[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inbreng verslag schriftelijk overleg over de voorhangbrief verstrekking beschikbaarheidbijdrage (medische) vervolgopleidingen 2026 en verder (Kamerstuk 29282-605)

Arbeidsmarktbeleid en opleidingen zorgsector

Inbreng verslag schriftelijk overleg

Nummer: 2025D25915, datum: 2025-06-03, bijgewerkt: 2025-06-06 10:02, versie: 2 (versie 1)

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2025Z10582:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


2025D25915 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport bestond bij enkele fracties behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te leggen aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de Voorhangbrief verstrekking beschikbaarheidbijdrage (medische) vervolgopleidingen 2026 en verder1.

De voorzitter van de commissie,

Mohandis

Adjunct-griffier van de commissie,

Heller

Inhoudsopgave

  1. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie

Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie

Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie

Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie

Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie

  1. Reactie van de minister

  1. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie

De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de voorhangbrief verstrekking beschikbaarheidbijdrage (medische) vervolgopleidingen 2026 en verder en hebben hierover geen vragen en of opmerkingen.

Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie

De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de minister. Zij hebben nog enkele vragen en opmerkingen.

De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie lezen dat ‘de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) zich voor deze jaren bij de verlening van de beschikbaarheidbijdrage voor (medische) vervolgopleidingen nog niet kan baseren op het verdeelplan, omdat de benodigde wijzigings-AMvB dan nog niet gepubliceerd is.’ Kan de minister nader toelichten waarom dit verdeelplan nog niet gepubliceerd is? Hoe is de minister tot het besluit gekomen om de NZa een aanwijzing te geven?

De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie lezen dat ‘de NZa zelfstandig beslist over de inzet van een staffel ten behoeve van de (medische) vervolgopleidingen. De NZa beslist zelfstandig over de verhouding loon en prijs waarmee indexatie van de vergoedingsbedragen plaatsvindt voor (medische) vervolgopleidingen.’ Welke kaders geeft de minister mee? Welke kaders zijn voorheen meegenomen in de besluitvorming? Worden deze weer meegegeven of komt de minister tot andere kaders? In hoeverre verplaatst de minister de verantwoordelijkheid naar de NZa?

Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de minister. Zij hebben hierbij een aantal vragen.

De leden van de VVD-fractie lezen dat op dit moment een wijziging van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) in voorbereiding is om het gebrek aan een juridische grondslag te herstellen. Deze leden vragen naar de stand van zaken met betrekking tot deze wijziging. Hoe ver is de voorbereiding en welk tijdspad hoort hierbij? Tevens vragen zij of bij deze wijziging breder wordt gekeken naar de wijze waarop zorgopleidingen worden gefinancierd.

De minister is voornemens de NZa een aanwijzing te geven voor de jaren 2026 en verder omdat de NZa voor die jaren zich niet kan baseren op het verdeelplan aangezien de benodigde wijzigings-AMvB dan nog niet gepubliceerd is. De leden van de VVD-fractie vragen – in het licht van de eerdere uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) – naar de juridische houdbaarheid van deze tijdelijke werkwijze.

Het CBb oordeelde eerder dat de minister niet bevoegd is om het verdeelplan vast te stellen.2 De leden van de VVD-fractie vragen daarom in hoeverre de minister zicht houdt op de verdeling. En hoe wordt voorkomen dat financiële en statusgedreven belangen boven kwaliteits-, student- en patiëntbelangen gaan?

De leden van de VVD-fractie vragen allereerst naar de verschillen tussen de kosten voor (medisch-)specialistische vervolgopleidingen en de kosten voor de opleiding tot basisarts. Kan de minister die kosten ook laten zien per afgestudeerde basisarts? Klopt het dat de universiteiten driemaal zoveel krijgen voor een student geneeskunde dan voor een student rechten of biologie bijvoorbeeld? Is er verschil tussen de universiteiten aan wat ze hiervoor krijgen?

De leden van de VVD-fractie merken op dat het kostenonderzoek laat zien dat de verschillen tussen de kosten voor (medisch-) specialistische vervolgopleidingen3 verklaard kunnen worden door kwaliteitsverschillen tussen opleidingen. In hoeverre wordt overwogen om kwaliteitscriteria op te nemen in de wijziging van de Wmg? En op welke wijze worden de uitkomsten meegenomen bij de wijziging van de Wmg?

De minister gaf recent nog aan binnenkort met een brief te komen over de stand van zaken van het verbeteren en verbreden van de toets op het basispakket. Dit gaat over het verbeteren van de effectiviteit van zorg, zodat de zorg voor iedereen ook in de toekomst toegankelijk blijft.4 De leden van de VVD-fractie vinden het opvallend dat in het kostenonderzoek ondoelmatige zorg een van de kostenposten is. Is de minister bereid dit effect nader te laten onderzoeken? Zo nee, waarom niet?

Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie

Met interesse hebben de leden van de D66-fractie kennisgenomen van de brief van de minister. Daartoe hebben deze leden verdere vragen.

De leden van de D66-fractie onderkennen het belang van continuïteit in de bekostiging van medische vervolgopleidingen, mede gelet op de essentiële rol van deze opleidingen in het waarborgen van een toekomstbestendige zorgsector. De leden van de D66-fractie vinden het daarom ook uiterst belangrijk dat het verdeelplan op de juiste manier vormgegeven wordt. De leden van de fractie van D66 vragen op welke wijze de minister de transparantie en controleerbaarheid van de aanwijzing aan de NZa blijft waarborgen. Daarnaast vragen deze leden wat de handelswijze is op het moment dat er signalen ontstaan over onevenwichtige verdeling van opleidingsplaatsen over regio's, disciplines en zorgaanbieders. Daartoe vragen de leden van de D66-fractie of de minister kan aangeven welke controlemechanismen zijn ingebouwd.

Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie

De leden van de BBB-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de minister. Zij hebben de volgende vragen aan de minister.

Genoemde leden lezen in de brief dat de NZa bij het verlengen van de beschikbaarheidbijdrage de toewijzingsvoorstellen van TOP Opleidingsplaatsen en Stichting BOLS moet volgen. Deze leden vragen de minister of deze voorstellen wel genoeg rekening houden met de regio. Hoe zorgt de minister ervoor dat de tijdelijke aanwijzing aan de NZa niet leidt tot willekeur of disbalans in de spreiding van opleidingsplaatsen, met name richting regioziekenhuizen? Kan de minister toezeggen dat zij in haar opdracht aan de NZa extra aandacht vraagt voor opleidingsplaatsen in kwetsbare regioziekenhuizen? En kan de minister toezeggen om opleidingsplaatsen hiervoor te creëren door in gesprek te gaan met regioziekenhuizen om te kijken welke opleidingsplaatsen daar echt nodig zijn? Welke criteria zorgen ervoor dat een ziekenhuis in een krimpregio buiten het verdeelplan valt? Is overwogen om regionale zorgtoegankelijkheid mee te wegen in het verdeelvoorstel van Stichting BOLS of TOP Opleidingsplaatsen? Kan de minister toelichten waarom er geen gerichte uitbreiding plaatsvindt in opleidingsplaatsen voor spoedeisende geneeskunde, neurologie of geriatrie, ondanks de demografische druk en vergrijzing?

  1. Reactie van de minister


  1. Kamerstuk 29282-605↩︎

  2. Kamerstuk 29282-557↩︎

  3. NZa, 15 april 2025, ‘Kosten (medisch-)specialistische vervolgopleidingen bekend’ (Kosten (medisch-)specialistische vervolgopleidingen bekend | Nieuwsbericht | Nederlandse Zorgautoriteit)↩︎

  4. Kamerstuk 29689-1297↩︎