[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Nadere motivering vertrouwelijkheid brief Europese Commissie

Evaluatie Schipholbeleid

Brief regering

Nummer: 2025D31259, datum: 2025-07-01, bijgewerkt: 2025-07-02 16:24, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 29665 -570 Evaluatie Schipholbeleid.

Onderdeel van zaak 2025Z13793:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Geachte voorzitter,

Tijdens het tweeminutendebat van 24 april jl. verzocht het lid De Groot (VVD) om openbaarmaking van de brief van de Europese Commissie – Eurocommissaris Tzizikostas – aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat. Op 8 mei jl. heeft de Kamer deze brief vertrouwelijk toegezonden gekregen.

Op 21 mei jl. heeft de Commissie van Infrastructuur en Waterstaat van de Kamer aangegeven de vertrouwelijkheid van de ter inzage gelegde stukken niet genoegzaam gemotiveerd te achten en heeft zij gevraagd om een nadere motivering in de zin van artikel 4a, tweede lid, onderdeel a van de Regeling vertrouwelijke stukken.

Met de vertrouwelijke terinzagelegging wordt voldaan aan de in de Grondwet opgenomen verplichting om Kamerleden desgewenst inlichtingen te verstrekken. Evenwel is in dit geval terughoudendheid op zijn plaats en vertrouwelijkheid geboden. Gewone verstrekking aan de Kamer(s) leidt altijd automatisch tot openbaarmaking. Het aan de Kamers verstrekken van EU-vertrouwelijke stukken leidt tot schending van de opgelegde vertrouwelijkheid. Dit zou voorts de goede relatie met de EU-instellingen verstoren. De Europese Commissie heeft desgevraagd ingestemd met het delen van de brief met de Kamer, maar geen toestemming gegeven om de brief te delen met het brede publiek. Daarom is de brief vertrouwelijk ter inzage gelegd.

Hoogachtend,

DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,

ing. R. (Robert) Tieman