Diverse onderwerpen op het gebied van opvang
Brief regering
Nummer: 2025D53642, datum: 2025-12-19, bijgewerkt: 2025-12-19 15:13, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M.C.G. Keijzer, minister voor Asiel en Migratie (BBB)
Onderdeel van zaak 2025Z22589:
- Indiener: M.C.G. Keijzer, minister voor Asiel en Migratie
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Asiel en Migratie
Preview document (🔗 origineel)
In deze brief geef ik de stand van zaken weer met betrekking tot verschillende – door uw Kamer aangenomen – moties en toezeggingen met betrekking tot asielopvang. Daarnaast wordt u geïnformeerd over ontwikkelingen COA-bedden in CTP Veldzicht
Diverse moties en toezeggingen
Moties ingediend over de verdienmodellen van commerciële asiel- en noodopvang stoppen1 en de Kamer maandelijks te informeren over de voortgang.2
In mijn brief van 25 november jl.3 heb ik nader toelichting gegeven op de wijze waarop de moties van de heer van Dijk en Van Nispen over het stoppen van commerciële noodopvang worden uitgevoerd en welke knelpunten hierbij worden ervaren. Het realiseren van reguliere opvangplekken kost tijd en daardoor kan het aantal noodopvangplekken nog niet in 2025 worden afgebouwd. Tegelijkertijd stijgt het aantal reguliere opvangplekken gestaag, van circa 40.000 op 1 november 2025 naar circa 51.000 plekken op 1 januari 2027. Ik blijf uw kamer hierover informeren.
Motie ingediend over het COA dusdanig ondersteunen dat volledige exploitatie door het COA vanaf 150 opvangplekken mogelijk is.4
In mijn brief van 14 juli 2025 heb ik uw kamer geïnformeerd over de toezegging die mijn ambtsvoorganger deed aan het lid Ceder over de mogelijkheid van het COA om kleinschalige opvang vanaf 150 personen te financieren. Het COA onderzoekt per business case de haalbaarheid van een locatie, ongeacht omvang. Dat een gemeente bij kleinere locaties zelf zorg moet dragen voor (een deel) van de zorg en begeleiding is onjuist, maar wel mogelijk als daar de wens toe is. Over het algemeen geldt dat bewoners op kleinere locaties meer zelfstandig leven. In het plaatsingsbeleid van het COA wordt daar rekening mee gehouden. Deze motie doe ik hiermee gestand.
Motie ingediend over stoppen met gratis taxivervoer voor asielzoekers.5
Deze motie roept de regering op om te stoppen met gratis taxivervoer voor asielzoekers. Er zal in een bepaalde gevallen, bij wijze van uitzondering, óók in de toekomst gebruik worden gemaakt van taxivervoer voor asielzoekers. Hierbij valt te denken aan ritten met een medische reden, ritten ten behoeve van deelname aan vertrekgesprekken of vervoer in het kader van de asielprocedure naar een plek die niet met het openbaar vervoer te bereiken is.
Indien de motie geïnterpreteerd mag worden als een verzoek om zo veel mogelijk gebruik te maken van openbaar vervoer en het taxivervoer maximaal te reduceren dan kan ik uw Kamer melden dat hier reeds uitvoering aan wordt gegeven. De hoofdregel voor de inzet van vervoer van asielzoekers is dat openbaar vervoer de standaard is, tenzij er zwaarwegende redenen zijn om hiervan af te wijken. Als uitgangspunt geldt dat het primaire asielproces ongehinderd door moet blijven gaan. De maatregel tot maximale reductie van het taxivervoer is voor de uitvoering een logistieke uitdaging en het kost tijd om de processen optimaal te implementeren. Het COA heeft hier reeds stappen in gezet. In het eerste kwartaal van 2026 zal gestart worden met een pilot om de inrichting en werkwijze van een aantal vervoerstromen te beproeven. Op basis hiervan zullen de verdere vervolgstappen worden bepaald.
Het reizen met openbaar vervoer en daarmee het reduceren van taxiritten maakt deel uit van een grotere opdracht. Aan dit traject nemen de diverse ketenpartners deel en deze opdracht ziet op alle vormen van personenvervoer, waaronder de inzet van taxi’s.
Informatieverzoek van het lid Piri over zoals dat is gedaan in de regeling van werkzaamheden van 30 september 2025 6
Het lid Piri heeft in het informatieverzoek aandacht gevraagd voor demonstraties tegen de komst van AZC’s waarbij het soms ernstig uit de hand loopt.
Ik wil benadrukken dat het een groot goed is dat mensen in Nederland met demonstraties en protest hun mening kunnen laten horen, maar altijd binnen de grenzen van de wet. Elke vorm van geweld of bedreiging is daarbij onacceptabel.
Dat vraagt stevig en gepast optreden, om te beginnen door de lokale driehoek, maar het is belangrijk dat het kabinet daarin ook naast gemeenten staat.
In het bijzonder in situaties waarin het werk van lokale bestuurders en lokale volksvertegenwoordigers wordt belemmerd.
Op 8 oktober heeft een medeoverheden overleg plaatsgevonden, opgevolgd door een bestuurlijk overleg met medeoverheden 19 november. In beide overleggen is dit onderwerp uitvoering aan de orde is geweest. Hiermee is aan het verzoek voldaan.
Motie om de opvang van derdelanders uit Oekraïne nog voor de zomer te beëindigen7.
Tot slot wil ik uw Kamer informeren over de motie van het Lid Vondeling (PVV) waarin de regering verzocht wordt de opvang van derdelanders, met tijdelijk verblijfsrecht in Oekraïne, nog voor de zomer te beëindigen. Op 3 juni jl. heeft mijn ambtsvoorganger de kamer geïnformeerd over haar besluit om de geldende bevriezingsmaatregel voor deze groep derdelanders per 4 september 2025 te beëindigen en daarmee vanaf deze datum te starten met het vertrekproces.8
In deze brief is tevens aangegeven dat 4 september redelijkerwijs de snelst mogelijke datum was om dit te doen vanwege de voorbereiding die bij onder andere gemeenten en de IND nodig was. Op 4 september jl. is de bevriezingsmaatregel dan ook beëindigd. Vanaf dat moment is voor de groep derdelanders zonder rechtsmiddelen de vertrektermijn gaan lopen. Voor derdelanders die rechtsmiddelen hebben geldt dat zij druppelsgewijs het recht op opvang en (gemeentelijke) voorzieningen verliezen, afhankelijk van de snelheid waarmee de individuele beroepszaken door rechtbanken worden behandeld.
Ontwikkelingen COA-bedden in CTP Veldzicht
In overleg met de staatssecretaris Justitie en Veiligheid informeer ik uw Kamer over het volgende. U bent op 19 maart jl. door de toenmalige Minister van Asiel en Migratie en de toenmalige staatssecretaris van Justitie en Veiligheid geïnformeerd over de uitvoering van de moties m.b.t. Veldzicht9. Wij blijven voornemens de moties uit te voeren zoals in onze eerdere beantwoording is toegezegd.
Door verloop van personeel is de situatie ontstaan dat het Centrum voor Transculturele Psychiatrie Veldzicht (hierna Veldzicht) op dit moment onvoldoende personele capaciteit heeft om de kwaliteit van zorg te kunnen waarborgen voor de COA doelgroep (circa 35 plekken). Daarom is helaas het noodzakelijke besluit genomen om tijdelijk capaciteit af te bouwen, waardoor voor de resterende plekken het mogelijk blijft om de continuïteit en kwaliteit van zorg te waarborgen. Dit heeft tot gevolg dat er per 1 december 2025 twaalf bedden minder beschikbaar zijn voor nieuwe patiënten. Ondertussen wordt er onverminderd ingezet om nieuw personeel te werven. Zoals uw Kamer bekend is personele krapte momenteel een breder vraagstuk op de arbeidsmarkt binnen het gevangeniswezen, de forensische zorg en de ggz. Naar aanleiding van de ontwikkelingen zijn Veldzicht en Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) in constructief overleg met de ministeries van Asiel en Migratie, Justitie en Veiligheid, Volksgezondheid Welzijn en Sport, COA, GezondheidsZorg Asielzoekers (GZA) en de Nederlandse ggz.
De vermindering van het aantal bedden heeft geen invloed op de patiënten die op dit moment in Veldzicht verblijven. Vanaf 1 december jl. is echter minder instroom mogelijk. De afname van het aantal bedden heeft dus uitsluitend effect op nieuwe aanmeldingen. Hierbij biedt Veldzicht regionale zorgaanbieders inhoudelijke ondersteuning op het vlak van transculturele zorg voor deze doelgroep indien dit nodig is. Bij aanmeldingen waarbij opname in Veldzicht noodzakelijk is, stelt Veldzicht zich flexibel op om binnen de mogelijkheden van hun kunnen opname mogelijk maken. De effecten van deze ontwikkeling worden in nauw overleg met de keten gemonitord en besproken. In februari 2026 zal daarbij ook een evaluatie plaatsvinden om tijdig te kunnen inspelen op eventuele knelpunten.
Stand van zaken uitvoering motie Lahlah (GL/PvdA) en motie Podt (D66)/Lahlah m.b.t. CTP Veldzicht
Met de betrokken partijen is afgesproken om de overgangsperiode voor het afbouwen van het aantal bedden dat Veldzicht gereserveerd heeft voor de COA-doelgroep (circa 35) te verlengen tot 1 april 2026. In de tussentijd werkt een projectteam in opdracht van de betrokken ministeries in samenwerking met eerder genoemde partijen aan het bewerkstelligen van alternatieve zorg voor de COA-doelgroep. Voor het realiseren van deze alternatieve zorg lopen momenteel gesprekken met zorgaanbieders. Over relevante ontwikkelingen ten aanzien van de afspraken met reguliere zorgaanbieder(s) over alternatief zorgaanbod voor deze doelgroep blijf ik, samen met de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, uw Kamer informeren.
De Minister voor Asiel en Migratie,
M.C.G. Keijzer
Kamerstukken II, 2024/25, 36 410, nr. 107↩︎
Kamerstukken II, 2024/25, 19 637, nr. 3424↩︎
Kamerstuk 19637, nr. 3424, alsmede kamerstuk 36410, nr. 107↩︎
Kamerstukken II, 2024/25, 19 637, nr. 3418↩︎
Kamerstukken II, 2024/25, 19 637, nr. 3403↩︎
2025Z18215↩︎
Kamerstukken II, 2024/25, 32 317 nr. 955↩︎
[2] Kamerstukken II, 2024/25, 32 317, nr. 955↩︎
Kamerstuk vergaderjaar 2024-2025, 24587 nr. 1016 en Kamerstuk vergaderjaar 2024-2025, 24587 nr. 1013.↩︎