Gewijzigd amendement van het lid Flach ter vervanging van nr. 10 over het vervangen van de 'eerst-komt-eerst-maalt-systematiek' door een selectieprocedure
Regels omtrent productie, transport en levering van warmte (Wet collectieve warmte)
Amendement (gewijzigd/nader/vervangend)
Nummer: 2025D28508, datum: 2025-06-18, bijgewerkt: 2025-06-26 09:54, versie: 3 (versie 1)
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A.J. Flach, Tweede Kamerlid (SGP)
Onderdeel van kamerstukdossier 36576 -55 Regels omtrent productie, transport en levering van warmte (Wet collectieve warmte).
Onderdeel van zaak 2025Z12504:
- Indiener: A.J. Flach, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL | 2 | |
Vergaderjaar 2024-2025 | ||
36 576 | Regels omtrent productie, transport en levering van warmte (Wet collectieve warmte) | |
Nr. 55 | gewijzigd AMENDEMENT VAN HET LID flach TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 10 | |
Ontvangen 18 juni 2025 | ||
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor: |
I
In artikel 2.2, tweede lid, vervalt “, onderdeel a”.
II
Artikel 2.4 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid vervallen de dubbele punt en de onderdeelsaanduiding “a.”, wordt de puntkomma vervangen door een punt en vervalt onderdeel b.
2. Na het eerste lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
1a. Na of tegelijkertijd met de mededeling, bedoeld in het eerste lid, doet het college mededeling in de Staatscourant en op een andere geschikte wijze van een door het college te bepalen termijn waarbinnen een warmtebedrijf met een publiek meerderheidsbelang of een warmtegemeenschap uiterlijk een aanvraag in kan dienen om aangewezen te worden op grond van artikel 2.5, eerste lid.
3. In het tweede lid, onderdeel a, vervalt “onderdeel a,”.
4. In het tweede lid, onderdeel b, wordt “het eerste lid, onderdeel b” vervangen door “lid 1a”.
III
Artikel 2.5 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het zevende lid komt te luiden:
7. Indien er meerdere aanvragen zijn ingediend rangschikt het college de aanvragen zodanig dat een aanvraag hoger gerangschikt wordt naarmate:
a. aannemelijker is dat de bij of krachtens artikel 2.20, eerste lid, opgenomen normen bereikt zullen worden;
b. aannemelijker is dat een doelmatige en kosteneffectieve aanleg en exploitatie van de collectieve warmtevoorziening beter wordt geborgd;
c. aannemelijker is dat de leveringszekerheid beter wordt verzekerd;
d. aannemelijker is dat het warmtebedrijf met een publiek meerderheidsbelang of de warmtegemeenschap de toekomstige verbruikers beter zal betrekken bij de aanleg, ontwikkeling en exploitatie van de collectieve warmtevoorziening;
e. aannemelijker is dat de in het globaal kavelplan beschreven gevolgen voor toekomstige verbruikers en verhuurders, vereniging van eigenaars of een daarmee vergelijkbare rechtsvorm die warmte zullen afnemen van de collectieve warmtevoorziening beter uitvoerbaar zijn;
f. aannemelijker is dat het globaal kavelplan voor het warmtebedrijf met een publiek meerderheidsbelang of de warmtegemeenschap beter uitvoerbaar is.
2. Na het zevende lid worden drie leden ingevoegd, luidende:
7a. Het college kan een adviescommissie instellen en advies inwinnen van deze adviescommissie.
7b. Het college kan aan de rangschikkingsgronden, bedoeld in het zevende lid, een weging toekennen waarbij geldt dat elke grond voor minimaal 5% en maximaal 50% meegewogen wordt.
7c. Het college wijst het warmtebedrijf met een publiek meerderheidsbelang of de warmtegemeenschap aan dat het hoogste is gerangschikt.
3. Na het achtste lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
8a. Het zevende lid en lid 7a tot en met 7c zijn niet van toepassing indien maar één warmtebedrijf met een publiek meerderheidsbelang of warmtegemeenschap een voornemen als bedoeld in artikel 2.4, eerste lid, kenbaar heeft gemaakt.
4. Het tiende lid wordt als volgt gewijzigd:
a. Na “over” wordt een dubbele punt en de onderdeelsaanduiding “b.” ingevoegd.
b. Na de aanhef (nieuw) wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
a. de rangschikkingsgronden, genoemd in het zevende lid;.
IV
Artikel 2.6, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel a vervalt “onderdeel a,”.
2. In onderdeel b wordt “eerste lid, onderdeel b” vervangen door “lid 1a”.
Toelichting
Bij de aanwijzing van een warmtebedrijf met een publiek meerderheidsaandeel of een warmtegemeenschap is in het wetvoorstel gekozen voor een ‘eerst-komt-eerst-maalt’-systematiek. De regering acht het niet aannemelijk dat twee of meer warmtebedrijven met elkaar in concurrentie zullen treden om dezelfde warmtekavel. Bovendien wijst de regering op het voordeel wat de ‘eerst-komt-eerst-maalt’-systematiek kan hebben op de mogelijkheden van vooroverleg tussen de gemeente en het voorziene warmtebedrijf. De indiener wil erop wijzen dat de ontwikkeling van warmtebedrijven met een publiek meerderheidsaandeel zich nog moet uitkristalliseren. Het is wellicht niet aannemelijk dat concurrentie zal ontstaan, maar het is gelet op het voorgaande ook niet uit te sluiten. De indiener wil voorkomen dat de situatie ontstaat dat het door de gemeente beoogde warmtebedrijf of warmtegemeenschap achter het net vist, alleen vanwege het ‘eerst-komt-eerst-maalt’-principe. Verder wil de indiener meer regie voor de gemeente aan de voorkant van het proces met het oog op het realiseren van een betaalbare warmtevoorziening. Gelet hierop stelt hij derhalve voor in de aanwijzingsprocedure rekening te houden met de mogelijkheid dat meerdere aanvragen ingediend zullen worden en hiervoor een selectieprocedure vast te stellen.
Hoofdregel is dat als uit de inventarisatieprocedure opgenomen in artikel 2.4, eerste lid, blijkt dat er slechts één wamtebedrijf met een publiek meerderheidsbelang of één warmtegemeenschap het voornemen heeft een aanvraag in te dienen om aangewezen te worden op grond van artikel 2.5, eerste lid, er geen selectieprocedure zal worden toegepast. Alleen als uit de inventarisatie blijkt dat er meerdere geïnteresseerden zijn en er meerdere aanvragen worden ingediend, dan zal het college een selectieprocedure dienen toe te passen. Hiertoe wordt artikel 2.5 aangepast en worden in het zevende lid selectiecriteria opgenomen. Hierdoor geldt dat bij meerdere aanvragen een selectieprodedure wordt toegepast. Deze selectieprocedure is gelijk aan die van artikel 2.7, het artikel dat ziet op de ingroeiperiode. Op grond van artikel 2.5, tiende lid, kunnen de selectiecriteria bij of krachtens algemene maatregel van bestuur uitgewerkt worden.
Dat de selectieprocedure niet standaard wordt toegepast is expliciet vastgelegd in artikel 2.5, lid 8a. Dit ligt voor de hand, omdat een situatie waarbij meerdere partijen zich melden een uitzondering zal zijn. Daarnaast zou een keuze voor het standaard toepassen van een selectieprocedure de mogelijkheden voor vooroverleg teveel beperken. Door artikel 2.5, lid 8a, blijft het indienen van een aanvraag door één geïnteresseerde partij het uitgangspunt, waardoor de bestaande mogelijkheden voor vooroverleg worden behouden.
Flach