Voorstel van wet
Wijziging van wetten op het terrein van onderwijs, cultuur en wetenschap in verband met het repareren van wetstechnische en redactionele vergissingen en verschrijvingen (Reparatiewet OCW 20##)
Voorstel van wet
Nummer: 2025D11021, datum: 2025-03-13, bijgewerkt: 2025-03-25 16:44, versie: 4 (versie 1, versie 2, versie 3)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36707-2).
Onderdeel van kamerstukdossier 36707 -2 Wijziging van wetten op het terrein van onderwijs, cultuur en wetenschap in verband met het repareren van wetstechnische en redactionele vergissingen en verschrijvingen (Reparatiewet OCW 20##).
Onderdeel van zaak 2025Z04778:
- Indiener: E.E.W. Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2025-03-18 16:15: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-03-27 10:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2025-04-09 10:00: Wijziging van wetten op het terrein van onderwijs, cultuur en wetenschap in verband met het repareren van wetstechnische en redactionele vergissingen en verschrijvingen (Reparatiewet OCW 20##) (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 |
36 707 Wijziging van wetten op het terrein van onderwijs, cultuur en wetenschap in verband met het repareren van wetstechnische en redactionele vergissingen en verschrijvingen (Reparatiewet OCW 20##)
Nr. 2 VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om op gebundelde wijze diverse wetstechnische en redactionele verbeteringen aan te brengen in wetten die onder de verantwoordelijkheid vallen van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I. LES- EN CURSUSGELDWET
De Les- en cursusgeldwet wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1 komt te luiden:
Artikel 1. Begripsbepalingen
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt, voor zover niet anders bepaald, verstaan onder:
bevoegd gezag: orgaan dat als zodanig wordt aangeduid in de wettelijke regeling op grond waarvan de desbetreffende instelling of cursus wordt bekostigd;
cursus:
1°. cursus in de zin van de Wet voortgezet onderwijs 2020;
2°. onderwijs aan een instelling voor voortgezet onderwijs als bedoeld in artikel 2.86 van de Wet voortgezet onderwijs 2020, voor zover het geen volledig onderwijs betreft;
3°. op grond van de Experimentenwet onderwijs uit de openbare kas bekostigde cursus, voor zover het voortgezet onderwijs betreft;
4°. beroepsopleiding of opleiding voortgezet algemeen volwassenenonderwijs als bedoeld in de Wet educatie en beroepsonderwijs, die aan een regionaal opleidingencentrum of beroepscollege als bedoeld in de Wet educatie en beroepsonderwijs ten laste van ’s Rijks kas wordt verzorgd, niet gevolgd aan een instelling;
instelling: instelling als bedoeld in de Wet educatie en beroepsonderwijs, voor zover het betreft een beroepsopleiding in de beroepsopleidende leerweg als bedoeld in die wet of een opleiding voortgezet algemeen volwassenenonderwijs die voldoet aan artikel 2.17 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten;
onderwijsdeelnemer: degene die is toegelaten tot het onderwijs aan een instelling of cursus als bedoeld in artikel 2;
onderwijsnummer: door Onze Minister uitgegeven persoonsgebonden nummer, toegekend aan een persoon aan wie niet van overheidswege een burgerservicenummer is verstrekt;
Onze Minister: Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;
studiejaar: het tijdvak van 1 augustus tot en met 31 juli daaropvolgend.
B
In de artikelen 2, 3, eerste lid, en 9, eerste lid, wordt «dagschool» vervangen door «instelling».
C
In de artikelen 3, eerste en tweede lid, 4, eerste, tweede en derde lid, 5a en 6, zesde lid, wordt «leerling» vervangen door «onderwijsdeelnemer».
D
In de artikelen 3, eerste en tweede lid, 4, eerste en derde lid, 6, tweede lid, en 9, eerste en tweede lid, wordt «cursusjaar» vervangen door «studiejaar».
E
In artikel 7 vervalt de aanduiding «1.» voor het eerste lid.
F
In artikel 8 wordt «een bijzondere of gemeentelijke school» vervangen door «een bijzondere of openbare instelling».
G
Artikel 9b wordt als volgt gewijzigd:
1. «voorzover» wordt vervangen door «voor zover».
2. Na «de wet» wordt ingevoegd «en de daarop berustende bepalingen».
ARTIKEL II. MEDIAWET 2008
De Mediawet 2008 wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 2.88 wordt het laatste lid vernummerd tot zesde lid.
B
In artikel 4.2, eerste lid, wordt «artikel 4.1, tweede lid» vervangen door «artikel 4.1, eerste lid».
ARTIKEL III. REPARATIEWET OCW 2024
Artikel XXIII van de Reparatiewet OCW 2024 wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel B vervalt subonderdeel 2.
2. Onderdeel K vervalt.
ARTIKEL IV. WET EDUCATIE EN BEROEPSONDERWIJS
De Wet educatie en beroepsonderwijs wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1.1.1 wordt in de alfabetische volgorde de volgende begripsbepaling ingevoegd:
ouders: met het gezag over de student of vavo-student belaste ouders, voogden of verzorgers;.
B
In het opschrift van Hoofdstuk I, Titel 3, wordt «Bekostigde instellingen voor educatie en beroepsonderwijs» vervangen door «Bekostigde instellingen».
C
In artikel 2.1.3, tweede lid, aanhef, wordt «Het eerste lid» vervangen door «De eerste volzin van het eerste lid».
D
In artikel 2.2.4, eerste lid, vervalt «en vermeldt daarbij afzonderlijk het bedrag voor studenten met een handicap of chronische ziekte alsmede het bedrag voor de entreeopleiding, bedoeld in artikel 7.2.2, eerste lid, onderdeel a».
E
In de artikelen 2.5.5a, eerste lid, 7.1.5, 7.5.4, vijfde lid, 8.0.3, eerste lid, 8.1.1, eerste lid, aanhef, en lid 1c, 8.1.1a, eerste en derde lid, 8.1.7c, tweede lid, en 8.1.7d, tweede lid, wordt «ouders, voogden of verzorgers» vervangen door «ouders».
F
Artikel 8.1.7d wordt als volgt gewijzigd:
1. In de derde volzin van het derde lid wordt «daaraan» vervangen door «aan de beslissing tot verwijdering».
2. Het vierde lid, laatste volzin, komt te luiden: Indien de student of vavo-student jonger dan 18 jaar is, komen deze rechten ook toe aan diens ouders.
G
In artikel 8.4.3, derde lid, en artikel 8.5.3, derde lid, wordt na «Titel 8.5a» ingevoegd «is».
H
Artikel 8a.2.2, derde lid, onderdeel f, vervalt.
ARTIKEL V. WET OP DE EXPERTISECENTRA
In artikel 146, tweede lid, van de Wet op de expertisecentra wordt «2.58, derde lid, van de Wet voortgezet onderwijs 2020» vervangen door «artikel 2.58, derde lid, van de Wet voortgezet onderwijs 2020».
ARTIKEL VI. WET OP HET HOGER ONDERWIJS EN WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK
De Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 7.5d, onderdeel c, wordt «in bijzondere, door het instellingsbestuur vast te stellen en toe te lichten gevallen» vervangen door «in bijzondere, door het instellingsbestuur vast te stellen en toe te lichten, gevallen».
B
In artikel 7.10a, eerste lid, wordt na «en de graad Master aan degene die» ingevoegd «met goed gevolg».
C
In artikel 7.13, tweede lid, onderdeel y, wordt «artikel 7.9a, derde lid, tweede volzin» vervangen door «artikel 7.5d, onderdeel c».
D
In artikel 7.51k, eerste lid, wordt «een van een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid uitgaande politieke jongerenorganisatie van enige omvang» vervangen door «een politieke jongerenorganisatie van enige omvang die uitgaat van een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid».
E
In artikel 7.53, zevende lid, onderdeel b, wordt «gegadigde» vervangen door «aspirant-student».
F
In artikel 9.9a, zesde lid, wordt «vierde lid» vervangen door «vijfde lid».
G
In artikel 10.3a wordt «bij bestuursreglement» vervangen door «in het bestuurs- en beheersreglement».
H
Artikel 10.20, eerste lid, onderdeel d, komt te luiden:
d. het bestuurs- en beheersreglement,.
I
Artikel 15.7 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, aanhef, wordt na «te verlenen» ingevoegd «of in het vooruitzicht te stellen».
2. Aan het tweede lid wordt toegevoegd «of in het vooruitzicht te stellen».
J
De bijlage behorende bij de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel g wordt «Fontys Hogescholen» vervangen door «Fontys Hogeschool».
2. In onderdeel i wordt «Theologische Universiteit van de Gereformeerde Kerken in Nederland, te Kampen, uitgaande van de Gereformeerde Kerken in Nederland (vrijgemaakt).» vervangen door «Theologische Universiteit van de Nederlandse Gereformeerde Kerken, te Utrecht, uitgaande van de Nederlandse Gereformeerde Kerken.»
ARTIKEL VII. WET OP HET PRIMAIR ONDERWIJS
De Wet op het primair onderwijs wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 8, tiende lid, wordt «het negende lid, onderdeel b» vervangen door «het zevende lid, onderdeel b».
B
In artikel 74, tweede lid, onderdeel b, onder 4° wordt «artikel 8, negende lid» vervangen door «artikel 8, zevende lid».
C
In artikel 116, derde lid, wordt «Het bedrag per school kan» vervangen door «Het bedrag per school en het bedrag per leerling kunnen».
D
Artikel 182, tiende lid, vervalt.
ARTIKEL VIII. WET PRIMAIR ONDERWIJS BES
De Wet primair onderwijs BES wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1 wordt in de begripsomschrijving van «Vroegschoolse educatie» «artikel 1.1 van de Wet kinderopvang Caribisch Nederland» vervangen door «artikel 1.1 van de Wet kinderopvang BES».
B
Aan Hoofdstuk I, Titel II, wordt een afdeling toegevoegd, luidende:
AFDELING 4. ONDERWIJSACHTERSTANDENBELEID
Artikel 65a. Afspraken
Het bevoegd gezag neemt deel aan het overleg over de organisatie van een doorlopende ontwikkel- en leerlijn als bedoeld in artikel 2.16 van de Wet kinderopvang BES. Het bevoegd gezag werkt mee aan de totstandkoming van afspraken tijdens dit overleg en draagt zorg voor de naleving van die afspraken.
Artikel 65b. Overgangsgesprek
Het bevoegd gezag werkt mee aan het organiseren van een gesprek als bedoeld in artikel 2.15 van de Wet kinderopvang BES.
C
Hoofdstuk I, Titel III, Afdeling 8a, vervalt.
ARTIKEL IX. WET STUDIEFINANCIERING 2000
De Wet studiefinanciering 2000 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 4.10 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het vierde lid, vervalt «of een afsluitend examen van een specialistenopleiding».
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
6. Het eerste, tweede en derde lid zijn van overeenkomstige toepassing op een mbo-student die binnen de diplomatermijn beroepsonderwijs het afsluitend examen van een vakopleiding, middenkaderopleiding of specialistenopleiding als bedoeld in artikel 7.2.2, eerste lid, onderdelen c, d en e, WEB in de beroepsbegeleidende leerweg, bedoeld in artikel 7.2.7, vierde lid, WEB met goed gevolg heeft afgelegd, voor zover de mbo-student eerder een prestatiebeurs beroepsonderwijs heeft ontvangen.
B
In artikel 11.5 vervalt de aanduiding «1» voor het eerste lid.
ARTIKEL X. WET TEGEMOETKOMING ONDERWIJSBIJDRAGE EN SCHOOLKOSTEN
Artikel 11.4 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten wordt als volgt gewijzigd:
1. De aanduiding «1.» voor het eerste lid vervalt.
2. «voorzover» wordt vervangen door «voor zover».
ARTIKEL XI. WET VAN 4 JULI 1996 TOT WIJZIGING VAN DE WET OP HET BASISONDERWIJS, DE INTERIMWET OP HET SPECIAAL ONDERWIJS EN HET VOORTGEZET SPECIAAL ONDERWIJS EN DE TIJDELIJKE WET BEKOSTIGING NIEUWE BASISSCHOLEN INZAKE VEREENVOUDIGING VAN HET BEKOSTIGINGSSTELSEL VOOR HET BASISONDERWIJS EN HET (VOORTGEZET) SPECIAAL ONDERWIJS (VEREENVOUDIGING LONDO) (STB. 1996, 403)
Artikel VA van de Wet van 4 juli 1996 tot wijziging van de Wet op het basisonderwijs, de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en de Tijdelijke wet bekostiging nieuwe basisscholen inzake vereenvoudiging van het bekostigingsstelsel voor het basisonderwijs en het (voortgezet) speciaal onderwijs (vereenvoudiging Londo) (Stb. 1996, 403) vervalt.
ARTIKEL XII. WET VOORTGEZET ONDERWIJS 2020
De Wet voortgezet onderwijs 2020 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 2.33, tweede lid, komt te luiden:
2. Het voortgezet onderwijs in lichamelijke opvoeding heeft per schoolsoort een minimaal aantal klokuren:
a. voor het vmbo: 268;
b. voor de havo: 305;
c. voor het vwo: 340.
B
In artikel 2.55, tweede lid, vervalt «in een vak waarin ook centraal examen wordt afgelegd,».
C
Artikel 8.17, achtste lid, vervalt.
ARTIKEL XIII. SAMENLOOPBEPALING WET VAN SCHOOL NAAR DUURZAAM WERK
Indien het bij koninklijke boodschap van 6 december 2024 ingediende voorstel van wet tot Wijziging van de Wet educatie en beroepsonderwijs en enkele andere wetten ter bevordering van de kansengelijkheid middels verbetering van de begeleiding naar duurzame economische zelfstandigheid van jongeren met een risico op een afstand tot de arbeidsmarkt (Wet van school naar duurzaam werk) (Kamerstukken 36 667) tot wet is of wordt verheven en artikel III, onderdeel E, van die wet eerder in werking treedt dan, onderscheidenlijk op dezelfde datum in werking treedt als artikel V van deze wet, vervalt artikel V van deze wet.
ARTIKEL XIV. INWERKINGTREDING
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
ARTIKEL XV. CITEERTITEL
Deze wet wordt aangehaald als Reparatiewet OCW met vermelding van het jaartal van het Staatsblad waarin zij zal worden geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,