De werkgroepen in het finance track zullen een groot aantal werkstromen voortzetten, bijvoorbeeld met betrekking tot de (i) coördinatie van macro-economisch beleid, (ii) hervorming van multilaterale ontwikkelingsbanken, (iii) aanpak van onhoudbare schulden, (iv) adresseren van risico’s in de financiële sector, (v) bevordering van duurzame investeringen en (vi) verbeteringen van het internationaal belastingstelsel.

Veel van de ideeën die op tafel liggen komen overeen met de visie op dit kabinet op het internationaal financieel stelsel. Zo wordt er bijvoorbeeld gewerkt aan balansoptimalisatie bij de multilaterale ontwikkelingsbanken, zodat deze zonder additioneel donorgeld hun financiële slagkracht kunnen vergroten. De mobilisering van privaat kapitaal ten behoeve van economische ontwikkeling is een andere prioriteit voor Nederland waar onder meer via de G20 Finance Track aan wordt gewerkt. Ook is Nederland o.a. voorstander van G20-initiatieven om schuldtransparantie (in opkomende economieën) te versterken, de risico’s rondom non-bank financial intermediaries (NBFI) te verlagen, en het belang van adaptatiefinanciering te onderstrepen.

In brede zin steunt dit kabinet internationale samenwerking om mondiale economische en financiële uitdagingen te adresseren. Het feit dat Nederland een significante aandeelhouder is van de grootste internationale financiële instellingen, zoals het IMF en de Wereldbank, betekent dat de discussies over het bestuur en beleid ook van nationaal belang zijn.

Zuid-Afrika richt zich op beleid en investeringen voor het vergroten van voedselzekerheid; het versterken van de positie van vrouwen en jongeren in voedselsystemen; innovatie en technologie overdracht in landbouw en voedselverwerking; en werken aan klimaatbestendigheid voor duurzame landbouwproductie. Dit sluit goed aan bij de nationale en internationale inzet van het kabinet, waarbij het kabinet vooral de nadruk op innovatie onderstreept om een groeiende wereldbevolking van voldoende voedzaam eten te voorzien. De gidsrol die Nederlandse bedrijven en kennisinstellingen in de land- en tuinbouw vervullen voor andere landen is daarbij van groot belang.

Ook verwelkomt het kabinet de aandacht voor de rol van vrouwen en jongeren in de landbouw, die veelal uit familiebedrijven bestaat. Als follow-up van het Staatsbezoek aan Zuid-Afrika (2023) heeft vorig jaar een delegatie van het Nederlands Agrarische Jongeren Kontakt (NAJK) een bezoek gebracht aan collega jonge boeren in Zuid-Afrika om hen te helpen zich ook te organiseren. Dit G20-voorzitterschap biedt een uitgelezen mogelijkheid om deze samenwerking voort te zetten.

Zuid-Afrika prioriteert (i) energiezekerheid, lokale toeleveringsketens, regionale integratie en interconnectiviteit, (ii) rechtvaardige, betaalbare en inclusieve energietransities, (iii) sociale en mensgerichte transities en (iv) onderzoek en Innovatie. Het kabinet steunt de prioriteiten op het terrein van energie. De prioriteiten zijn allen thema’s die cruciaal zijn voor het slagen van de mondiale energietransitie.

Nederland kan hierbij in het algemeen het belang van energiezekerheid noemen en meer specifiek het belang van de totstandkoming van een open, internationale waterstofmarkt met lokale duurzame impact noemen, waar Nederland zich internationaal voor inzet. Ook is positief dat energiezekerheid wordt gekoppeld aan kritieke grondstoffen die hiervoor nodig zijn. Het past ook bij de bestaande inzet om mensen toegang te geven tot hernieuwbare energie (SDG 7).

Zuid-Afrika stelt centraal (i) versnellen van Universele Gezondheidsdekking (UHC) via een eerstelijnszorgbenadering (PHC), (ii) versterking van menselijk kapitaal voor gezondheidszorg, (iii) bestrijding van chronische / niet-overdraagbare ziekten (NCD’s), (iv) voorbereiding, preventie en respons op pandemieën (PPPR), (v) stimulering van wetenschap en innovatie voor gezondheid en economische groei. Het kabinet zet in op verscherping van de brede reikwijdte van deze doelstellingen.

Goede coördinatie en coherentie tussen gezondheids- en ontwikkelingsthema’s is voor het kabinet van belang. Met betrekking tot de niet-overdraagbare ziekten zou er voor het kabinet meer focus mogen liggen op stimuleren van (toegang tot) gezonde voeding, naast het aanpakken van marketing van ongezonde voeding.

Zuid-Afrika agendeert de aanpak van klimaat-, biodiversiteits-, vervuilingsproblematiek. Daarbij is het voor het kabinet belangrijk dat er ruimte ontstaat om stappen op mitigatie te zetten in aanloop naar de klimaatconferentie COP30. Het kabinet zet zich in voor het tot stand brengen van het bij COP29 afgesproken klimaatfinancieringsdoel¹ met aandacht voor financiering uit diverse bronnen, zowel publiek als privaat, bi- en multilateraal, vanuit een verbrede donorbasis. Het kabinet benadrukt ten aanzien van klimaatadaptatie de adaptatie-implementatie, o.a. via aandacht voor governance, monitoring, innovatieve adaptatiefinanciering en beschikbaarheid van klimaatdata.

Op het gebied van biodiversiteit hecht het kabinet waarde aan de implementatie van het Global Biodiversity Framework en bijbehorend monitoringsraamwerk. Ten aanzien van vervuiling zet het kabinet in op het vaststellen van productiemaatregelen in de plasticketen om zo wereldwijde plasticvervuiling te verminderen, evenals bij te dragen aan het positioneren van circulaire economie als sociaaleconomische ontwikkelingsagenda. Het kabinet waakt specifiek op chemicaliën voor overlap met bestaande initiatieven in andere fora. Om het mariene milieu te beschermen, streeft het kabinet naar een goed-werkend, op kennis gebaseerd systeem van afspraken om het mariene milieu, inclusief al haar natuurlijke rijkdommen, volgens het voorzorgsbeginsel te beschermen en behouden.

Zuid-Afrika focust op i) G20 Principles on Trade & Inclusive growth, ii) G20 Principles On Responsive Trade And Investment Agenda To Address The Global Commons, iii) G20 Framework/Pledge On Green Industrialisation And Investments To Promote Sustainable Development, iv) WTO-reforms. Zuid-Afrika kiest binnen deze brede thema’s duidelijk voor eigen prioriteiten, bijvoorbeeld onderwerpen als “de deelname van lage- en midden-inkomenslanden aan de wereldhandel” en ook “regionale integratie en lokale waardetoevoeging”. Wat betreft WTO-hervorming benadrukt Zuid-Afrika het belang van beleidsruimte voor ontwikkelingslanden.

Het kabinet deelt een groot aantal van de prioriteiten van Zuid-Afrika, zo steunt het kabinet de Technical Assistance Facility t.b.v. implementatie van de African Continental Free Trade Area en draagt het bij aan regionale integratie middels projecten op handelsfacilitatie in verschillende regionale economische organisaties zoals de Oost-Afrikaanse Gemeenschap. Daarnaast hecht het kabinet belang aan hervorming van de WTO en in het bijzonder het herstel van het geschillenbeslechtingmechanisme.

Zuid-Afrika prioriteert (i) het verbeteren van de coördinatie tussen financiën en gezondheid voor pandemiebestrijding, (ii) het beter begrijpen en beperken van economische risico's door pandemieën, en (iii) het verbeteren van de paraatheid voor grootschalige interventies, met focus op 'day zero' financiering. Dit sluit goed aan bij de discussies in verschillende fora over Global Health.

Het kabinet vindt het nuttig om opties en draagvlak voor coördinatie verder te onderzoeken in G20-verband, zolang dit positieve invloed heeft op de besluitvorming in andere gremia. Prioriteit blijft om pandemieën te voorkomen, hiervoor is een geïntegreerde benadering van gezondheidssystemen noodzakelijk. Het mitigeren van economische risico’s en kwetsbaarheden is een goede toevoeging op de paraatheidagenda.