-101 | Parlementaire agenda [27-01-2021] - Notaoverleg Onderhandelaarsakkoord over de Noordzee met MI&W | Uitgaande brief [01-07-2022] - Agenda visserij: borgen voedselwinning uit zee en grote wateren |
2473 | verzoekt de regering, te bevorderen dat deze aanpak en dit type projecten op bredere schaal wordt toegepast. | 28286-1153 | Parlementaire agenda [08-12-2020] - VAO Dierenwelzijn buiten de veehouderij (AO d.d. 29/9) | Uitgaande brief [07-06-2022] - Verzamelbrief Natuur |
2474 | verzoekt de regering, met de medeoverheden in overleg te treden hoe de afschot van katten in de regelgeving zo veel mogelijk voorkomen kan worden. | 28286-1154 | Parlementaire agenda [08-12-2020] - VAO Dierenwelzijn buiten de veehouderij (AO d.d. 29/9) | Uitgaande brief [07-06-2022] - Verzamelbrief Natuur |
2477 | verzoekt de regering, om een plan van aanpak tegen hittestress bij landbouwhuisdieren. | 28286-1158 | Parlementaire agenda [08-12-2020] - VAO Dieren in de veehouderij (AO d.d. 29/10) | Uitgaande brief [14-04-2022] - Verzamelbrief dierenwelzijn |
2507 | verzoekt de regering, om een optie te bieden om af te wijken van nieuw- of verbouw van stallen met emissiearme maatregelen, mits de gestelde normen en doelen op bedrijfsniveau worden gehaald met geborgde emissiearmere bedrijfsmanagementmaatregelen, bijvoorbeeld binnen een systeem van de afrekenbare stoffenbalans. | 35600-39 | Parlementaire agenda [10-12-2020] - Debat behandeling Stikstofwet | Uitgaande brief [25-11-2022] - Toekomst bevorderen innovatie van emissiearme stalsystemen |
2513 | verzoekt de regering, een «pilot grondfonds stikstofaanpak» te starten waarbij vanuit Bureau Beheer Landbouwgronden een leenfaciliteit van 100 miljoen wordt ingezet om gronden die vrijkomen bij het vrijwillig opkopen van agrarische ondernemingen te verwerven en voor hernieuwde inzet gericht te verkopen, | 35600-47 | Parlementaire agenda [10-12-2020] - Debat behandeling Stikstofwet | Uitgaande brief [25-11-2022] - Voortgang Nationaal Programma Landelijk Gebied (Tweede Kamer) |
2466 | verzoekt de regering, de Kamer zo veel als mogelijk te informeren over de verschillende stappen en contactmomenten bij de derogatieonderhande-lingen met betrekking tot de aanvullende voorwaarden, de opstelling van het ministerie daarbij en de wijze waarop de sector betrokken is geweest, en over de wetenschappelijke onderbouwing van de effectiviteit van de aanvullende voorwaarden. | 21-501-1266 | Parlementaire agenda [08-12-2020] - VAO Videoconferentie EU Landbouw- en Visserijministers van 29 juni 2020 (AO d.d. 24/6) | Onderhanden. |
2467 | verzoekt de regering, het vrijblijvende karakter ten aanzien van de aanvullende inspanningen weg te nemen en te zorgen voor bindende afspraken die leiden tot doelbereik in 2022–2025. | 35570-XIV-60 | Parlementaire agenda [08-12-2020] - VAO Landbouw, Klimaat en Voedsel (AO d.d. 01/10) | Onderhanden. |
2470 | verzoekt de regering, in overleg met betrokken partijen te bezien of en hoe de oprichting van lokale landcoöperaties gestimuleerd kan worden via bijvoorbeeld het omschakelfonds en/of het borgstellingsfonds ten behoeve van risicodekking. | 35570-XIV-66 | Parlementaire agenda [08-12-2020] - VAO Landbouw, Klimaat en Voedsel (AO d.d. 01/10) | Onderhanden. |
2471 | verzoekt de regering, om betere voorlichting ten behoeve van de aanschaf en het waardig houden van hobby- en/of gezelschapsdieren. | 28286-1149 | Parlementaire agenda [08-12-2020] - VAO Dierenwelzijn buiten de veehouderij (AO d.d. 29/9) | Onderhanden. Het onderzoek zal in het tweede kwartaal van 2024 worden opgeleverd, zoals in de verzamelbrief dierenwelzijn die in het zomerreces naar de Kamer is gestuurd, wordt vermeld. |
2472 | verzoekt de regering, alle dieronvriendelijke hulp- en trainingsmiddelen in kaart te laten brengen door (veterinair) ter zake deskundigen en deze uit te faseren. | 28286-1151 | Parlementaire agenda [08-12-2020] - VAO Dierenwelzijn buiten de veehouderij (AO d.d. 29/9) | Onderhanden. Het onderzoek wordt in september opgeleverd en de Kamer wordt daar nader over geïnformeerd, conform Uitgaande brief [13-07-2023] - Verzamelbrief dierenwelzijn gezelschapsdieren |
2475 | verzoekt de regering, om deze verkennende gesprekken voort te zetten en met een plan van aanpak te komen waarin staat omschreven of en hoe gemeentelijke boa’s kunnen worden betrokken bij versterking van de handhaving op het domein dierenwelzijn. | 28286-1155 | Parlementaire agenda [08-12-2020] - VAO Dierenwelzijn buiten de veehouderij (AO d.d. 29/9) | Onderhanden. |
2479 | verzoekt de regering, het houden van kippen in kooien zo snel mogelijk uit te faseren. | 28286-1160 | Parlementaire agenda [08-12-2020] - VAO Dieren in de veehouderij (AO d.d. 29/10) | Onderhanden. De opvolging van deze motie wordt meegenomen in trajecten naar dierwaardige veehouderij een herziening van de EU-dierenwelzijnsregelgeving. |
2484 | verzoekt de regering, de optelsom van effecten die van invloed zijn op het perspectief voor de visserij in beeld te brengen en de Kamer hier zo spoedig mogelijk over te informeren. | 33450-83 | Parlementaire agenda [08-12-2020] - VAO Visserij (AO d.d. 12/10) | Onderhanden. De Kamer is hierover geïnformeerd in de brief van 13 juni 2023 over verzamelbrief visserij. |
2436 | verzoekt de regering te onderzoeken hoe verschillende vormen van rewilding passen binnen het huidige en toekomstige natuurbeleid en de Kamer hierover te informeren. | 35 570-XIV-58 (was 30) | Parlementaire agenda [25-11-2020] ‒ 2e termijn Begroting Landbouw, Natuur en Visserij (XIV) | Uitgaande brief [16-03-2022] - Aanbieding essaybundel «Rewilding in Nederland» |
2446 | verzoekt de regering, zich in te zetten voor een maximaal aanvaardbare sterfte van (wilde) bijen- en hommelpopulaties, zoals vastgelegd in het oorspronkelijke bijenrichtsnoer. | 35 570-XIV-50 | Parlementaire agenda [25-11-2020] ‒ 2e termijn Begroting Landbouw, Natuur en Visserij (XIV) | Uitgaande brief [12-07-2022] - SCoPAFF-vergadering gewasbeschermingsmiddelen 14 en 15 juli 2022Uitgaande brief [16-05-2022] - Voorstel over de beschermdoelen voor hommels en solitaire bijen binnen het bijenrichtsnoerUitgaande brief [25-01-2022] - SCoPAFF-vergadering gewasbescherming 27 en 28 januari 2022Uitgaande brief [14-02-2022] - Europese bijeenkomst bijenrichtsnoer van 17 februari 2022 |
2430 | Verzoekt de regering, een speciaal gezant innovatie te benoemen die gevraagd en ongevraagd advies kan uitbrengen, knelpunten en belemmerende regelgeving kan signaleren en een schakel vormt tussen de overheid en het werkveld om beloftevolle initiatieven sneller van de grond te krijgen. | 35 570-XIV-23 | Parlementaire agenda [25-11-2020] ‒ 2e termijn Begroting Landbouw, Natuur en Visserij (XIV) | Onderhanden. Het rapport van kwartiermaker innovatiegezant en kabinetsreactie is naar de Kamer gestuurd (Kamerstuk 30252, nr.35). Er is nog geen innovatiegezant benoemd. Wel wordt er gewerkt aan het inregelen van een regieorgaan. |
2314 | verzoekt de regering, om bij de verdere ontwikkeling van nationale strategische plannen in te zetten op een breed pakket aan maatregelen voor de aanleg van natuur en bos. | 35 309, nr. 6 | Parlementaire agenda [09-06-2020] - Notaoverleg Initiatiefnota van de leden Bromet en Futselaar over Nationaal Bomenplan | Uitgaande brief [14-10-2022] - Verzamelbrief Natuur |
2163 | Verzoekt de regering, om de vereisten voor eigenaren van hoogrisico-honden in andere EU-lidstaten te vergelijken met de Nederlandse regelgeving en daarbij te onderzoeken of het juridisch haalbaar is om cursussen of een verklaring omtrent gedrag (vog) verplicht te stellen voor eigenaren van hoogrisicohonden. | 28286-1076 | Parlementaire agenda [12-12-2019] - VAO Dierenwelzijn | Uitgaande brief [14-04-2022] - Verzamelbrief dierenwelzijn |
2120 | Verzoekt de regering, in kaart te brengen wat de veranderingen in fosfaattoestanden van de bodem en daarmee ook in fosfaatklassen en verandering in arealen landbouwgrond tot gevolg hebben op de plaatsingsruimte, en de Kamer over de uitkomsten in de eerste helft van 2020 te informeren. | 35233-16 | Parlementaire agenda [02-12-2019] - Wetgevingsoverleg Wijziging van de Meststoffenwet in verband met de implementatie van het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn | Uitgaande brief [02-12-2022] - Diverse onderwerpen mestbeleid |
2115 | verzoekt de regering, in overleg met provincies op korte termijn werk te maken van betere prioriteitstelling in het Natura 2000-beleid, zodat voor genoemde snippers van een bepaald habitattype een minder strikt beschermingsregime kan gelden. | 32 670, nr. 188 | Parlementaire agenda [17-10-2019] - Debat Programma Aanpak Stikstof | Onderhanden. Dit is onderdeel van de actualisatie van het Natura 2000 doelensysteem. Volgens de huidige planning worden de (aangepaste) beleidsdocumenten in het kader van de actualisatie in 2023 vastgesteld. |
2097 | Verzoekt de regering, in te zetten op meerjarige afspraken met een brede vertegenwoordiging van sector en ketenpartijen in de agrarische sector; verzoekt de regering tevens, daarbij werk te maken van: •meer sturen op basis van metingen en praktijkervaringen; •meer praktijkonderzoek; •een systeemaanpak in plaats van verkokerd beleid; •meersporenbeleid dat meer recht doet aan de diversiteit van onderne-mers; •structurele financiële ondersteuning bij verduurzaming waarbij de vorm ervan nader uitgewerkt wordt; •meer experimenteerruimte en snelle erkenning van innovatieve technieken en managementmaatregelen. | 35300-XIV-48 | Parlementaire agenda [10-10-2019] ‒ 2e termijn Begrotingsbehandeling LNV | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven aan dit traject. |
1980 | Verzoekt de regering, ervoor zorg te dragen dat de Afrikaanse leeuw wordt opgenomen in Bijlage I van Cites (Convention on International Trade in Endangered Species) voor een optimale beschermingsstatus en harde aanpak van illegale handel naar voornamelijk Aziatische landen. | 28286-1049 | Parlementaire agenda [17-04-2019] ‒ 30-leden debat «Bedreigde diersoorten» | Uitgaande brief [07-10-2022] - Nederlandse inzet bij de negentiende Conferentie van Partijen bij het CITES-verdrag (CITES CoP19) |
1882 | Verzoekt de regering, om te onderzoeken of en hoe een verplichte bedenktijd voor de aanschaf van huisdieren bij kan dragen aan het terugdringen van het aantal impulsaankopen van dieren. | 28286-1009 | Parlementaire agenda [05-12-2018] - VAO Dierenwelzijn (AO d.d. 14/11) | Onderhanden. Het onderzoek zal in het tweede kwartaal van 2024 worden opgeleverd, zoals in de verzamelbrief dierenwelzijn die in het zomerreces naar de Kamer is gestuurd, wordt vermeld. |
1884 | Verzoekt de Minister, te onderzoeken of maatregelen van deze landen zich lenen voor toepassing in Nederland; verzoekt voorts te verkennen of in Europees verband samengewerkt kan worden om de fok, het houden en tentoonstellen van designerdieren terug te dringen en de Kamer voor de zomer van 2019 hierover te informeren. | 28286-014 | Parlementaire agenda [05-12-2018] - VAO Dierenwelzijn (AO d.d. 14/11) | Uitgaande brief [13-07-2023] - Verzamelbrief dierenwelzijn gezelschapsdieren |
1817 | Verzoekt de regering, jaarlijks ruim voor de begrotingsbehandeling aan de Kamer te rapporteren over de voortgang van de innovatieve projecten en de bijbehorende rijksbijdragen. | 35000-XIV-27 | Parlementaire agenda [01-11-2018] ‒ 2e termijn Begrotingsbehandeling LNV | Uitgaande brief [01-11-2021] - Floriade 2022 |
1725 | Verzoekt de regering minimaal jaarlijks een voortgangsrapportage naar Kamer te sturen waarin de resultaten van het verbeteringsplan worden gemonitord. | 28286-966 (was 964) | Parlementaire agenda [20-02-2018] - VAO Dierenwelzijn (AO d.d. 7/2) | Onderhanden. Dit is een motie waar doorlopend opvolging aan wordt gegeven. |
1469 | Verzoekt de regering, voor specifieke gebieden waar het scheurverbod op blijvend grasland een belemmering is, zoals de Wieden, een uitzondering te maken zodat de gebiedsontwikkeling door kan gaan; verzoekt de regering tevens, ten behoeve van de volgende hervorming van het GLB, via pilots te onderzoeken en mogelijk te maken dat er onderscheid gemaakt zou kunnen worden in de mate van ecologisch kwetsbaar gebied en de noodzakelijkheid van het omzetverbod in Vogelrichtlijngebieden. | 26407, nr. 111 | Parlementaire agenda [27-01-2016] ‒ 30 leden debat inzake toestand natuur in Nederland | Uitgaande brief [03-10-2022] - Gemeenschappelijk Landbouwbeleid 2023-2027 |
1334 | Verzoekt de regering, te streven naar volledige uitbetaling van betalingsrechten in december van het jaar over welke deze betaald worden, en uiterlijk in januari. | 21501-32, nr. 905 | Parlementaire agenda [07-04-2016] - VAO Landbouw- en Visserijraad, de minister vervangt de stas | Onderhanden. |
1050 | Verzoekt de regering, binnen drie jaar een wettelijke verplichting voor gps-apparatuur in veetransportwagens en een centrale database voor verzameling en analyse van de gps-gegevens ter verbetering van de handhaving te realiseren. | 28 286, nr. 761 | Parlementaire agenda [10-09-2014] - VAO Dierenwelzijn (AO dd 4/9) | Onderhanden. Deze PPS is vertraagd en de onderzoekers denken de metingen in 2023 afgerond te hebben en in 2024 worden de analyses gemaakt en teksten geschreven. Er wordt binnen dit PPS gekeken naar welke sensorsystemen naast GPS een bijdrage kunnen leveren aan het objectief kunnen beoordelen van het comfort van de dieren tijdens transport. |
1038 | Verzoekt de regering, de ambities met betrekking tot de biodiversiteits-winst van de vergroening van het gemeenschappelijk landbouwbeleid om te zetten in meetbare en afrekenbare doelen en de Kamer jaarlijks te rapporteren over de voortgang van het behalen van deze doelen. | TK 28625, nr. 202 | Parlementaire agenda [02-07-2014] - VAO GLB | Onderhanden. Dit is een motie waar doorlopend opvolging aan wordt gegeven, bijvoorbeeld via de in het NSP uitgewerkte systematiek van de resultaatsindicatoren. |
MINISTER VOOR NENS | ||||
EK | ||||
2577 | Verzoekt de regering om bij het hernieuwd inzetten van de grond van opgekochte boerenbedrijven samen met gemeenten en provincies het belang en kansen van regionale initiatieven ten behoeve van passende seniorenhuisvesting op deze locaties te bezien en initiatiefnemers nadrukkelijk te betrekken. | 35.600, P | Parlementaire agenda [02-03-2021] ‒ 35600 Wijziging van de Wet natuurbescherming en de Omgevingswet (stikstofreductie en natuurverbetering) | Onderhanden. |
TK | ||||
3497 | Verzoekt de regering ervoor te zorgen dat vanuit het Rijk noch formeel noch informeel aangestuurd wordt op het hanteren van een zone rond stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden voor het tegenhouden van duurzame bedrijfsontwikkeling. | 36277-48 | Parlementaire agenda [10-05-2023] - Debat Tijdelijke wet transitiefonds landelijk gebied en natuur (36277) (Antwoord 1e termijn + rest) | Onderhanden. |
3496 | Verzoekt de regering ervoor te zorgen dat zowel in het landelijke beleid als de provinciale uitwerking ervan, gegeven het beschikbare budget, de genoemde eenzijdige focus op vergaande reductie van de stikstofdepositie voorkomen wordt. | 36277-47 | Parlementaire agenda [10-05-2023] - Debat Tijdelijke wet transitiefonds landelijk gebied en natuur (36277) (Antwoord 1e termijn + rest) | Onderhanden. |
3495 | Verzoekt de regering om te onderzoeken in welke Natura 2000-gebieden en op welke plekken in die gebieden onherstelbare schade is veroorzaakt door bijvoorbeeld droogte of wateroverlast. | 36277-45 | Parlementaire agenda [10-05-2023] - Debat Tijdelijke wet transitiefonds landelijk gebied en natuur (36277) (Antwoord 1e termijn + rest) | Onderhanden. Aan de hand van overzicht tabel NDA’s wordt geïnventariseerd waar sprake is van onherstelbare schade is. Daar waar dit genoemd staat, wordt geanalyseerd of dit te voorkomen was middels tijdig ingrijpen. De overzichtstabel van NDA’s is nog onvolledig en de NDA’s zijn nog niet alle getoetst door de EA dus het zal gaan om voorlopige conclusies op basis van beschikbare informatie. |
3493 | Verzoekt de regering de voorgenomen indeling van de begroting van het transitiefonds nog eens grondig tegen het licht te houden en de eerstvolgende fondsbegroting zo op te stellen en in te delen dat maximaal recht wordt gedaan aan het budgetrecht van de Kamer. | 36277-38 | Parlementaire agenda [10-05-2023] - Debat Tijdelijke wet transitiefonds landelijk gebied en natuur (36277) (Antwoord 1e termijn + rest) | Onderhanden. De Kamer wordt hierover geïnformeerd na het zomerreces. |
3490 | Verzoekt de regering om zich flexibel op te stellen richting de provinciebesturen als de gebiedsplannen nog nadere invulling. | 30252-89 | Parlementaire agenda [16-05-2023] - TMD Voortgang gebiedsprogramma's en overleg Landbouwakkoord (30 252, nr. 84) | Onderhanden. De Kamer wordt hierover geïnformeerd in het najaar van 2023. |
3483 | Verzoekt het kabinet met ingang van 2023 jaarlijks te rapporteren over de monitoring van bestuivers, en hierbij in te zetten op de indicator bijen-, hommel- en vlindersoorten. | 21501-32-1524 | Parlementaire agenda [19-04-2023] - TMD Landbouw- en Visserijraad 20 maart 2023 (eerste deel) (21 501-32, nr. 1517) | Onderhanden. |
3474 | Verzoekt de regering zich in de EU actief te blijven verzetten tegen de Verordening Natuurherstel met daarin het verslechteringsverbod en als dit op de agenda staat in de Landbouw- en Visserijraad en/of de Milieuraad zich hier opnieuw over uit te spreken. | 21501-32-1537 (was 1536) | Parlementaire agenda [20-04-2023] - TMD Landbouw- en Visserijraad d.d. 24 en 25 april 2023 | Onderhanden. Over de natuurherstelverordening vinden onderhandelingen in EU-Raadsverband plaats. Triloog wordt in najaar verwacht. |
3435 | Verzoekt de regering de mogelijkheid voor een provinciale ontheffing op het verbod van gebruik van lijm als actieve stof volgens de Wet natuurbescherming in te trekken. | 35756-13 | [22-06-2022] Wijziging van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden (grondslag voor maatregelen inzake het (particulier) gebruik van gewasbeschermingsmiddelen (35756) (voortzetting 1e termijn kabinet + rest) | Onderhanden. Om goed beeld te krijgen van de gevolgen van het uitvoeren van de motie wordt er onderzoek uitgezet naar de gevolgen van het ontnemen van de mogelijkheid van de provincies om ontheffing te geven op het verbod van het gebruik van lijm. |
3434 | Verzoekt de regering te onderzoeken hoe de latente ruimte zo snel mogelijk in kaart kan worden gebracht en centraal kan worden geregistreerd, verzoekt de regering een plan op te stellen hoe het ontstaan van latente stikstofruimte in de toekomst voorkomen kan worden, verzoekt de regering de Kamer binnen een maand te informeren over de uitvoering van beide plannen. | 34682-154 (was 124) | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Onderhanden. |
3432 | Verzoekt de regering om te onderzoeken hoe kan worden voorkomen dat voorlopers, zoals biologische en natuurinclusieve bedrijven, moeten worden beëindigd. | 34892-148 | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Uitgaande brief [12-06-2023] - Voortgang aanpak piekbelasting |
3431 | Verzoekt de regering om Rijkswaterstaat te instrueren geen boerderijen meer op te kopen voor de uitbreiding van snelwegen totdat er een gereguleerd proces is voor de verhandeling van stikstofrechten, ook wanneer de 25 kilometer-afkapgrens door de Raad van State wordt vernietigd | 34682-147 | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Uitgaande brief [30-06-2023] - Beantwoording brief over uitvoering moties |
3430 | Verzoekt de regering om de door Rijkswaterstaat voor de A27 opgekochte stikstofruimte aan de provincies ter beschikking te stellen voor woningbouw, natuurherstel en het legaliseren van PAS-melders in plaats van asfalt. | 34682-146 | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Uitgaande brief [30-06-2023] - Beantwoording brief over uitvoering moties |
3429 | Verzoekt de regering, rekening houdend met bovenstaande constateringen, een onafhankelijk advies van bijvoorbeeld de landsadvocaat op te laten stellen over de vraag of en, zo ja, hoe en in hoeverre de gemodel-leerde stikstofdeposities van individuele bronnen geschikt zijn voor het toekennen of intrekken van juridisch houdbare Wnb-vergunningen, | 34682-144 | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Uitgaande brief [06-04-2023] - Opvolging motie Omtzigt - Juridische borging AERIUS-berekeningen |
3428 | Verzoekt de regering bij de aanscherping van de beleidsregels inzake extern salderen mee te wegen hoe deze problemen aangepakt kunnen worden. | 34682-143 | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Onderhanden, wordt betrokken bij de uitwerking van de stappen op extern salderen, Kamer wordt voor het einde van het jaar geïnformeerd. |
3427 | Verzoekt de regering te monitoren in welke gebieden te weinig reductie gerealiseerd wordt die ingezet kan worden voor de legalisatie van PAS-melders en met een aanpak te komen om ook daar PAS-melders toekomst te geven. | 34682-141 | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Onderhanden. In samenwerking met het RIVM en op het moment dat effecten Lbv en Lbv+ goed in beeld zijn, kan hierover een balans worden opgemaakt en wordt de Kamer daarover geïnformeerd. |
3426 | Verzoekt de regering om met onze buurlanden toetsbare afspraken te maken over reductie-aanpak, met name voor de grensregio’s | 34682-137 | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Onderhanden. De ministers hebben het werkbezoek afgelegd in augustus 2022. In de brief Stand van zaken van een aantal moties en toezeggingen inzake het landelijk gebied en stikstof van 6 december 2022 gaat het kabinet nader in op de stappen die worden gezet met de buurlanden om de verschillen tussen landen beter te verklaren en waar mogelijk te verkleinen. De Tweede Kamer wordt na de zomer over de genoemde stappen nader geïnformeerd. |
3425 | Verzoekt de regering het verificatieproces van PAS-melders te versnellen, en de Kamer hierover per kwartaal te informeren, gelijk aan de recent gedeelde Voortgang legalisatieprogramma in cijfers. | 34682-136 | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Onderhanden. De Kamer wordt met elke voortgangsbrief geïnformeerd, zoals in juni 2023. Na de zomer 2023 is weer een update voorzien. |
3424 | Verzoekt de regering om de kaders voor een systeem van normeren en beprijzen uit te werken langs de lijn van een emissiehandelssysteem (ETS) en de Nederlandse aanpak ook op Europees niveau aan te moedigen. | 34682-135 | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Onderhanden. In de brief over de start van de piekbelastersaanpak staat in hoofdlijnen benoemd hoe invulling wordt gegeven aan de motie. |
3423 | Verzoekt de regering ervoor te zorgen dat een ondernemer bij aanvang van de termijn weet welke keuzes er gemaakt kunnen worden; verzoekt de regering dat, indien de keuzemogelijkheden later dan april klaarstaan, openstelling én sluiting van de regeling alsook het evaluatiemoment én het eventuele besluit tot verplichtend instrumentarium opschuiven, zodat er een vaste termijn is voor een ondernemer om een keuze te maken. | 34682-134 | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Onderhanden. In de brief over de start van de piekbelastersaanpak staat in hoofdlijnen benoemd hoe invulling wordt gegeven aan de motie. |
3421 | Verzoekt het kabinet om op basis van het argument «bestaand gebruik» en ter bescherming van het paasvuur als cultureel erfgoed met de provincies als bevoegd gezag in gesprek te gaan over het zo veel mogelijk toestaan van paasvuren, en de Kamer hierover voor Pasen te informeren. | 34682-121 | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Uitgaande brief [04-04-2023] - Uitvoering motie van de leden Van der Plas en Eppink over de traditie van Paasvuren |
3420 | Verzoekt het kabinet om de provincies maximaal te ondersteunen bij het notificatietraject ten behoeve van de invoering van de Lbv. | 34682-119 | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Uitgaande brief [12-06-2023] - Voortgang aanpak piekbelasting |
3419 | Verzoekt het kabinet om te onderzoeken hoe de Nationale Databank Flora en Fauna versneld opengesteld kan worden voor volksvertegenwoor-digers; verzoekt het kabinet om te onderzoeken of het openstellen van de Nationale Databank Flora en Fauna voor het publiek versneld kan worden. | 34682-118 | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Uitgaande brief [23-06-2023] - Verzamelbrief natuur |
3418 | Verzoekt de regering om de bestaande doelen voor het verminderen van verontreiniging van drinkwaterbronnen met nitraat en bestrijdingsmiddelen als randvoorwaarden mee te nemen in het NPLG. | 34692-117 | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Onderhanden. |
3417 | Verzoekt de regering na 1 juli te rapporteren aan de Kamer hoe de individuele gebiedsprogramma’s bijdragen aan het verminderen van dierziekten, zoönosen, fijnstof en geurhinder | 34682-116 | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Onderhanden. |
3416 | Verzoekt de regering te voorkomen dat de Schiphol Group nu boerderijen opkoopt voor stikstofruimte, in afwachting van de nadere uitwerking van de aangekondigde stikstofplannen. | 36200-XII-101 (was nr. 68) | [01-12-2022] Begroting I&W | Uitgaande brief [30-06-2023] - Beantwoording brief over uitvoering moties |
3415 | Verzoekt het kabinet geen natuurvergunning te verlenen voor Schiphol of Lelystad Airport voordat gegarandeerd kan worden dat de luchtvaart op een eerlijke wijze bijdraagt aan het oplossen van het stikstofprobleem en aan alle nationale en internationale voorwaarden is voldaan. | 31936-1034 | [09-02-2023] TMD Luchtvaart (CD 25/1) | Onderhanden. |
3338 | Verzoekt het kabinet een halt toe te roepen aan de stikstofjacht op boeren voor snelwegen en luchtvaart en de stikstofruimte in te zetten voor legalisatie PAS-melders en natuurherstel. | 36200-XII-104 | [01-12-2022] Begroting Infrastructuur en Waterstaat (36200-XII) (antwoord 1e termijn + rest) | Uitgaande brief [30-06-2023] - Beantwoording brief over uitvoering moties |
3304 | Verzoekt de regering met voorstellen te komen waarbij de informatiepositie van gemeenten in de gebiedsgerichte aanpak geborgd is; verzoekt de regering de Kamer hierover gelijktijdig te informeren met de provinciale doelen voor klimaat, natuur en de structurerende keuzes, tegelijk met de stikstofdoelen voor onder andere industrie en mobiliteit. | 33576-343 | Parlementaire agenda [22-12-2022] - TMD Natuur | Uitgaande brief [27-06-2023] - Voortgang gebiedsgerichte aanpak NPLG |
3303 | Verzoekt de regering binnen drie maanden aan de Kamer te rapporteren welke technieken onder de «go-to areas» kunnen vallen en daarbij specifiek in te zetten op biogas en netinvesteringen. | 33576-342 | Parlementaire agenda [22-12-2022] - TMD Natuur | Uitgaande brief [23-06-2023] - Verzamelbrief natuur |
3302 | Verzoekt de regering de middels de Maatregel Gerichte Aankoop gecreëerde stikstofruimte met voorrang te gebruiken voor het voorkomen van handhaving bij en/of het legaliseren van urgente PAS-knelgevallen. | 33576-340 | Parlementaire agenda [22-12-2022] - TMD Natuur | Uitgaande brief [01-05-2023] - PAS-meldingen hoger geprioriteerd in het stikstofregistratiesysteem |
3301 | Verzoekt de regering de beschermstatus van de wolf niet heilig te verklaren. | 33576-338 | Parlementaire agenda [22-12-2022] - TMD Natuur | Onderhanden. Dit betreft een doorlopende motie die onder andere genoemd wordt in de verzamelbrief Soorten. |
3299 | Verzoekt de regering om in 2023 met een voorstel te komen om bestuivers wettelijk te beschermen. | 33576-331 | Parlementaire agenda [22-12-2022] - TMD Natuur | Uitgaande brief [23-06-2023] - Verzamelbrief natuur |
3298 | Verzoekt de regering te onderzoeken op welke wijze het verslechteringsverbod vorm zou kunnen krijgen zonder dat het land verder op slot gaat, en we de positie van de natuur beter borgen als gevolg van de natuurherstelverordening. | 33576-339 | Parlementaire agenda [22-12-2022] - TMD Natuur | Onderhanden. Over de natuurherstelverordening vinden onderhandelingen in EU-Raadsverband plaats. Triloog wordt in najaar verwacht. |
3296 | Verzoekt de regering om een bewustwordingscampagne op te zetten over de gevaren van (illegale) handel in wilde dieren en planten voor biodiversiteitsverlies en volksgezondheid. | 21501-32-1491 | Parlementaire agenda [20-12-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad 17-18 oktober 2022 (21 501-32, nr. 1466) | Onderhanden. De campagne wordt dit jaar ontwikkeld. Dit wordt gedaan in samenhang met de (EU-) inzet op het herziene EU Action Plan against Wildlife Trafficking. |
3295 | Verzoekt de regering om het gevaar van handel en gebruik van traditionele medicijnen en voedingssupplementen, gemaakt van bedreigde diersoorten, in het belang van zowel de volksgezondheid als de biodiversiteit actief aan te kaarten en te laten opnemen bij mogelijke herzieningen van relevante CITES- en WHO-documenten, zoals bijvoorbeeld de herziening van de WHO-richtlijnen voor traditionele voedselmarkten. | 21501-32-1490 | Parlementaire agenda [20-12-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad 17-18 oktober 2022 (21 501-32, nr. 1466) | Uitgaande brief [23-06-2023] - Verzamelbrief natuur |
3261 | Verzoekt de regering om samen met agrarische partijen te werken aan een juridisch houdbaar alternatief. | 36200-XIV-88 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. |
3260 | Verzoekt de regering om ook afdoende ruimte te bieden, bij de aanpak van piekbelasters, voor stikstofreductie door innovatie. | 36200-XIV-87 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. De Kamer wordt in het najaar 2023 nader geïnformeerd over de innovatieregeling. In hoofdlijnen is de Kamer in juni 2023 geïnformeerd bij de start van de piekbelastersaanpak. |
3259 | Verzoekt de regering de tellingen van de WBE’s al voor integratie mee te nemen en reeds verzamelde informatie te betrekken bij de inzichten rondom populatieontwikkelingen, | 36200-XIV-84 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Uitgaande brief [04-04-2023] - Verzamelbrief soortenbeleid |
3254 | Verzoekt de regering om zich actief te blijven inzetten voor het beschermen van de wolf, zowel in Nederlands als Europees verband. | 36200-XIV-69 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Dit betreft een doorlopende motie die onder andere genoemd wordt in de verzamelbrief Soorten. |
3243 | Verzoekt de regering om een afwegingskader met de Kamer te delen voor de toewijzing van stikstofruimte en deze met de Kamer te bespreken. | 36200-XIV-54 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. De uitvoering van deze motie wordt betrokken bij de uitwerking van de stappen op extern salderen. De Kamer wordt voor eind 2023 geïnformeerd. |
3235 | Verzoekt de regering te inventariseren waar landelijke of lokale regels functievermenging onbedoeld tegenwerken. | 36200-XIV-41 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. Er loopt een traject met KvK waar gekeken wordt naar onbedoelde regeldruk in de multifunctionele landbouw. Eerste resultaten van dit traject worden in het najaar 2023 verwacht. |
3234 | Verzoekt de regering om samen met partijen zoals Sovon, de Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging, de Zoogdierenvereniging en andere relevante maatschappelijke organisaties gezamenlijk tot een wetenschappelijk gedragen wildsoortentelprotocol en analyse- en beoordelingssystematiek te komen, zodat alle data deel uit gaan maken van Netwerk Ecologische Monitoring en continu worden gevalideerd door het CBS om vervolgens te delen in de Nationale Databank Flora en Fauna, en de Kamer hier voor de zomer van 2023 over te informeren. | 36200-XIV-40 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. In de verzamelbrief soorten is de Kamer geïnformeerd dat Sovon, KNJV, Zoogdiervereniging en het CBS zijn benaderd om mee te denken over de opdrachtformulering. |
3230 | Verzoekt de regering om samen met BoerenNatuur, SoortenNL, LandschappenNL en andere belanghebbende partijen een monitoringsprotocol en een kennisprogramma te ontwikkelen, zodat boeren zelf de biodiversiteit op en rond het boerenerf kunnen monitoren. | 36200-XIV-35 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. In de Verzamelbrief Natuur is de Kamer geïnformeerd dat Wageningen University & Research (WUR) momenteel werkt aan een rapport dat een doorkijk zal bieden voor toekomstig LNV-beleid over monitoring in het landelijk gebied. Het rapport zal in het derde kwartaal van dit jaar worden gepubliceerd. Op basis van de uitkomsten in dit WUR-rapport zal MNenS in gesprek gaan met in de motie genoemde partijen om te inventariseren of en welke additionele participatieve monitoringsactiviteiten wenselijk zijn in het agrarisch gebied en hoe dit vormgegeven kan worden. Naar aanleiding van het rapport en de gesprekken zal MNenS de Kamer informeren over eventuele vervolgstappen. |
3229 | Verzoekt de regering een onderzoek naar beprijzing uit te voeren en hierover ruim voor de deadline van het NPLG te rapporteren; verzoekt de regering hierbij in het bijzonder in te gaan op de mogelijkheid om deze heffing bij de verwerkende industrie te innen. | 36200-XIV-34 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Uitgaande brief [30-06-2023] - Aanbieding rapport ‘Normeren en beprijzen van stikstofemissies – sturen op stikstof’ |
3226 | Verzoekt de regering de nationale parken een rol te laten spelen tijdens de huidige transitie om de waarde van natuur over te brengen en mensen hier bekender mee te maken; verzoekt de regering de positie van de nationale parken zo vorm te geven dat ze deze rol goed kunnen vervullen. | 36200-XIV-31 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Uitgaande brief [19-06-2023] - Beleidsprogramma Nationale Parken 2024-2030 |
3225 | Verzoekt de regering in kaart te brengen welke verduurzamingsmaatregelen voor de industrie bijdragen aan zowel CO2-reductie als stikstofreductie en deze maatregelen voortvarend op te pakken binnen de maatwerkafspraken met de industrie. | 36200-XIV-95 (tvv 36200-XIV-30) | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. |
3222 | Verzoekt de regering, met de provincie Overijssel, de landsadvocaat binnen twee weken om een spoedadvies te vragen: – op welke gronden provincies kunnen afzien van handhaving van PAS-melders en daarbij de algemene beginselen van behoorlijk bestuur in de Algemene wet bestuursrecht (Awb) te betrekken; – of, en zo ja, onder welke voorwaarden een landelijk dan wel provinciaal handhavingsmoratorium mogelijk is; verzoekt de regering hier voorts advies te vragen over: – de mogelijkheid voor provincies om als tussenpartij op vrijwillige basis zelf stikstofruimte te verwerven teneinde PAS-melders te legaliseren; – de mogelijkheid voor provincies om bij de bank een garantstelling af te geven, zodat veehouders zelf stikstofruimte kunnen verwerven binnen de Wsn. | 36200-XIV-26 | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Uitgaande brief [23-12-2022] –Beleidsadvies Landsadvocaat over handhaving PAS-meldingen en instellen onafhankelijke commissie |
3208 | Verzoekt de regering om ook voor windturbines op land te eisen om één rotorblad per windturbine te kleuren. | 21501-32-1373 | Parlementaire agenda [10-02-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad van 15 en 16 november 2021 | Uitgaande brief [04-04-2023] - Verzamelbrief soortenbeleid |
3197 | Verzoekt de regering in overleg met het RIVM zo spoedig mogelijk deze AVG-rechten op een laagdrempelige manier vorm te geven bij de emissiegegevens en andere gegevens die het RIVM van agrarische bedrijven verzamelt en verwerkt, en de Kamer hierover binnen vier weken te informeren. | 30252-64 | Parlementaire agenda [03-11-2022] - Debat over het advies van de heer Remkes naar aanleiding van de gesprekken over de aanpak van het stikstofprobleem | Onderhanden. Deze motie is opgevolgd in de externe evaluatie RIVM, zoals gemeld in de Kamerbrief over het herstel van de rekenfout van het RIVM over de top 100 ammoniakuitstoters (22 februari 2023, Kamerstuk 30 252, nr. 82). De Kamer wordt hier naar verwachting nader over geïnformeerd eind 2023). |
3194 | Verzoekt de regering om in overleg met buurlanden tot een geïntensiveerde gezamenlijke aanpak te komen om de stikstofneerslag te reduceren. | 30252-60 | Parlementaire agenda [03-11-2022] - Debat over het advies van de heer Remkes naar aanleiding van de gesprekken over de aanpak van het stikstofprobleem | Onderhanden. In de brief Stand van zaken van een aantal moties en toezeggingen inzake het landelijk gebied en stikstof van 6 december 2022 gaat het kabinet nader in op de stappen die worden gezet met de buurlanden om de verschillen tussen landen beter te verklaren en waar mogelijk te verkleinen. De Tweede Kamer wordt over de genoemde stappen nader geïnformeerd. 15-05-2023 Onderhanden (zie 33576-273) De Tweede Kamer wordt na de zomer over de genoemde stappen nader geïnformeerd. |
3193 | Verzoekt de regering te onderzoeken of en hoe het inwisselen van NH3 voor NOx bij extern salderen voorkomen kan worden, en tegelijk bij behoefte aan stikstofruimte voor de uitvoering van projecten van grote maatschappelijke waarde deze ruimte voortaan ordentelijk en transparant geregistreerd beschikbaar te stellen via een stikstofbank, en de Kamer hierover uiterlijk in het eerste kwartaal van 2023 te informeren. | 30252-58 | Parlementaire agenda [03-11-2022] - Debat over het advies van de heer Remkes naar aanleiding van de gesprekken over de aanpak van het stikstofprobleem | Onderhanden. In de uitgaande brief Voortgang integrale aanpak landelijk gebied en opvolging uitspraak Raad van State over Porthos van 25 november 2022 is besloten het beleidsinstrument extern salderen in de brede zin te evalueren. In die evaluatie wordt ook het inwisselen van NH3 voor NOx bij extern salderen betrokken. Naar verwachting zal in de zomer van 2023 de ambtelijke en bestuurlijke weging van de uitkomsten plaatsvinden. Daarna zal de Tweede Kamer over de uitkomsten worden geïnformeerd. |
3191 | Verzoekt de regering op de kortst mogelijke termijn een berekening met de Kamer te delen over de emissiereductie die reeds heeft plaatsgevonden sinds 2018, gebaseerd op de meest recente CBS-cijfers, rekening houdend met stalsystemen, en deze te verdisconteren in de opgave. | 30252-46 | Parlementaire agenda [03-11-2022] - Debat over het advies van de heer Remkes naar aanleiding van de gesprekken over de aanpak van het stikstofprobleem | Uitgaande brief [06-04-2023] - Opvolging motie Van der Plas (BBB): Emissietotalen 2018 versus meest recent |
3190 | Verzoekt de regering geen verder beleid te ontwikkelen op basis van het zoneringskaartje zoals gepresenteerd in het advies van de heer Remkes «Wat wel kan». | 30252-42 | Parlementaire agenda [03-11-2022] - Debat over het advies van de heer Remkes naar aanleiding van de gesprekken over de aanpak van het stikstofprobleem | Uitgaande brief [06-12-2022] - Stand van zaken van een aantal moties en toezeggingen inzake het landelijk gebied en stikstof |
3160 | Verzoekt het kabinet zich maximaal in te zetten om dit verslechteringsverbod in de Verordening natuurherstel van tafel te halen, zodat Nederland niet verder op slot komt te zitten op het gebied van woningbouw, infrastructuur en energietransitie. | 21 501-20, nr. 1852 | Debat over de Europese Top van 21/22 oktober d.d. 19 oktober | Onderhanden. Over de natuurherstelverordening vinden onderhandelingen in EU-Raadsverband plaats. Triloog wordt in najaar verwacht. |
3143 | Verzoekt de regering om er in Europees verband voor te pleiten afgeleide producten van soja en palmolie op te nemen in de ontbossingsverordening. | 21501-32-1395 | Parlementaire agenda [08-03-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad op 21 februari 2022 (CD 16/2) | Onderhanden. De Kamer wordt hierover geïnformeerd later deze maand. |
3142 | Verzoekt de regering om in Europees verband eenduidig te blijven pleiten voor het zo snel mogelijk opnemen van andere ecosystemen in het EU-wetsvoorstel voor ontbossingsvrije producten. | 21501-32-1392 | Parlementaire agenda [08-03-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad op 21 februari 2022 (CD 16/2) | Onderhanden. De Kamer wordt hierover geïnformeerd later deze maand. |
3140 | Verzoekt de regering om in ieder geval geen onomkeerbare stappen te nemen wat betreft de gaswinning bij Ternaard totdat het advies van IUCN met de Kamer is gedeeld. | 29684-225 | Parlementaire agenda [15-03-2022] - TMD Wadden (CD 25/1) | Uitgaande brief [20-05-2022] - Beoordeling UNESCO voorgenomen gaswinning Ternaard |
3139 | Verzoekt de regering een beleidskader op te stellen vanuit de hoofddoel-stelling natuur en met oog voor de leefbaarheid, en daarbij draagvlak te zoeken bij betrokkenen. | 29684-224 | Parlementaire agenda [15-03-2022] - TMD Wadden (CD 25/1) | Uitgaande brief [20-12-2022] - Beleidskader natuur Waddenzee |
3138 | Verzoekt de regering een sociaaleconomische impactanalyse verplicht onderdeel te laten uitmaken van het gebiedsplan, waarbij het doel is om voldoende zekerheid te bieden voor het verdienvermogen, de bedrijfseconomische continuïteit en financierbaarheid van investeringen voor de blijvende agrarische ondernemers. | 33576-315 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Onderhanden. |
3137 | Verzoekt de regering om te bewerkstelligen dat boeren die vragen hebben een duidelijk aanspreekpunt krijgen in de gebiedsgerichte aanpak waar zij terechtkunnen en geholpen worden om de benodigde transitie door te maken, waarbij het aanspreekpunt juridische en financiële knelpunten identificeert en gezamenlijk wordt gewerkt om deze zo veel mogelijk weg te nemen. | 33576-314 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Onderhanden. Bij de gebiedsgerichte aanpak is een aanspreekpunt waar boeren en andere betrokkenen terecht kunnen met hun vragen of knelpunten van groot belang. Op dit moment zijn aanspreekpunten aanwezig bij provincies, BIJ12 en RVO, die – afgaande op de vele vragen die de aanspreekpunten inmiddels hebben verwerkt – voorzien in een behoefte. Voor elk van deze aanspreek- of informatiepunten zal aangeven worden wat wel en niet binnen het bereik en bedoeling van zo’n aanspreekpunt valt, en onderzoeken hoe beantwoording en opvolging van vragen plaatsvindt, en of daar verbetering op mogelijk is. Deze analyse, die de minister samen met de provincies uitvoert, start en geschiedt waar mogelijk in samenspraak met boeren en andere belanghebbenden. De resultaten van de analyse worden naar verwacht rond de zomer en naar de Tweede Kamer verstuurd. |
3135 | Verzoekt de regering om de provincies de regie te laten nemen in hoe het stikstofbeleid en het budget ingezet worden voor investeringen in innovatie, verplaatsen van bedrijven en opkoop, mits de optelsom van alle provincies maar leidt tot 50% stikstofreductie in 2030 en de opgaven op het gebied van water en klimaat. | 33576-311 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Uitgaande brief [27-06-2023] - Voortgang gebiedsgerichte aanpak NPLG |
3134 | Verzoekt het kabinet om te stimuleren dat meer provincies gaan werken met Maatwerk met Meetwerk als onderdeel van de gebiedsgerichte aanpak. | 33576-310 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Onderhanden. |
3132 | verzoekt de regering te onderzoeken hoe bij vergunningsverlening meer regie op het verdelen van schaarse stikstofruimte kan komen; verzoekt de regering het toezicht op vergunningen voor industrie te versterken en daartoe de informatiepositie van het bevoegd gezag te verbeteren, zodanig dat de behandeling van stiktofuitstoot bij industriële en agrarische ondernemingen gelijkwaardig wordt, | 33576-308 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Onderhanden. In de uitgaande brief Voortgang integrale aanpak landelijk gebied en opvolging uitspraak Raad van State over Porthos van 25 november 2022 is onderzoek aangekondigd waarin motie Kamerstukken II 2021/22, 33576, nr. 308 wordt meegenomen. Onderzoek wordt naar verwachting in 2023 afgerond. |
3131 | Verzoekt de regering het basispad voor wat betreft stikstofemissies – zowel in totaal, per sector, als uitgesplitst naar ammoniak en stikstofoxiden – in of bij de KEV 2022 volledig te actualiseren. | 33576-307 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Uitgaande brief [10-02-2023] - Voortgang integrale aanpak landelijk gebied, waaronder het NPLG |
3130 | Verzoekt de regering de provincies ten behoeve van goede gebiedsprocessen ook kaarten te verstrekken met variaties op de beleidsuitgangspunten, waaronder een hoger generiek aandeel ammoniak dan 12 kiloton als vertrekpunt, een meer gebiedsgerichte benadering en ammoniakemissies uit industriële bronnen ook ingetekend. | 33576-306 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Onderhanden. |
3128 | Verzoekt de regering om met de sectoren te bezien welke innovaties succesvol zijn of grote potentie hebben om stikstofemissies sterk te verminderen en te borgen; verzoekt de regering de juridische onzekerheden van innovaties op de Rav-lijst in beeld te brengen, voorstellen te doen om deze onzekerheden weg te nemen, en de Kamer hierover zo spoedig mogelijk te informeren. | 33576-304 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Uitgaande brief [25-11-2022] - Toekomst bevorderen innovatie van emissiearme stalsystemen |
3127 | Verzoekt de regering om een publieksvriendelijk digitaal dashboard te ontwikkelen waarmee iedereen op inzichtelijke en transparante wijze per gebied kan zien wat de staat, de opgave en de voortgang van natuurherstel is. | 33576-303 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Uitgaande brief [23-06-2023] - Verzamelbrief natuur |
3126 | Verzoekt de regering op basis van de klimaatmaatregelen inzichtelijk te maken hoeveel effect de voorgenomen klimaatmaatregelen in de industrie en mobiliteit hebben om stikstof te reduceren, of het kabinet dit als evenwichtig beschouwt en, zo niet, welke maatregelen kunnen worden genomen dit evenwichtig te maken; verzoekt de regering kritisch te kijken welke grote veroorzakers van NOx- en NH3-depositie bestaan bij Natura 2000-gebieden, welke significante verduurzaming wordt ingezet en of nog extra maatregelen en middelen nodig zijn om de natuur in goede staat te kunnen brengen; verzoekt de regering de Kamer hierover begin 2023 te informeren om desgewenst extra maatregelen te nemen zodat ook de evenwichtige reductiedoelen voor industrie en mobiliteit in juli 2023 zijn vastgelegd. | 33576-302 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Onderhanden. De Tweede Kamer is op 10 februari 2023 geïnformeerd over de indicatieve doelen voor de industrie en mobiliteit. De Kamer wordt hier nader over geïnformeerd in het kader van de definitieve sectordoelen. |
3125 | Verzoekt de regering samen met het RIVM, de WUR, OnePlanet en TNO de regie te pakken en in het kader van het Nationaal Kennisprogramma Stikstof (NKS) een plan van aanpak op te stellen voor een landelijk dekkend meetsysteem voor emissie en depositie van NH3 en NOx; verzoekt de regering op korte termijn de voortgang, resultaten en conclusies van het Nationaal Kennisprogramma Stikstof te delen met de Kamer. | 33576-301 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Onderhanden. |
3119 | Verzoekt de regering initiatieven vanuit de agrarische sector voor een bottom-up-aanpak van innovatieve emissiereductie voor natuur en externe saldering ruimte te geven en de aanpak van de stikstofproblematiek hierop af te stemmen. | 33576-277 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Onderhanden. In de brief Stand van zaken van een aantal moties en toezeggingen inzake het landelijk gebied en stikstof van 6 december 2022 is de Tweede Kamer geïnformeerd over de opvolging. Er is een traject ingezet om duidelijkheid te krijgen over de wijze waarop kan worden omgegaan met de onzekerheid over de effectiviteit van de emissiearme techieken op individueel bedrijfsniveau. Een notitie over de Wnb-toestemmingverlening emissiearme stalsystemen ligt ter besluitvorming voor in het Bestuurlijk Overleg Landelijk Gebied d.d. 08-06-2023. Daarnaast is de regeling Samenwerken aan innovatie (EIP) fieldlabs recent gepubliceerd. Deze regeling is bedoel voor samenwerkingsverbanden die uiteindelijk een gebiedsgerichte fieldlab willen opzetten over innovatie voor een duurzame en toekomstbestendige landbouw. De regeling zal opengesteld worden vanaf 1 juni 2023 tot en met 13 juli 2023. |
3118 | Verzoekt de regering met voorrang uitvoering te geven aan het legalisatieprogramma voor PAS-knelgevallen en vanuit het beoogde transitiefonds hiervoor afdoende middelen te reserveren. | 33576-276 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Onderhanden. De Kamer is over de stand van zaken van deze motie geïnformeerd in uitgaande brief [15-07-2022] - Stand van zaken stikstof en landelijk gebied, en uitgaande brief [10-02-2023] Uitwerking aanpak piekbelasters en voortgang PAS-melders. |
3117 | Verzoekt de Minister van Landbouw en de Minister voor Stikstof een aantal werkbezoeken te brengen aan agrariërs die tegen de Duitse grens aan wonen en vervolgens aan de Kamer voor het eind van de zomer voorstellen te doen hoe de verschillen aan de grens zo klein mogelijk gemaakt worden. | 33576-273 | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Onderhanden. De ministers hebben het werkbezoek afgelegd in augustus 2022. In de brief Stand van zaken van een aantal moties en toezeggingen inzake het landelijk gebied en stikstof van 6 december 2022 gaat het kabinet nader in op de stappen die worden gezet met de buurlanden om de verschillen tussen landen beter te verklaren en waar mogelijk te verkleinen. De Tweede Kamer wordt na de zomer over de genoemde stappen nader geïnformeerd. |
3078 | Verzoekt de regering om zich bij de Raad in te spannen voor het vasthouden aan een vastgestelde hoeveelheid kwantificeerbare controles in de EU-ontbossingsverordening voor producten uit alle soorten risicolanden en dit ook te bepleiten in Europa. | 21-501-08, nr. 867 | Parlementaire agenda [21-06-2022] - TMD Milieuraad | Onderhanden. De Kamer wordt hierover geïnformeerd later deze maand. |
3023 | Verzoekt de regering om te onderzoeken welke rol Nederland kan spelen in het opzetten van herstelprojecten van verdroogde natuurgebieden in samenwerking met landen op de trekroute. | 21501-32-14232 | Parlementaire agenda [11-05-2022] - TMD Landbouw- en Visserijraad 7 april 2022 (21 501-32, nr. 1410) | Uitgaande brief [04-04-2023] - Verzamelbrief soortenbeleid |
3013 | Verzoekt de regering om de mogelijkheden van metingen met satellieten toe te passen in aanvulling op de bestaande technieken. | 35925-XIV-141 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Landbouw, Klimaat en Voedsel | Onderhanden. De stand van zaken op deze motie is 6 december 2022 naar de Kamer gestuurd (Kamerstuk 36200-XIV, nr. 94). |
3008 | verzoekt de regering om concrete doelstellingen te formuleren voor de reductie van industriële NOx-uitstoot om ervoor te zorgen dat de industrie eerlijk bijdraagt aan het oplossen van de stikstofproblematiek | 35925-XIV-121 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Hoofdlijnendebat LNV | Uitgaande brief [10-02-2023] - Voortgang integrale aanpak landelijk gebied, waaronder het NPLG |
3006 | Verzoekt de regering te onderzoeken hoe een «uitdaagrecht» in de gebiedsgerichte aanpak kan worden opgenomen zodat agrarisch natuurbeheer in eigen bezit, extensivering, omschakeling, innovatie, legalisering en verplaatsing volwaardige opties zijn al naar gelang de opgave in een gebied. | 35925-XIV-118 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Hoofdlijnendebat LNV | Onderhanden. De Kamer wordt hier na de zomer nader over geïnformeerd. |
3005 | Verzoekt de regering een kader uit te werken waarin agroforestry een rol kan spelen in de gebiedsgerichte aanpak. | 35925-XIV-116 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Hoofdlijnendebat LNV | Uitgaande brief [16-02-2023] - Inzet op voedselbossen |
3003 | Verzoekt de regering om de stikstofdoelen zo snel mogelijk, uiterlijk eerste helft van 2023, in artikel 1.12a van de Wet natuurbescherming en artikel 2.15a van de Omgevingswet vast te leggen. | 35925-XIV-106 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Hoofdlijnendebat LNV | Onderhanden. De Tweede Kamer is 10 februari 2023 nader geïnformeerd over het wetsvoorstel waarin deze motie wordt betrokken in de uitgaande brief over de Voortgang integrale aanpak landelijk gebied en het NPLG. Momenteel is de internetconsultatie afgerond. |
3002 | Verzoekt de regering om de positie van de boer in de gebiedsprocessen dusdanig te borgen dat zij zowel praktisch als met gebruikmaking van de juiste ondersteuning kunnen deelnemen aan de gebiedsprocessen en de Kamer hierover te informeren bij de presentatie van het Nationaal Programma Landelijk Gebied. | 35925-XIV-105 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Hoofdlijnendebat LNV | Onderhanden. Dit wordt meegenomen in het NPLG en de gebiedsprogramma's en relateerd ook aan het Landbouwplan. |
3001 | Verzoekt de regering om nog dit jaar een aantrekkelijke vrijwillige stoppersregeling te ontwikkelen en drempels, zoals fiscaliteiten, zo veel mogelijk weg te nemen, alsook de mogelijkheden voor de verplaatsing van agrarische ondernemers en beschikbare innovatiemogelijkheden in beweging te brengen; verzoekt de regering de behaalde emissiereductie met ruime inzet ten goede te laten komen aan natuurherstel en een deel door middel van registratie via een stikstofbank vrij te geven voor duurzame economie, bouw en landbouw, in het bijzonder PAS-melders | 35925-XIV-104 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Hoofdlijnendebat LNV | Onderhanden. |
3000 | Verzoekt de regering om in de gebiedsgerichte aanpak het behalen van de instandhoudingsdoelen van de natuurlijke habitats en de populaties van de soort waarvoor het N2000-gebied is aangewezen centraal te stellen, als bijdrage aan het bereiken van een landelijke gunstige staat van instandhouding, zoals ook verwoord in het regeerakkoord. | 35925-XIV-103 | Parlementaire agenda [19-04-2022] - TMD Hoofdlijnendebat LNV | Uitgaande brief [25-11-2022] - Voortgang Nationaal Programma Landelijk Gebied (Tweede Kamer)Uitgaande brief [25-11-2022] - Voortgang Nationaal Programma Landelijk Gebied (Eerste Kamer) |
2922 | Verzoekt de regering om de PAS-melding uit 2016 en de geactualiseerde PAS-melding uit 2019 (inclusief onderliggende stukken) met de Kamer te delen. | 35600, nr, 76 (was 72) | Parlementaire agenda [15-03-2022] - TMD Uitvoering motie Vestering/Van Raan over geen stikstofdepositieruimte reserveren voor de uitbreiding van Lelystad Airport (Kamerstuk 35 600, nr. 71) | Uitgaande brief [14-10-2022] - Verzamelbrief Natuur |
2921 | Verzoekt de regering om een juridische analyse door onafhankelijke experts over de rechtmatigheid van de kap van het Sterrebos. | 33576, nr. 261 | Parlementaire agenda [15-03-2022] - TMD Natuur (CD 10/2) | Uitgaande brief [04-04-2023] - Verzamelbrief soortenbeleid |
2914 | Verzoekt de regering in het besluitvormingsproces over de uitgaven uit het klimaat- en transitiefonds en stikstoffonds objectieve toetsing op doelmatigheid en doeltreffendheid, bijvoorbeeld door middel van maatschappelijke kosten-batenanalyses, voorwaardelijk te maken en dit te verankeren in de bij deze fondsen behorende spelregels. | 35925, nr. 149 | Debat over de Startnota | Motie uitgevoerd met wetvoorstel Tijdelijke wet Transitiefonds landelijk gebied en natuur die is aangenomen door de Tweede Kamer - Debat Tijdelijke wet transitiefonds landelijk gebied en natuur (36277) |
2913 | Verzoekt de regering een horizonbepaling voor beide fondsen op te nemen in beide instellingswetten zodat wettelijk verankerd is dat deze fondsen eindig zijn. | 35925, nr. 148 | [23-02-2022] Debat over de Startnota (voortzetting) | Motie uitgevoerd met wetvoorstel Tijdelijke wet Transitiefonds landelijk gebied en natuur die is aangenomen door de Tweede Kamer - Debat Tijdelijke wet transitiefonds landelijk gebied en natuur (36277) |
2880 | Verzoekt de regeling van de fosfaatbank zodanig vorm te geven dat deze ondersteunend is aan de doelen van het NPLG; verzoekt de Minister voor Natuur en Stikstof de Kamer hierover te informeren. | 35949-16 | Parlementaire agenda [24-01-2022] - WGO Wijziging van de Meststoffenwet in verband met het begrip melkvee en enkele andere wijzigingen betreffende het stelsel van fosfaatrechten (TK 35949) | Onderhanden. In het Commissiedebat Mestbeleid op 1 juni 2023 is door MLNV gemeld dat de Kamer in het vierde kwartaal van 2023 hierover wordt geïnformeerd. |
2877 | Verzoekt de regering de Kamer bij de vormgeving van het klimaat- en transitiefonds en stikstoffonds nadrukkelijk te betrekken, recht te doen aan haar budgetrecht, en vooruitlopend op de instellingswetten een proeve van beide fondsbegrotingen op Prinsjesdag 2022 aan de Kamer voor te leggen. | 35788-137 | [19-01-2022] Debat over de regeringsverklaring | Uitgaande brief [30-03-2023] - Dummy-begroting en Meerjarenprogramma Transitiefonds Landelijk gebied en natuur |
2844 | Verzoekt de regering om voor de gescheperde trekkende schaapskuddes een alternatieve ondersteuning te vinden met als doel deze waardevolle activiteit te behouden. | 28625-328 | Parlementaire agenda [14-12-2021] - TMD Gemeenschappelijk Landbouwbeleid-Nationaal Strategisch Plan | Onderhanden. |
2837 | Verzoekt de regering zich in te spannen de benodigde financiële middelen vrij te maken voor de verdere uitbreiding van het aantal hectare voedselbossen door bekwame uitvoeringsorganisaties met praktijkervaring. | 35925-XIV-85 (was 38) | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Uitgaande brief [16-02-2023] - Inzet op voedselbossen |
2834 | Verzoekt het kabinet om in zijn langetermijnvisies een doelgericht beleid voor stikstof en nitraat te implementeren. | 35925-XIV-76 | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Onderhanden. In het NPLG worden de doelen vastgelegd en aangegeven met welke maatregelen deze doelen worden behaald (in gebiedsprogramma’s). De Tweede Kamer wordt periodiek geinformeerd over de voortgang. |
2825 | Verzoekt de regering de effecten van natuurherstelmaatregelen als meetdoel toe te voegen aan het Netwerk Ecologische Monitoring; verzoekt de regering om bijvoorbeeld de Radboud Universiteit te vragen op korte termijn een integrale aanpak te ontwikkelen, middelen daarvoor te zoeken en de Kamer hierover te informeren voor de Voorjaarsnota van 2022. | 35925-XIV-47 | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Uitgaande brief [23-06-2023] - Verzamelbrief natuur |
2823 | Verzoekt de regering op basis van de conclusies van de evaluatie zich onverminderd in te zetten voor het voortzetten van de ondersteuning van nationale parken na 2022. | 35925-XIV-42 | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Uitgaande brief [19-06-2023] - Beleidsprogramma Nationale Parken 2024-2030 |
2821 | Verzoekt de regering de provincies maximaal te ondersteunen in het hoger beroep. | 35925-XIV-37 | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Er zijn in hoger beroep uitspraken gedaan op 7 september 2022 en 12 oktober 2022. Het Rijk heeft de provincie Utrecht ondersteund in de hoger beroepszaken door juridische ondersteuning te bieden waar nodig. Tevens heeft de landsadvocaat de behandeling ter zitting gedaan. De betreffende Rav-factoren van emissiereducerende stalsystemen kunnen niet meer zonder meer ingezet worden voor de berekening van de stikstofemissie die door het gebruik daarvan wordt veroorzaakt. De uitspraken zagen deels ook op beweiden en bemesten. Op dat punt is gebleken dat er sprake is van een vergunningplicht, maar heeft de Afdeling wel een duidelijke lijn gegeven voor de toestemmingverlening. Hiermee is invulling gegeven aan deze motie. |
2784 | Verzoekt de regering om haar steun en waardering uit spreken over het optreden van Openbaar Lichaam Bonaire, Dienst Toezicht en Handhaving en Openbaar Ministerie inzake Chogogo Resort; verzoekt tevens de regering om het bestuur van Bonaire steun aan te bieden om toezicht en handhaving verder te versterken zodat het koraal beter beschermd kan worden. | 35925-XIII-48 | Parlementaire agenda [04-11-2021] - Begroting Economische Zaken en Klimaat (XIII) (tweede termijn) | Onderhanden. Vanwege aanleg van nieuwe haven Saba en de daarbij behorende verguningverlening moet een koraalherstel opgesteld worden (voorwaarde) deze is gereed in Q1 2023. Op basis daarvan kunnen de streefdoelen voor Saba opgesteld worden. Voor Bonaire en Sint Eustatius zijn ze bekend. De Kamer wordt hier nader over geïnformeerd. |
2723 | Verzoekt de regering, hiertoe een richtlijn met een deugdelijke juridische basis op te stellen, en de Kamer hierover dit jaar nog te informeren. | 35600-62 | Parlementaire agenda [28-09-2021] - Tweeminutendebat Regeling nieuwe versie AERIUS Calculator en wijziging stikstofregistratiesysteem (35 600, nr. 59) | Uitgaande brief [25-11-2022] - Voortgang integrale aanpak landelijk gebied en opvolging uitspraak Raad van State over Porthos |
2722 | Verzoekt het kabinet, om het aanplanten van moestuinen bij basisscholen op te nemen als onderdeel van het beleid rondom de groene stad, zodat ook stadskinderen elke dag met groen in aanraking komen en vers en gezond voedsel mee naar huis kunnen nemen. | 35742-20 (was 14) | Parlementaire agenda [27-09-2021] - Notaoverleg Initiatiefnota van de leden Bromet en Boswijk over groen in de stad (35742) | Uitgaande brief [23-06-2023] - Verzamelbrief natuur |
2721 | Verzoekt de regering, om samen met VNG, IPO, Unie van Waterschappen, ProRail, Rijkswaterstaat en kennisinstellingen op het gebied van natuur-beheer en biodiversiteit een standaard op te stellen voor ecologisch bermbeheer, met daarbij een model aanbestedingsovereenkomst, die overheden, beheerders en uitvoerders kunnen gebruiken voor het maken van afspraken en aangaan van contracten bij bermbeheer. | 35742-8 | Parlementaire agenda [27-09-2021] - Notaoverleg Initiatiefnota van de leden Bromet en Boswijk over groen in de stad (35742) | Uitgaande brief [23-06-2023] - Verzamelbrief natuur |
2694 | verzoekt de regering, om een voorstel uit te werken voor een derde optie waarbij landbouwgrond in natuurlijk beheer komt en in dit voorstel mee te nemen hoe de bestemming geregeld wordt, hoe er een optimale balans gevonden wordt tussen natuur en agrarisch en hoe het verdienmodel voor de boer eruit kan komen te zien; verzoekt de regering, om dit voorstel voor de begrotingsbehandeling naar de Kamer te sturen, | 35830-XIV-17 | Parlementaire agenda [08-07-2021] - Debat Slotwet Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en Diergezondheidsfonds 2020 (35 830-XIV) | Onderhanden. |
2511 | verzoekt de regering: –om samen met de provincies gerichte actie te ondernemen om de grootste belasters nabij Natura 2000-gebieden te benaderen voor opkoop van het bedrijf; –de behaalde resultaten daarvan in de eerste tranche te evalueren en op basis daarvan in de tweede en derde tranche het verplaatsen van een bedrijf mogelijk maken onder de voorwaarde dat een bestaand bedrijf met dierrechten wordt overgenomen en dat er substantiële emissiereductie plaatsvindt; –op die manier in de tweede tranche het stoppersverbod uit de regeling te halen; –te onderzoeken wat de deelnamebereidheid is van veehouderijen, waaronder de veehouderijen die de grootste belasting op Natura 2000-gebieden veroorzaken, om hun bedrijf te beëindigen of te verplaatsen; –mogelijkheden uit te werken om verplaatsing te faciliteren in combina-tie met een beëindigingsregeling; –de opbrengst hiervan in het structurele pakket op te nemen ten einde in elk geval de meldingsvrije activiteiten te kunnen legaliseren. | 35600-45 | Parlementaire agenda [10-12-2020] - Debat behandeling Stikstofwet | Onderhanden. |
2510 | verzoekt de regering, de provincies en gemeenten ertoe aan te zetten om al hun bestaande kennis over de rood-voor-roodwerkwijze te ontsluiten en te benutten bij het hernieuwd benutten van grond die vrijkomt bij de vrijwillige opkoop van agrarische ondernemingen; verzoekt de regering, tevens goed samen te werken met provincies en gemeenten om agrarische ondernemers als gezamenlijke overheden helderheid te bieden over de (on)mogelijkheden voor de rood-voor-roodwerkwijze in het geval zij gebruik willen maken van een vrijwillige opkoopregeling. | 35600-44 | Parlementaire agenda [10-12-2020] - Debat behandeling Stikstofwet | Onderhanden. |
2509 | verzoekt de regering, alles in het werk te stellen om binnen afzienbare tijd tot dergelijke afspraken te komen met het oog op een integrale aanpak, en duidelijkheid, ruimte en een economisch en ecologisch duurzaam toekomstperspectief voor de vele gezinsbedrijven in de agrarische sector. | 35600-43 | Parlementaire agenda [10-12-2020] - Debat behandeling Stikstofwet | Onderhanden. Deze motie gerelateerd aan het Landbouwplan en er wordt nader bezien hoe derhalve invulling wordt gegeven aan de motie. |
2498 | verzoekt de regering, een modellenensemble te gaan maken van de verschillende modellen en daarbij de kritische depositiewaarden (KDW) te betrekken; verzoekt de regering, tevens spoedig een maatschappelijke kosten-batenanalyse van Natura 2000-gebieden in Nederland uit te voeren. | 35600-30 | Parlementaire agenda [10-12-2020] - Debat behandeling Stikstofwet | Onderhanden. Het ontwikkelen van een modelensemble vindt plaats in het kader van de uitwerking van het advies van het Adviescollege Hordijk. De studie naar het modelensemble is naar verwachting in de loop van 2025 gereed. De analyse naar alternatieven voor de KDW is gereed, de conclusies hiervan zijn met de Kamer gedeeld via de verzamelbrief natuur. Daarmee is dit deel van de motie afgedaan. In de Kamerbrief voortgang aanpak stikstofproblematiek van 16 juli 2021 is aangegeven dat de MKBA waarom verzocht is, invulling krijgt via de paragraaf sociaaleconomische effecten van het programma stikstofreductie en natuurverbetering. Dit programma, met als bijlage een onderzoek naar de sociaal economische effecten, is op 16 december 2022 vastgesteld en naar de Tweede Kamer gestuurd (Kamerbrief Programma Stikstofreductie en Natuurverbetering en Nota van Antwoord, 19 december 2022). |
2492 | Verzoekt de regering, de Kamer te informeren over de uitvoeringsagenda’s per eiland zodra deze zijn opgesteld. | 33576-209 | Parlementaire agenda [08-12-2020] - VAO Natuur (AO d.d. 22/6) | Onderhanden. De Kamer wordt hier nader over geïnformeerd. |
2491 | verzoekt de regering, de streefdoelen voor koraalbedekking op de eilanden medio 2021 vast te stellen. | 33576-208 | Parlementaire agenda [08-12-2020] - VAO Natuur (AO d.d. 22/6) | Onderhanden. De Kamer wordt hier nader over geïnformeerd. |
2449 | Verzoekt de regering, om te onderzoeken of de beleidsdoelstellingen voor natuur en milieu uitgewerkt kunnen worden naar streefwaarden, zodat deze als omgevingswaarde leidend kunnen zijn in overwegingen en alle onder de NOVI gerangschikte planfiguren, en hierover de Kamer voor het voorjaar van 2021 te informeren. | 34682-72 (was 66) | [29-10-2020] VAO NOVI (AO d.d. 24/09) | Onderhanden. Het kabinet werkt aan een groennorm en verkent de juridische borging daarvan. Daarover is de Kamer geïnformeerd bij brief van 23 maart 2023. |
2434 | verzoekt de Minister, om samen met het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties te onderzoeken of natuurinclusief bouwen opgenomen kan worden in het Bouwbesluit, en de Kamer hierover in 2021 te informeren. | 35 570-XIV-27 | Parlementaire agenda [25-11-2020] ‒ 2e termijn Begroting Landbouw, Natuur en Visserij (XIV) | Onderhanden. |
2431 | verzoekt de regering, na ommekomst van een knelpuntenanalyse, te komen met een jaarlijkse monitor Groen in de Stad, waarin wordt meegenomen welke stappen er genomen zijn om deze knelpunten te verhelpen, welke doelstellingen gesteld worden en in hoeverre deze bereikt zijn, om stedelijke vergroening verder te stimuleren. | 35 570-XIV, nr. 24 | Parlementaire agenda [25-11-2020] ‒ 2e termijn Begroting Landbouw, Natuur en Visserij (XIV) | Onderhanden. |
2317 | verzoekt de regering om: –in de eerste plaats zorg te dragen dat de bronlocaties van autochtone bomen en struiken, vastgelegd in de Atlas landschappelijk groen erfgoed, een beschermingsstatus krijgen; –samen met deskundigen, betrokken organisaties en marktpartijen een langetermijnplanning te maken, met als doel het mogelijk maken om autochtoon plantmateriaal in de plannen voor bosaanplant en landschappelijke beplantingen toe te passen; –dit plantmateriaal van de nodige garanties en kwaliteitscontroles te voorzien. | 35 309, nr. 14 | Parlementaire agenda [09-06-2020] - Notaoverleg Initiatiefnota van de leden Bromet en Futselaar over Nationaal Bomenplan | Onderhanden. |
MINISTER VAN LNV | |||
EK | |||
6104 | De Eerste Kamer ontvangt een brief waarin de aantallen m.b.t. rituele slacht in Nederland zijn opgenomen. | Parlementaire agenda [11-07-2023] - MO inzake Toezegging T01556 - registratie aantal ritueel geslachte dieren en hoeveelheid geëxporteerd onbedwelmd ritueel geslacht vlees | Onderhanden. De Kamer wordt in het najaar van 2023 geïnformeerd. |
5728 | De minister van LNV zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Kluit (GroenLinks) en Pijlman (D66), toe het ontwerp van de algemene maatregel van bestuur inzake renovatielease aan de Eerste Kamer voor te leggen (T03393). | Parlementaire agenda [22-02-2022] - Wijziging van de Meststoffenwet | Op 22 februari 2022 heeft de toenmalige minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit in reactie op vragen van de leden Kluit (GroenLinks) en Pijlman (D66) toegezegd om het ontwerp van de algemene maatregel van bestuur inzake renovatielease aan de Eerste Kamer voor te leggen. Zoals toegezegd zal een eventuele ontwerp-AmvB inzake renovatielease aan de Eerste Kamer worden verzonden wanneer deze in internetconsultatie gaat. De verwachting is dat deze ontwerp-AMVB niet eerder dan de tweede helft van 2023 in consultatie zal gaan. De Eerste Kamer heeft de toezegging derhalve als openstaand gehandhaafd. Deze komt in de brief over excretieforfatis in het najaar van 2023. |
5727 | De minister van LNV zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Schalk (SGP), toe de Kamer in de tweede helft van het jaar 2022 de Kamer te informeren of deze wet heeft gedaan wat hij moest doen (T03392). | Parlementaire agenda [22-02-2022] - Wijziging van de Meststoffenwet | Uitgaande brief [18-11-2022] - Wetsvoorstel wijziging fosfaatrechtenstelsel, afromingsvrije lease met terugwerkende kracht |
5726 | De minister van LNV zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Prins (CDA), toe het gebruik van de afromingsvrije lease te monitoren en dit zo nodig bij te stellen, mocht blijken dat het onvoldoende aansluit op de praktijk (T03394). | Parlementaire agenda [22-02-2022] - Wijziging van de Meststoffenwet | Onderhanden. Op 22 februari 2022 heeft de toenmalige minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit in reactie op een vraag van het lid Prins (CDA) toegezegd het gebruik van de afromingsvrije lease te monitoren en dit zo nodig bij te stellen, mocht blijken dat het onvoldoende aansluit op de praktijk. De deadline voor deze toezegging is door de commissie EZK/LNV op 5 juli 2022 gesteld op 1 juli 2023. In de brief aan de Eerste Kamer van 13 januari 2023 (Kamerstuk 35 949, nr. H) is ten aanzien van deze toezegging aangegeven dat de analyse pas kan worden gemaakt in het tweede kwartaal van 2023 als alle benodigde gegevens over kalenderjaar 2022 bekend zijn. Daarna zal uw Kamer hierover geïnformeerd worden. Bij die analyse zal ook het aantal leasetransacties tussen 100–150 kg en 150–200 kg worden betrokken. De Eerste Kamer heeft de toezegging derhalve als openstaand gehandhaafd. |
5194 | De minister van LNV zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Koffeman (PvdD), toe informatie te sturen over de monitoring van veevoerpilots met praktijkbedrijven voor de verdere verlaging van het ruweiwitgehalte, zodra dit beschikbaar is (zie EK T03119). | Parlementaire agenda [02-03-2021] ‒ 35600 Wijziging van de Wet natuurbescherming en de Omgevingswet (stikstofreductie en natuurverbetering) | Uitgaande brief [17-05-2023] - Informatie monitoring van veevoerpilots met praktijkbedrijven |
5193 | De minister van LNV zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Klip-Martin (VVD), Prins (CDA) en Schalk (SGP), toe dat er in oktober 2021 een nieuwe release van het AERIUS-systeem zal worden uitgebracht en dat zij voor die tijd met de provincies zal overleggen om ervoor te zorgen dat zij er ruchtbaarheid aan geven bij andere bevoegde gezagen dat er een extra check wordt gedaan, zodat de meest recente gegevens worden gebruikt bij de vergunningaanvragen (zie EK03118). | Parlementaire agenda [02-03-2021] ‒ 35600 Wijziging van de Wet natuurbescherming en de Omgevingswet (stikstofreductie en natuurverbetering) | Uitgaande brief [15-02-2022] - Beantwoording nadere vragen naar aanleiding van een aantal brieven aangaande stikstof beleid |
5179 | De minister van LNV zegt aan het lid Kluit (GroenLinks) toe om de Eerste Kamer op de hoogte te houden van de ontwikkelingen met betrekking tot versnelling van de uitkoop van piekbelasters en de tweede en derde tranche van de gerichte opkoopregeling (zie EK T03104). | Parlementaire agenda [02-03-2021] ‒ 35600 Wijziging van de Wet natuurbescherming en de Omgevingswet (stikstofreductie en natuurverbetering) | Uitgaande brief [30-06-2021] - Stand van zaken Subsidieregeling sanering varkenshouderijenUitgaande brief [30-06-2021] - Stand van zaken Subsidieregeling sanering varkenshouderijen |
5178 | De minister van LNV zegt aan het lid Prins (CDA) toe om het gesprek aan te gaan met de minister van Financiën over wat mogelijk is om het budget voor de gerichte opkoopregeling te verhogen indien kansen bestaan die anders gemist worden – met het oog op versnelling van de uitkoop van de piekbelasting. Dat is geen resultaatverplichting, maar een inspanningsverplichting (zie EK T03103). | Parlementaire agenda [02-03-2021] ‒ 35600 Wijziging van de Wet natuurbescherming en de Omgevingswet (stikstofreductie en natuurverbetering) | Uitgaande brief [30-06-2021] - Stand van zaken Subsidieregeling sanering varkenshouderijenUitgaande brief [30-06-2021] - Stand van zaken Subsidieregeling sanering varkenshouderijen |
5144 | T3009: De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Van Dijk (SGP), toe dat zij de Kamer nader zal informeren over de bejaagbaarheid van de grauwe gans. | Parlementaire agenda [30-06-2020] - Debat Aanvullingswet natuur Omgevingswet | Uitgaande brief [07-07-2022] - Toezegging Debat Aanvullingswet natuur Omgevingswet d.d. 30 juni 2020 over de bejaagbaarheid van de grauwe gans |
4825 | De minister van LNV zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Schalk (SGP), toe bij het toepassen van de salderingsinstrumenten in het kader van de aanpak van het stikstofprobleem geen onnodige belemmeringen op te werpen door te waarborgen dat er voor de sector duurzaam voldoende ontwikkelruimte blijft bestaan. | Parlementaire agenda [17-12-2019] - Eerste termijn Kamer Spoedwet aanpak stikstof (35.347) | Uitgaande brief [23-03-2023] - Beantwoording vragen omtrent toezegging over geen onnodige belemmeringen voor duurzaamheidssector vanwege toepassing salderingsinstrumenten bij aanpak stikstofprobleem |
TK | |||
6160 | TZ202210-052: De Tweede Kamer wordt geïnformeerd over de resultaten van een onderzoek naar de ruimte die derogatie kan opleveren voor PAS-melders. | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Mestbeleid | Onderhanden. |
6159 | TZ202210-051: De Tweede Kamer wordt voor het einde van het kalenderjaar geïnformeerd over een actieplan van het kabinet voor Europese innovatieruimte met betrekking tot kunstmestvervangers. | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Mestbeleid | Onderhanden. |
6158 | TZ202210-050: De Tweede Kamer wordt geïnformeerd over de stand van zaken over insecten als veevoer. | Parlementaire agenda [06-10-2022] - TMD Mestbeleid | Onderhanden. |
6154 | TZ202211-102: De minister van LNV stuurt eind november 2022 een brief naar de Tweede Kamer over innovaties in veehouderijen en stimuleringsmaatregelen. Ook volgt in het voorjaar van 2023 het onderzoek van de WUR naar innovaties en brandveiligheid. | Parlementaire agenda [10-11-2022] - CD Geurproblematiek - MLNV + Stas I&W | Onderhanden. Aan het eerste deel van de toezegging is invulling geven (MLNV stuurt eind november 2022 een brief over innovaties in veehouderijen) met Kamerstuk 293 83 nr. 386, verzonden 25 november 2022. Het tweede deel van de toezegging (MLNV stuurt in het voorjaar 2023 het onderzoek van de WUR naar innovaties en brandveiligheid) is nog niet voldaan. Het rapport van de WUR is vertraagd en wordt nu na de zomer 2023 verwacht. |
6153 | TZ202305-148: De minister gaat met ZonMw in gesprek om te kijken of innovatieve alternatieven voor dierproeven in hun eigen communicatie zo veel mogelijk duidelijk kunnen maken en of er aanvullende voorwaarden kunnen worden gesteld in het programma Meer Kennis met Minder Dieren en informeert de Tweede Kamer hier het einde van 2023 over in de verzamelbrief Dierproeven. Toegezegd aan het lid Haverkort (VVD). | Parlementaire agenda [16-05-2023] - TMD Dierproeven + MOCW | Onderhanden. Toezegging hangt samen met een reeds gedane toezegging bij het CD (TZ202305-019), en daar is in de brief van 13 juli op in gegaan (Kamerstuk 323 36 nr. 150). |
6152 | TZ202211-299: De Tweede Kamer wordt uiterlijk het najaar van 2023 schriftelijk geïnformeerd over de uitkomsten van de structurele monitoring van influenzavirussen in de varkenshouderij en specifiek over de situatie in de gemeente Deurne. Toegezegd aan het lid Omtzigt. | Parlementaire agenda [09-11-2022] - TMD Zoönose en dierziekte | Onderhanden. De resultaten van de pilot worden in het najaar van 2023 verwacht. |
6151 | TZ202305-147: De Tweede Kamer ontvangt voor het zomerreces de schriftelijke reactie van de minister op de motie van het lid Thijssen c.s. (Kamerstuk 32336, nr. 148) over meer druk en noodzaak voor de sector creëren. Toegezegd aan het lid Thijssen (PvdA). | Parlementaire agenda [16-05-2023] - TMD Dierproeven + MOCW | Uitgaande brief [13-07-2023] - Kamerbrief toezeggingen debat Dierproeven en TPI |
6143 | TZ202306-110: De Tweede Kamer wordt voor 15 juni 2023 geïnformeerd over de stand van zaken van de Gecombineerde opgave. Toegezegd aan het lid Grinwis (CU). | Parlementaire agenda [01-06-2023] - CD Mestbeleid | Uitgaande brief [08-06-2023] - Gecombineerde opgave 2023Uitgaande brief [04-07-2023] - Gecombineerde opgave 2023 |
6142 | TZ202306-109: De Tweede Kamer wordt kort na het zomerreces 2023 geïnformeerd over de aanpassingen van tabel 6 van de Meststoffenwet. Toegezegd aan het lid De Groot (D66). | Parlementaire agenda [01-06-2023] - CD Mestbeleid | Onderhanden. |
6141 | TZ202306-107: De Tweede Kamer wordt na de publicatie van de jaarcijfers van het CBS in het vierde kwartaal geïnformeerd over de openstelling van de fosfaatbank, het aantal fosfaatrechten en hoe om te gaan met de fosfaatrechten. Toegezegd aan het lid Boswijkk (CDA). | Parlementaire agenda [01-06-2023] - CD Mestbeleid | Onderhanden. |
6140 | TZ202306-106: De Tweede Kamer wordt kort na het zomerreces 2023 geïnformeerd over het hogere sectorale productieplafond. Toegezegd aan het lid Boswijk (CDA). | Parlementaire agenda [01-06-2023] - CD Mestbeleid | Onderhanden. |
6139 | TZ202306-105: De minister van LNV start een pilot over sensortechnologie en waterkwaliteit. | Parlementaire agenda [01-06-2023] - CD Mestbeleid | Onderhanden. |
6074 | TZ202306-026: De minister zegt toe een brief over data met betrekking tot registratie van bijtincidenten in gemeenten aan de Kamer te sturen. (Activiteitnummer: 2022A04356) | Parlementaire agenda [11-05-2023] - Debat Wet aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing - MLNV + MJ&V | Onderhanden. |
6073 | TZ202306-025: De minister zegt toe binnen een half jaar een ontwerp-AMvB inzake Kamerstuk 35892, nr. 20 voor te hangen bij de Kamer. (Activiteitnummer: 2022A04356) | Parlementaire agenda [11-05-2023] - Debat Wet aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing - MLNV + MJ&V | Onderhanden. |
6072 | TZ202306-191: De Kamer wordt vóór de begrotingsbehandeling LNV geïnformeerd over het gesprek met de inspecteur-generaal van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) om meer flexibiliteit in de arbeidsvoorwaarden in te bouwen in relatie tot het vervroegen van de slachttijden in verband met de hoge temperaturen. | Parlementaire agenda [15-06-2023] - CD Dieren in de veehouderij | Onderhanden. |
6071 | TZ202306-015: De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zal na het zomerreces middels een brief een terugkoppeling geven over het gesprek met de inspecteur-generaal van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) over slimmere en strengere controles bij slachthuizen (nummer 2022A09347). | Parlementaire agenda [31-05-2023] - CD Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) | Onderhanden. |
6070 | TZ202306-014: De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zal de Kamer in het derde kwartaal van 2023 middels een brief informeren over de resultaten van het onderzoek van Wageningen Economic Research naar de uitwerking van de tarieven van 2024 van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) op het bedrijfsleven (nummer 2022A09347) | Parlementaire agenda [31-05-2023] - CD Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) | Onderhanden. De Kamer wordt in het najaar van 2023 geïnformeerd. |
6069 | TZ202306-013: De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zal de Kamer volgende week een brief doen toekomen over de temperatuurverlaging van diertransporten (nummer 2022A09347) | Parlementaire agenda [31-05-2023] - CD Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) | Uitgaande brief [08-06-2023] - Vervolg verzamelbrief dieren in de veehouderij |
6056 | TZ202305-123: De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zal de Kamer, binnen 14 dagen, een brief doen toekomen over het toegestane gebruik van chemicaliën die niet afbreekbaar zijn, zoals PFAS, in de landbouw en de beoordeling van gewasbeschermingsmiddelen, door het College voor de Toelating van Gewasbeschermingsmiddelen, op persistentie. Toegezegd aan het lid Akerboom (PvdD) | Parlementaire agenda [24-05-2023] - CD Landbouw- en Visserijraad 30 mei | Uitgaande brief [07-06-2023] - Verslag Landbouw- en Visserijraad 30 mei 2023Uitgaande brief [07-06-2023] - Verslag Landbouw- en Visserijraad 30 mei 2023 |
6055 | TZ202305-120: De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zal de Kamer, voor het commissiedebat Mestbeleid dat op 1 juni 2023 staat gepland, een brief doen toekomen over de voortgang en de voortzetting van de handhavingsstrategie van het zevende Actieprogramma Nitraatrichtlijn en de derogatiebeschikking. Toegezegd aan het lid Tjeerd de Groot (D66) | Parlementaire agenda [24-05-2023] - CD Landbouw- en Visserijraad 30 mei | Uitgaande brief [31-05-2023] - Voortgang en voortzetting versterkte handhavingsstrategie mest |
6050 | TZ202305-019: De Kamer wordt over 4 weken geïnformeerd uitwerking om het verstekken van subsidies aan concrete resultaten t.a.v. het verminderen van dierproeven, na overleg met ZonMw. | Parlementaire agenda [09-05-2023] - CD Dierproeven | Onderhanden. In overleg met ZonMw bekijkt de minister of binnen het nieuwe programma MKMD (dat in april 2024 van start zal gaan) een uitbreiding van het vraag-gestuurd onderzoek opgenomen kan worden. Hierbij wordt gedacht aan subsidie specifiek voor de ontwikkeling, toepassing en/of validatie van proefdiervrije benaderingen van nu nog gangbare dierproeven. Voor vervanging van diermodellen is overigens vaak een combinatie van proefdiervrije innovaties nodig. |
6049 | TZ202305-018: De Kamer wordt deze zomer geïnformeerd over de evaluatie transitie naar proefdiervrije innovatie van het nationaal comité dierproevenbeleid. | Parlementaire agenda [09-05-2023] - CD Dierproeven | Onderhanden. De Kamer is met de brief van 13 juli 2023 (Kamerstuk 32 336 nr. 150) geïnformeerd dat het betreffende advies niet in de zomer, maar in het najaar 2023 wordt verwacht. De Kamer wordt daarom over deze toezegging in het najaar van 2023 geïnformeerd. |
6048 | TZ202305-017: De Kamer wordt in het najaar geïnformeerd over de implementatie van systematic reviews in bestaande wetgeving. | Parlementaire agenda [09-05-2023] - CD Dierproeven | Onderhanden. De Kamer wordt in het najaar van 2023 geïnformeerd. |
6047 | De Kamer wordt in het najaar geïnformeerd over de gesprekken met EU lidstaten over validatie. | Parlementaire agenda [09-05-2023] - CD Dierproeven | Onderhanden. De Kamer wordt in het najaar van 2023 geïnformeerd. |
6011 | De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zal het advies van de Commissie van Deskundigen Meststoffenwet met de Kamer delen. | Parlementaire agenda [20-04-2023] - CD Landbouw- en Visserijraad 24/25 april | Uitgaande brief [19-04-2023] Gewaslijsten vanggewassen en winterteelten en korting op de stikstofgebruiksnorm na later inzaaien vanggewas |
6009 | TZ 202304174: De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zal in mei 2023 de Kamer een brief doen toekomen over de voortgang van het Europese voorstel over genomische technieken. In deze brief zal ook ingegaan worden op de bezwaren met betrekking tot deze technieken. Een toezegging aan de heer Boswijk, CDA. | Parlementaire agenda [20-04-2023] - CD Landbouw- en Visserijraad 24/25 april | Uitgaande brief [08-06-2023] - Voortgang dossier Nieuwe Genomische Technieken voor de plantveredeling |
6003 | TZ202305-149: De minister heeft toegezegd een overzicht te geven over wanneer bepaalde chemische middelen niet meer toegelaten zijn, wanneer de vervangers beschikbaar zijn, welke toelatingsprocedures daartussen zitten en wat de betekenis daarvan is. | Parlementaire agenda [19-04-2023] - TMD Stand van zaken rondom moties en toezeggingen op het terrein van gewasbescherming (27 858, nr. 610) | Onderhanden. |
5974 | TZ202303-080: In de brief over het Landbouwakkoord zal de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit de Kamer ook informeren over de uitkomsten van de gesprekken over gewaskeuzes in de gebiedsprogramma's. | Parlementaire agenda [27-03-2023] - Notaoverleg Water en Bodem sturend | Onderhanden. |
5957 | TZ 202303021: De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zal de kamer in het voorjaar van 2023 nader informeren over de verkenningen naar de mogelijke effecten van het stoppen van het gebruik van alle bestrijdingsmiddelen in grondwaterbeschermingsgebieden en op welke wijze het stoppen of het beperken van het gebruik juridisch vorm zou moeten krijgen. Toegezegd aan het lid Tjeerd de Groot (D66) | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Onderhanden. De Kamer wordt na het zomerreces geïnformeerd. |
5956 | TZ 202303020: De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zal de Kamer informeren over het gesprek dat hij met de kalverhouderij sector aangaat inzake wat er gebeurt met kalfjes wanneer een bedrijf stopt. Toegezegd aan het lid Ouwehand (PvdD) | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Onderhanden. |
5955 | TZ 202303019: De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zal een brief met de Kamer delen betreffende de uitgangspunten voor 2040 van het Landbouwakkoord. Toegezegd aan het lid Tjeerd de Groot (D66) | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven dit traject en aan de motie. |
5929 | TZ 202303103: De minister stuurt voor het voorjaarsreces het advies van de landsadvocaat inzake het aanmerken van de garnalenvisserij als bestaand gebruik naar de Kamer. Dat is een toezegging aan het lid Bisschop (SGP). | Parlementaire agenda [09-02-2023] - CD Tuinbouw en Visserij | Uitgaande brief [01-03-2023] - Schriftelijke antwoorden op vragen gesteld tijdens het Commissiedebat Tuinbouw en Visserij op 9 februari 2023 |
5928 | TZ 202303102: Voor de zomer wordt de Kamer geïnformeerd over de uitwerking van de fiscale maatregelen voor de glastuinbouw die anders uitpakken dan in het coalitieakkoord is voorzien. Dat is een toezegging aan het lid Boswijk van het CDA. | Parlementaire agenda [09-02-2023] - CD Tuinbouw en Visserij | Uitgaande brief [26-04-2023] - Voorjaarsbesluitvorming Klimaat |
5923 | TZ202302-062: Medio 2023 zal de Kamer de resultaten ontvangen van een inventarisatie naar de risico´s voor de volksgezondheid van illegaal ingevoerde producten, zoals vlees, waarin wilde dieren zijn verwerkt (Beckerman, SP). | Parlementaire agenda [02-02-2023] - CD Zoönosen en dierziekten | Onderhanden. De resultaten zijn vertraagd en de Kamer wordt in het najaar 2023 geïnformeerd. |
5922 | TZ202302-060: De Kamer zal in juli 2023 de eerste resultaten van het pilot-onderzoek van het RIVM naar een surveillancesysteem voor het volgen van varkensinfluenza ontvangen. | Parlementaire agenda [02-02-2023] - CD Zoönosen en dierziekten | Onderhanden. De resultaten zijn vertraagd en de Kamer wordt in het najaar 2023 geïnformeerd. |
5914 | TZ202301-030 - De minister LNV zal de Kamer informeren over de vragen die gesteld zijn over fosfaathandel (n.a.v. de opkoop van stikstofrechten door Schiphol). | [25-01-2023] CD Luchtvaart (I&W) | Onderhanden. |
5901 | TZ 202301003: De Kamer ontvangt de quickscan over de natuurherstelverordening naar verwachting in april 2023. | Parlementaire agenda [13-12-2022] - LNV: CD Milieuraad op 20 december 2022 en Behandelvoorbehoud EU-voorstel: Herziening van de richtlijnen inzake luchtkwaliteit | Uitgaande brief [22-05-2023] - Quick scan en stand van zaken ontwerpverordening Natuurherstel |
5900 | De Kamer wordt voor de plenaire vergadering over de Wet Aanpak Dierenmishandeling en Dierverwaarlozing geïnformeerd over het doden van gezelschapsdieren. | Parlementaire agenda [26-01-2023] - CD Dierenwelzijn (buiten de veehouderij) | Uitgaande brief [30-03-2023] - Analyse van de handhaafbaarheid en uitvoerbaarheid van het ingetrokken amendement ‘doden van dieren’ van het lid Wassenberg |
5899 | De minister stuurt voor de zomer een verzamelbrief dierenwelzijn (buiten de veehouderij) en neemt daarin ook het contact met de stichting FairDog in mee, alsmede het onderzoek naar dieronvriendelijke hulp- en trainingsmethoden en de criteria voor het houdverbod. | Parlementaire agenda [26-01-2023] - CD Dierenwelzijn (buiten de veehouderij) | Onderhanden. De Tweede Kamer is geïnformeerd over de voortgang in Uitgaande brief [13-07-2023] - Verzamelbrief dierenwelzijn gezelschapsdieren. Rond najaar 2023 wordt de Kamer nader geïnformeerd over de uitkomsten van de gesprekken. |
5895 | TZ202212-084: De minister van LNV heeft toegezegd dat hij zal bezien wat de uitkomsten zijn van de pilot naar aanleiding van de motie-Wassenberg (Kamerstuk 32336, nr. 129) over de verdere ontwikkeling van kunstmatige intelligentie stimuleren om overbodige dierproeven te verminderen en dat hij de Kamer daar voor het kerstreces over zal informeren (Wassenberg, PvdD). | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. De afronding van het pilotonderzoek door OCW is eind 2023 voorzien. Zo is dat ook benoemd in de Kamerbrief van TPI en dierproeven van 30 jan 2023. De AI-motie is daar ook in behandeld. Er is aanvullende financiering naar ZonMw gegaan voor een AI project. Dit is beschreven in de Kamerbrief. Oproep voor project staat inmiddels open bij ZonMw. Een besluit over het project wordt in het vroege najaar 2023 verwacht. |
5893 | TZ202212-086: De Kamer wordt in aanloop naar medio 2023 tussentijds geïnformeerd over de voortgang in het borgen van managementmaatregelen en de gesprekken hierover met de minister (Boswijk, CDA). | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. |
5892 | TZ202212-087: De Kamer wordt voor de zomer van 2023 geïnformeerd over het ombouwen en toevoegen van katalysatoren aan de kotters van de garnalenvissers (Grinwis, CU). | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Uitgaande brief [25-01-2023] - Onderzoeken schadeafhandeling en funderingsproblematiek |
5890 | TZ202212-083: De Kamer wordt zo spoedig mogelijk geïnformeerd over een verbod op het gebruik van stroomstootmiddelen bij het vervoer van dieren (Vestering, PvdD). | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Uitgaande brief [19-01-2023] - Verzamelbrief dierenwelzijnUitgaande brief [25-05-2023] - Verzamelbrief versterken toezicht op dierenwelzijn |
5889 | TZ202212-082: De Kamer wordt nader geïnformeerd over het onderzoek ten aanzien van de mogelijkheden waarop bepaalde diergeneeskundige handelingen kunnen worden uitgevoerd door medewerkers van de dierenambulance die nu niet mogelijk zijn (Graus, PVV). | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Onderhanden. |
5888 | TZ202212-081: De Kamer wordt in het eerste kwartaal van 2023 geïnformeerd over het verhogen van de leeftijdsgrens voor transport van jonge kalveren en de implicaties voor de betrokken agrariërs en ondersteuning op dit gebied (Vestering, PvdD). | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Uitgaande brief [26-05-2023] Verzamelbrief dieren in de veehouderij |
5883 | TZ202210-153: De Kamer wordt kort na het herfstreces geïnformeerd over niet-toetsbare stoffen en de (on)mogelijkheden voor een verbod (Vestering, PvdD). | Parlementaire agenda [20-10-2022] - CD Verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen | Uitgaande brief [28-02-2023] - Invulling voornemens tot loskoppeling van verkoop en advies en een terugkoppeling van de raadswerkgroep over de conceptverordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen |
5882 | TZ202210-152: De Kamer wordt door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit op de hoogte gehouden van ontwikkelingen rondom CRISPR-Cas in aanloop naar het voorstel van de Europese Commissie in het tweede kwartaal van 2023 (Van Campen, VVD). | Parlementaire agenda [20-10-2022] - CD Verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen | Onderhanden. |
5881 | TZ202210-151: De Kamer wordt geïnformeerd over ontwikkelingen in het tijdpad en de uitwerking van de Verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen (Boswijk, CDA). | Parlementaire agenda [20-10-2022] - CD Verordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen | Uitgaande brief [28-02-2023] - Invulling voornemens tot loskoppeling van verkoop en advies en een terugkoppeling van de raadswerkgroep over de conceptverordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen |
5817 | TZ202210-176: De staatssecretaris BZK zegt toe de Tweede Kamer per brief te informeren over de toegankelijkheid voor de individuele ondernemer van de middelen die beschikbaar zijn gesteld voor het versterken van landbouw op de eilanden. (toezegging aan het lid Van den Berg). | [19 en 20 oktober 2022] Begrotingsdebat Koninkrijksrelaties | Onderhanden. |
5816 | TZ202211-129: De minister LNV verzoekt de minister J&V de Kamer te informeren over het aantal stalbezettingen dat in 2022 heeft plaatsgevonden. (Bromet, GroenLinks) | Parlementaire agenda [10-11-2022] - CD Dieren in de veehouderij | Uitgaande brief [15-12-2022] - Beantwoording Kamervragen over stalbezettingen |
5815 | TZ202211-128: De Kamer ontvangt in het eerste kwartaal van 2023 nadere informatie over het doden van kippen in relatie tot een level playing field in de EU en het EFSA-advies. (De Groot, D66) | Parlementaire agenda [10-11-2022] - CD Dieren in de veehouderij | Uitgaande brief [26-05-2023] - Verzamelbrief dieren in de veehouderij |
5814 | TZ202211-127: De Kamer ontvangt voor het einde van het jaar nadere informatie over consequenties van diverse scenario’s voor de kalverhouderij, hierin wordt tevens aangegeven welke pilots gaan lopen. (Van der Plas, BBB) | Parlementaire agenda [10-11-2022] - CD Dieren in de veehouderij | Uitgaande brief [19-01-2023] - Verzamelbrief dierenwelzijn |
5813 | TZ202211-126: De Kamer ontvangt vóór het indienen van het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet Dieren nadere informatie over het type voorhang dat in het wetsvoorstel zal worden opgenomen. (De Groot, D66) | Parlementaire agenda [10-11-2022] - CD Dieren in de veehouderij | Uitgaande brief [19-01-2023] - Verzamelbrief dierenwelzijn |
5782 | De Kamer ontvangt een intensiveringsplan preventie vogelgriep dit voorjaar, waarin de evaluatie van de roadmap vogelgriep is meegenomen. | Parlementaire agenda [13-10-2022] - CD Zoönosen en dierziekten met MVWS | Uitgaande brief [06-07-2023] Intensiveringsplan preventie vogelgriep |
5781 | TZ202210-114: De Kamer ontvangt uiterlijk aan het einde van dit jaar meer informatie over een meldsysteem voor vogelgriep. Dat is een toezegging aan de heer Van Campen. | Parlementaire agenda [13-10-2022] - CD Zoönosen en dierziekten met MVWS | Uitgaande brief [30-11-2022] - Beantwoording Kamervragen leidraad omgang met wilde vogels met vogelgriep |
5780 | TZ202210-113: De Kamer ontvangt deze maand een leidraad voor de behandeling van zieke en dode vogels. Dat is een toezegging aan de heer Boswijk. | Parlementaire agenda [13-10-2022] - CD Zoönosen en dierziekten met MVWS | Uitgaande brief [30-11-2022] - Beantwoording Kamervragen leidraad omgang met wilde vogels met vogelgriep |
5779 | TZ202210-112: De Kamer ontvangt de nadere uitwerking van het draaiboek vogelgriep, incl evaluatie bureau Berenschot, uiterlijk in januari 2023. Dit is ook een toezegging aan mevrouw Van der Plas. | Parlementaire agenda [13-10-2022] - CD Zoönosen en dierziekten met MVWS | Uitgaande brief [17-04-2023] - Verzamelbrief diergezondheid over actualisatie bestrijdingsdraaiboeken dierziekten, voorbereidingen op elektronische identificatie in dieren en het tijdig & juist invoeren van diergegevens door rundveehouders |
5778 | TZ202210-111: De Kamer ontvangt dit jaar een nadere toelichting over de uitwerking van de tabel over de populatie van ganzen. Dit is ook een toezegging aan mevrouw Van der Plas. | Parlementaire agenda [13-10-2022] - CD Zoönosen en dierziekten met MVWS | Uitgaande brief [30-11-2022] - Beantwoording Kamervragen leidraad omgang met wilde vogels met vogelgriep |
5777 | TZ202210-110: De Kamer wordt voor het einde van het jaar geïnformeerd over de belangenafweging inzake de sector jacht, recreatie en militair gebruik van en in natuurgebieden, waarbij het gaat om het voorkomen van verstoring van populaties wilde vogels in relatie tot de bestrijding/preventie vogelgriep. Dat is een toezegging aan mevrouw Van der Plas. | Parlementaire agenda [13-10-2022] - CD Zoönosen en dierziekten met MVWS | Uitgaande brief [27-01-2023] - Stand van zaken vogelgriep |
5775 | TZ202210-144: De Tweede Kamer ontvangt schriftelijk een toelichting op de invulling van het jaar 2023 wat betreft het leerjaar 2023 inzake GLB en derogatie. | Parlementaire agenda [20-10-2022] - CD Landbouw, Klimaat en Voedsel | Uitgaande brief [14-11-2022] - Ingangsjaar Gemeenschappelijk Landbouw Beleid in 2023 |
5774 | TZ202210-143: De Tweede Kamer ontvangt na het herfstreces, en voor 10 november 2022, een schriftelijke reactie op de vraag wanneer de drie aangenomen wetswijzigingen op de wet Dieren worden ondertekend. | Parlementaire agenda [20-10-2022] - CD Landbouw, Klimaat en Voedsel | Uitgaande brief [08-11-2022] - Verzamelbrief dierenwelzijn van dieren in de veehouderij |
5742 | TZ202209-054: De Kamer wordt zo snel mogelijk, voor 1-1-2023, geïnformeerd over de definiëring van verontreinigde gebieden na openbare publicatie van de derogatiebeschikking. Dit in antwoord op de heer Van Campen. | Parlementaire agenda [13-09-2022] - CD Mestbeleid | Uitgaande brief [20-01-2023] - Implementatie derogatiebeschikking en zevende actieprogramma Nitraatrichtlijn |
5741 | TZ202209-054: De Kamer wordt voor het einde van het jaar geïnformeerd over hoe om te gaan met het CDM-advies inzake grondgebondenheid. Dat was in antwoord op de heer De Groot. | Parlementaire agenda [13-09-2022] - CD Mestbeleid | Onderhanden. Conform toezegging in het debat van 1 juni 2023 wordt de Kamer hier in het najaar van 2023 nader over geïnformeerd. |
5740 | MLNV zegt aan dhr. Grinwis toe dat hij samen met MNenS kijkt wat er mogelijk is voor de gebieden met beekdalen middels de gebiedsgerichte aanpak. | Parlementaire agenda [15-03-2022] - CD Landbouw en Visserijraad van 21 maart | Onderhanden. Deze motie is gerelateerd aan het Landbouwplan, er wordt bezien hoe invulling wordt gegeven dit traject en aan de motie. |
5739 | MLNV zegt toe om, gezien de omstandigheden, extra te pleiten voor het toestaan van meer reststromen in veevoer, inclusief het voeren van insecten met mest en het omlaagbrengen van het graanaandeel. | Parlementaire agenda [15-03-2022] - CD Landbouw en Visserijraad van 21 maart | Onderhanden. |
5738 | MLNV zegt toe om direct na het zomerreces het gesprek aan te gaan met de bonden die betrokken zijn bij de saneringsregeling. | Parlementaire agenda [06-07-2022] - CD Visserij en tuinbouw | Uitgaande brief [23-12-2022] - Verzamelbrief Visserij |
5737 | MLNV zegt aan dhr. De Groot toe dat hij erop toeziet dat de gesprekken hij zal voeren met fabrikanten over de blackbox niet vrijblijvend zijn. | Parlementaire agenda [06-07-2022] - CD Visserij en tuinbouw | Onderhanden. |
5736 | MLNV zegt toe te controleren of het Ondernemersloket van de RVO voldoet aan de wensen van de Kamer om een loket te hebben waarbij vissers terecht kunnen voor de overbruggingsregeling. o Toelichting: Ik zeg toe dat ik nogmaals ga kijken of de mogelijkheid bij RVO voldoet aan de wensen die hier geuit worden. Ik zet er vol op in dat de visserij daar toegang krijgt en daar terechtkan met haar vragen. Maar ik moet de verwachtingen ook wel een beetje temperen, want ik heb natuurlijk niet op elke ondernemersvraag een antwoord. Individuele vragen van een ondernemer over financiering kunnen we natuurlijk niet beantwoorden via de regelingen die daarvoor zijn, maar ik ga zeker kijken of we hierop kunnen intensiveren. | Parlementaire agenda [06-07-2022] - CD Visserij en tuinbouw | Uitgaande brief [13-06-2023] - Verzamelbrief visserij |
5735 | MLNV gaat in overleg met zijn collega’s van Financiën over het versneld beschikbaar stellen van de 60 miljoen voor de glastuinbouw. De Kamer zal na de zomer worden geïnformeerd over de uitkomst hiervan. | Parlementaire agenda [06-07-2022] - CD Visserij en tuinbouw | Uitgaande brief [19-10-2022] - Perspectief duurzame glastuinbouw Limburg, motie-Valstar en subsidieplafond energiebesparing |
5734 | Aan de heer Valstar: MLNV zal schriftelijk terugkomen op de casus van de tuinders uit Limburg die geen gebruik meer kunnen maken van geothermie en de vragen die de heer Valstar daarover heeft gesteld. | Parlementaire agenda [06-07-2022] - CD Visserij en tuinbouw | Uitgaande brief [19-10-2022] - Perspectief duurzame glastuinbouw Limburg, motie-Valstar en subsidieplafond energiebesparing |
5732 | MLNV zal in 2022 een brief aan de Kamer sturen over wat hij mede naar aanleiding van de petitie van Compassion in World Farming gaat doen op het gebied van bescherming en welzijn van vissen. Dat is een toezegging aan mevrouw Vestering. | Parlementaire agenda [08-06-2022] - CD Landbouw en Visserijraad op 13 juni 2022 | Uitgaande brief [23-12-2022] - Verzamelbrief Visserij |
5730 | MLNV zegt toe dat hij zich de komende periode extra ga inzetten om met vissers in gesprek te gaan. | Parlementaire agenda [08-06-2022] - CD Landbouw en Visserijraad op 13 juni 2022 | Onderhanden. De Kamer is geïnformeerd in de uitgaande brief [23-12-2022] - Voortgang van een aantal onderwerpen gerelateerd aan het visserijbeleid. |
5725 | Toezegging aan dhr. Wassenberg om met een reactie te komen op het rapport over dat bodemberoerende visserij mondiaal net zoveel CO2 uitstoot als de luchtvaart op mondiale schaal.Toelichting: Wassenberg: Kan de minister ook antwoord geven op mijn vraag over de visserij? Onderzoek laat zien dat bodemberoerende visserij mondiaal net zoveel CO2 uitstoot als de luchtvaart op mondiale schaal. Is de minister het ermee eens dat het tegenstrijdig beleid is om bijna 200 miljoen uit het klimaatfonds te halen om door te gaan met die bodemberoerende visserij en dus met CO2-uitstoot? Het artikel over de mondiale uitstoot van de bodemberoerende visserij en de luchtvaart zou ik graag aan de minister willen geven. Dat doe ik via de bode.MLNV: Dan de vraag van heer Wassenberg over de bodemberoerende visserij. Ik heb een rapport van hem gekregen. Ik heb dat net gekregen, dus ik moet dat eerst bestuderen. Ik ga daarnaar kijken. Ik zeg de heer Wassenberg toe dat ik laat weten wat mijn reactie daarop is. | Parlementaire agenda [07-07-2022] - TMD Visserij en Tuinbouw | Uitgaande brief [23-12-2022] - Verzamelbrief Visserij |
5703 | Aan het lid Van Campen: De kwestie van de zelfslachtende slagers wordt meegenomen in het onderzoek over het tariefstelsel dat dit najaar wordt uitgevoerd. | Parlementaire agenda [28-06-2022] - CD NVWA | Uitgaande brief [25-05-2023] Verzamelbrief versterken toezicht op dierenwelzijn. |
5702 | Aan het lid Tjeerd de Groot: De Kamer zal, zodra mogelijk, worden geïnformeerd over de gesprekken over de uitbreiding van het kwaliteitssysteem rundvee. | Parlementaire agenda [28-06-2022] - CD NVWA | Uitgaande brief [08-11-2022] - Verzamelbrief dierenwelzijn van dieren in de veehouderij |
5701 | Aan het lid Bisschop: Eind van dit jaar wordt de Kamer geïnformeerd over de uitkomsten van de evaluatie van de codering in het kader van de eisen voor transportwaardigheid van dieren. | Parlementaire agenda [28-06-2022] - CD NVWA | Uitgaande brief [25-05-2023] - Verzamelbrief versterken toezicht op dierenwelzijn |
5700 | Aan het lid Bisschop: In november zal de Kamer worden geïnformeerd over de uitkomsten van de consultatieronde over het tarievenstelsel, waarin zal worden ingegaan op de mogelijkheden voor doelmatigheidsprikkels. | Parlementaire agenda [28-06-2022] - CD NVWA | Uitgaande brief [11-11-2022] Tarieven 2023 NVWA |
5625 | De minister van LNV komt terug op de vragen van de leden Thijssen (PvdA) en Beckerman (SP) over de arbeidsomstandigheden in slachthuizen, ook in het licht van het verbod op subcontracting in Duitsland. | Parlementaire agenda [17-05-2022] - Debat Voortdurende misstanden in de Nederlandse Slachthuizen | Uitgaande brief [08-11-2022] - Verzamelbrief dierenwelzijn van dieren in de veehouderij |
5623 | De minister van LNV heeft het lid Van Campen (VVD) toegezegd om de «three strikes out»-benadering te verkennen en de uitwerking daarvan naar de Kamer te sturen. | Parlementaire agenda [17-05-2022] - Debat Voortdurende misstanden in de Nederlandse Slachthuizen | Uitgaande brief [25-05-2023] - Verzamelbrief versterken toezicht op dierenwelzijn |
5566 | Na de zomer ontvangt de Kamer de voortgangsrapportage van de transitie proefdiervrije innovatie, waarin ook zal worden ingegaan op de doorgroei van innovatieve start-ups en de wettelijk verplichte onderzoeken waarbij dierproeven worden ingezet. | Parlementaire agenda [21-04-2022] - CD Dierproeven | Uitgaande brief [30-01-2023] - Transitie Proefdiervrije Innovatie (TPI) en dierproeven |
5565 | Aan de heer De Groot: Na de zomer ontvangt de Kamer een analyse over de belemmeringen die het 3V-beleid oplevert voor de wetenschap. | Parlementaire agenda [21-04-2022] - CD Dierproeven | Uitgaande brief [30-01-2023] - Transitie Proefdiervrije Innovatie (TPI) en dierproeven |
5563 | Eind 2023 worden de resultaten van verwacht van de pilot van ZonMw over transparant proefdierenonderzoek, die ook inzicht geven in de effecten van pre-registratie. | Parlementaire agenda [21-04-2022] - CD Dierproeven | Onderhanden. De afronding van het pilotonderzoek door OCW is eind 2023 voorzien. Zo is dat ook benoemd in de Kamerbrief van TPI en dierproeven van 30 jan 2023. De AI-motie is daar ook in behandeld. Er is aanvullende financiering naar ZonMw gegaan voor een AI project. Dit is beschreven in de Kamerbrief. Oproep voor project staat inmiddels open bij ZonMw. Een besluit over het project wordt in het vroege najaar 2023 verwacht. |
5561 | Aan de heer Haverkort: Na de zomer ontvangt de Kamer een vervolgevaluatie van de Centrale Commissie Dierproeven, waarbij in zal worden gegaan op de efficiëntie van het stelsel. | Parlementaire agenda [21-04-2022] - CD Dierproeven | Uitgaande brief [30-01-2023] - Transitie Proefdiervrije Innovatie (TPI) en dierproeven |
5557 | Beantwoording van de vraag van het lid Graus m.b.t. DNA banken. | Parlementaire agenda [20-04-2022] - CD Dierenwelzijn | Onderhanden. De Kamer is over de DNA databanken met de verzamelbrief Dierenwelzijn van 14 april 2022 (Kamerstuk 28286 nr. 1255) geïnformeerd. Toen zijn de twee onderzoeken inzake een DNA-databank voor honden toegezonden. De Kamer wordt naar verwachting in het eerste kwartaal van 2024 nader geïnformeerd. |
5556 | Minister stuurt een verkenning chipplicht katten + zwerfkattenprobleem. | Parlementaire agenda [20-04-2022] - CD Dierenwelzijn | Uitgaande brief [19-01-2023] - Verzamelbrief dierenwelzijn |
5555 | De vraag van het lid Haverkort over de uitzending van Kassa en bespreking raad van beheer fok kortsnuitige honden. | Parlementaire agenda [20-04-2022] - CD Dierenwelzijn | Onderhanden. De Kamer wordt hier naar verwachting na het zomerreces nader over geïnformeerd. |
5554 | De vragen van de leden Wassenberg en de Groot m.b.t. de inzet van de NVWA bij het convenant m.b.t. marktplaats en het aantal meldingen. | Parlementaire agenda [20-04-2022] - CD Dierenwelzijn | Uitgaande brief [22-06-2022] - Verzamelbrief versterking toezicht |
5504 | De minister zegt toe de opmerkingen en suggesties van het lid Boswijk (CDA) over een keurmerk met betrekking tot het percentage van humaan voedsel in veevoer te verkennen. | Parlementaire agenda [30-03-2022] - CD Landbouw, Klimaat en Voedsel | Onderhanden. Deze motie gerelateerd aan het Landbouwplan en er wordt nader bezien hoe derhalve invulling wordt gegeven aan de motie. |
5501 | De minister stuurt voor de zomer een plan van aanpak over de BTW-verlaging op groente en fruit naar de Kamer. | Parlementaire agenda [30-03-2022] - CD Landbouw, Klimaat en Voedsel | Kamerbrief over plan van aanpak prijsmaatregelen voeding ‒ 05-07-2022 |
5500 | De minister komt later dit jaar terug op de vragen van het lid Tjeerd de Groot (D66) over obesitas. | Parlementaire agenda [30-03-2022] - CD Landbouw, Klimaat en Voedsel | Onderhanden. Mogelijk wordt de Kamer in het najaar van 2023 geïnformeerd over het voedselbeleid en wordt deze motie hierbij betrokken. |
5499 | De minister stuurt binnen enkele weken een brief over de motie-Boswijk (CDA) over in de EU geproduceerde eiwitten. | Parlementaire agenda [30-03-2022] - CD Landbouw, Klimaat en Voedsel | Onderhanden. Deze motie gerelateerd aan het Landbouwplan en er wordt nader bezien hoe derhalve invulling wordt gegeven aan de motie. |
5497 | De minister stuurt in mei de brief over klimaat- en energie naar de Kamer. | Parlementaire agenda [30-03-2022] - CD Landbouw, Klimaat en Voedsel | Uitgaande brief [02-06-2022] - Ontwerp Beleidsprogramma Klimaat |
5437 | De minister zegt toe de Kamer te informeren over een melding die bij de NVWA is gedaan over het buiten ruimen van kippen in Lunteren terwijl er harde wind stond | Parlementaire agenda [17-03-2022] - TMD Zoönosen en Dierziekte samen met MVWS | Uitgaande brief [28-06-2022] - Stand van zaken vogelgriepUitgaande brief [21-04-2022] - Informatie over de vogelgriepsituatie |
5432 | De minister van LNV stuurt de uitkomst van het onderzoek naar aanleiding van de aangenomen motie over reptielenbeurzen voor de zomer naar de Kamer. | Parlementaire agenda [24-02-2022] - CD Zoönosen en Dierziekte | Uitgaande brief [13-07-2023] - Verzamelbrief dierenwelzijn gezelschapsdieren |
5384 | Tijdens het debat van de Regeringsverklaring van 18 en 19 januari jl. heeft het lid Hermans (VVD) verzocht om van elk departement een planningsbrief te ontvangen. | [19-01-2022] Debat over de regeringsverklaring | Uitgaande brief [10-02-2022] - Planningsbrief van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit |
5347 | De minister zegt aan het lid Van der Plas toe met RVO te verifiëren dat bij innovaties die onder de RAV worden afgewezen er naar de indieners wordt toegelicht waarom de aanvraag is afgewezen. | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Uitgaande brief [25-11-2022] - Toekomst bevorderen innovatie van emissiearme stalsystemen |
5344 | De minister zegt toe te kijken naar mogelijke belemmeringen in het Omschakelprogramma voor startende ondernemers. | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Uitgaande brief [05-07-2023] Investeringsfonds Duurzame Landbouw (IDL) |
5343 | De minister zegt toe te bekijken welke maatregelen noodzakelijk zijn om de risico's op het vlak van zoönosen en dierenwelzijn te verkleinen. Daarbij zal worden bekeken of het toezicht al verscherpt kan worden met het bestaande instrumentarium in de Wet dieren, met de NVWA. | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Uitgaande brief [13-07-2023] - Verzamelbrief dierenwelzijn gezelschapsdieren |
5328 | De minister stuurt ter info de invulling van artikel 66 naar de Kamer, zodra de Europese Commissie hier meer duidelijkheid over heeft gegeven. | Parlementaire agenda [08-12-2021] - CD Nationaal Strategisch Plan | Uitgaande brief [14-11-2022] - Ingangsjaar Gemeenschappelijk Landbouw Beleid in 2023 |
5327 | De minister stuurt een brief met de uitwerking van de monitoring van de sociaaleconomische positie in de loop van 2022 naar de Kamer. | Parlementaire agenda [08-12-2021] - CD Nationaal Strategisch Plan | Uitgaande brief [08-03-2023] - Geannoteerde agenda Landbouw- en Visserijraad 20 maart 2023 |
5324 | De minister stuurt voor de zomer een brief naar de Kamer over de status van andere lidstaten met betrekking tot de verantwoordelijkheid voor duurzaam landbouwbeleid. | Parlementaire agenda [08-12-2021] - CD Nationaal Strategisch Plan | Onderhanden. |
5318 | De minister zegt toe te kijken naar een apart spoor voor de biologische sector en hierover ook met de Europese Commissie in gesprek te gaan. | Parlementaire agenda [11-11-2021] - Tweeminutendebat Mestbeleid | De minister van LNV heeft conform toezegging gekeken naar dit spoor en dit is met de Europese Commissie besproken. |
5317 | De minister zegt toe met de waterschappen te bekijken welke mogelijkheden er zijn om het dempen van sloten tegen te gaan als dit gebeurd. | Parlementaire agenda [11-11-2021] - Tweeminutendebat Mestbeleid | Conform toezegging afgehandeld tijdens het Commissiedebat Mestbeleid van 1 juni 2023. |
5295 | Aan het lid Thijssen (PvdA): De minister stuurt informatie over de uitkomst van de sociale conditionaliteit begin 2025 naar de Kamer. | Parlementaire agenda [30-09-2021] - CD Nationaal Strategisch Plan | Onderhanden en conform toezegging voorzien in 2025. |
5294 | Aan het lid Koekkoek (Volt): De minister stuurt het evaluatierapport van het Nationaal Strategisch Plan wanneer deze klaar is in 2025 naar de Kamer. | Parlementaire agenda [30-09-2021] - CD Nationaal Strategisch Plan | Onderhanden en conform toezegging voorzien in 2025. |
5272 | De minister zegt toe het afwegingskader ikv bufferstroken naar de Kamer te sturen. | Parlementaire agenda [15-09-2021] - CD Mestbeleid | Uitgaande brief [02-12-2022] - Diverse onderwerpen mestbeleid |
5209 | De minister van LNV informeert de Kamer in het eerste kwartaal van 2022 over de mogelijkheden voor aanvullend gezondheidsonderzoek door het RIVM naar de langetermijngevolgen van blootstelling aan gewasbeschermingsmiddelen. | Parlementaire agenda [20-05-2021] - VAO Gewasbeschermingsmiddelen | Uitgaande brief [28-02-2023] - Invulling voornemens tot loskoppeling van verkoop en advies en een terugkoppeling van de raadswerkgroep over de conceptverordening duurzaam gebruik gewasbeschermingsmiddelen |
5201 | De minister zegt toe de geactualiseerde draaiboeken rond de zomer online te publiceren. | Parlementaire agenda [21-04-2021] - Wijziging van de Wet dieren in verband met de uitvoering van de herziene Europese Diergezondheidswetgeving (35 398) | Uitgaande brief [17-04-2023] - Verzamelbrief diergezondheid over actualisatie bestrijdingsdraaiboeken dierziekten, voorbereidingen op elektronische identificatie in dieren en het tijdig & juist invoeren van diergegevens door rundveehouders |
5198 | De minister zegt toe een uitvoerings- en handhaafbaarheidstoets te doen op het amendement van de heer Wassenberg op de Wet Dieren over het doden van dieren door fokkers en de Kamer hier over te informeren via de Nota naar aanleiding van het verslag. | Parlementaire agenda [21-04-2021] - Wijziging van de Wet dieren in verband met de uitvoering van de herziene Europese Diergezondheidswetgeving (35 398) | Uitgaande brief [30-03-2023] - Analyse van de handhaafbaarheid en uitvoerbaarheid van het ingetrokken amendement ‘doden van dieren’ van het lid Wassenberg |
5197 | De minister zal in gesprek gaan met haar Duitse collega over de afzetmogelijkheden van gevaccineerde producten en zal samen met de sectoren dit onderwerp agenderen op de Noordwest-Europese conferentie dit najaar. | Parlementaire agenda [21-04-2021] - Wijziging van de Wet dieren in verband met de uitvoering van de herziene Europese Diergezondheidswetgeving (35 398) | Onderhanden. Nedelrand is inmiddels in Europa met alle de EU-lidstaten en de Europese Commissie in gesprek over handelsbelemmeringen ten aanzien van producten van gevaccineerde dieren. Immers gaat het nu ook om vogelgriep. In plaats daarvan worden andere gesprekken gevoerd. Dit is in de Nota naar aanleiding van het Verslag AHR ook gecommuniceerd aan de Kamer op 14 juni 2023 (Kamerstuk 2023Z10882). |
5154 | De Kamer zal de Garnalenvisie in het tweede kwartaal van 2021 ontvangen. | Parlementaire agenda [27-01-2021] - Notaoverleg Onderhandelaarsakkoord over de Noordzee met MI&W | Onderhanden. Naar verwachting wordt de garnalenvisie in het najaar 2023 naar de Kamer gestuurd. |
5132 | De minister van LNV zegt toe in gesprek te gaan met de provincies over de bevordering van stilte en stiltegebieden, ook in het kader van de Omgevingswet, en hoe we daarmee rekening zouden kunnen houden bij de ruimtelijke ordening. | Parlementaire agenda [25-11-2020] ‒ 2e termijn Begroting Landbouw, Natuur en Visserij (XIV) | Uitgaande brief [14-10-2022] - Verzamelbrief Natuur |
5061 | De minister zegt toe dat er een ex-ante analyse door of met in samenwerking met het Planbureau voor de Leefomgeving zal worden uitgevoerd over de tussendoelen, de indicatoren en de criteria van het Uitvoeringsprogramma Toekomstvisie Gewasbescherming, die komend jaar worden uitgewerkt. | Parlementaire agenda [02-11-2020] - AO Gewasbeschermingsmiddelen | Uitgaande brief [25-05-2022] - Moties en toezeggingen op het gebied van gewasbescherming |
5058 | De minister zal voor eind 2020 de Kamer meer informatie sturen over emissiearme stalvloeren (deze toezegging ziet op volièrehuisvesting). | Parlementaire agenda [04-11-2020] - AO Mestbeleid | Uitgaande brief [30-06-2023] - Innovatie en borging van emissiearme stalsystemen |
5047 | De onafhankelijke audit die wordt uitgevoerd naar aanleiding van de uitspraak van het College van Beroep over mond- en klauwzeer in Kootwijkerbroek ontvangt de Kamer in de eerste helft van 2021 | Parlementaire agenda [29-10-2020] - AO Dieren in de veehouderij | Uitgaande brief [23-02-2022] - Kamerbrief over verschillende onderwerpen betreffende vogelgriep en andere dierziekten |
5036 | De Kamer wordt z.s.m. geïnformeerd over de uitkomsten van het onderzoek naar een DNA-databank en de kosten daarvan. | Parlementaire agenda [29-09-2020] - AO Dierenwelzijn buiten de veehouderij | Uitgaande brief [14-04-2022] - Verzamelbrief dierenwelzijn |
4861 | De minister stuurt de regeling met de vrijwillige opkoopregeling naar de Tweede Kamer zodra de Europese Commissie de staatssteuntoets heeft uitgevoerd. In het gunstigste geval wordt de regeling in de zomer aan de Europese Commissie voorgelegd. | Parlementaire agenda [20-02-2020] - AO Stikstofproblematiek | De regeling is inmiddels gepubliceerd (de Lbv, Lbv+ zowel als de MGA). |
4859 | De minister informeert de Tweede Kamer na de zomer over de nadere uitwerking van de regeling voor productierechten. | Parlementaire agenda [20-02-2020] - AO Stikstofproblematiek | Onderhanden. |
4757 | Half januari informeert de minister de Kamer over het aantal bedrijven dat gekort is op GLB-betalingen vanwege de I&R-fraude. | Parlementaire agenda [11-12-2019] - AO Landbouw- en Visserijraad op 16 december 2019 | Onderhanden. |
4739 | De minister stuurt in 2021 de resultaten van het gezondheidsonderzoek geitenhouderij naar de TK | Parlementaire agenda [02-12-2019] - Wetgevingsoverleg Wijziging van de Meststoffenwet in verband met de implementatie van het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn | Onderhanden. De Kamer is eerder geïnformeerd over de vertraging die is opgetreden in onderzoeksprogramma Veehouderij en Gezondheid Omwonenden (VGO) III (Kamerstuk 28 973, nr. 241, 28 286, nr. 1261). |
4685 | Toezegging VVD – Minister gaat met Arne Weverling naar de Floriade. | Parlementaire agenda [10-10-2019] ‒ 2e termijn Begrotingsbehandeling LNV | De Floriade is bezocht. |
4565 | De minister zal een overzicht sturen van hoe het voorstel voor een nieuwe Bee Guidance zich verhoudt tot eerdere voorstellen en het huidige beoordelingskader zodra de Europese Commissie hiervoor een voorstel voorlegt. | Parlementaire agenda [12-06-2019] - AO Landbouw- en Visserijraad op 18 juni 2019 | Uitgaande brief [07-07-2023] - Ctgb-appreciatie op nieuwe versie van het bijenrichtsnoer |
4438 | De onderzoeken over fijnstof en ammoniak worden na afronding ook naar de EK gestuurd. (T02664) | Parlementaire agenda [11-12-2018] - Begrotingsstaten Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en Diergezondheidsfonds 2019 (35.000 XIV) | Onderhanden. De Kamer wordt hier naar verwachting rond eind 2024 nader over geïnformeerd. |
4388 | De minister stuurt de Kamer over een half jaar, dus voor de zomer van 2019, een brief over de evaluatie van de aanpak van online verkoop van dieren (bijvoorbeeld op facebook). | Parlementaire agenda [14-11-2018] - AO Dierenwelzijn | Onderhanden. Het onderzoek zal in het tweede kwartaal van 2024 worden opgeleverd. |
4377 | De minister informeert de Kamer binnenkort over de mogelijkheden van middelen uit het POP tbv zeldzame huisdierrassen. | Parlementaire agenda [13-11-2018] - AO Landbouw- en Visserijraad op 19 en 20 november 2018 | Uitgaande brief [17-06-2022] - Appreciatie observaties Europese Commissie GLB-Nationaal Strategisch Plan |
1939 | De Staatssecretaris zal de onderzoeken voor positieflijsten (andere dan de zoogdieren) al opstarten. | Parlementaire agenda [21-06-2012] - AO Zenderen van (zee)dieren, olifantenjacht en CITES (incl. ivoorhandel) | Onderhanden. Op de toezegging is ingegaan in de Kamerbrief «Voortgang dierenwelzijn» van 19 januari 2023. |
MINISTER VOOR NENS | |||
EK | |||
5189 | De minister van LNV zegt toe aan het lid Schalk (SGP) dat binnen vier jaar wordt gekeken welke zekerheid kan worden geboden om het wettelijke doel in 2035 te halen en zaken hiervoor goed om een rij te krijgen, en hiermee niet tot 2028 te wachten (zie EK T03114). | Parlementaire agenda [02-03-2021] ‒ 35600 Wijziging van de Wet natuurbescherming en de Omgevingswet (stikstofreductie en natuurverbetering) | Onderhanden. |
5180 | De minister van LNV zegt aan het lid Pijlman (D66) toe om de Eerste Kamer te informeren over de voorwaarden (zoals over BBT) bij verplaatsing van piekbelasters op het moment dat de tweede tranche ingaat – dat zal na de zomer zijn. In de tussentijd worden gesprekken met piekbelasters wel gevoerd. | Parlementaire agenda [02-03-2021] ‒ 35600 Wijziging van de Wet natuurbescherming en de Omgevingswet (stikstofreductie en natuurverbetering) | Onderhanden. |
5142 | T03005: De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Rietkerk (CDA), toe bij de evaluatie van de natuurdoelensystematiek duidelijker te definiëren wat de instandhoudingsdoelen, behouddoelen en uitbreidingsdoelen zijn. | Parlementaire agenda [30-06-2020] - Debat Aanvullingswet natuur Omgevingswet | Onderhanden. De Kamer wordt t.z.t. geïnformeerd in een brief die ook voortgang van de actualisatie van de doelensystematiek behandelt. |
4992 | T03010: De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Recourt (PvdA), toe dat bij de jaarlijkse evaluatie van de Omgevingswet zal worden bezien of de ambities voor natuur worden waargemaakt en indien dat niet het geval is, zullen de onderliggende redenen bekeken worden. | Parlementaire agenda [30-06-2020] - Debat Aanvullingswet natuur Omgevingswet | Onderhanden. Op 7 juli 2020 heeft de toenmalige minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit de Eerste Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Recourt (PvdA) toegezegd dat bij de jaarlijkse evaluatie van de Omgevingswet zal worden bezien of de ambities voor natuur worden waargemaakt en indien dat niet het geval is, zullen de onderliggende redenen bekeken worden.Het stelsel van de Omgevingswet wordt niet jaarlijks geëvalueerd maar wel jaarlijks gemonitord. Deze monitor richt zich echter op de verbeterdoelstellingen van de wet en niet op de maatschappelijke doelstellingen. Door de ingestelde onafhankelijke evaluatiecommissie wordt wel jaarlijks op deze monitor van het stelsel gereflecteerd. In deze evaluatiecommissie zit ook kennis over natuurwetgeving. Daarnaast worden de maatschappelijke doelstellingen van de Omgevingswet in principe gemonitord via de tweejaarlijkse Monitor NOVI van het Planbureau voor de Leefomgeving c.s. Hier maken natuur en biodiversiteit ook onderdeel van uit. De eerste evaluatie van de Omgevingswet vindt plaats 1 jaar na inwerkingtreding, dus op zijn vroegst in 2025. |
4988 | De minister van LNV rapporteert elke twee jaar aan het parlement over de voortgang en de gevolgen van de maatregelen die zullen worden genomen in het programma stikstofreductie en natuurverbetering. Als uit de monitoring blijkt dat er een soort gewijzigd programma moet komen, bijvoorbeeld omdat de reductiedoelstelling voor 2030 anders in gevaar komt, zal de minister van LNV het programma aanpassen en dat ook aan de Eerste Kamer laten weten. Het programma wordt sowieso elke zes jaar geactualiseerd. | Parlementaire agenda [30-06-2020] - Debat Aanvullingswet natuur Omgevingswet | Onderhanden. De minister zal periodiek geïnformeerd worden over de voortgang en de gevolgen van de maatregelen die zijn genomen op basis van het PSN. |
4985 | T3002: De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van de leden Kluit (GroenLinks), Rietkerk (CDA) en Huizinga-Heringa (ChristenUnie), toe één jaar na inwerkingtreding van de Omgevingswet met de provincies de ervaringen die zij hebben met de omzetting van het stelsel wat betreft natuur, te bespreken. Het expliciete punt van de omzetting van de natuurvisie in de omgevingsvisie wordt daarin meegenomen, ook met betrekking tot de vormvereisten. (T03002) | Parlementaire agenda [30-06-2020] - Debat Aanvullingswet natuur Omgevingswet | Onderhanden. Na de zomer worden gesprekken met de provinices gestart. Deze toezegging wordt opgepakt in samenhang met de monitoring van het stelsel van de Omgevingswet. |
TK | |||
6156 | TZ202303-016: De minister voor Natuur en Stikstof zal voor de zomer van 2023 – en mogelijkerwijs eerder - een lijst aan de Tweede Kamer opsturen met daarin de bedrijven die zijn opgekocht door de ministeries. Toegezegd aan het lid Omtzigt. | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Uitgaande brief [30-06-2023] - Voortgangsbrief Stikstof |
6155 | TZ202306-309: De minister voor Natuur en Stikstof informeert de Kamer over hoe zij aankijkt tegen de oproep van verschillende partijen/bedrijven tot een snelle invoering van de Natuurherstelverordening. | Parlementaire agenda [14-06-2023] - LNV: CD Milieuraad 20 juni 2023 | Onderhanden. Over de natuurherstelverordening vinden onderhandelingen in EU-Raadsverband plaats. Triloog wordt in najaar verwacht. |
6062 | TZ202305-084: De minister voor Natuur en Stikstof zegt toe dat de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit op korte termijn een brief aan de Kamer zal sturen over het convenant Dierwaardige veehouderij ten behoeve van het commissiedebat Dieren in de veehouderij, dat gepland staat op 15 juni 2023. Toegezegd aan het lid Omtzigt (Omtzigt) | Parlementaire agenda [10-05-2023] - Debat Tijdelijke wet transitiefonds landelijk gebied en natuur (36277) (Antwoord 1e termijn + rest) | Uitgaande brief [14-06-2023] - Voortgang convenant dierwaardige veehouderij en daarmee verband houdende wet- en regelgevingUitgaande brief [13-06-2023] - Voortgang convenant dierwaardige veehouderij en daarmee verband houdende wet- en regelgeving |
6061 | TZ202305-083: De minister voor Natuur en Stikstof zal de Kamer voor het zomerreces informeren middels een brief over het AERIUS-model en de reflectie van de juridische verantwoording, rol en positionering van AERIUS door de Landsadvocaat. | Parlementaire agenda [10-05-2023] - Debat Tijdelijke wet transitiefonds landelijk gebied en natuur (36277) (Antwoord 1e termijn + rest) | Onderhanden. De Kamer wordt hier na het zomerreces over geïnformeerd. |
6060 | TZ202305-082: De minister voor Natuur en Stikstof zal de kabinetsreactie op de initiatiefnota van JA21 en BBB, getiteld «Snel weg uit de stikstofcrisis», op zeer korte termijn aan de Kamer doen toekomen. Toegezegd aan het lid Eppink (JA21) | Parlementaire agenda [10-05-2023] - Debat Tijdelijke wet transitiefonds landelijk gebied en natuur (36277) (Antwoord 1e termijn + rest) | Uitgaande brief [17-05-2023] - Kabinetsreactie op initiatiefnota «Snel weg uit de stikstofcrisis» van BBB/JA21 |
6059 | TZ202305-081: De minister voor Natuur en Stikstof zegt toe dat de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit nog voor de maand juli 2023 de impactanalyse van de motie Tjeerd de Groot (Kamerstuk 27 858, nr. 587) met de Kamer zal delen. Toegezegd aan het lid Tjeerd de Groot (D66) | Parlementaire agenda [10-05-2023] - Debat Tijdelijke wet transitiefonds landelijk gebied en natuur (36277) (Antwoord 1e termijn + rest) | Onderhanden. |
6058 | TZ202305-080: De minister voor Natuur en Stikstof zal de Kamer zeer binnenkort een reflectie doen toekomen op het essay over een alternatief voor de kritische depositiewaarde als resultaatverplichtende omgevingswaarde. | Parlementaire agenda [10-05-2023] - Debat Tijdelijke wet transitiefonds landelijk gebied en natuur (36277) (Antwoord 1e termijn + rest) | Onderhanden. De Kamer wordt hier na het zomerreces over geïnformeerd. |
6057 | TZ202305-079: De minister voor Natuur en Stikstof zal de Kamer op zeer korte termijn een brief doen toekomen over alle stappen die zij zet rondom het extern salderen. | Parlementaire agenda [10-05-2023] - Debat Tijdelijke wet transitiefonds landelijk gebied en natuur (36277) (Antwoord 1e termijn + rest) | Uitgaande brief [30-06-2023] - Voortgangsbrief Stikstof |
6054 | TZ202305-122: De minister voor Natuur en Stikstof zal in de geannoteerde agenda voor het commissiedebat over de Milieuraad, dat gepland staat op 14 juni 2023, de Kamer infomeren over hoeveel van de landen buiten de Europe Unie die het Biodiversiteitsverdrag van Montreal hebben getekend, met vergelijkbare wetgeving als de Verordening Natuurherstel bezig zijn. Toegezegd aan het lid Eppink (JA21). | Parlementaire agenda [24-05-2023] - CD Landbouw- en Visserijraad 30 mei | Uitgaande brief [06-06-2023] - Reactie toezeggingen Commissiedebat Landbouw- en Visserijraad 24 mei jl_ |
6053 | TZ202305-121: De minister voor Natuur en Stikstof zal in de geannoteerde agenda voor het commissiedebat over de Milieuraad, dat gepland staat op 14 juni 2023, de Kamer infomeren over de Europese besluitvorming bij de Verordening Natuurherstel en in het bijzonder over de vormgeving van de inspanningsverplichting en de te hanteren stemmingsprocedure conform het verdrag van Lissabon. Toegezegd aan het lid Bisschop (SGP) | Parlementaire agenda [24-05-2023] - CD Landbouw- en Visserijraad 30 mei | Uitgaande brief [06-06-2023] - Reactie toezeggingen Commissiedebat Landbouw- en Visserijraad 24 mei jl |
6014 | Toezegging aan Tjeerd de Groot (D66) dat er cijfers worden gedeeld met de Kamer over schapen die worden doorgebeten door honden. | Parlementaire agenda [28-03-2023] - Mondelinge vraag: - het lid VAN DER PLAS (BBB) aan de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, bij afwezigheid van de minister voor Natuur en Stikstof, over het toenemende aantal aanvallen van wolven in Nederland, waarbij ook de voorgeschreven wolfwerende hekken ook niet geholpen lijken te hebben (Hartvannederland.nl, 26 maart 2023) | Uitgaande brief [23-06-2023] - Verzamelbrief natuur |
6010 | TZ 202304175: De Kamer wordt binnenkort geïnformeerd door de minister voor Natuur en Stikstof over de natuurherstelverordening. In deze brief zal een ambtelijke verkenning over de gevolgen van het verslechteringsverbod buiten Natura 2000-gebieden als bijlage worden toegevoegd. In deze verkenning wordt een overzicht meegenomen van de landen die dezelfde lijn volgen als Nederland en landen waar Nederland zich op moet richten. Eveneens een toezegging aan de heer Boswijk, CDA. | Parlementaire agenda [20-04-2023] - CD Landbouw- en Visserijraad 24/25 april | Uitgaande brief [20-04-2023] - Stand van zaken verordening NatuurherstelUitgaande brief [22-05-2023] - Quick scan en stand van zaken ontwerpverordening Natuurherstel |
5936 | TZ 202303022: De minister voor Natuur en Stikstof zal in april 2023, gekoppeld aan de natuurdoelanalyses, een brief sturen met daarin een reflectie op de situatie van kleinere Natura 2000 gebieden – en in het bijzonder het Wierdense Veld. Toegezegd aan het lid Omzigt (Omtzigt) | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Onderhanden. |
5935 | TZ 202303018: De minister voor Natuur en Stikstof zal zo snel mogelijk een brief delen met de Kamer inzake wat voor maatwerk er mogelijk is voor boeren in de grensregio’s. Toegezegd aan het lid Omtzigt (Omtzigt) | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Onderhanden. De Kamer wordt hier na het zomerreces over geïnformeerd. |
5934 | TZ 202303017: De minister voor Natuur en Stikstof zal een brief sturen met daarin een terugkoppeling van het gesprek dat zij zal voeren met de provincie Gelderland over op welke manier zij subsidie verstrekken voor welk heidegebied en wat Staatsbosbeheer wel of niet op een heidegebied uitvoert. Toegezegd aan het lid Van der Plas (BBB) | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Onderhanden. |
5933 | TZ 202303015: De minister voor Natuur en Stikstof zal voor de zomer van 2023 in de brief inzake het dwingend instrumentarium voor de piekbelasters aangeven wat dat betekent voor provincies. Toegezegd aan de leden Tjeerd de Groot (D66) en Ouwehand (PvdD) | Parlementaire agenda [23-02-2023] - Debat NPLG / Stikstof | Onderhanden. De Kamer wordt hier na het zomerreces over geïnformeerd. |
5898 | TZ202301-019: De minister voor Natuur en Stikstof informeert de Kamer schriftelijk over in hoeverre de passende beoordeling namens de NAM nog actueel is (Vestering, PvdD). | Parlementaire agenda [18-01-2023] - CD Wadden | Uitgaande brief [24-01-2023] - Beantwoording vraag over passende beoordeling Gaswinning Ternaard |
5897 | TZ202301-018: Minister voor Natuur en Stikstof: De minister voor Natuur en Stikstof zal de Kamer per brief informeren over de resultaten van de trilaterale verkenning naar de toegevoegde waarde van een rechtspersoonlijkheid voor het Waddengebied | Parlementaire agenda [18-01-2023] - CD Wadden | Onderhanden. |
5896 | TZ202301-020: Minister voor Natuur en Stikstof: De minister voor Natuur en Stikstof zal de cumulatieve effecten van de verleende vergunningen voor gaswinningen in het Waddengebied betrekken bij het beleidskader natuur Waddenzee (Vestering, PvdD). | Parlementaire agenda [18-01-2023] - CD Wadden | Onderhanden. |
5894 | TZ202212-088: De Kamer wordt op korte termijn geïnformeerd over het concretiseren van voedselbossen in relatie tot het Programma Natuur en de koppeling daarmee (Beckerman, SP). | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Uitgaande brief [16-02-2023] - Inzet op voedselbossen |
5891 | TZ202212-085: De Kamer wordt nader geïnformeerd over langjarige contracten voor agrarisch natuurbeheer (Boswijk, CDA). | Parlementaire agenda [06-12-2022] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) | Uitgaande brief [23-06-2023] - Aanbieding concept Landbouwakkoord en vervolgtraject |
5818 | TZ 20221018: De staatssecretaris BZK zegt toe om de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te verzoeken om de Tweede Kamer te informeren over hoe er onderzoek wordt gedaan naar de impact van klimaatverandering in het Natuur- en milieubeleidsplan. (toezegging aan het lid Simons) | [20 oktober 2022] Begroting Koninkrijksrelaties (36200-IV) (voortzetting) | Onderhanden. |
5812 | De Kamer zal in het eerste kwartaal van 2023 een overzicht ontvangen van medeoverheden en bedrijven die gegrond stikstofruimte hebben gesaldeerd (Boswijk, CDA) | Parlementaire agenda [15-11-2022] - Mondelinge vragen van het lid VAN DER PLAS (BBB) aan de minister voor Natuur en Stikstof over de opkoop van boerenbedrijven ten behoeve van stikstofruimte voor Schiphol (Schipholwatch.nl, 13 november 2022) | Onderhanden. In de Kamerbrief van 25 november 2022 over Voortgang integrale aanpak landelijk gebied en opvolging uitspraak Raad van State over Porthos is besloten het beleidsinstrument extern salderen in de brede zin te evalueren. In die evaluatie wordt ook het inwisselen van NH3 voor NOx bij extern salderen betrokken. Naar verwachting wordt de Tweede Kamer in het najaar van 2023 over de uitkomsten worden geïnformeerd. |
5811 | De Kamer zal in het eerste kwartaal van 2023 een onderzoek ontvangen over de uitruil van stikstofoxiden en ammoniak (Bisschop, SGP) | Parlementaire agenda [15-11-2022] - Mondelinge vragen van het lid VAN DER PLAS (BBB) aan de minister voor Natuur en Stikstof over de opkoop van boerenbedrijven ten behoeve van stikstofruimte voor Schiphol (Schipholwatch.nl, 13 november 2022) | Onderhanden. In de Kamerbrief van 25 november 2022 over Voortgang integrale aanpak landelijk gebied en opvolging uitspraak Raad van State over Porthos is besloten het beleidsinstrument extern salderen in de brede zin te evalueren. In die evaluatie wordt ook het inwisselen van NH3 voor NOx bij extern salderen betrokken. Naar verwachting wordt de Tweede Kamer in het najaar van 2023 over de uitkomsten worden geïnformeerd. |
5810 | TZ202211-081: De Kamer wordt geïnformeerd of BIJ12 ook DNA-analyses uitvoert op hybriden en of de uitslagen van deze analyses openbaar gemaakt kunnen worden (Van der Plas, BBB). | Parlementaire agenda [09-11-2022] - CD Natuur | Uitgaande brief [04-04-2023] - Verzamelbrief soortenbeleid |
5806 | TZ202211-083: De minister voor Natuur en Stikstof zal, zo ver mogelijk, de informatieafspraken die met de commissie zijn gemaakt, uitvoeren. | Parlementaire agenda [09-11-2022] - CD Natuur | Onderhanden. De Kamer wordt periodiek over de stand van zaken rondom de onderhandelingen geïnformeerd. |
5805 | TZ202211-082: In de eerste helft van 2023 zal de Kamer worden geïnformeerd over de uitvoeringsstructuur natuurbeheer van het Caribische deel van Nederland (Tjeerd de Groot, D66). | Parlementaire agenda [09-11-2022] - CD Natuur | Onderhanden. |
5804 | TZ202211-078: Op zeer korte termijn zal de Kamer een reactie ontvangen op de brief van 3 november van een aantal dierenartsen over de wolf (Van der Plas, BBB). | Parlementaire agenda [09-11-2022] - CD Natuur | Uitgaande brief [23-01-2023] - Afschrift antwoord op brandbrief dierenartsen over wolven in Drenthe en omliggende provincies |
5803 | TZ202211-080: De Kamer zal op korte termijn een analyse ontvangen op grond waarvan provincies PAS-melders hebben gelegaliseerd (Van Campen, VVD). | Parlementaire agenda [09-11-2022] - CD Natuur | Uitgaande brief [10-02-2023] - Uitwerking piekbelastersaanpak en voortgang PAS-melders |
5802 | TZ202211-079: De Kamer zal in het tweede kwartaal van 2023 geïnformeerd worden over de ontwikkeling van het protocol over de wildtellingen (Van Campen, VVD) | Parlementaire agenda [09-11-2022] - CD Natuur | Uitgaande brief [04-04-2023] - Verzamelbrief soortenbeleid |
5801 | TZ202211-077: De Kamer zal over twee weken geïnformeerd worden over de gevolgen van de Porthos-uitspraak (Van der Plas, BBB) | Parlementaire agenda [09-11-2022] - CD Natuur | Uitgaande brief [25-11-2022] - Voortgang integrale aanpak landelijk gebied en opvolging uitspraak Raad van State over Porthos |
5797 | TZ202211-051: De minister voor Natuur en Stikstof heeft toegezegd nader te gaan kijken naar de uitruil van ammoniak voor stikstofoxiden en dit mee te nemen in de brief over toestemmingsverlening die op 25 november 2022 aan de Kamer zal worden gestuurd (Grinwis, ChristenUnie). | Parlementaire agenda [03-11-2022] - Debat over het advies van de heer Remkes naar aanleiding van de gesprekken over de aanpak van het stikstofprobleem | Uitgaande brief [25-11-2022] - Voortgang integrale aanpak landelijk gebied en opvolging uitspraak Raad van State over Porthos |
5796 | TZ202211-050: De minister voor Natuur en Stikstof heeft toegezegd te bezien of er een overzicht kan worden toegevoegd aan de brief over de piekbelastersaanpak van 25 november 2022, waarin wordt gekeken welke van de 25 aanbevelingen in het rapport van Remkes al worden uitgevoerd en welke nog uitgevoerd moeten gaan worden (Van Baarle, Denk). | Parlementaire agenda [03-11-2022] - Debat over het advies van de heer Remkes naar aanleiding van de gesprekken over de aanpak van het stikstofprobleem | Uitgaande brief [25-11-2022] - Voortgang integrale aanpak landelijk gebied en opvolging uitspraak Raad van State over Porthos |
5795 | TZ202211-049: De minister voor Natuur en Stikstof heeft toegezegd dat de Kamer voor 25 november 2022 door de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport zal worden geïnformeerd over hoe de externe evaluatie naar de fout in de berekeningen van het RIVM zal worden vormgegeven (Van Baarle, Denk). | Parlementaire agenda [03-11-2022] - Debat over het advies van de heer Remkes naar aanleiding van de gesprekken over de aanpak van het stikstofprobleem | Uitgaande brief [28-11-2022] - Toezegging externe evaluatie RIVMUitgaande brief [30-06-2023] - Toezeggingen externe evaluatie RIVM en onderzoek AERIUS |
5794 | TZ202211-048: De Kamer zal op 25 november 2022 een brief ontvangen met daarin oplossingsrichtingen over de Porthos-uitspraak, de aanpak van piekbelasters en de brief over toestemmingsverlening. | Parlementaire agenda [03-11-2022] - Debat over het advies van de heer Remkes naar aanleiding van de gesprekken over de aanpak van het stikstofprobleem | Uitgaande brief [25-11-2022] - Voortgang integrale aanpak landelijk gebied en opvolging uitspraak Raad van State over Porthos |
5783 | De minister voor NenS zal de Tweede Kamer in de eerste helft van november een brief sturen over de toestemmingsverlening (naar aanleiding daarvan wordt motie nr. 34 over een moratorium op bouw en uitbreiding van veestallen aangehouden.) | Parlementaire agenda [21-09-2022] - LNV: Algemene Politieke Beschouwingen (APB) TK | Uitgaande brief [25-11-2022] - Voortgang integrale aanpak landelijk gebied en opvolging uitspraak Raad van State over Porthos |
5776 | De Tweede Kamer ontvangt een reactie op de niet beantwoorde vragen van het lid Koekoek (Volt) uit het commissiedebat Landbouw, Klimaat en Voedsel van 20 oktober 2022, waarbij de vragen over de natuurherstelverordening worden voorgelegd aan de minister voor Natuur en Stikstof. | Parlementaire agenda [20-10-2022] - CD Landbouw, Klimaat en Voedsel | Uitgaande brief [09-11-2022] - Beantwoording resterende vragen van het lid Koekkoek (Volt) in het commissiedebat Landbouw, Klimaat en Voedsel d.d. 20 oktober 2022 |
5758 | TZ202210-137: De Kamer ontvangt voor het einde van het jaar van de minister voor Natuur en Stikstof een «voedselbrief» met daarin onder andere een nationale eiwitstrategie. | Parlementaire agenda [19-10-2022] - LNV: CD Milieuraad op 24 oktober 2022 | Onderhanden. Mogelijk wordt de Kamer in het najaar van 2023 geïnformeerd over het voedselbeleid en wordt deze motie hierbij betrokken. |
5733 | MLNV stuurt in september 2022 een brief aan de Kamer waarin hij ingaat op de beekdalen en de gebiedsgerichte aanpak. Dat is een toezegging aan de heer Bisschop. | Parlementaire agenda [08-06-2022] - CD Landbouw en Visserijraad op 13 juni 2022 | Uitgaande brief [25-11-2022] - Voortgang Nationaal Programma Landelijk Gebied (Eerste Kamer)Uitgaande brief [25-11-2022] - Voortgang Nationaal Programma Landelijk Gebied (Tweede Kamer) |
5723 | De minister voor NenS zal een brief sturen met een doorkijk over de koppeling met sociaal-economische aspecten vanuit de gebiedsgerichte aanpak nadat zij daarover in gesprek is gegaan met de provincies. | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Onderhanden. |
5722 | De minister voor NenS zal na de zomer met een bredere brief naar de Kamer komen over de toestemmingsverlening, onder andere i.v.m. innovaties en de Rav-systematiek. | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Uitgaande brief [25-11-2022] - Voortgang integrale aanpak landelijk gebied en opvolging uitspraak Raad van State over Porthos |
5721 | De minister voor NenS zal in samenspraak met de minister voor Klimaat en Energie eind van dit jaar, begin januari 2023 komen met een brief over de richtinggevende doelen voor de andere sectoren dan de landbouw, waaronder de industrie en het vervoer. | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Uitgaande brief [10-02-2023] - Voortgang integrale aanpak landelijk gebied, waaronder het NPLG |
5720 | De minister voor NenS zal na de zomer (het lid Klaver vraagt voor Prinsjesdag), samen met de minister voor Klimaat en Energie, een brief sturen met een analyse over hoe de NOx-reducties rond industrie, mobiliteit en luchtvaart zich tot elkaar verhouden en het proces daaromheen, inclusief hoe het percentage stikstofreductie is berekend, op welke manier dit moet gebeuren, waarop dat dan precies is gebaseerd, op welke modellen, op welke uitstoot, op welke cijfers, op welke jaartallen. | Parlementaire agenda [23-06-2022] - Stikstofdebat | Uitgaande brief [09-09-2022] - Sectorbijdragen stikstof |
5512 | Na de zomer komt er een BNC-fiche over de voorstellen die volgen uit de Europese Biodiversiteitsstrategie. | Parlementaire agenda [13-04-2022] - CD Nederlandse inzet met betrekking tot het VN-Biodiversiteitsverdrag | Uitgaande brief [14-10-2022] - Verzamelbrief Natuur |
5511 | Na de biodiversiteitstop in Kunming zal de Kamer worden geïnformeerd over de mogelijke inzet van een biodiversiteitsgezant. | Parlementaire agenda [13-04-2022] - CD Nederlandse inzet met betrekking tot het VN-Biodiversiteitsverdrag | Onderhanden. Op 7 maart 2023 heeft MNenS de Kamer geïnformeerd, met de brief over de uitkomsten COP15 VN-Biodiversiteitsverdrag, dat de Kamer hier nader over wordt geïnformeerd. |
5509 | De minister voor BHOS zal de Kamer informeren over de Nederlandse inzet voor het opnemen van tussendoelen over ontbossing in het Biodiversiteitsverdrag en over het draagvlak hiervoor onder andere landen. | Parlementaire agenda [13-04-2022] - CD Nederlandse inzet met betrekking tot het VN-Biodiversiteitsverdrag | Uitgaande brief [05-07-2022] - Stand van zaken Nederlandse inzet VN-Biodiversiteitsverdrag |
5508 | Er zal binnen een maand worden overlegd met de minister van Binnenlandse Zaken of dergelijk onderzoek naar subsidies die mogelijk schadelijk zijn voor natuur en biodiversiteit ook door andere ministeries kan worden uitgevoerd. | Parlementaire agenda [13-04-2022] - CD Nederlandse inzet met betrekking tot het VN-Biodiversiteitsverdrag | Uitgaande brief [05-07-2022] - Stand van zaken Nederlandse inzet VN-Biodiversiteitsverdrag |
5507 | De minister voor NenS deelt voor het eind van het jaar de uitkomsten van het onderzoek naar subsidies van het ministerie van LNV die mogelijk schadelijk zijn voor natuur en biodiversiteit. | Parlementaire agenda [13-04-2022] - CD Nederlandse inzet met betrekking tot het VN-Biodiversiteitsverdrag | Onderhanden. |
5506 | De minister voor NenS laat – met inachtneming van de staatkundige verhoudingen - in kaart brengen wat de consequenties zouden zijn van het aanwijzen van de natuur op Caribisch Nederland als ultraperifeer gebied, waarbij ook eventuele andere opties voor de bescherming van de natuur worden meegenomen. Hier wordt de Kamer in het najaar van 2022 over geïnformeerd. | Parlementaire agenda [13-04-2022] - CD Nederlandse inzet met betrekking tot het VN-Biodiversiteitsverdrag | Onderhanden. |
5411 | De minister voor NenS stuurt in het derde kwartaal van 2022 de criteria voor het toetsingskader ten aanzien van de nationale parken naar de Tweede Kamer. | Parlementaire agenda [10-02-2022] - CD Natuur | Uitgaande brief [19-06-2023] - Beleidsprogramma Nationale Parken 2024-2030 |
5407 | De minister voor NenS stuurt voor de zomer een brief naar de Kamer met daarin de uitkomsten van de verkenning en het onderzoek naar de latente ruimte. | Parlementaire agenda [10-02-2022] - CD Natuur | Uitgaande brief [25-11-2022] - Voortgang integrale aanpak landelijk gebied en opvolging uitspraak Raad van State over Porthos |
5390 | De minister voor Natuur en Stikstof zegt toe dat zij een integraal beleidskader natuur opstelt voor de Waddenzee een juridische status , en daarin meeneemt of de Waddenzee rechten gegeven kan worden (bijvoorbeeld in de Grondwet), waarbij gekeken wordt hoe Nieuw-Zeeland, Canada en Ecuador dit voor een aantal gebieden hebben gedaan, zodat het wiel niet opnieuw wordt uitgevonden. | Parlementaire agenda [25-01-2022] - CD Wadden met IenW, EZK en LNV | Uitgaande brief [20-12-2022] - Beleidskader natuur Waddenzee |
5387 | De minister voor Natuur en Stikstof zal bij de uitwerking van de stikstofplannen de laatste wetenschappelijke inzichten betrekken over de kwaliteit van de natuur in Natura2000-gebieden. Daarnaast zal de minister ingaan op het verzoek van de BBB om meer inzicht in de uitgaven van (door medeoverheden gesubsidieerde) natuurorganisaties | [19-01-2022] Debat over de regeringsverklaring | Onderhanden. Alle voortouwnemers hebben hun NDA's af, deze zijn ter toetsing bij de EA ingediend of worden daar binnenkort ingediend. De NDA's worden gebruikt als bouwsteen voor de gebiedsprogramma's. Wat betreft de uitgaven van natuurorganisaties wordt de Kamer nader geïnformeerd. |
5342 | De minister zegt toe om te kijken met de TBO’s wat we kunnen doen aan problematiek van honingbijkasten. | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Uitgaande brief [14-10-2022] - Verzamelbrief Natuur |
5339 | Na goedkeuring door de eilandsraad ontvangt de Kamer de uitvoeringsagenda's van het Natuur- en milieubeleidsplan Caribisch Nederland. | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Onderhanden. |
5334 | In de loop van 2022 wordt de Kamer nader geïnformeerd over eventuele stappen inzake meer flexibele vormen van landbouwgrond. | Parlementaire agenda [02-12-2021] - Begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (35 925-XIV) 2e termijn | Onderhanden. Deze motie gerelateerd aan het Landbouwplan en er wordt nader bezien hoe derhalve invulling wordt gegeven aan de motie. |
5304 | Toezegging aan het lid Van der Plas (BBB) aan MFIN en MLNV om het volgende mee te nemen in de berekeningen die er gemaakt worden op het gebied van stikstof. 1. De strategische toegevoegde waarde van het kunnen voeden van de eigen monden (voedselzekerheid). 2. De toegevoegde waarde van de agrarische sector en alles wat daarbij komt kijken, dus tuinders en telers. 3. De elementen iets kleiner zijn, maar die je ook wel zou willen meewegen, zoals plattelandstoerisme. | [06-10-2021] Algemene Financiële Beschouwingen | Uitgaande brief [06-12-2022] - Stand van zaken van een aantal moties en toezeggingen inzake het landelijk gebied en stikstof |
5277 | De minister van BZK zal de Kamer in de eerste helft van 2022 informeren over eventuele aanvullende nationale regelgeving voor natuurinclusief bouwen. | Parlementaire agenda [27-09-2021] - Notaoverleg Initiatiefnota van de leden Bromet en Boswijk over groen in de stad (35742) | Onderhanden. 23 juni 2023 is de Kamer geïnformeerd via de verzamelbrief natuur. Samen met mijn ambtgenoot, de minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO), geef ik tevens uitvoering aan de motie van de leden Bromet en Van Martels (Kamerstuk 35 570, nr. 27), die verzoekt om samen met het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties te onderzoeken of natuurinclusief bouwen opgenomen kan worden in het Bouwbesluit (onder de Omgevingswet Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl). Dit punt staat ook in de Agenda natuurinclusief 1.0. In het Bbl wordt een grondslag opgenomen om in de Omgevingsregeling specifieke eisen aan verblijfsvoorzieningen voor gebouwafhankelijke beschermde soorten te kunnen stellen. Hiermee wordt een verplichting opgenomen dat bij nieuwbouw en bij ingrijpende renovatie maatregelen moeten worden getroffen zodat daken en/of gevels verblijfplaatsen kunnen bieden aan gebouwafhankelijke beschermde soorten, zoals de huismus, gierzwaluw en een aantal vleermuissoorten. Deze verplichting wordt momenteel in nauwe samenwerking met de bouwsector en natuurorganisaties uitgewerkt en naar verwachting voor het zomerreces in internetconsultatie gebracht. |
5137 | Zodra er duidelijkheid is over de beoordeling van de vergunningaanvragen van luchthavens informeert de minister van LNV de Tweede Kamer hierover. | Parlementaire agenda [10-12-2020] - Debat behandeling Stikstofwet | Onderhanden. De Kamer wordt in het najaar van 2023 naar verwachting nader geïnformeerd. |
4942 | De minister zal de Tweede Kamer één keer per jaar informeren over de voortgang van de acties ten aanzien van natuurinclusief bouwen | Parlementaire agenda [22-06-2020] - AO Natuur | Onderhanden. De Kamer is bij brief van 23 maart 2023 (Kamerstuk 32 813, 32 847, nr. 1195 geïnformeerd over de voortgang. |
7.5 Bijlage 5: Subsidieoverzicht
Sociaal economische positie boeren | |||||||||||
21 | Flank.beleid pelsdierhouders | 9.348 | 3.000 | 3.000 | 2.811 | 2.000 | 2.000 | 2.000 | |||
21 | Nadeelcompensatie vervroegd verbod pelsdierhouderij | 34.792 | 0 | 0 | 2022 | ||||||
21 | Art.68 Brede weersverzekering | 3.684 | 5.938 | 5.938 | 5.938 | 5.938 | 5.938 | 5.938 | 2017 | 2023 | |
21 | Tegemoetkoming vaste lasten land- en tuinbouw | 62.476 | 22.000 | 0 | nvt | ntb | |||||
21 | Tegemoetkoming waterschade | 2.759 | 0 | ||||||||
21 | Tegemoetkoming Vamil | 0 | 0 | 0 | |||||||
21 | Agro Economie (subsidies) | 464 | 0 | 8.150 | 0 | 0 | |||||
Transitie Landbouw - Vestigingssteun jonge landbouwers (RVO) | 31.500 | 19.800 | 22.800 | 25.900 | |||||||
21 | Apurement RVO | 27 | 0 | ||||||||
21 | Duurzame veehouderij | ||||||||||
21 | Klimaatvriendelijke veehouderij | 469 | 3.352 | 6.477 | 6.355 | 6.405 | 8.805 | 8.805 | |||
21 | Transitiefonds DAD | 1.000 | 1.000 | ||||||||
21 | Projecten intensieve veehouderij | 1.423 | 2.018 | 3.565 | 2.584 | 1.828 | 1.936 | 1.936 | |||
21 | Subsidie zeldzame huisdierrassen | 297 | 500 | 0 | 2021 | 2027 | 2026 | ||||
21 | Regeling tegemoetkoming dierentuinen i.v.m. Covid-19 | 54.298 | 12.900 | 0 | 2021 | 2022 | 2023 | ||||
21 | Subsidieregeling brongerichte aanpak emissies (klimaat) | 5.119 | 4.118 | 29.481 | 51.769 | 26.570 | 17.500 | 10.000 | 2022 | 2024 | 2024 |
21 | Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties-plus | 30.000 | 170.000 | 600.000 | 200.000 | 2027 | |||||
21 | Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties | 0 | 3.449 | 114.449 | 279.449 | 65.949 | 52.000 | 0 | 2027 | ||
21 | Beëind.&Saneringsregeling | 33 | 80 | 80 | 80 | 80 | 80 | 80 | |||
21 | Regeling sanering varkenshouderij | 51.724 | 7.100 | 0 | 2023 | 2020 | |||||
21 | Regeling brongerichte verduurz. Stallen varkenshouderij | 2.437 | 2.351 | 14.627 | 22.394 | 0 | 2022 | 2024 | 2024 | ||
21 | Regeling brongerichte verduurz. Stallen pluimveehouderij | 1.706 | 883 | 4.342 | 800 | 0 | 2022 | 2024 | 2024 | ||
21 | Regeling brongerichte verduurz. Stallen melkgeitenhouderij | 741 | 860 | 860 | 1.144 | 2.266 | 0 | 2022 | 2024 | 2024 | |
21 | Emissiearm Veevoer | 727 | 626 | 1.990 | 3.233 | 3.200 | 2.800 | 0 | |||
21 | Glastuinbouw en weerbare planten en teeltsystemen | ||||||||||
21 | Projecten biologisch PAV | 820 | 130 | 130 | 130 | 130 | 130 | 130 | |||
21 | Biologische landbouw | 11.155 | 13.000 | 2027 | |||||||
21 | Transitie Landbouw - Biologische Landbouw | 8.700 | 9.700 | 10.200 | 10.200 | ||||||
21 | Energie-efficiëntie glastuinbouw (EG) | 46.781 | 46.798 | 36.654 | 50.798 | 44.605 | 45.405 | 44.005 | 2020 | 2025 | |
21 | Set aside | 0 | 22 | 22 | 22 | 22 | 22 | 22 | |||
21 | Verbetering honingproductie | 256 | 100 | 100 | 0 | ||||||
21 | Bodem en klimaatadaptatie | 1.606 | 866 | 1.857 | 2.017 | 1.092 | 917 | 917 | |||
21 | MEI | 2.764 | 5.789 | 5.539 | 5.539 | 5.539 | 5.539 | 5.539 | 2020 | 2025 | |
21 | CO2 sectorsysteem glastuinbouw (RVO) | 1.645 | 0 | ||||||||
21 | Innovatieagenda energie | 11.296 | 13.844 | 28.321 | 26.540 | 22.098 | 11.476 | 11.476 | |||
21 | Warmte-infrastructuur glastuinbouw | 15.100 | 29.900 | 49.800 | 66.100 | 61.300 | |||||
21 | Steunmaatregel corona: aardappelsector | 5 | 0 | ||||||||
21 | Steunmaatregel corona: tuinbouw | 884 | 0 | ||||||||
21 | GLB-pilots kringlooplandbouw (Bodem en Mest) | 173 | 470 | 200 | 0 | ||||||
21 | Projecten Plantgezondheid | 158 | 549 | 549 | 574 | 574 | 574 | 574 | |||
21 | Projecten Gewasbescherming | 2.049 | 4.113 | 6.279 | 4.931 | 931 | 431 | 431 | |||
21 | Subsidieregeling geïntegreerde gewasbescherming (RVO) | 4.000 | 4.000 | ||||||||
21 | Mestbeleid | ||||||||||
21 | Regeling waterbassins mest | 0 | 34.558 | ‒ 580 | 30.000 | 0 | 2025 | ||||
21 | Regeling kunstmestvervanging en mestverwerking | 0 | 5.848 | 5.842 | 6.110 | 7.287 | 7.404 | 4.104 | 2025 | ||
21 | Projecten mestbeleid | 861 | 13.505 | 15.051 | 16.559 | 988 | 3.240 | 3.240 | |||
21 | Transitie tegemoetkomingsregeling afbouw derogatie (RVO) | 21.753 | 52.624 | 53.746 | |||||||
21 | Diergezondheid en dierenwelzijn | ||||||||||
21 | Verbet.dierenwelzijn gezelschapdsd. | 2.827 | 3.426 | 3.472 | 3.450 | 3.874 | 3.924 | 3.924 | |||
21 | Proj. dierenwelzijn landbouwhuisd. | 698 | 1.034 | 1.095 | 1.152 | 1.122 | 1.152 | 1.122 | |||
21 | Voedselzekerheid en internationale agrarische samenwerking | ||||||||||
21 | Voedselzekerheid | 873 | 1.541 | 1.616 | 1.599 | 1.616 | 1.616 | 1.616 | 2019 | 2023 | |
21 | Integraal Voedselbeleid | ||||||||||
21 | Duurzaam voedsel(consumptie) | 5.082 | 8.388 | 8.389 | 8.389 | 4.694 | 4.694 | 4.694 | |||
22 | Vermaatschappelijking Natuur en Biodiversiteit | ||||||||||
22 | Natuurlijk kapitaal en vergroening financiële sector | 771 | 1.402 | 1.602 | 2.017 | 2.017 | 2.017 | 2.017 | |||
22 | Natuurcombinaties | 2.483 | 2.948 | 2.814 | 2.135 | 1.890 | 2.239 | 2.239 | |||
22 | Natuurvisie | 0 | 0 | 63 | 601 | 1.381 | 1.381 | 1.381 | |||
22 | Regeling tijdelijke ondersteuning Nationale parken | 1.547 | 1.635 | 545 | 0 | ||||||
22 | Natuureducatie | 1.040 | 1.052 | 1.061 | 1.061 | 1.061 | 1.061 | 1.061 | 2018 | jaarlijks | |
22 | Natuur en Biodiversiteit op land | ||||||||||
22 | GLB-pilots veenweide | 462 | 530 | 459 | 300 | 0 | |||||
22 | GLB samenwerking Veenweide/N2000 (RVO) | 16.400 | 12.500 | 12.500 | 12.500 | 12.500 | nvt | ||||
22 | Programma Veenweide | 5.789 | 7.038 | 6.266 | 11.305 | 10.682 | 7.745 | 4.009 | nvt | 2026 | |
22 | Soortenonderzoek Wet natuurbescherming (RVO) | 194 | |||||||||
22 | Programmauitgaven RTLG (subsidies) | 0 | 4.192 | ||||||||
22 | Ecologische autoriteit | 0 | 3.226 | 0 | |||||||
22 | Uitvoeringskosten waterschappen | 6.300 | 0 | ||||||||
22 | SN-TRPN (RVO) | 330 | 381 | 381 | 381 | 381 | 381 | 381 | |||
22 | Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer | 2.224 | 2.239 | 1.098 | 1.522 | 726 | 726 | 726 | |||
22 | Aanvalsplan Grutto (RVO) | 0 | 2.422 | 0 | |||||||
22 | Aanvalsplan Landschapselementen (RVO / T) | 7.500 | 7.500 | ||||||||
22 | Overig/Uitv.kosten beheer (RVO) | 44 | 48 | 48 | 48 | 48 | 48 | 48 | |||
22 | Reg.natuur/SBL (RVO) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||||
22 | Overige subsidies Strategie en Kaders | 4 | 100 | 0 | |||||||
22 | Regeling versneld natuurherstel (RVO) | 14.450 | 24.347 | 20.629 | 9.993 | 0 | 2025 | 2025 | |||
22 | Natuurbank (RVO) | 0 | 0 | 22.231 | 45.866 | 0 | nvt | 2025 | 2025 | ||
22 | Beheer Kroondomeinen | ||||||||||
22 | Beheer Kroondomeinen (RVO) | 775 | 803 | 803 | 803 | 803 | 803 | 803 | 2018 | periodiek | |
22 | Duurzame visserij | ||||||||||
22 | Nationaal Innovatieprogramma Visserij | 4.835 | 1.504 | 1.600 | 712 | 0 | 2024 | ||||
22 | Brexit Adjustment Reserve | 0 | 200.000 | 0 | nvt | 2024 | 2023 | ||||
22 | Noordzeeakkoord (RVO) | 7.000 | |||||||||
22 | Saneringsregeling IJsselmeervisserij | 7.100 | |||||||||
22 | EFMZ-opdrachten | 1.758 | 0 | 0 | |||||||
22 | EFMZV UP1 Innovaties markt | 32 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||
22 | EFMZV UP1 Partnerschappen | 455 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||
22 | EFMZV UP1 Stillegregeling | 24 | 0 | 0 | |||||||
22 | EFMZV UP2 Innovatie aquacultuur | 336 | 0 | 0 | |||||||
22 | FMZV UP3 Controle en handhaving | 413 | 0 | 0 | 0 | ||||||
22 | EFMZV UP5 Afzetmaatregelen | 291 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||
22 | EMVAF Overheidsprojecten | 0 | 3.390 | 3.390 | 3.390 | 3.390 | 3.811 | 3.693 | |||
22 | EMVAF Technische Bijstand | 0 | 341 | 341 | 341 | 341 | 341 | 341 | |||
22 | EMVAF Subsidieregelingen | 0 | 2.428 | 2.428 | 2.428 | 2.428 | 2.428 | 2.428 | |||
22 | Overige stelsel activiteiten | ||||||||||
22 | Monitoring en evaluatie | 4.695 | 6.543 | 6.208 | 6.302 | 6.187 | 6.719 | 6.719 | |||
22 | Natuur en Biodiversiteit Grote Wateren | ||||||||||
22 | Ecologisch Impulspakket Wadden (subs) | 3.900 | 3.900 | 2.100 | |||||||
23 | Beleidsondersteunend onderzoek | ||||||||||
23 | Onderzoeksprogrammering | 50.725 | 49.787 | 35.295 | 28.768 | 25.597 | 20.302 | 20.301 | 2021 | 2023 | |
23 | Onderzoekzoeksprogrammering (Klimaatfonds) | 145 | 358 | ||||||||
23 | Missiegedreven topsectoren - en innovatiebeleid | ||||||||||
23 | Missiegedreven Topsectoren | 58.579 | 67.524 | 67.641 | 67.372 | 67.215 | 67.140 | 67.140 | 2017 | 2022 | 2023 |
23 | Kennisverspreiding en groen onderwijs | ||||||||||
23 | Onderzoeksprojecten (KD) | 4.986 | 1.931 | 2.965 | 3.206 | 2.286 | 2.454 | 2.206 | |||
23 | Transitie landbouw meten en berekenen (KD) | 8.200 | 9.000 | 2.000 | 1.250 | ||||||
23 | Transitie landbouw KPIs en bedrijfsmanagement (KD) | 2.000 | 4.750 | 2.500 | 1.500 | ||||||
23 | Transitie landbouw Digitalisering (KD) | 27.118 | 24.918 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||||
23 | Innovatieprojecten | 1.194 | 2.691 | 2.804 | 2.948 | 3.073 | 3.073 | 3.073 | |||
23 | Vernieuwen onderzoeksinfrastructuur | 0 | 101 | 201 | 201 | 201 | 201 | 201 | |||
23 | OBN | 2.491 | 2.050 | 1.904 | 1.321 | 1.749 | 1.321 | 1.321 | |||
23 | DuurzaamDoor | 110 | 38 | 38 | 38 | 38 | 38 | 38 | |||
23 | RVO DuurzaamDoor | 3.968 | 4.222 | 3.635 | 4.425 | 4.835 | 4.835 | 4.835 | 2021 | 2025 | 2027 |
23 | Groeifonds – Crop XR | 678 | 2.729 | 2.716 | 4.834 | 5.220 | 2.401 | 2.231 | |||
23 | Groeifonds – Cellulaire agricultuur | 1.819 | 17.613 | 14.991 | 9.978 | 3.808 | 4.291 | ||||
23 | Transitie landbouw Fieldlabs (RVO) | 10.100 | 26.900 | ||||||||
23 | Innovatie op het Boerenerf | 7.881 | 13.000 | 12.555 | 6.793 | 1.000 | 1.179 | 0 | 2020 | 2024 | 2027 |
23 | Transitie landbouw innovatie op het boerenerf | 37.500 | 26.500 | ||||||||
23 | Aanvullende onderwijssubsidies | 2.371 | 4.840 | 4.478 | 4.507 | 4.507 | 4.507 | 4.507 | 2021 | 2025 | |
23 | OCW-conf.ow-subs(vs) | 24 | 0 | 0 | |||||||
Totaal | 487.067 | 794.596 | 949.083 | 1.471.722 | 693.392 | 433.242 | 330.543 |
7.6 Bijlage 6: Uitwerking Strategische Evaluatieagenda
Inleiding en doelstelling
De SEA biedt een overzicht van de belangrijke beleidsthema’s van een departement, een korte toelichting op de inzichtbehoefte per thema en een daarbij passende agendering van evaluatieonderzoek. Deze derde SEA-bijlage is opgesteld om inzicht te bieden in de door LNV verwachtte inzichtbehoefte naar het onderliggende beleid dat vanaf 2020 is uitgevoerd. Dit wordt geboden middels een evaluatieagenda en een toelichting hoe de agenda zich verhoudt tot de context van de onderliggende beleidsvelden.
Deze LNV-SEA geeft aan hoe er in tot 2030 inzichten verzameld worden over de (voorwaarden voor) doeltreffendheid en doelmatigheid van het beleid van LNV. Door een omvangrijke evaluatieagenda te programmeren, neemt het aantal bruikbare beleidsinzichten toe en daarmee onze kennis over het bereiken van onze departementale missie en onderliggende doelstellingen.
Ter voorbereiding van deze SEA heeft LNV gebruik gemaakt van de aanbevelingen en best practices uit het rapport ‘Eerste ervaringen met de Strategische Evaluatie Agenda’ van Berenschot (2022). Aan de hand daarvan is eind 2022 een traject ingezet om tot een SEA te komen waar een grondige witte vlekken-analyse3 en beleidstheorie (per thema) aan ten grondslag ligt.
Het verwerken van de aanbeveling heeft geholpen om:
- Vast te stellen op welke thema’s beleid kon worden toegevoegd aan de SEA;
- De transparantie van de verantwoording te vergroten door inzicht te bieden in welke evaluaties op welk moment door het ministerie worden uitgevoerd;
- Op feiten gebaseerde besluitvorming te bevorderen door evaluaties op
een logisch moment te programmeren en de gegevens en analyses te
gebruiken voor de ontwikkeling van nieuw beleid en programma's.
Leeswijzer SEA/opbouw SEA
De SEA kent een gelaagde opbouw en bestaat uit vier verschillende treden. Elke volgende trede gaat in op een dieper detailniveau:
Trede 1: departementale missie
Trede 2: hoofdthema's
Trede 3: centrale doelstellingen
Trede 4: evaluatieonderzoek
Trede 1 Departementale missie:
Het ministerie van LNV staat voor duurzaam voedsel, waardevolle natuur en een vitaal platteland. Deze missie staat voor ogen bij al het beleid dat we uitvoeren. Ook voor de SEA is deze missie het vertrekpunt.
Trede 2 Thema's:
Onder de departementale missie onderscheiden we drie thema's. Dat zijn: (1) Land- en tuinbouw, (2) Natuur, (3) visserij en (4) Kennis en innovatie. Conform afspraak met de Kamer wordt periodiek (elke 4 tot 7 jaar), per thema verantwoording afgelegd over de doeltreffendheid en doelmatigheid van het gevoerde beleid. Dit gebeurt via een periodieke rapportage (voorheen: beleidsdoorlichting).
Onder deze drie thema’s vallen evaluaties die meerdere doelen dienen. Zo zijn er activiteiten van LNV die ook bijdragen aan het de klimaatopgaves. Deze evaluaties volgen de handreiking klimaatevaluaties (opgesteld door het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat). De uitkomsten uit deze evaluatie worden meegenomen in de interdepartementale evaluatieonderzoek naar de vordering van het klimaatbeleid.
Trede 3 Centrale doelstellingen:
Elk thema kent een aantal centrale doelstellingen. Dit zijn de doelstellingen die opgenomen zijn in de onderliggende begrotingsartikelen. Om de relaties tussen de beleidsinstrumenten en deze doelen helder in kaart te brengen, is per thema een beleidstheorie opgesteld. Een beleidstheorie is een moment opname (de beleidstheorie kan naar aanleiding van politieke keuzes of veranderend beleid over tijd veranderen), van de relaties tussen beleid en doelen. De beleidstheorie kan op het moment dat een thematische evaluatie plaatsvindt, gebruikt worden om een inschatting te maken van de samenhang van het beleid en daarmee of het overkoepelende beleid doeltreffend en doelmatig was. Daarnaast kan het gebruikt worden om de achterliggende beleidshypotheses te toetsen. Door per thema een beleidstheorie op te nemen, voldoet LNV aan de aanbevelingen van de beleidsdoorlichtingen van het agro- en het natuurbeleid en de daaropvolgende kamerbrieven.45
Trede 4 Evaluatieonderzoek:
Op het niveau van de centrale doelstellingen wordt relevant evaluatieonderzoek weergegeven. Evaluatieonderzoek wordt gebruikt om uitspraken te kunnen doen over het effect van beleid op de voortgang van doelstellingen. Het voorziet in benaderingen en methoden om valide en betrouwbare antwoorden te geven op vragen over de doeltreffendheid en doelmatigheid van beleid.
THEMA 1 - LAND- EN TUINBOUW
Het thema land- en tuinbouw omvat het beleid dat gericht is op de sociaal-economische positie van boeren, duurzame veehouderij, glastuinbouw, weerbare planten en teeltsystemen, mestbeleid, diergezondheid, dierenwelzijn, voedselzekerheid, internationale samenwerking (agro-domein) en overige bijdrages.
Dit beleid komt samen in het overkoepelende hoofddoel: een weerbaar, veerkrachtig en veilig functionerend land- en tuinbouw- en voedselsysteem, dat internationaal concurrerend is, met aandacht voor dierenwelzijn, waarbinnen zorgvuldig wordt omgegaan met natuurlijke hulpbronnen en waar opbrengsten en reststromen zo efficiënt en hoogwaardig mogelijk worden (her)benut (zie figuur 1).
Door beleid hierop te maken, draagt LNV bij aan de volgende subdoelstellingen (zie figuur 1):
- Het versterken van de concurrentiekracht van duurzame agroketens
- Bevorderen van voedselzekerheid in de wereld
- Borgen van voedselveiligheid en voedselkwaliteit
- Vergroten maatschappelijke waardering van landbouw/voedsel
- Verduurzaming productie en consumptie (door middel van kringlooplandbouw)
- Bevorderen plantgezondheid
- Bevorderen diergezondheid
- Bevorderen dierenwelzijn
Financiële omvang:
Begrotingsartikel 21 (€ 909,1 mln.) en deels begrotingsartikel 24 (€ 527,5 mln.)
Vorige beleidsdoorlichting:
Volgende periodieke rapportage:
2025
Toelichting periodieke rapportage Land- en tuinbouw:
De periodieke rapportage (syntheseonderzoek) trekt op basis van de onderliggende beleidstheorie (figuur 1) en voortbordurend op de inzichten van de geprogrammeerde evaluaties, conclusies over de doeltreffendheid en doelmatigheid van het beleid dat onder dit thema valt. De belangrijkste bron voor deze periodieke rapportage zijn inzichten die worden opgedaan uit deze reeds geplande evaluatieonderzoeken. Aanvullend kan er gebruik worden gemaakt van de conclusies uit het syntheseonderzoek van artikel 23 (kennis en innovatie ‒ 2024). De tussen 2019 en 2025 opgeleverde en geplande evaluatieonderzoeken binnen het thema land- en tuinbouw worden hieronder per centrale doelstelling weergegeven.
Figuur 3
Recent afgerond evaluatieonderzoek: | Jaartal | Type evaluatie |
Garantstelling Landbouw (2010-2016) | 2019 | Ex post |
MEI/EG/Meerjarenafspraak energietransitie glastuinbouw | 2020 | Ex post |
Bestaande evaluatieplanning: | ||
Tussenevaluatie vermogensversterkende kredieten | 2022 | Ex post |
Brede weersverzekering | 2023 | Ex durante/Fiscaal |
Borgstelling MKB-Landbouwkredieten | 2024 | Ex post |
Subsidiemodule MEI en Energie efficiëntie glastuinbouw (EG) | 2025 | Ex post |
Landbouwvrijstelling | 2023 | Ex-Durante/Fiscaal |
Monitoring en evaluatie GLB middelen | Doorlopend |
Recent afgerond evaluatieonderzoek: | Jaartal | Type evaluatie |
Voedselzekerheid | 2019 | Ex post |
Recent afgerond evaluatieonderzoek: | Jaartal | Type evaluatie |
Instrument ketenborging.nl | 2021 | Ex post |
COKZ | 2021 | Ex post |
Actieplan Voedselveiligheid | 2022 | Ex post |
Bestaande evaluatieplanning: | ||
NVWA | 2023 | Agentschapsdoorlichting |
Recent afgerond evaluatieonderzoek: | Jaartal | Type evaluatie |
Voedingscentrum | 2020 | Ex post |
Voedselagenda/Voedselverspilling | 2021 | Ex post |
Recent afgerond evaluatieonderzoek: | Jaartal | Type evaluatie |
Wet gewasbeschermingsmiddelen/beleidsnota Gezonde Groei, Duurzame Oogst | 2019 | Ex post |
MEI/EG/Meerjarenafspraak Energietransitie Glastuinbouw | 2020 | Ex post |
Ondersteuning projecten biologische sector | 2020 | Ex post |
Fonds kleine toepassingen | 2020 | Ex post |
Collectief stelsel Agrarisch natuur en landschapsbeheer | 2021 | Ex post |
Slimmer landgebruik/nationaal programma landbouwbodems1 | 2021 | Ex post |
Opkoopregeling rondom natura2000 gebieden1 | 2021 | Ex post |
Bureau Erkenningen | 2021 | Ex ante |
Stichting zeldzame huisdieren | 2021 | Ex post |
Ctgb | 2022 | Ex post |
Bestaande evaluatieplanning: | ||
Bossenstrategie1 | 2026 | Ex post |
Subsidieregeling sanering varkenshouderijen1 | 2023 | Ex post |
Veenweidegebieden (impuls,uitrol)1 | 2026 | Ex post |
Subsidiemodules brongerichte verduurzaming van stallen | 2024 | Ex post |
Regeling kunstmestvervanging en mestverwerking | 2025 | Ex post |
Integrale aanpak methaan en ammoniak via het voer- en dierspoor | 2025 | Ex post |
Brongerichte maatregelen: pilots en demo’s | 2025 | Ex post |
GLB/NSP | 2021 | Ex ante |
Wet gewasbescherming en biociden | 2023 | Ex post |
Regeling waterbassins mest | 2025 | Ex post |
Evaluatie meststoffenwet | 2027 | Ex post |
MEI/EHG regelingen glastuinbouw | 2025 | Ex post |
Aan de planning toegevoegde evaluaties (SEA 2024): | ||
Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv) | 2027 | Ex post |
Evaluatie actieplan biologische landbouw | 2027 | Ex durante |
Actieprogramma bodem en klimaatadaptatie |
- Deze evaluatie wordt betrokken bij de Rijksbrede integrale evaluatie van het klimaatbeleid in 2024.
Recent afgerond evaluatieonderzoek: | Jaartal | Type evaluatie |
Keurings- en toezichtslandschap | 2020 | Brede analyse |
Bestaande evaluatieplanning: | ||
Raad voor Plantenrassen | 20221 | Ex post |
Plantaardige en biologische keuringsdiensten (NAK, Naktuinbouw, BKD, KCB, SKAL) | 20222 | Ex post |
Handhavingsinstrumentarium Keuringsdiensten binnen de Zaaizaad en plantgoedwet | 2022 | Ex post |
- In het najaar van 2022 is de evaluatie van de Raad voor plantenrassen gestart. De evaluatie is naar verwachting medio 2023 afgerond en zal dan naar de Kamer worden gezonden.
- In het najaar van 2022 is de evaluatie gestart van dit cluster van plantaardige keuringsdiensten. De evaluatie is naar verwachting begin tweede kwartaal 2023 afgerond en zal aan de Kamer worden gezonden.
Recent afgerond evaluatieonderzoek: | Jaartal | Type evaluatie |
Diergezondheidsfonds | 2019 | Ex post |
Evaluatie van de uitbraak van Sars-Cov-2 in de nertsenhouderij | 2022 | Ex post |
Evaluatie van de vogelgriepuitbraken in het seizoen 2020/2021/2022 | 2022/2023 | Ex post |
Bestaande evaluatieplanning: | ||
Evaluatie basismonitoring diergezondheid | 2020-2025 | Ex durante |
Recent afgerond evaluatieonderzoek: | Jaartal | Type evaluatie |
Wet Dieren | 2020 | Ex post |
Centrale commissie dierproeven | 2021 | Ex post |
Inbeslaggenomen goederen (IBG) en Landelijke inspectiedienst dierenbescherming (LID) | 2021 | Ex post |
Landelijk informatiecentrum Gezelschapsdieren (LICG) | 2021 | Ex post |
Nationaal comité advies dierproevenbeleid | 2021 | Ex post |
Bestaande evaluatieplanning: | ||
Identificatie en registratie hond | 2026 | Ex post |
Tijdelijke regeling subsidie dierentuinen COVID-19 | 2023 | Ex post |
Recent afgerond evaluatieonderzoek: | Jaartal | Type evaluatie |
Onderzoeksrapporten van de Auditdienst Rijk (ADR) over de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit | 2019 | Onderzoek |
Onderzoek kostentoerekening en doelmatigheid NVWA | 2020 | Onderzoek |
Energiebelasting verlaagd tarief glastuinbouw | 2021 | Fiscaal |
Bestaande evaluatieplanning: | ||
Brede evaluatie van het verlaagde btw-tarief (incl. sierteelt) | 2023 | Fiscaal |
Vrijstelling overdrachtsbelasting cultuurgrond | 2025 | Fiscaal |
Evaluatie tegemoetkomingsregelingen (COVID-19) | 2024 | Ex post |
Toelichting per centrale doelstelling6
1. Versterken van de concurrentiekracht van duurzame agroketens:
LNV draagt door middel van verschillende activiteiten bij aan het versterken van de concurrentiekracht van duurzame agroketens. LNV stimuleert duurzaam ondernemen, uitwisseling van kennis, samenwerking tussen verschillende ketenpartijen en neemt risico’s rondom financiering en onverwachte omstandigheden weg. Een deel van deze activiteiten valt onder dit thema en een deel wordt gedekt via het thema kennis en innovatie (zie thema 4). Om een goed beeld te krijgen van de vooruitgang op deze doelstelling, worden door LNV ingezette fiscale-, financiële- en risico mitigerende instrumenten geëvalueerd.
2. Bevorderen voedselzekerheid in de wereld:
Het bevorderen van mondiale voedselzekerheid is een gezamenlijke opgave van de ministeries van LNV en BZ. De inzet van het ministerie van LNV richt zich vooral op de beleidsbeïnvloeding van en uitvoering door multilaterale organisaties (w.o. FAO, CFS) en op de bilaterale samenwerking tussen Nederland en landen waar een landbouwraad is geaccrediteerd. De internationale agenda van LNV is hierbij leidend. Inhoudelijk ligt het accent op de thema’s: a) Transitie duurzaam voedselsysteem en circulaire landbouw; b) Opgaven klimaat en natuurlijke hulpbronnen; c) Internationale markten en duurzame, efficiënte ketens en d) Ontwikkelen van kennis en technologie op landbouwgebied.
3. Borgen van voedselveiligheid en voedselkwaliteit:
De voedselveiligheid en -kwaliteit wordt geborgd door inzet van meerdere (semi)publieke organisaties. Het gewenste effect achter dit beleid is dat door middel van de uitvoering ervoor gezorgd wordt dat het voedselveiligheidsstelsel in Nederland waarborgt dat geproduceerde voedsel voldoet aan (Europese) veiligheidseisen. De voortdurende controle van de veiligheid en kwaliteit van voedsel biedt voldoende inzicht in de actuele stand van zaken. Verder kan er voor deze doelstelling een beroep gedaan worden op de inzichten uit de evaluaties van de wettelijke onderzoekstaak Voedselveiligheid beleid (LNV) en handhaving (NVWA).
4. Vergroten maatschappelijke waardering van landbouw/voedsel:
In de politiek-maatschappelijk vereiste transitie van de (Nederlandse) landbouw is het vergroten van maatschappelijke waardering van landbouw en voedsel van toenemend belang voor het vergroten van waardering van de producenten van ons voedsel, het tegengaan van voedselverspilling, biedt het handelingsperspectief aan consumenten om een duurzamere (en gezondere) keuze te maken ten aanzien van het voedselpatroon en biedt het een stimulans aan verduurzaming van het aanbod en de productie van duurzamere producten.
5. Verduurzaming productie en consumptie (door middel van kringlooplandbouw):
De randvoorwaarden (natuur en stikstof, klimaat, gewasbescherming en waterkwaliteit, o.a. via meststoffen) bepalen de ruimte waarbinnen land- en tuinbouw economisch rendabel kunnen produceren. Het doel van dit beleid is om de ecologische ruimte voor land- en tuinbouw te bepalen, waarbij inzicht gewenst is in de effecten hiervan op zowel de beoogde doelen als de economische mogelijkheden voor betrokkenondernemers. De genoemde evaluaties dekken de verschillende domeinen (en instrumentering daarvan) en geven daarmee aanknopingspunten om tot een goede thematische evaluatie te komen.
6. Bevorderen plantgezondheid:
Het ministerie van LNV heeft de Europese verplichting om plantgezondheid te bevorderen en borgen, zowel van in Nederland geteeld plantmateriaal als via Nederland doorgevoerd plantmateriaal. Dit vraagt borging en handhaving van deze verplichtingen door verschillende (al dan niet onderling samenwerkende) uitvoeringsorganisaties (Keuringsdiensten, et cetera). Evaluaties geven zicht op de werking van deze organisaties in relatie tot de gestelde taak én de realisatie van de EU verplichtingen, en geven zo nodig aanbevelingen om zwakke punten te verbeteren.
7. Bevorderen diergezondheid:
Het doel van het beleid is om dierziekten zoveel mogelijk te voorkomen, vroegtijdig op te sporen en effectief te bestrijden waar noodzakelijk. De recente evaluaties en hierboven genoemde aanvullende evaluatie voldoen volgens ons voor nu voldoende om inzicht te krijgen in hoe de doelstelling van ons beleid te behalen. Op het gebied van antibioticabeleid krijgt LNV jaarlijks een rapportage van de onafhankelijke stichting diergeneesmiddelen autoriteit. Daarnaast is in 2021 een expert-rapport zoönosen verschenen, die samen met de evaluatie van de uitbraak van Sars-Cov-2 in de nertsenhouderij de basis vormt voor het recent gepubliceerde Nationaal Actieplan Zoönosen. Hiermee bestaat momenteel voldoende inzicht in het beleidsterrein diergezondheid.
8. Bevorderen dierenwelzijn
Veruit de meeste normen voor dierwelzijn bij (landbouwhuis)dieren, transport voor dieren en het doden van landbouwhuisdieren zijn gebaseerd op EU-wetgeving. Vorig jaar is de Europese Commissie een traject gestart voor de herziening van de EU-dierenwelzijnsregelgeving. De Commissie komt eind 2023 met voorstellen voor aanpassing van de regelgeving. Ook de normen op het gebied van dierproeven zijn gebaseerd op EU-wetgeving. Daarnaast zet LNV zich in om het niveau van dierenwelzijn verder te verhogen. Voor gezelschapsdieren zijn relatief minder specifieke normen in (EU)-regelgeving opgenomen. In de praktijk worden problemen met dierenwelzijn bij gezelschapsdieren veelal veroorzaakt door gebrek aan kennis bij dieren bij huisdiereigenaren over de lichamelijke en gedragsmatige behoeftes van de dieren. Daarom wordt naast wetgeving voor gezelschapsdieren voornamelijk ingezet op het instrument communicatie (Landelijk InformatieCentrum Gezelschapsdieren). Daarnaast is handhaving van belang, dat wordt uitgevoerd door de Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming (LID). De genoemde evaluaties geven zicht op de werking van het (regelgevend) instrumentarium, de handhaving, en geven aanbevelingen om de (uitvoering van) het instrumentarium in de praktijk zo nodig te versterken.
THEMA 2: NATUUR
Het thema Natuur omvat het deel van het natuurbeleid waarvoor de Rijksoverheid verantwoordelijk is. De Rijksoverheid is systeemverantwoordelijke voor de natuur op land en zowel uitvoerend als systeemverantwoordelijke voor de natuur in de grote wateren. Verder vallen onder dit thema systeemtaken van de Rijksoverheid, zoals bij voorbeeld het terugbrengen en voorkomen van invasieve exoten en het eigenaarschap rondom de zelfstandige bestuursorganisaties op het terrein van natuur.
De laatste doorlichting van het begrotingsartikel Natuur (voormalig begrotingsartikel 12) vond plaats in 2020/21 en is eind 2021 met de Kamer gedeeld. In de kamerbrief, volgend op de doorlichting, werd aangegeven dat eerder een beleidstheorie (zie figuur 2) opgesteld zou worden voor het overkoepelende natuurbeleid (Rijksrol) en dat er een verbeteringsslag moest plaatsvinden omtrent het tijdig in kaart brengen van witte vlekken. Deze aanbevelingen zijn door LNV opgevolgd en de producten hieruit (beleidstheorie en witten vlekken-analyse) liggen ten grondslag aan de evaluaties die in dit thema genoemd worden. De grootste uitdaging we in de vorige periodieke evaluatie (beleidsdoorlichting) tegenaan liepen, was de scope van het onderzoek. Een vaak terugkomende vraag was: moet niet het gehele natuurbeleid worden meegenomen in het onderzoek en niet alleen het door het Rijk uitgevoerde beleid? In deze SEA is ervoor gekozen om voor de komende periode vooralsnog het Rijksbeleid op te nemen omdat er nog geen SEA op provinciaal niveau is. Voor het natuurbeleid (en ander decentraal beleid) zou het interessant kunnen zijn om ook evaluaties van provinciaal beleid thematisch te programmaren. Dit blijft voorlopig een vraagstuk voor de lange termijn.
De belangrijkste vraagstellingen waarin de komende jaren inzicht moet worden verworven voor het in kaart brengen van de doeltreffendheid, volgen uit de overkoepelende doelstelling van het Rijksnatuurbeleid en daaronder hangende subdoelstellingen (gebaseerd op de CBD-doelen).
De centrale doelstelling van het Rijksnatuurbeleid is:
- In 2050 is de natuur blijvend voldoende veerkrachtig om zichzelf in stand te houden en ecosysteem-diensten voor (inter)nationale maatschappelijke behoeften te leveren
De daarbij behorende subdoelen:
1. Meer en betere natuur
- De integriteit van ecosystemen wordt vergroot door groei gebieden, connectiviteit, vermindering uitsterving en gezonde en genetisch diverse populaties (CBD).
- Voordelen van benutting van natuur zijn wereldwijd eerlijk verdeeld (CBD).
2. De transitie naar een natuurinclusieve samenleving
- Ecosysteemdiensten worden op de juiste waarde geschat en onderhouden.
- Er zijn voldoende financiële middelen, capaciteit, techniek en samenwerking beschikbaar voor de realisatie van het hoofddoel.
Financiële omvang:
Begrotingsartikel 22 (€ 770,5 mln.) en deels begrotingsartikel 24 (€ 527,5 mln.)
Vorige periodieke rapportage/beleidsdoorlichting:
2021
Oplevering periodieke rapportage/beleidsdoorlichting:
2027
Toelichting periodieke rapportage:
De voor 2027 geplande periodieke rapportage moet inzicht bieden in de mate waarin de natuurmaatregelen, die vanaf 2021 Rijksbreed genomen worden, bijdragen aan het dichterbij brengen van de centrale doelstelling. De rapportage moet inzicht bieden in de mate waarin de verschillende kernfactoren voor de versterking en instandhouding van de natuur en biodiversiteit door overheidsbeleid worden bediend. De periodieke rapportage kan in die zin inzicht bieden in de mate waarin het beleid doeltreffend bijdraagt aan het versterken van het biodiversiteitssysteem, en welke voorwaarden er nog missen om de natuur op een zo doelmatig mogelijke manier te versterken. De belangrijkste bron voor deze periodieke rapportage zijn inzichten die worden opgedaan uit relevante evaluatieonderzoeken. Recent opgeleverde en geplande evaluatieonderzoeken binnen het thema natuur zijn hieronder weergegeven.
Figuur 4
Recent afgerond evaluatieonderzoek: | Jaartal | Type |
Programma natuurlijk ondernemen (waaronder Subsidieregeling innovatieve projecten biodiversiteit) | 2019 | Ex post |
Natuurpact/Natuurvisie | 2020 | Ex durante |
Evaluatie collectief stelsel Agrarisch natuur en landschapsbeheer (ANLb) | 2021 | Ex post |
Beleidsevaluatie Programma aanpak Stikstof (PAS) en evaluatie Wetstraject PAS | 2020 | Ex post |
Natura2000 doelendocument | 2020 | Ex durante |
Opkoop rondom Natura 2000 gebieden | 2021 | Ex post |
Evaluatie implementatie exotenverordening | 2021 | Ex post |
Nationale parken | 2022 | Ex durante |
Bestaande evaluatieplanning:1 | ||
Natuurbeleids- en koraal actieplan Caribisch Nederland 2020–2030 | 2025 | Ex post |
Beheerautoriteit Waddenzee | 2023 | Ex durante |
Impuls natuurherstelmaatregelen | 2025 | Ex post |
Programma Natuur | 2023 | Ex post |
Bossenstrategie | 2026 | Ex post |
Veenweiden | 2026 | Ex post |
Houtopstanden (paragraaf Wet natuurbescherming/Besluit activiteiten leefomgeving) | 2023 | Ex post |
Evaluatie Kroondomeinen | 2024 | Ex durante |
Aanpak Natuurlijk kapitaal | 2024 | Ex post |
Natuurschoonwet | 2025 | Ex durante |
Strategische Evaluatie Soortenbeleid | 2026 | Ex durante |
Agrarisch natuurbeheer | 2026 | Ex post |
Natuurinclusief 2.0 | 2028 | Ex durante |
- De evaluatie van het programma Rijke Waddenzee is van de SEA gehaald. De overweging die hieraan ten grondslag lag was dat het programma te ver in het verleden uitgevoerd is en niet zal worden voortgezet waardoor evalueren vooral een kostbaar proces zou worden.
Recent afgerond onderzoek: | Jaartal | Type evaluatie |
Voortgangsrapportage Natuurpact | 2020 | Voortgangsrapportage |
Bestaande evaluatieplanning: | ||
Vrijstelling overdrachtsbelasting natuurgrond | 2025 | Fiscaal |
Vrijstelling overdrachtsbelasting Bureau Beheer Landbouwgronden | 2025 | Fiscaal |
Vrijstelling overdrachtsbelasting inrichting landelijk gebied | 2025 | Fiscaal |
Fiscale faciliteiten Natuurschoonwet | 2033 | Fiscaal |
IB/VPB Bosbouwvrijstelling | Na 2025 | Fiscaal |
Vrijstelling IB/VPB vergoeding bos- en natuurbeheer | Na 2025 | Fiscaal |
Vrijstelling bos- en natuurterreinen box 3 | 2025 | Fiscaal |
Toelichting bij de centrale doelstelling: De instandhouding van biodiversiteit
De evaluatieaanpak van het natuurbeleid is vormgegeven via twee sporen, die tegelijkertijd worden gerealiseerd
- Meer en betere natuur
- De transitie naar een natuurinclusieve samenleving
Dit beleid wordt in nauwe samenspraak met provincies en andere natuur gerelateerde partijen gevoerd.
1. Meer en betere natuur
Onder deze subdoelstelling valt het beter en sneller doorvoeren van reeds ingezet en beoogd beleid om de natuur te beschermen en nieuwe natuur te ontwikkelen. Te denken valt hierbij aan het afmaken van het Natuurnetwerk Nederland in 2027, het beheer van de Natura 2000-gebieden, het uitvoeren programmatische aanpak grote wateren, het Noordzee-akkoord, de Bossenstrategie, Nationale Parken, het Programma Natuur en het verder vergroten van het natuurareaal (niet Natura 2000), conform het coalitieakkoord (onderdeel Transitiefonds).
2. De transitie naar een natuurinclusieve samenleving
Uit onderzoek, zowel nationaal als internationaal (onder meer het IPBES-rapport uit 2019, Kamerstuk 26407, nr. 130), wordt steeds meer duidelijk dat het beschermen van de bestaande natuur en het uitbreiden van het areaal beschermde natuur niet voldoende is om de natuur en biodiversiteit duurzaam te versterken. Daarvoor is een transitie nodig naar een natuurinclusieve samenleving.
Natuur moet een vanzelfsprekend onderdeel worden van alle maatschappelijke domeinen en ook het landschap buiten beschermde natuurgebieden dient natuurinclusief ingericht te worden. Denk hierbij aan de veranderingen in de landbouw naar kringlooplandbouw en natuurinclusieve landbouw, maar ook aan natuurinclusief bouwen en wonen, het vergroenen van infrastructuur en bedrijventerreinen en onze consumptie-en productiemechanismen (ecologische voetafdruk). In de Agenda Natuurinclusief, gepresenteerd in juni 2022, komen veel van deze ambities samen.
Door gebruik te maken van de SEA kan de samenhang van het natuurbeleid met andere beleidsdomeinen, zoals landbouw, klimaat en energie, en daarmee ook de samenhang van de evaluatie van dat beleid, versterkt worden. Andere departementen kunnen putten uit onze SEA om interdepartementale periodieke rapportages te agenderen (zoals bij het klimaatbeleid). De terechte behoefte aan meer integraliteit is verder versterkt door de ambities uit het coalitieakkoord met betrekking tot onder andere het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG), het Transitiefonds en het Klimaatfonds en de daarbij behorende gebiedsgerichte uitwerkingen. De grote uitdaging daarbij is om het natuurbeleid goed in te bedden in de transitie die het landelijk gebeid de komende jaren zal doormaken. Daarbij is het belangrijk om aan de voorkant duidelijke doelen te stellen, onder andere om de inzichten uit toekomstige evaluaties te verscherpen.
Recent afgerond evaluatieonderzoek: | Jaartal | Type evaluatie |
IBP Vitaal Platteland | 2021 | Lerende evaluatie (PBL) |
Bestaande evaluatieplanning: | ||
Regio Envelop | 2023 | Ex post |
Aan de planning toegevoegde evaluaties (SEA 2024): | ||
Lerende evaluatie Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) | n.t.b.1 | Ex durante |
Ex ante evaluatie NPLG | 2024 | Ex ante |
- Nog geen formele reactie PBL
Inzichtbehoefte: regie voeren over de instandhouding van de kwaliteit van het landelijk gebied en een vitale regio
De doelstelling ‘regie voeren over de instandhouding van de kwaliteit van het landelijk gebied en een vitale regio’ is nog in ontwikkeling. Op dit moment wordt gewerkt aan de opzet van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG). In de komende jaren zal duidelijk worden hoe dit beleid zich verder ontwikkeld en zal de SEA op deze doelstelling verder ingekleurd worden.
Op dit moment is er bekend:
Inzichten vanuit de lerende evaluatie IBP Vitaal Platteland (IBP-VP) worden gebruikt in de ontwikkeling van het NPLG. Alle handelingsperspectieven die de evaluatie aanreikt (publieke waarden/doelen centraal stellen, visie voor de lange termijn, creëren van duidelijke kaders vanuit het Rijk, het verbinden van beleid en praktijk en doorbreken van sectorale aansturing) worden hierbij ingezet. Inzichten vanuit de Regio Envelop zullen, waar deze relevant en op tijd beschikbaar zijn, ook ingezet worden.
Verwachte inzichtbehoefte:
In afwachting van de definitieve doelstelling is de verwachting dat er inzicht gewenst is in de impact en (door)werking van het NPLG. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan benodigde randvoorwaarden, instrumentarium, sturing, of sociaal-economische impact.
THEMA 3: VISSERIJ
Dit thema omvat het Rijksbeleid dat gericht is op de visserijsector. Het in stand houden van visbestanden en het reguleren van vangsten zijn, samen met het verduurzamen en toekomstbestendig maken van de visserijvloot, de belangrijkste taken voor de Rijksoverheid. De visserijsector levert belangrijke hoogwaardige en gezonde voedingsmiddelen voor Nederland en andere EU-landen. Door actief beleid te voeren, wordt overbevissing voorkomen en steunt de overheid de sector in het (verduurzamen)innoveren van de vloot.
Deze systeemtaken worden gerealiseerd door het ondersteunen van netwerken, het toepassen van wet- en regelgeving, subsidies en beheer/regie op de grote wateren.
De centrale doelstellingen waar dit beleid is:
- De Rijksoverheid streeft naar de realisatie van een duurzame en economisch rendabele visserijsector
Hier vallen de volgende subdoelstellingen onder:
- Subdoel 1: Per gebied onttrekt de visserij niet meer dan het ecosysteem kan dragen
- Subdoel 2: De Nederlandse visserij wordt duurzamer en meer rendabel (Kottervisie en Noordzeeakkoord)
- Subdoel 3: De Nederlandse vlootcapaciteit is in balans met de toekomstige vangstmogelijkheden
- Subdoel 4: De nalevingsbereidheid van Nederlandse vissers & de effectiviteit van controle en handhaving neemt toe
- Subdoel 5: De garnalensector heeft een toekomstperspectief
- Subdoel 6: De natuur in de Nederlandse wateren wordt versterkt
Financiële omvang:
Deels Begrotingsartikel 21 (€ 909,1 mln.) en deels begrotingsartikel 22 (€ 770,5 mln.)
Vorige periodieke rapportage/beleidsdoorlichting:
Niet van toepassing
Oplevering periodieke rapportage/beleidsdoorlichting:
2030
Toelichting periodieke rapportage:
Het thema visserij is in deze SEA voor het eerst als een afzonderlijk thema opgenomen. In het verleden is het visserijbeleid meegenomen in de beleidsdoorlichtingen van het Agro beleid. Gelet op de complexiteit van de transities waarvoor de visserijsector op dit moment staat, past het beter om het thema visserij afzonderlijk als periodieke evaluatie in te plannen. Door in 2030 een periodieke rapportage uit te voeren, kan de (reeds) aangevulde evaluatieplanning grondig uitgevoerd worden. Daarnaast biedt het de kans om voorafgaand gedurende deze periode eventuele jaarlijkse indicatoren bij te houden om zo de ontwikkeling een duurzame en economische visserijsector in kaart te brengen.
Figuur 5
Recent afgeronde evaluatieonderzoek: | Jaartal | Type |
Convenant visserij in beschermde gebieden | 2020 | Ex post |
Evaluatie WOT Visserij onderzoek | 2023 | Ex-durante |
Bestaande evaluatieplanning | Jaartal | Type |
EU gemeenschappelijk visserijbeleid | 2022 | Ex post |
Noordzeeakkoord | 2023 | Ex durante |
Visserij Innovatie Netwerk | 2024 | Ex durante |
Maatregelenpakket IJsselmeergebied | 2026 | Ex post |
Brexit Adjustment Reserve | 2024 | Ex post |
Bijdrage Rijksrederij | 2027 | Ex durante |
Beheerautoriteit Waddenzee | 2023 | Ex durante |
Energie Efficiëntie subsidieregeling visserij | 2025 | Ex durante |
Wijziging Visserijwet | 2029 | Ex durante |
Inzichtbehoefte: zorgen voor een duurzaam beheer van visbestanden
Om te komen tot een duurzaam beheer van de visbestanden, is het van belang dat de visserijsector een transitie doormaakt en zich richt op vangst- of vismethoden om selectiever te vissen, met minder bodemberoering en de negatieve effecten op natuur en milieu vermindert. Door de verschillende functies (regisserende, faciliterende, netwerkende en regulerende) van de overheid te evalueren, wordt er aan de inzichtbehoefte gewerkt om een inschatting te kunnen of de huidige maatregelen voldoende zijn om op een doeltreffende en doelmatige manier de doelen voor de visserijsector te behalen.
THEMA 4: KENNIS & INNOVATIE
LNV stimuleert de kennisontwikkeling omtrent de het verduurzamen en optimaliseren van de landbouw-, visserijsector en het landelijkgebied, alsmede het versnellen van de toepasbaarheid van innovaties voor agrarische ondernemers. Door het waarborgen van een hoogwaardige onderzoeksinfrastructuur, draagt LNV bij aan het voldoen aan (een deel) van de randvoorwaarden om de doelen genoemd in thema 1, 2 en 3 dichterbij te brengen. De beleidsaanname die hieraan ten grondslag ligt is dat er een aantal randvoorwaarden nodig zijn om tot een gebalanceerd landbouw/voedselsysteem te komen. Deze randvoorwaarden komen voort uit de transitietheorie waarin kennis, innovatie, gedrag, wet- en regelgeving en beleidsafspraken worden benoemd als factoren die een transitie kunnen versnellen of vertragen. Door in te zetten op het ontwikkelen, versnellen en verspreiden van kennis en innovatie, draagt LNV bij aan dit proces. Aanvullend heeft LNV de taak om aan een aantal Europese verplichtingen te voldoen op belangrijke maatschappelijke onderwerpen zoals voedselveiligheid, beheer van genetische bronnen en het voorkomen van uitbraken van besmettelijke dierziektes.
De centrale doelstellingen die uit deze taakopgaves volgen zijn:
- Borgen en benutten van een kwalitatief hoogwaardige kennis- en innovatie- en onderzoeksinfrastructuur.
- Borgen van wettelijke onderzoekstaken (WOT’s).
Financiële omvang:
Begrotingsartikel 23 (€ 379,6 mln.)
Vorige periodieke rapportage/beleidsdoorlichting:
Het kennis- en innovatiebeleid van LNV is nog niet eerder als een losstaand thema geëvalueerd. Eerder viel het kennis- en innovatiebeleid onder de doorlichting van het agrobeleid. In 2019 is het voor de laatste keer als onderdeel van het agrobeleid geëvalueerd. Doordat de SEA de vrijheid biedt om thematisch te evalueren en kennis en innovatie een separaat begrotingsartikel is geworden, moet het afzonderlijk worden geëvalueerd.
Oplevering periodieke rapportage/beleidsdoorlichting:
2024
Toelichting periodieke rapportage:
De periodieke rapportage van het Kennis- en Innovatiebeleid moet uiteindelijk inzichtelijk maken in hoeverre LNV op een doeltreffende en doelmatige manier bijdraagt aan het (behouden van) het hoogwaardige niveau van de Nederlandse kennis- en innovatiestructuur. In de thematische evaluatie zal onderzocht worden in hoeverre het beleidsinstrumentarium alle treden van zowel de technological- (TRL) en social (SRL) readiness level dekken. Daarbij wordt de vraag gesteld in hoeverre het toegankelijk is en haalbaar is voor agrarische ondernemers om de TRL en SRL te doorlopen. Verder zal de periodieke rapportage ingaan op het doelbereik van het instrumentarium en de algemene samenhang van de geëvalueerde beleidsinitiatieven. Tenslotte wordt het algehele doelbereik van het overkoepelende WOT-instrumentarium geëvalueerd. De belangrijkste bronnen voor deze periodieke rapportage zijn inzichten die worden opgedaan uit relevante evaluatieonderzoeken, data uit de Staat van de Landbouw, Natuur & Voedsel en uit de AKISreview7 van de OECD. Recent opgeleverde en geplande evaluatieonderzoeken binnen het thema kennis & innovatie worden hieronder per centrale doelstelling weergegeven.
Figuur 6
Recent afgerond evaluatieonderzoek | Jaartal | Type |
Subsidie Jong Leren Eten | 2020 | Ex durante |
Tussenevaluatie Groenpact | 2021 | Ex durante |
Toegepast onderzoek; TO2-instellingen (o.a. Wageningen Research) | 2021 | Ex post |
Voedselagenda/Voedselverspilling | 2021 | Ex post |
Subsidieregeling Instituten voor toegepast onderzoek (TO2-regeling) | 2022 | Ex post |
Bestaande evaluatieplanning: | ||
Regeling Agrarische bedrijfsadvisering en educatie (SABE) | 2023 | Ex durante |
Kennis- en Innovatieagenda (KIA) | 2023 | Ex durante |
Inzichtbehoefte borgen en benutten van een kwalitatief hoogwaardige kennis- en innovatie- en onderzoeksinfrastructuur
Onder dit onderdeel vallen de activiteiten die gericht zijn op het versnellen en stimuleren van kennisontwikkeling en innovaties. Voorbeelden van deze activiteiten zijn het missiegedreven innovatiebeleid, innovatiegelden en kennisverspreiding via groen onderwijs. In de afgelopen vijf jaar zijn de instrumenten, die hieronder vallen (wanneer het eigenaarschap bij LNV lag), geëvalueerd op doeltreffendheid en doelmatigheid.
Recent afgerond evaluatieonderzoek | Jaartal | Type |
WOT genetische bronnen | 2021 | Ex post |
WOT Voedselveiligheid beleid | 2021 | Ex post |
WOT besmettelijke dierziekten | 2021 | Ex post |
WOT economische informatievoorziening | 2021 | Ex post |
WOT visserijonderzoek | 2022 | Ex post |
WOT natuur en milieu | 2022 | Ex post |
Inzichtbehoefte borgen wettelijke onderzoekstaken
Het ministerie van LNV heeft de Europese verplichting om zes wettelijke onderzoekstaken uit te laten voeren. Deze onderzoekstaken/systeemtaken worden namens LNV door verschillende Wageningse instituten uitgevoerd. De evaluaties van deze wettelijke onderzoekstaken geven inzicht in hoeverre deze taken doeltreffend en doelmatig worden uitgevoerd. Het verschaft daarnaast per wettelijke onderzoekstaak specifieke inzichten in een variatie aan thema’s zoals bijvoorbeeld de interactie tussen de verschillende betrokken ministeries, Europese vergelijking (uitvoering van deze taken in verschillende landen) en de toekomst bestendigheid van de wettelijke onderzoekstaken (vergrijzing).
7.7 Bijlage 7: Rijksuitgaven Caribisch Nederland
2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | |||
Totaal uitgaven | 3.212 | 11.725 | 16.475 | 800 | 800 | 800 | 800 | ||
Artikel 22 Natuur, visserij en gebiedsgericht werken | 3.212 | 11.725 | 16.475 | 800 | 800 | 800 | 800 | ||
Bijdrage aan medeoverheden | R | I | 3.212 | 11.725 | 16.475 | 800 | 800 | 800 | 800 |
In 2024 wordt de eerste fase (2020-2024) van het Natuur- en Milieubeleidsplan Caribisch Nederland 2020-2030 (NMBP) afgerond. Voor de financiering van deze eerste fase van het NMBP is bij Voorjaarsnota 2022 in totaal € 35,0 mln. aan de LNV-begroting toegevoegd. In samenwerking met de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties en Infrastructuur en Waterstaat zijn plannen opgesteld om deze middelen doelmatig en doeltreffend in te zetten via de openbare lichamen van de eilanden. Het gaat om maatregelen die gericht zijn op onder andere erosiebestrijding, het herstel en behoud van habitats en soorten, waterkwaliteitsverbetering, afval- en afvalwaterbeheer, versterking van de voedselzekerheid en onderzoek en monitoring. Hiervoor is in 2024 € 15,8 mln. beschikbaar. Daarnaast wordt in 2024 de uitvoering van de eerste fase van het NMBP geëvalueerd en worden vanuit de reguliere middelen ingezet op de ondersteuning voor het beheer van het Nationaal park Sababank, monitoring en capaciteit vanuit het ministerie van LNV voor uitvoering van het NMBP.
7.8 Bijlage 8: NGF-bijlage
Deze bijlage bevat financiële informatie en een beknopte toelichting van de stand van zaken van de Nationaal Groeifonds (NGF) -projecten die onder verantwoordelijkheid van LNV vallen.
In 2022 hebben twee NGF-projecten van LNV een directe toekenning gekregen. De parlementaire autorisatie van deze projecten is met 1e suppletoire begroting 2022 (Crop-XR) en ontwerpbegroting 2023 (onderdeel van Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting 2023). In 2023 heeft het NGF-project REGENL een voorwaardelijke toekenning gekregen. Het streven is deze voorwaardelijke toekenning om te zetten in een directe toekenning en daarmee de middelen op de departementale LNV begroting te krijgen.
Totaal uitgaven NGF-Projecten | 700 | 4.548 | 20.329 | 19.825 | 15.198 | 6.209 | 6.522 | ||||
Subtotaal uitgaven NGF | 678 | 4.548 | 20.329 | 19.825 | 15.198 | 6.209 | 6.522 | ||||
23 Kennis en innovatie | |||||||||||
Crop XR | 678 | 2.729 | 2.716 | 4.834 | 5.220 | 2.401 | 2.231 | ||||
Cellulaire agricultuur | 1.819 | 17.613 | 14.991 | 9.978 | 3.808 | 4.291 | |||||
Subtotaal uitgaven NGF | 22 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||||
24 Uitvoering en toezicht | |||||||||||
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 22 |
Toelichting
CROP-XR
Het door het Nationaal groeifonds gefinancierde programma CROP-XR behelst fundamenteel onderzoek op het snijvlak van plantenwetenschappen, datawetenschappen en kunstmatige intelligentie om te komen tot nieuwe ‘smart data’-methoden voor plantenveredeling. Daarnaast wordt ingezet op kennisverspreiding en een snelle vertaling van de ontwikkelde kennis naar commercialiseerbare gewassen. Ook is er aandacht voor kennisontwikkeling en onderwijs. Nederland is wereldwijd koploper in de veredeling van groente- en siergewassen. CROP-XR zal bijdragen aan de versteviging van die positie. In 2024 wordt hiervoor € 2,7 mln. ingezet
Cellulaire Agricultuur (CA)
Kweekvlees is een groeiend domein, waarin flinke ontwikkelingen plaatsvinden. Er wordt gewerkt aan een integraal programma samen met bedrijven als Mosa Meat en Meatable en kennisinstellingen als TU Delft, Wageningen UR en Maastricht University. Doel is om voldoende gekwalificeerd CA-personeel op te leiden, fundamentele en toegepaste CA-kennis te ontwikkelen en opschalingsfaciliteiten beschikbaar te maken voor CA-bedrijven. In 2024 wordt hiervoor € 17,6 mln. ingezet.
7.9 Bijlage 9: Indicatoren en kengetallen
Inleiding
Dit overzicht gaat in op diverse indicatoren en kengetallen. Deze zijn gecategoriseerd in de herkenbare thema's van de Strategische Evaluatie Agenda (zie ). Dit komt de samenhang tussen monitoring en evaluatieonderzoek ten goede. Indicatoren en kengetallen zijn meetbare grootheden die een belangrijke signalerende functie hebben. Kengetallen bieden met name belangrijke contextuele informatie. Indicatoren zijn vaker concreet gebonden aan de inzet van een beleidsmaatregel of doelen van beleid. Scores op indicatoren kunnen daarom aanleiding zijn om beleid bij te sturen. Om echter de daadwerkelijke effecten van het gevoerde beleid op de «scores» uit de indicatoren vast te kunnen stellen is nader evaluatieonderzoek nodig. De recent afgeronde evaluatieonderzoeken staan opgenomen in en op rijksfinancien.nl.
Doelstelling: Versterken concurrentiekracht duurzame agroketens
Duitsland | 20.711 | 21.836 | 22.905 | 22.688 | 23.579 | 24.496 | 26.100 | 29.600 | Bron: WUR en CBS |
België | 8.581 | 9.119 | 10.099 | 10.254 | 10.779 | 10.708 | 12.300 | 14.500 | Bron: WUR en CBS |
Frankrijk | 6.714 | 7.001 | 7.747 | 7.665 | 7.726 | 7.571 | 8.700 | 10.400 | Bron: WUR en CBS |
Verenigd Koninkrijk | 8.269 | 8.321 | 8.576 | 8.591 | 8.658 | 8.524 | 8.400 | 9.500 | Bron: WUR en CBS |
Italië | 3.183 | 3.320 | 3.378 | 3.427 | 3.562 | 3.311 | 4.000 | 4.700 | Bron: WUR en CBS |
Overige landen | 33.926 | 35.202 | 37.357 | 37.771 | 40.319 | 41.129 | 44.900 | 53.600 | Bron: WUR en CBS |
Totaal landen | 81.384 | 84.800 | 90.062 | 90.396 | 94.623 | 95.739 | 104.400 | 122.300 | Bron: WUR en CBS |
Aantal land- en tuinbouw bedrijven | 97.389 | 72.324 | 63.913 | 53.233 | 52.695 | 52.107 | 50.975 |
Gemiddelde inkomen per onbetaalde aje in de primaire sector (€) | 41.400 | 46.800 | 71.400 | 51.100 | 81.900(v) | 100.000(r) |
Aantal landbouwbedrijven met verbrede landbouw activiteiten | 14.598 | 8.197 | 19.860 | 21.535 | 15.311 | 22.000 |
Toegevoegde waarde van het agrocomplex (mld. €) | 45 | 49 | 54 | 56 | 56 |
Waarvan gebaseerd op binnenlandse agrogrondstoffen (%) | 64% | 61% | 57% | 59% | 58% |
Werkgelegenheid in het agrocomplex | 545.000 | 529.000 | 570.000 | 571.000 | 583.000 |
Waarvan gebaseerd op binnenlandse agrogrondstoffen (%) | 68% | 67% | 64% | 64% | 64% |
Aantal bedrijven met een bedrijfshoofd van ≥ 55 jaar | 54.102 | 46.414 | 39.839 | 39.508 | 33.202 | 34.136 |
waarvan zonder opvolging (%) | 59 | 64 | 72 | 66 | 62 | 60 |
- Geen nieuwe data
Toelichting
1. Export van agrarische producten uit Nederland
Bovenstaande tabel toont de belangrijkste exportlanden (in waarde in mln. €) van Nederland met betrekking tot agrarische producten en de totale (agrarische) exportwaarde van Nederland.
2. Aantal land- en tuinbouw bedrijven
Dit kengetal geeft het aantal land- en tuinbouw bedrijven weer dat actief is in Nederland. Deze gegevens worden verzameld in de Landbouwtelling en gepubliceerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek. De landbouwtelling maakt deel uit van de gecombineerde opgave, die onder meer gebruikt wordt voor de uitvoering van het landbouwbeleid en handhaving van de Meststoffenwet
3. Gemiddelde inkomen per onbetaalde aje in de primaire sector (€)
Dit kengetal geeft het gemiddelde inkomen uit bedrijf in de primaire land- en tuinbouwsector weer in euro per onbetaalde arbeidsjaareenheid (aje). Deze gegevens worden verzameld door Wageningen Economic Research via het Bedrijven Informatie Netwerk (BIN).
Wageningen Economic Research berekent het agrarisch inkomen per onbetaalde aje. Agrarisch ondernemers en hun gezinsleden verrichten in de meeste sectoren nog het merendeel van de arbeid zelf, maar krijgen meestal geen salaris. Een arbeidskracht die in een jaar 2.000 uur of meer werkt, wordt gezien als één aje. Wie minder werkt, telt voor minder dan één aje. Wageningen Economic Research deelt het inkomen uit bedrijf in deze situatie door het aantal onbetaalde aje. Op deze manier zijn de inkomens van verschillende bedrijfstypen beter met elkaar te vergelijken. Daarmee is het resultaat dus gekoppeld aan de hoeveelheid input.
4. Aantal landbouwbedrijven met verbredingsactiviteiten (multifunctionele landbouw)
Dit kengetal geeft het aantal land- en tuinbouwbedrijven weer dat een of meer verbredingsactiviteiten als aanvullende inkomstenbron heeft. De gegevens voor dit kengetal komen uit de landbouwtelling en worden gepubliceerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek. De landbouwtelling maakt deel uit van de gecombineerde opgave, die onder meer gebruikt wordt voor de uitvoering van het landbouwbeleid en handhaving van de Meststoffenwet. De verbredingscijfers op basis van de Landbouwtelling kunnen een onvolledig beeld geven, onder andere omdat steeds meer ondernemers hun bedrijven (als gevolg van bv. wetgeving, fiscale voordelen, of risicospreiding) splitsen in meerdere zelfstandige bedrijven met eigen rechtsvorm en boekhouding. Deze bedrijven komen mogelijk niet in beeld via de Landbouwtelling.
Onder verbredingsactiviteiten wordt verstaan: Verkoop aan huis, stalling van goederen of dieren, agrotoerisme, verwerking van landbouwproducten, zorglandbouw, aquacultuur, loonwerk voor derden, agrarisch natuur- en landschapsbeheer, agrarische kinderopvang, boerderij educatie en energieproductie (levering aan derden).
5. Toegevoegde waard van het agrocomplex
Het agrocomplex bestaat uit het geheel van directe en indirecte activiteiten rond de agrarische sector die als een samenhangende keten kan worden gezien. Dit bestaat uit de agrarische sector - opgebouwd uit de sectoren landbouw, tuinbouw en visserij – plus de toeleverende partijen van goederen en diensten zoals veevoer, kunstmest, energie, machines, stallen, kassen, veterinaire en zakelijke diensten enerzijds en de verwerking, handel en distributie anderzijds.
Dit kengetal geeft de toegevoegde waarde van dit gehele complex weer in miljarden euro’s. Een deel van de activiteiten van het totale agrocomplex hangt samen met de verwerking van geïmporteerde agrarische grondstoffen, zoals cacao, granen, soja en tabak. De rest is gebaseerd op binnenlandse agrogrondstoffen. Bij dit kengetal is ook aangegeven welk percentage van de toegevoegde waarde is gebaseerd op binnenlandse agrogrondstoffen. Deze gegevens zijn gebaseerd op data van Wageningen Economic Research.
6. Werkgelegenheid in het agrocomplex
Het agrocomplex bestaat uit het geheel van directe en indirecte activiteiten rond de agrarische sector die als een samenhangende keten kan worden gezien. Dit bestaat uit de agrarische sector - opgebouwd uit de sectoren landbouw, tuinbouw en visserij – plus de toeleverende partijen van goederen en diensten zoals veevoer, kunstmest, energie, machines, stallen, kassen, veterinaire en zakelijke diensten enerzijds en de verwerking, handel en distributie anderzijds.
Dit kengetal geeft de werkgelegenheid in dit gehele complex weer in het aantal arbeidsjaren. Een deel van de activiteiten van het totale agrocomplex hangt samen met de verwerking van geïmporteerde agrarische grondstoffen, zoals cacao, granen, soja en tabak. De rest is gebaseerd op binnenlandse agrogrondstoffen. Bij dit kengetal is ook aangegeven welk percentage van de werkgelegenheid is gebaseerd op binnenlandse agrogrondstoffen. Wegens een revisie van de cijfers kunnen deze afwijken van eerder gepubliceerde cijfers Deze gegevens zijn gebaseerd op data van Wageningen Economic Research.
7. Aantal bedrijven met een bedrijfshoofd van ≥ 55 jaar
Dit kengetal laat het aantal bedrijven zien dat een bedrijfshoofd heeft van 55 jaar of ouder. Ook wordt weergegeven welk percentage van deze bedrijven al een opvolger heeft. Deze gegevens worden verzameld in de Landbouwtelling en gepubliceerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek. De landbouwtelling maakt deel uit van de gecombineerde opgave, die onder meer gebruikt wordt voor de uitvoering van het landbouwbeleid en handhaving van de Meststoffenwet
Doelstelling: Borgen van voedselveiligheid en voedselkwaliteit
Nalevingsniveau HACCP-verplichting | 80% | apr-09 | 92% | 94% | 92% | 93% | 94% te bereiken in 2023 | 2021 | NVWA |
Mate van vertrouwen consumenten in voedsel | Geen meting | Geen meting | 3.2 | 3.2 | Geen Meting | 3.34 | Geen meting | 3.36 | 2023 | NVWA Consumenten-monitor |
Toelichting
1. Voldoen controlevereisten HACCP
Het betreft het percentage van het totale aantal gecontroleerde bedrijven met een wettelijk verplicht Hazard Analysis and Critical Control Points (HACCP)-systeem uit het eerste deel van de vleesketen (slachthuizen, uitsnijderijen en koel- en vrieshuizen) dat aan alle controle-items voor HACCP voldoet.
Voor de berekening van het nalevingspercentage HACCP (Hazard Analysis and Critical Control Points) is uitgegaan van de resultaten die tijdens volledige audits bij slachthuizen, wildbewerkingsinrichtingen, uitsnijderijen en koel- vrieshuizen, zijn beoordeeld door auditoren van de NVWA. Voor 2022 is het op deze wijze berekende nalevingspercentage voor HACCP uitgekomen op 92,8%
Het nalevingspercentage in 2021 was uitzonderlijk hoog terwijl dit percentage voor 2022 meer in lijn ligt met de voorgaande jaren. Hoewel er wel schommelingen zijn is er over de afgelopen 10 jaar wel een verbetering van het nalevingspercentage waar te nemen. Voor de komende jaren verwachten wij dan ook dat het nalevingspercentage zich verder zal verbeteren.
2. Vertrouwen consument in veiligheid voedsel
De NVWA meet op een schaal van 1–5 het vertrouwen van de consument in de veiligheid van voedsel. Deze meting vindt om de 2 jaar plaats.
Het kengetal ziet toe op de vraag of de consument zich zorgen maakt over het voedsel in Nederland. Het kengetal van 2023 geeft aan dat er een hele kleine stijging is van het vertrouwen (statistisch niet significant) ten opzichte van 2021.
NVWA Consumentenmonitor voedselveiligheid 2023 | Rapport | NVWA
Doelstelling: Vergroten maatschappelijke waardering van landbouw/voedsel
Voedselverspilling (kiloton) | min: 1.781 max: 2.466 | min: 1.814 max: 2.509 | min: 1.649 max: 2.568 | min: 1.514 max: 2380 | 2.811 | Geen meting | Geen meting | 2020 | Monitor voedselverspilling update 2009 ‒ 2020, WFBR, 2022 |
Afgeleide voedselverspilling in kiloton(absoluut) | 2.124 | 2.162 | 2.109 | 1.947 | 2.811 | Geen meting | Geen meting | 2.020 | 1081 (2030) | Monitor voedselverspilling update 2009 ‒ 2020, WFBR, 2022 |
Afgeleide voedselverspilling in %(relatief) | 98 | 100 | 98 | 90 | 130 | Geen meting | Geen meting | 2019 | 50 | Monitor voedselverspilling update 2009 ‒ 2020, WFBR, 2022 |
1: Totale consumentenbestedingen aan duurzaam voedsel (x€1 mld.) | 4,9 | 7,7 | 8,2 | 9,5 | 10,8 |
2: Marktaandeel van bestedingen aan duurzaam voedsel in de totale bestedingen aan voedsel | 11% | 14% | 16% | 19% | 18% |
3: Bestedingen van consumenten aan duurzaam voedsel ten opzichte van het voorgaande jaar (toename) | 7% | 18% | 7% | 12% | 13% |
Toelichting
1. Voedselverspilling (kiloton)
Er is sprake van voedselverspilling als voedsel dat voor menselijke consumptie bedoeld is, hier niet voor wordt gebruikt. De Monitor voedsel verspilling geeft de omvang van voedselresten in Nederland weer, gebaseerd op openbare cijfers. De totale hoeveelheid reststromen wordt uitgesplitst naar de bestemmingen voedselbank, veevoer, vergisten, composteren, verbranden en storten/lozen. De bestemmingen veevoer tot en met storten/lozen worden beschouwd als voedselverspilling. De totale omvang van voedselverspilling in Nederland in 2020 was 2.811 kiloton, of 161 kilogram per hoofd van de bevolking. Dit is een groter volume dan de voorgaande meting in 2019 (88-136 kilogram). Dit komt doordat de definitie van voedselverspilling is aangepast; sinds 2022 gebruiken we in Nederland de geharmoniseerde Europese definitie van voedselverspilling, die verschilt van de eerder door Nederland gebruikte definitie. Als de cijfers uit de laatste monitor omgerekend worden naar de eerder gebruikte definitie om zo de verschillende jaren met elkaar te kunnen vergelijken, levert dat een aanzienlijke daling op in de bovengrens van de voedselverspilling ten opzichte van 2019 en voorgaande jaren. De omvang in 2020 is volgens de voormalige definitie 97-123 kilogram per hoofd van de bevolking. In 2019 was dit 88-136 kilogram per hoofd van de bevolking.
2. Afgeleid voedselverspilling in kiloton
Nederland heeft zich gecommitteerd aan het realiseren van het Duurzame Ontwikkelingsdoel 12.3 van de Verenigde Naties (SDG 12.3). SDG 12.3 stelt dat in 2030 t.o.v. 2015 de hoeveelheid voedselverspilling gehalveerd dient te zijn. In de Monitor voedselverspilling werd voorheen de omvang van de voedsel verspilling in Nederland niet als een absoluut getal weergegeven, maar aangeduid met een bandbreedte. De omvang van de voedselverspilling bedraagt tenminste de ondergrens van de bandbreedte (minimum) en ten hoogste de bovengrens van de bandbreedte (maximum). Bij de nieuwe methode is dit niet langer zo maar wordt er wel één totaal berekend.
3. Duurzaam voedsel
De bovenstaande cijfers uit de Monitor Duurzaam Voedsel geven een overzicht van de consumentenbestedingen aan duurzaam voedsel. Duurzaam voedsel wordt in deze monitor gedefinieerd als voedsel waarbij tijdens de productie en verwerking meer rekening is gehouden met milieu, dierenwelzijn en/of sociale aspecten dan wettelijk verplicht is. Het gaat om de in Nederland geconsumeerde producten in de belangrijkste afzetkanalen voor duurzaam voedsel: supermarkten, foodservice en speciaalzaken voor duurzame voeding in Nederland. De gegevens zijn gebaseerd op de omzet van producten die zijn voorzien van een duurzaamheidskeurmerk met onafhankelijke controle. De voedingsmiddelen kunnen daarmee door consumenten op één of meer aspecten als duurzaam worden herkend. In de cijfers t/m 2018 was het mogelijk 70% van de uitgaven in supermarkten mee te nemen. Vanaf 2019 heeft er een aanpassing in de methodiek plaats gevonden, waardoor 100% van de uitgaven in supermarkten wordt meegenomen.
Doelstelling: Verduurzaming productie en consumptie (d.m.v. kringlooplandbouw)
Landelijk | 504,4 miljoen kg | 512 | 503,5 | 490 | 489,4 | 471 | 465,5 | CBS |
Melkvee | 281,8 miljoen kg | 303,5 | 289,9 | 280 | 286,5 | 273 | 269,9 | CBS |
Varkens | 99,1 miljoen kg | 97,4 | 96,8 | 93,7 | 91,8 | 88,9 | 87,4 | CBS |
Pluimvee | 60,3 miljoen kg | 58,9 | 56,7 | 56 | 54,7 | 54,3 | 53,5 | CBS |
Landelijk | 172,9 miljoen kg | 169 | 162 | 156 | 150,7 | 148 | 148,2 | CBS |
Melkvee | 84,9 miljoen kg | 86,6 | 78,7 | 75,5 | 73,6 | 74,2 | 75,5 | CBS |
Varkens | 39,7 miljoen kg | 37,5 | 37,7 | 36,8 | 36,7 | 34,5 | 33,9 | CBS |
Pluimvee | 27,4 miljoen kg | 27,5 | 25,9 | 25,1 | 24,1 | 23,2 | 22,8 | CBS |
Löss | 68 | 63 | 95 | 74 | gemiddeld <of=50 mg Nitraat/l uitspoeling uit wortelzone onder landbouwgrond | RIVM, Landelijk Meetnet Effecten Mestbeleid |
Zand | 55 | 50 | 67 | 70 | gemiddeld <of=50 mg Nitraat/l uitspoeling uit wortelzone onder landbouwgrond | RIVM, Landelijk Meetnet Effecten Mestbeleid |
Klei | 23 | 30 | 45 | 42 | gemiddeld <of=50 mg Nitraat/l uitspoeling uit wortelzone onder landbouwgrond | RIVM, Landelijk Meetnet Effecten Mestbeleid |
Veen | 8 | 7 | 11 | 14 | gemiddeld <of=50 mg Nitraat/l uitspoeling uit wortelzone onder landbouwgrond | RIVM, Landelijk Meetnet Effecten Mestbeleid |
Totale broeikasgasemissie glastuinbouw in CO2 equivalenten | 7,6 Mton | 7,9 Mton | 7,9 Mton | 7,5Mton | 7,9 Mton | 2021 | 4,3 Mton | Klimaat en Energieverkenning PBL |
Toelichting
1. en 2. Productie van dierlijke mest uitgedrukt in miljoen kg stikstof en fosfaat
Om de kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater te beschermen zijn er maxima gesteld aan de hoeveelheid mest, uitgedrukt in stikstof en fosfaat, die de Nederlandse veehouderij mag produceren. Sinds 2006 geldt er voor stikstof een nationaal plafond van 504,4 miljoen kilogram en voor fosfaat een nationaal plafond van 172,9 miljoen kilogram. Beide nationale plafonds zijn vertaald naar een sectoraal productieplafond voor melkvee, varkens, pluimvee, die sinds 1 januari 2020 zijn opgenomen in de Meststoffenwet. Voor de ‘overige’ dieren zijn geen aparte plafonds vastgesteld, maar het totaal moet onder de landelijke plafonds blijven. (Kamerstuk 33 037 nr. 370). In de derogatiebeschikking (UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2022/2069 VAN DE COMMISSIE van 30 september 2022) zijn lagere nationale mestproductieplafonds vastgesteld. De hoeveelheid geproduceerde mest is een indicator voor de mate waarin de Nederlandse veehouderij geopereerd heeft binnen de milieu technische grenzen die gesteld zijn. De excretie voor 2022 is voorlopig vastgesteld op basis van de monitor fosfaat- en stikstofexcretie in dierlijke mest, eerste kwartaal 2023.
3. Gemiddelde nitraatconcentratie per liter in uitspoelend water onder landbouwbedrijven
Het mestbeleid geeft invulling aan de EU-Nitraatrichtlijn, gericht op het terugdringen van uit- en afspoeling van nutriënten uit de landbouw tot op of onder het niveau van 50mg Nitraat/l, om verontreiniging van grond en oppervlaktewater te verminderen en te voorkomen. Elke lidstaat dient per vier jaar een actieprogramma te ontwikkelen dat moet leiden tot een nutriëntenuitspoeling op of onder het genoemde niveau. Het 7de Actieprogramma Nitraatrichtlijn loopt tot 2026. Effecten van actieprogramma’s zijn voor het eerst volledig zichtbaar vijf jaar na afloop van het programma. Het mestbeleid draagt ook bij aan het bereiken van de doelen van de Kaderrichtlijn Water welke zich richten op chemisch schoon en ecologisch gezond water.
4. Broeikasgasemissie glastuinbouw
Vanaf dit jaar wordt in de begroting in plaats van de CO2-emissie van de glastuinbouwsector de broeikasgasemissie van deze sector opgenomen. Deze broeikasgasemissie (CO2 en methaan) in Mton CO2-equivalenten wordt jaarlijks in de Klimaat en Energieverkenning (KEV) van PBL gepubliceerd. . Dit geeft een overzicht van de ontwikkeling van de broeikasgasemissie van de sector. Cijfers over 2022 zijn nog niet beschikbaar. In de Kamerbrief over Voorjaarsbesluitvorming Klimaat (Kamerstuk 32 813 nr. 1230) is opgenomen dat de restemissiedoelstelling voor de glastuinbouw in 2030 op 4,3 Mton CO2-equivalenten is vastgesteld.
Doelstelling: Bevorderen plantgezondheid
10 projecten | 18 projecten | 10 tot 15 | Wordt gepubliceerd in jaarverslag 2023 | 10 tot 15 |
Toelichting
1. Aantal projecten toolbox kwekersrecht
Het kwekersrecht stimuleert bedrijven om nieuwe plantenrassen met verbeterde eigenschappen te ontwikkelen. Verbeterde plantenrassen zijn van groot belang om de landbouw duurzamer te maken (meer productiviteit, minder chemische middelen). Nederland is actief via het "PVP Development Program» (PVP-toolbox) waarin Nederlandse kennis en ervaringen met het ontwikkelen, implementeren en ondersteunen van kwekersrecht wordt gedeeld met landen die kwekersrecht willen implementeren of verder ontwikkelen. De projecten lopen uiteen van het geven van voorlichting, het trainen van technici of beleidsmakers tot het ontvangen van delegaties om laten zien hoe we een en ander hebben georganiseerd. Jaarlijks komen via o.a. landbouwattachés voorstellen voor projecten binnen. Deze worden door een internationale stuurgroep beoordeeld en geprioriteerd.
Doelstelling: bevorderen diergezondheid
Mate van afname van antibioticagebruik in de dierhouderij | Antibiotica verkoop in 2009 | 2009 | 70,8% | 77,4% | 70% reductie (ten opzichte van 2009) | Is nog niet bepaald | Sda rapportage 2022 |
Toelichting
1. Reductie antibioticagebruik in de dierhouderij
De bovenstaande indicator betreft de reductie van het antibioticagebruik in de dierhouderij ten opzichte van 2009. De raming 2024 is afhankelijk van de uitwerking van de in 2019 afgesproken sectorspecifieke reductiedoelstellingen (zie ook Kamerstuk 29 683, nr. 247). Het streven is om antibioticumgebruik verder te reduceren door middel van sectorspecifieke reductiedoelstellingen en een reductie van hooggebruikende bedrijven per 2024. De gerealiseerde reductie in 2022 was 77,4 % ten opzichte van het referentiejaar 2009.
Doelstelling: Zorgen voor de instandhouding van biodiversiteit
62.116 ha | 69.989 ha | 76.943 ha | 83.968 ha | 88.795 ha | 90.168 ha |
Toelichting
1. Oppervlakte ANLb beheerd landbouwareaal
Via het integreren van natuur in het landbouwbedrijf verbetert de kwaliteit van het ecosysteem, neemt de druk op het milieu af en ontstaan meer foerageer- en schuilplekken voor specifieke soorten. Om deze ontwikkeling te stimuleren, zetten provincies en LNV een scala aan instrumenten in, waaronder het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb) uit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). De oppervlakte ANLb beheerd landbouwareaal is in 2022 toegenomen van 88.795 ha in 2021 naar 90.168 ha in 2022. De komende GLB-periode (2023-2027) wordt het ANLB versterkt en uitgebreid. In het GLB is een extra inzet opgenomen, waarbij het de doelstelling is dat het ANLb groeit van ruim 100.000 ha naar 130.000 ha. Het budget zal hierdoor stapsgewijs groeien van € 100 mln. in 2023 naar € 120 mln. in 2025. Daarnaast is het ANLb een belangrijk instrument voor het ondersteunen van de transitie in de landbouw, als ecosysteemdiensten die de landbouw structureel levert aan de maatschappij.
Via dit instrument sluiten provincies beheerpakketten af met collectieven van boeren voor op natuurwaarden gericht landbouwbeheer in (potentiële) leefgebieden van de betreffende soorten. Deze liggen buiten de bestaande natuurgebieden. Het kengetal »oppervlakte ANLb beheerd landbouwareaal» illustreert de ontwikkeling van het areaal agrarisch gebied waarin natuur en landbouw met elkaar verbonden worden.
Het kengetal geeft weer op hoeveel areaal de ecologische randvoorwaarden worden verbeterd voor (dier)soorten van internationaal belang. Of de populaties van die soorten daadwerkelijk toenemen, hangt van meer factoren af.
2. Uitbreiding bossen in Nederland
In 2021 bedroeg de oppervlakte bos8 363.801 hectare. Daarmee bestaat het landoppervlak van Nederland voor 11% uit bos. De oppervlakte bos in 2021 is beperkt gedaald ten opzichte van het bosareaal in 2017, ten tijden van de laatste inventarisatie. In 2017 bedroeg de oppervlakte bos nog 365.726 hectare. Net als in de voorgaande periode is het areaal bos teruggelopen doordat bos verdwenen is voor andere natuurtypen en er tijdelijke bossen op agrarische grond zijn teruggezet naar landbouwareaal. Voor het jaar 2023 zijn vooralsnog geen nieuwe cijfers beschikbaar. Vanaf 2021 wordt via de Bossenstrategie werk gemaakt van een stevige stijging van het bosareaal, waardoor in 2030 er 37.400 hectare bos bij moet zijn gekomen. Eind 2023 wordt er kwantitatief gerapporteerd over de gerealiseerde bosuitbreiding in 2021 en 2022 in de Voortgangsrapportage Natuur.9
Figuur 7
3. Condities VHR-doelbereik landnatuur
Om de effecten van het beleid te laten zien, gebruikt het Planbureau van de Leefomgeving (PBL) het doelbereik van de Vogel- en Habitatrichtlijn voor landnatuur. Deze indicator wordt modelmatig berekend door het effect in te schatten van de stikstofdepositie, grondwaterstand, zuurgraad van de bodem en ruimtelijke condities (omvang en inrichting Natuurnetwerk Nederland) op de staat van instandhouding van VHR-soorten.
Het getal van afgerond 56% voor 2021 betekent dat er voor ongeveer 56% van de VHR-soorten een duurzame instandhouding bereikt kan worden op basis van de bekeken condities.
In deze modelberekening zijn (meet)gegevens van het RIVM en de provincies gebruikt over stikstofdepositie, natuurinrichting en -uitbreiding. Actuele bodem- en grondwatercondities konden niet worden gebruikt door het ontbreken van monitoring op dit vlak. De toename in VHR-doelbereik sinds 2018 komt vooral voort uit de realisatie van het Natuurnetwerk Nederland door aankoop en inrichting van nieuwe natuur.
Figuur 8
4. Fauna in natuurgebieden op land en in agrarisch gebied
Kenmerkende soorten zoogdieren, broedvogels, reptielen en vlinders van natuurgebieden op land zijn sinds 1990 gemiddeld afgenomen. Er is een groot verschil tussen de ontwikkelingen in bossen en die in open natuur gebieden. In de bossen is de trend sinds 1990 stabiel, maar de laatste 12 jaar is een matige toename waar te nemen. In de open natuurgebieden is juist sprake van een afname van 50 procent, al is daar de laatste 12 jaar de trend gestabiliseerd.
Sinds 1990 zijn vogels, zoogdieren en dagvlinders kenmerkend voor het agrarisch gebied gemiddeld genomen achteruit gegaan. Met name de dagvlinders en de broedvogels zijn als groep achteruitgegaan.
De figuren geven de trend weer van de ontwikkelingen van soorten in respectievelijk natuurgebieden op land en in het agrarisch gebied.
Figuur 9
Figuur 10
Doelstelling: Streven naar een duurzame en economisch rendabele visserijsector
Het percentage duurzaam bevist, van de door Nederlandse vissers gericht beviste bestanden. | Basiswaarde 2021 per vlootsegment: Pelagisch: 0,98 Grootschalige boomkor: 0,86 | De laatst bekende waarde is 2021 | 1 (of lager) |
Toelichting
1. Mate van duurzame bevissing
Voor het beoordelen of de Nederlandse vissersvloot afhankelijk is van overbeviste visbestanden en/of een biologisch risico vormt voor uitgeputte visbestanden wordt gebruik gemaakt van de duurzame oogst indicator. Indien deze indicator onder of gelijk is aan 1 is de oogst van het bestand in balans.
Doelstelling: Borgen en benutten van een kwalitatief hoogwaardige kennis- en innovatie- en onderzoeksinfrastructuur
Klanttevredenheid | 8,6 | 2020 | 8,9 | 8,5 | 8,7 | 8,5 | 8 | 2020 | Wageningen Research |
Kennisbenutting door beleid, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties | 93% | 2020 | 99% | >90% | 93% | >90% | >80% | 2020 | Wageningen Research |
Percentage innoverende agrarische bedrijven | 8% | 2017 | 9% | 5,3% | n.v.t. | 10% | 2025 | WEcR |
Aandeel technologische landbouw goederen in de totale landbouwexport. | 9.5% | 2019 | 9,10% | 9,30% | 9,87% | 12% | 2021 | WEcR & CBS |
Verhouding duurzame / totale investeringen | 25% | 2017 | 18% | 27% | n.v.t. | n.v.t. | 30% | 2025 | WEcR |
Toelichting
1. Klanttevredenheid uitgevoerd onderzoek WR en 2. Kennisbenutting uitgevoerd onderzoek WR
In 2015 zijn alle TO2-instituten (waaronder Wageningen Research (WR)) overgegaan op een nieuwe, uniforme methode voor het meten van klant tevredenheid en kennisbenutting. De scores in bovenstaande tabel tonen de gerealiseerde waarden.
3. Percentage innoverende agrarische bedrijven
Dit geeft het percentage van de bedrijven weer dat product- of procesinnovaties heeft doorgevoerd. Het gaat hierbij zowel om bedrijven die als eerste bedrijf iets nieuws hebben doorgevoerd als om innovatieve volgers (vroege volgers).
4. Aandeel technologische landbouwgoederen in de totale landbouwexport
Deze indicator geeft het technologisch aandeel (kennis en innovatie omgezet in goederen/diensten in de vorm van oa. Kassen- en machinebouw) van de aan de landbouw gerelateerde goederen weer in de totale landbouwexport van alle goederen.
5. Verhouding duurzame / totale investeringen
Deze indicator drukt het bedrag aan duurzame investeringen uit ten opzichte van het bedrag van de totale investeringen in de landbouw.
6. Impact Missiegedreven innovaties voor landbouw, water en voedsel
We monitoren en evalueren de Kennis en Innovatie Agenda Landbouw Water Voedsel (KIA LWV) op verschillende niveaus van output, outcome en impact. Er wordt ook gewerkt aan een monitorings- en effectmeting voor de nieuwe KIA LWV 2024-27. Hierbij sluiten we aan op EZK’s monitoring beleid.
- Output: we monitoren het aantal projecten en budget per jaar. Om te kwantificeren meten we de core-kpi’s van de publiek-private samenwerkingsprojecten (PPS-projecten) zoals type partners (kennisinstelling, mkb en grote bedrijven), verhouding tussen publieke en private financiering.
- Outcome: core-kpi’s worden ontwikkeld zoals aantal nieuwe of verbeterde producten/processen/diensten ontwikkeld, kennis en innovatie ontwikkeld voor maatschappelijke opgaven, opschaling, verspreiding en toepassing: aantal agrarische ondernemingen (land- en tuinbouw en agro food sector)
- Impact: kwalitatief gaan we evalueren hoe ontwikkelde innovatie en kennis in 4 jaar bijdraagt aan de beleidsagenda en hoe innovatie en kennis bijdraagt bij het oplossen van maatschappelijke vraagstukken. Daarbij rapporteren we over de inhoudelijke voortgang op de missiedoelen. De Theories of Change die voor elk Meerjarig Maatschappelijk Innovatie Programma (MMIP) zijn opgesteld, zijn het uitgangspunt.
Begin 2024 evalueren we de huidige KIA LWV (2020-2023) en de eindrapportage delen we met de Tweede Kamer. Daarbij zal meer worden ingegaan op de output van de KIA, zoals succesvol afgeronde projecten, publicaties, nieuwe producten en diensten.
7.10 Bijlage 10: Europese geldstromen
Inleiding
Deze bijlage biedt inzicht in de Europese geldstromen die relevant zijn voor de beleidsterreinen van LNV. Er wordt ingegaan op de uitvoering van het nieuwe GLB voor de periode 2023-2027 conform het vastgestelde Meerjarig Financieel Kader.
Meerjarig Financieel Kader
Op 2 mei 2018 heeft de Europese Commissie haar voorstellen gepresenteerd voor het Meerjarig Financieel Kader (MFK) voor de periode na 2020. Op 27 mei 2020 heeft de Europese Commissie een hernieuwd voorstel voor het MFK van 2021 tot en met 2027 gepresenteerd. Op 21 juli 2020 bereikte de Europese Raad overeenstemming over het MFK voor de periode 2021 ‒ 2027. Het akkoord betekent voor Nederland een totale bijdrage vanuit de Europese Commissie van € 5,6 mld. (ELGF: € 5 mld.; ELFPO: € 529,1 mln.; EMVAF: € 139 mln.).
De verschillende EU-programma’s en EU-fondsen
Voor de uitvoering in gedeeld beheer van het Europees Beleid worden vanuit de Europese Commissie eisen gesteld aan de uitvoering door de lidstaten. Deze eisen zijn vastgelegd in Raadsverordeningen en zijn uitgewerkt in Commissieverordeningen en bijbehorende richtsnoeren. De lidstaten zijn verantwoordelijk voor de geharmoniseerde en eenduidige uitvoering van het EU-beleid.
Voor de uitvoering van het EU beleid stelt de Europese Commissie een aantal Europese Fondsen aan de lidstaten beschikbaar. Voor LNV zijn de volgende EU-fondsen relevant:
- 1. Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) 1e pijler: het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF);
- 2. Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) 2e pijler (POP): het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO);
- 3. Gemeenschappelijk Visserijbeleid (GVB): het Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij (EFMZV) en het European Maritime, Fisheries and Aquaculture Fund (EMFAF);
Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB)
Binnen het GLB zijn twee pijlers te onderscheiden. De 1e pijler bestaat uit een basisinkomenssteun voor duurzaamheid aan landbouwers en markt- en prijsbeleid. Met behulp van deze basisinkomenssteun richt deze pijler zich op het stabiliseren van landbouwinkomens en door middel van de eco-regeling wordt ingezet op een verduurzaming van de sector. De 2e pijler betreft het plattelandsbeleid. Deze pijler richt zich op de kwaliteit en, via een vergrote inspanning, verduurzaming van alle plattelandsgebieden in de EU.
Nederland heeft op basis van de nieuwe GLB-verordeningen een Nationaal Strategisch Plan (NSP) opgesteld, waarmee uitvoering wordt gegeven aan het nieuwe GLB voor de periode 2023-2027.
1. GLB pijler 1: het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF)
Hieronder volgen de belangrijkste maatregelen van het Europese Landbouw garantiefonds (ELGF):
1a. Inkomenssteun voor boeren
Er geldt een vaste hectarebetaling als basisinkomenssteun voor duurzaamheid die voor iedere landbouwer gelijk is. Voor de vaste hectarebetaling moeten landbouwers voldoen aan de conditionaliteit: randvoorwaarden waaraan de landbouwers moeten voldoen om in aanmerking te komen voor GLB-steun, de zogenaamde ‘base line’. De voorwaarden hebben betrekking op leefomgeving, klimaat, volksgezondheid, dier- en plantgezondheid en dierenwelzijn. Naast de basisinkomenssteun voor duurzaamheid is er ter ondersteuning van de kleinere landbouwbedrijven de herverdelingssteun voor duurzaamheid, waarbij landbouwers voor de eerste 40 hectaren een extra premie ontvangen. In de praktijk betekent dit dat bedrijven tot 60 hectaren een hogere inkomenssteun ontvangen en bedrijven vanaf 60 hectaren inleveren op de basisinkomenssteun. Naast dat de herverdelingssteun nieuw is binnen de eerste pijler, is ook de eco-regeling een nieuw instrument. Door doelgerichte betalingen te geven voor inspanningen op het terrein van kringlooplandbouw, leefomgeving, bodem, water en landschap worden landbouwers gestimuleerd te investeren in een duurzame landbouw. In het nieuwe GLB zal de basisinkomenssteun geleidelijk doch gestaag worden afgebouwd ten gunste van duurzaamheidsmaatregelen in de tweede pijler door overheveling van budget uit de eerste pijler.
1b. Extra ondersteuning jonge boeren
De aanvullende inkomenssteun voor jonge boeren zal de komende jaren worden uitgefaseerd door deze alleen nog uit te betalen aan jonge boeren, die in de vorige GLB-periode (2014-2022) een aanvraag hiervoor hebben gedaan en nog niet de volle vijfjaarsperiode hebben benut. Verder is alle steun voor de jonge boeren ondergebracht in de tweede pijler. Zie verder hieronder in de paragraaf over ELFPO.
Markt- en prijsbeleid
Met de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten wordt beoogd een gelijk speelveld voor de landbouw in de EU te realiseren. Nederland meent dat marktoriëntatie het uitgangspunt moet zijn voor het realiseren van de doelen van het GLB, zoals het bevorderen van het optimale gebruik van productiefactoren, verwerven van een redelijk inkomen door landbouwers, en verzekeren van redelijke prijzen voor consumenten. In de GMO-verordening (Vo. 1308/2013) is een vangnet voorzien voor landbouwmarkten bestaande uit marktondersteunende instrumenten (bijv. openbare interventie en steun voor particuliere opslag), uitzonderlijke crisismaatregelen en steun aan bepaalde sectoren. Voorafgaand aan een jaar is niet te zeggen of en zo ja hoeveel steun zal worden gegeven aan marktondersteunende en crisismaatregelen aangezien deze onvoorspelbaar zijn. Voor Nederland is voorts de financiering van zogenaamde operationele programma’s van producentenorganisaties in de groente- en fruitsector relevant. Een ander relevant voorbeeld betreft het bijenprogramma. Van belang voor Nederland is ook de steun die op grond van de GMO-verordening wordt gegeven voor het Europese programma voor schoolmelk en -groente en -fruit.
In het algemeen geldt dat subsidies in het kader van EU markt- en prijsbeleid, net als in het geval van directe betalingen, uitsluitend EU-middelen betreffen en er dus geen nationale middelen bij betrokken zijn. Nederland draagt wel de nationale uitvoeringskosten voor deze subsidies. Uitzondering hierop is het bijenprogramma. Hiervoor geldt 50 % nationale cofinanciering.
Het bedrag dat voor Nederland vanuit het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF)voor 2024 beschikbaar komt is € 665,83 mln.
2. GLB pijler 2: Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO)
In de jaren 2021-2022 is de transitieperiode ingezet. De transitieperiode is de overbruggingsperiode tussen het huidige GLB (2014‒2020) en het nieuwe GLB (2021-2027). Voor de transitieperiode is, in overleg met de provincies, besloten om inhoudelijk te focussen op de thema’s klimaat, biodiversiteit/bodem en kringlooplandbouw (incl. stikstof). Tevens zullen doorlopende maatregelen zoals de Brede weersverzekering, het ANLb, de Regeling Jonge Landbouwers en LEADER doorgang vinden. De nationale cofinanciering van 50% voor POP3 en POP3+ maatregelen komt grotendeels voor rekening van de provincies en waterschappen, met een klein aandeel voor LNV. Hiermee is ingezet op het maximaal benutten van de Europese middelen. De in te zetten budgetten onder POP3 en POP3+ kunnen tot eind 2025 in Brussel worden gedeclareerd.
Het LNV-aandeel van de uitgaven wordt verantwoord in het jaarverslag van LNV. Het Rijksaandeel heeft in 2021-2022 betrekking op de regelingen: brede weersverzekering, praktijknetwerken en de GLB pilots veenweide en kringlooplandbouw.
De Europese Commissie heeft na de uitbraak van het coronavirus COVID-19, een Europees Herstelfonds in het leven geroepen. Dit Herstelfonds (Next Generation EU) omvat € 750 mld. Van de € 750 mld., is € 7,5 mld. bestemd voor Plattelandsontwikkeling. Nederland heeft uit dit bedrag circa € 50 mln. toebedeeld gekregen. Het bedrag wordt toegevoegd aan het ELFPO-budget in de transitieperiode (2021-2022) van het Plattelandsontwikkelingsprogramma Nederland (POP3+). Voor dit budget is geen nationale cofinanciering benodigd. Deze middelen zijn besteed aan twee landelijke subsidieregelingen voor groen-economisch herstel. Het betreft de subsidieregeling Investeringen in groen-economisch herstel en de subsidieregeling Samenwerken aan groen-economisch herstel waarvoor respectievelijk € 35,4 mln. en € 15,0 mln. is ingezet. Vanwege de enorme belangstelling in het bijzonder voor de investeringsregeling groen-economisch herstel, wordt een vergelijkbare regeling onder de geldende POP3+ subsidievoorwaarden is in het najaar van 2022 nogmaals opengesteld.
Vanaf 1 januari 2023 maakt het plattelandsontwikkelingsprogramma integraal onderdeel uit van het Nationaal Strategisch Plan (GLB-NSP). Het programma bestaat uit de volgende interventies: Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb), Productieve investeringen voor bedrijfsmodernisering op landbouwbedrijven, Niet-productieve investeringen voor landbouwbedrijven, Niet-productieve investeringen voor niet-landbouwbedrijven, Kennisverspreiding en informatie, Brede weersverzekering, Samenwerking voor gebiedsgerichte aanpak, Veenweide, generatiewisseling en innovatie EIP en LEADER. Een geheel nieuwe interventie is de interventie Vestigingssteun jonge landbouwers. Met deze laatste interventie wordt steun verleend aan een jonge landbouwer bij de start van zijn bedrijf. Deze steun komt in de plaats van de aanvullende steun onder de eerste pijler van het GLB.
Het bedrag dat voor Nederland vanuit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) voor 2024 beschikbaar komt is € 310,65 mln.
3. Gemeenschappelijk Visserijbeleid (GVB): Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij (EFMZV) en het European Maritime, Fisheries and Aquaculture Fund (EMFAF)
Het GVB is in de eerste plaats gericht op de ontwikkeling van een verantwoorde visserijketen waarmee een evenwichtige en duurzame exploitatie van de visstand wordt bevorderd. Hiertoe zijn in EU-verband regels opgesteld, zoals beperkingen voor bepaalde visserijmethoden. Tevens zijn afspraken gemaakt ten aanzien van controle & handhaving, datacollectie en ter bevordering van de stabiliteit van de vismarkt.
De EFMZV-programmaperiode is met ingang van 2021 afgesloten. De afwikkeling van het EFMZV vindt in 2024 plaats. Per 1 januari 2021 is de programmaperiode voor het EMFAF gestart. Eind 2022 is het EMFAF-programma door de Europese Commissie goedgekeurd.
Ontwikkelingen EFMZV
Op 1 juli 2015 (Kamerstuk 32 201, nr. 77) is de Tweede Kamer geïnformeerd over de inzet van het kabinet ten aanzien van het EFMZV. Hoofddoel van het EFMZV is het bijdragen aan de verwezenlijking van de doelstellingen van het hervormde GVB, in de vorm van verdere verduurzaming en versterking van de concurrentiekracht van de visserij en aquacultuur. Het EFMZV biedt de sector kansen om initiatieven voor meer duurzaamheid, kostprijsverlaging en kwaliteitsverbetering te ontwikkelen en deze te implementeren. Het fonds wordt eveneens ingezet om uitdagingen op te pakken en oplossingen aan te dragen voor de invoering van de aanlandplicht.
In het Nederlandse Operationeel Programma (OP) is het EFMZV-instrumentarium gericht op drie hoofdthema’s:
- Invoering van de aanlandplicht;
- Verdere verduurzaming van de visserij- en aquacultuur; en
- Verbetering van de rendementen in de visserij- en aquacultuurketen.
De uitvoering van het EFMZV bevindt zich in de eindfase; de periode 2020 tot en met 2023 is met name gericht op de uitfinanciering van het fonds. Er zijn openstellingen geweest voor Jonge vissers, aanlandplicht innovatieprojecten, rendementsverbeteringsprojecten, aquacultuur innovatieprojecten, afzetbevorderingsprojecten, productie- en afzetprogramma’s, innovatieprojecten duurzame visserij, en samenwerkingsprojecten wetenschap en visserij en investeringen voor toegevoegde waarde van visserijproducten. Daarnaast zijn overheidsopdrachten verleend voor Pulsonderzoek, Kenniskringen, Glasaaluitzet, Datacollectie en Controle. In het kader van de coronacrisis zijn de mogelijkheden om steun vanuit het EFMZV vorm te geven benut. De laatste declaratie moet 31 juli 2024 worden ingediend bij de Europese Commissie.
Ontwikkelingen EMFAF
Met het EMFAF voert Nederland het Gemeenschappelijk visserijbeleid (GVB) en in mindere mate het Europees Geïntegreerd Maritiem Beleid (GMB) (IenW) uit. Het fonds loopt van 2021 tot en met 2027. Het EMFAF-programma is bedoeld voor de (middel)lange termijn en maakt middelen vrij om de uitdagingen voor deze periode aan te gaan. De hoofddoelen van het Nederlandse programma zijn:
- Het verder verduurzamen van de visserijvloot door innovatie;
- Rendementsverbetering en verduurzaming van de aquacultuurproductie en de verwerkende keten;
- Een bijdrage leveren aan natuuronderzoek en -behoud;
- Ervoor zorgen dat Nederland haar verplichtingen uit het GVB op het gebied van datacollectie en controle en handhaving nakomt.
Het EMFAF is inmiddels al ingezet voor een investeringsregeling voor de aanschaf van Mosselzaadinvanginstallaties (MZI’s) en een investeringsregeling voor de aanschaf van een SCR-katalysator voor de garnalenvloot. De komende jaren zullen er onder meer middelen worden ingezet voor innovatieregelingen voor de visserij, aquacultuur en keten. Daarnaast is er geld voor overheidsopdrachten, zoals de uitzet van glas- en pootaal en fishing for litter.
Financieel overzicht EMFAF
In 2022 is het EMFAF-programma goedgekeurd. De verdeling van de kosten van dit programma tussen overheid en begunstigden bedraagt in de meeste gevallen 50–50. Van het overheidsdeel komt gemiddeld 70% uit het EFMZV, de resterende 30% is nationale cofinanciering. Het daadwerkelijke kasritme van het EMFAF wordt ingegeven door het moment waarop Nederland uitgaven bij de EU declareert.
7.11 Bijlage 11: Afkortingenoverzicht
AI | Aviaire Influenza |
ANLb | Agrarisch natuur en landschapsbeheer |
AVP | Afrikaanse Varkenspest |
AP | Aanvullende Post |
Awb | Algemene wet bestuursrecht |
BAR | Brexit Adjustment Reserve (BAR) |
BES | Bonaire, Sint Eustatius, Saba |
BHOS | Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking |
BL | Borgstelling MKB Landbouwkredieten |
BSE | Bovine Spongiforum Encephalopathy |
BT | Blauwtong |
BZ | Buitenlandse Zaken |
BZK | Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties |
CA | Coalitieakkoord |
CA | Cellulaire Agricultuur |
CBS | Centraal Bureau voor de Statistiek |
CCD | Centrale Commissie Dierproeven |
CIBG | Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg |
COKZ | Stichting Controle Orgaan Kwaliteits Zaken |
Ctgb | College toelating gewasbeschermingsmiddelen en biociden |
DG | Directoraat-Generaal |
DGF | Diergezondheidsfonds |
DICTU | Dienst ICT Uitvoering |
DWHC | Dutch Wildlife Health Center |
EA | Ecologische Autoriteit |
EC | Europese Commissie |
EMFAF | Europees Maritiem Visserij en Aquacultuur Fonds |
EFMZV | Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij |
EG | Energie-efficiëntie glastuinbouw (voorheen EHG) |
EHS | Ecologische Hoofdstructuur |
ELFPO | Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling |
ELGF | Europees Landbouwgarantiefonds |
EMVAF | Europees Maritiem, Visserij en Aquacultuur Fonds |
ESR | Effort Sharing Regulation |
EU | Europese Unie |
EZK | Ministerie van Economische Zaken en Klimaat |
FAO | Food and Agriculture Organization of the United Nations |
GD | Gezondheidsdienst voor Dieren |
GFRA | Global Forest Resources Assessment |
GL | Garantieregeling Landbouw |
GLB | Gemeenschappelijk Landbouwbeleid |
GMO | Gemeenschappelijke Marktordening |
GVB | Gemeenschappelijk Visserijbeleid |
HACCP | Hazard Analysis and Critical Control Points |
HBO | Hoger Beroeps Onderwijs |
HCU | High Containment Unit |
HPAI | Hoogpathogene Aviaire Influenza |
HVP | Herstel- en Veerkrachtplan |
IBG | Inbeslaggenomen goederen |
IBP | Interbestuurlijk Programma |
ICT | Informatie- en communicatietechnologie |
IDL | Investeringsfonds Duurzame Landbouw |
IenW | Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat |
IPBES | Intergouvernementeel Platform voor Biodiversiteit en Ecosysteemdiensten |
I&R | Identificatie en registratie van dieren |
IRM | Integraal Rivier Management |
ITTA | International Tropical Timber Agreement |
ITTO | International Tropical Timber Organization |
IUCN | International Union for Conservation of Nature and Natural Resources |
IV | Informatievoorziening |
KIA | Kennis- en Innovatieagenda |
KCB | Kwaliteits-Controle-Bureau |
KDS | Kwaliteitskeuring Dierlijke Sector |
KRM | Kaderrichtlijn Mariene Strategie |
KVP | Klassieke Varkenspest |
LAN | Landbouwraden Netwerk |
Lbv | Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties |
Lbv-plus | Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties met piekbelasting |
LICG | Landelijk informatiecentrum gezelschapdieren |
LID | Landelijke inspectiedienst dierenbescherming |
LNV | Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit |
LTO | Land- en Tuinbouw Organisatie Nederland |
LULUCF | Land Use, Land-Use Change and Forestry |
MBO | Middelbaar beroepsonderwijs |
MEI | Marktintroductie energie-innovaties |
MFK | Meerjarig Financieel Kader |
MGA | Maatregel Gerichte Aankoop |
MKB | Midden- en Kleinbedrijf |
MKZ | Mond-en-klauwzeer |
MVO | Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen |
NAJK | Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt |
NBSAP | Nationaal Biodiversiteits Strategisch Actieplan |
NCD | Newcastle Disease |
NDFF | Nationale Databank Flora en Fauna |
NEM | Netwerk Ecologische Monitoring |
NGB | Nationale Grondbank |
NGF | Nationaal Groeifonds |
NOBV | Nationaal Onderzoeksprogramma Broeikasgassen Veenweiden |
NPLG | Nationaal Programma Landelijk Gebied |
NPL | Nationaal Programma Landbouwbodems |
NSP | Nationaal Strategisch Plan |
NVWA | Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit |
NWO | Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek |
OBN | Ontwikkeling en Beheer Natuurkwaliteit |
OCW | Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap |
OIE | Office international des Épizooties |
OVB | Overdrachtsbelasting |
PAGW | Programmatische Aanpak Grote Wateren |
PAS | Programma Aanpak Stikstof |
PAWOZ | Programma aansluiting wind op zee |
PBL | Planbureau voor de Leefomgeving |
PBO | Publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie |
PIA | Programma Internationale Agroketens |
POK | Parlementaire Ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag |
POP | Plattelandsontwikkelingsprogramma |
PPLG | Provinciaal Programma Landelijk Gebied |
RIVM | Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu |
RVB | Rijksvastgoedbedrijf |
RVO.nl | Rijksdienst voor Ondernemend Nederland |
RWS | Rijkswaterstaat |
RWT | Rechtspersonen met een Wettelijke taak |
Salmonella Se/St | Salmonella serotype Enteritdis/Typhimurium |
Sbv | Subsidiemodules brongerichte verduurzaming stal- en managementmaatregelen |
SDa | Stichting Diergeneesmiddelen Autoriteit |
SDG | Sustainable Development Goal |
SEA | Strategische Evaluatie Agenda |
Srv | Subsidieregeling sanering varkenshouderijen |
SSO | Shared Service Organisatie |
SZW | Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid |
TiI | Transparantie in Informatie |
TO2 | Toegepast Onderzoek Organisaties |
TSE | Transmissible Spongiform Encephalopathies |
UAPB | Uitvoering Aanpak Piekbelasting |
UNEP | United Nations Environment Programme |
UNESCO | United Nations Educational, Scientific and Cultural Organization |
UNFCCC | United Nations Framework Convention on Climate Change |
VAMIL | Regeling Vervroegde Afschrijving Milieu-investeringen |
VHR | Vogel- en Habitatrichtlijn |
VIP-NL | Nationaal Veenweide Innovatieprogramma |
VVK | Vermogensversterkend Krediet |
VWS | Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport |
WEcR | Wageningen Economic Research |
WOAH | World Organization for Animal Health |
Woo | Wet open overheid |
WOT | Wettelijke onderzoekstaken |
WR | Wageningen Research |
WUR | Wageningen University & Research |
ZBO | Zelfstandig Bestuursorgaan |
ZvA | Ziekte van Aujeszky |
__Tweede Kamer, vergaderjaar 2022–2023, 36 200 XIV, nr. 27.↩︎
__De volgende diensten schrijven een eigen openbaarheidsparagraaf: Staatsbosbeheer en Ctgb.↩︎
__Een witte vlek is beleid dat wel in uitvoering is, maar nog niet geagendeerd is in de SEA.↩︎
__Agro: Kamerstuk 31104, nr. 6↩︎
__Natuur: Kamerstuk 31104, nr. 11↩︎
__De cijfers voor de beschrijvingen verwijzen terug naar bovenstaande tabellen met evaluaties.↩︎
__Agricultural Knowledge and Innovation System Review↩︎
__De definitie van bos wordt in de 7e Nederlandse Bosinventarisatie verder toegelicht.↩︎