[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Staat van de veiligheid van Groningen 2024, kwaliteitsborging en Jaarverslag 2024 NCG

Gaswinning

Brief regering

Nummer: 2025D18287, datum: 2025-04-22, bijgewerkt: 2025-04-24 15:42, versie: 2 (versie 1)

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 33529 -1292 Gaswinning.

Onderdeel van zaak 2025Z08028:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


33 529 Gaswinning

Nr. 1292 Brief van de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 april 2025

Met deze brief informeer ik uw Kamer, mede namens de minister van Klimaat en Groene Groei, over de voortgangsrapportage van het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM): Staat van de veiligheid van Groningen 2024. Daarnaast informeer ik uw Kamer over mijn toezegging om in gesprek te gaan met de Nationaal Coördinator Groningen (NCG), het SodM en het Adviescollege Veiligheid Groningen (ACVG) over de adviezen van het SodM rondom kwaliteitsborging in de processen van de versterkingsoperatie. Tot slot stuur ik uw Kamer het jaarverslag van NCG voor 2024 toe.

Staat van de veiligheid van Groningen 2024

Het SodM publiceert jaarlijks een Staat van de veiligheid van Groningen. In het rapport van 2024 gaat het SodM in op de resultaten, voortgang en planning van de versterking. Ook bespreekt het SodM de seismische ontwikkelingen van het Groningen-gasveld, de ontmanteling van mijnbouwwerken en de nazorg bij mijnbouwactiviteiten.

Hieronder beschrijf ik de adviezen van het SodM met betrekking tot de versterkingsoperatie en hoe ik hier invulling aan geef. Ook ga ik namens de minister van Klimaat en Groene Groei (KGG) in op de bevindingen van het SodM rondom de seismische ontwikkelingen en mijnbouw.

Adviezen van SodM over de versterking

Het SodM formuleert in haar rapport een aantal adviezen die te maken hebben met de balans tussen snelheid in de versterkingsoperatie en de kwaliteit die bewoners geboden kan worden. Sommige adviezen zijn nieuw, andere zijn een herhaling van eerdere adviezen. Zo wordt onder andere het advies herhaald om NCG geen extra taken te geven en zo min mogelijk nieuwe adressen aan de versterkingsoperatie toe te voegen. Daarnaast adviseert het SodM mij om samen met NCG een concrete, realistische planning op te stellen met haalbare productiedoelstellingen en om reële doorlooptijden vast te stellen. De adviezen rondom kwalitatieve verbeteringen hebben veel raakvlakken met het onderzoek van het SodM naar de kwaliteitsborging in de processen van de versterkingsoperatie waar ik uw Kamer eerder over heb geïnformeerd op 13 maart 20251.

Mijn invulling van de adviezen van SodM

Ik waardeer het SodM als onafhankelijk adviseur voor de versterkingsoperatie en neem de bevindingen en adviezen zorgvuldig mee in mijn overwegingen. In mijn Beleidsbrief Versterken2 ben ik ingegaan op mijn leidende principes voor de versterkingsoperatie in Groningen, waaronder het principe dat de versterkingsoperatie in eerste instantie een veiligheidsoperatie is. Daarbij heb ik aangegeven dat ik wil inzetten op een goede balans tussen snelheid van de versterkingsoperatie en kwaliteit die de bewoners geboden wordt. Dit heb ik ook benadrukt in mijn brief van 26 maart 2025 over de actualisatie van de diepteanalyse van NCG.3 Het is bemoedigend dat het SodM in haar Staat van de veiligheid van Groningen 2024 het belang onderschrijft van mijn inzet op de balans tussen snelheid en kwaliteit.

Net als het SodM vind ik het daarom belangrijk om in te blijven zetten op voortvarendheid in de versterkingsoperatie. Ik vind het belangrijk daarbij, samen met alle betrokken partijen, de balans te bewaren met de kwaliteit die daarbij aan bewoners geleverd kan worden. Ik vind het tevens belangrijk om het effect van eventuele beleidskeuzes inzichtelijk te maken in termen van tijd, middelen en mensen, en de keuzes te baseren op de ervaringen uit de praktijk.4 Mijn besluit om ook de lichte versterkingen te combineren met het toepassen van isolatiemaatregelen, heb ik daarom gebaseerd op de proef die NCG hiervoor heeft uitgevoerd. Ik heb het effect hiervan op de voortgang van de versterkingsoperatie en op de kwaliteit die aan bewoners gegeven kan worden, naast elkaar gelegd en een gewogen besluit genomen. Dit is ook in lijn met de boodschap van Nij Begun.

Net zoals het SodM onderschrijf ik het belang van realistische en concrete planningen en een open communicatie daarover, ook als er sprake is van vertraging. Om die reden laat ik NCG jaarlijks haar diepteanalyse actualiseren en informeer ik uw Kamer daarover. Uit de eerste actualisatie van de diepteanalyse van NCG die ik uw Kamer heb toegestuurd op 26 maart 2025 blijkt dat de versterkingsoperatie kan worden afgerond tussen 2030 en 2032. Met de kennis van nu is dit een realistische en haalbare planning. Bij de volgende actualisatie van de diepteanalyse of grote nieuwe beleidskeuzes moet blijken wat dan eventueel de invloed op die einddatum zal zijn.

Feiten en cijfers doen ertoe. Tegelijkertijd vereisen feiten en cijfers ook context. Ik zie dat de gemiddelde doorlooptijd van de versterking van een woning is toegenomen. Het is goed om te beseffen dat die toename het gevolg is van initiatieven die de kwaliteit van de versterking voor bewoners verbeteren. De gemiddelde bouwtijd van een versterking is onder andere toegenomen, door het combineren van versterking met verduurzaming (maatregel 28 en vanaf dit kwartaal maatregel 29). En de tijd tussen de opname van een woning en oplevering van een woning na versterking, is toegenomen door een afspraak die is gemaakt tussen Rijk, regionale overheden en NCG om huizen zo snel als mogelijk te beoordelen en bewoners snel duidelijkheid te geven over of hun huis wel of niet versterkt moet worden. De capaciteit is daarmee (tijdelijk) met name in de beoordelingen gaan zitten. Ik bespreek de snelheid van de versterkingsoperatie regelmatig met NCG. Daarbij heb ik bijzonder aandacht voor bewoners die lang moeten wachten gedurende het proces. Als ik doelen zou stellen voor de gemiddelde doorlooptijd van een versterking van een woning, is het risico groot dat ik de ruimte inperk voor bewoners om zelf keuzes te maken. Dat is een effect dat ik nadrukkelijk niet nastreef. Ik wil de belangen van de bewoners centraal stellen en dat vergt vaak maatwerk met soms ook meer tijd.

Kwaliteitsborging in processen van NCG

Zoals ik heb toegezegd5, heb ik met NCG en mijn adviseurs van het SodM en ACVG gesproken over de kwaliteitsborging binnen de processen van NCG. Ik bekijk welke acties al in gang zijn gezet en welke aanvullende acties nog nodig zijn. Daarbij blijf ik oog houden voor de balans tussen de snelheid van de versterkingsoperatie en de kwaliteit die bewoners geboden wordt. Bewoners moeten kunnen vertrouwen op de uitkomsten van het versterkingsproces en daarom wil ik het risico op fouten verder minimaliseren. ACVG doet op dit moment nader onderzoek naar de kwaliteit van de beoordelingsrapporten en de NCG werkt aan de implementatie van de adviezen van het SodM. Als eventuele verbeteracties op termijn een positief effect hebben op de doorlooptijden van de versterkingsoperatie, is dit waardevol. Maar dat is dus niet mijn primaire doel.

Adviezen van SodM over mijnbouw

Veiligheid

Het SodM concludeert dat de bodemdaling en het aantal aardbevingen in 2024 als gevolg van de voormalige gaswinning uit het Groningenveld verder zijn afgenomen, en dat de observaties goed overeenkomen met de verwachtingen. Hiermee neemt de fysieke veiligheid in het gebied toe in vergelijking met de situatie voor de sluiting van het Groningenveld. Echter merkt het SodM terecht op dat de kans op zwaardere, schadeveroorzakende bevingen niet nog helemaal weg is. Ook de komende jaren zal er nog drukvereffening in het reservoir plaatsvinden wat kan leiden tot bodembeweging. Daarom onderschrijf het kabinet, net als het SodM, het belang van het goed blijven monitoren van de druk en de bodembeweging, ook nu het veld gesloten is. Dit wordt onder andere geborgd in de Monitoringsstrategie Groningenveld die de NAM in samenspraak met het SodM heeft vastgelegd.

Ontmanteling van het Groningenveld

Als vergunninghouder is de NAM verantwoordelijk voor de ontmanteling van de 26 mijnbouwinstallaties en 337 putten van het Groningenveld. Alle putten zijn inmiddels buiten werking gesteld. De volledige ontmanteling is echter een complex en omvangrijk proces. Het SodM stelt dat over het algemeen de externe veiligheidsrisico’s en milieubelasting veroorzaakt door mijnbouwactiviteiten zijn afgenomen, doordat de installaties van het Groningenveld niet meer operationeel zijn. Het SodM ziet toe op de veilige ontmanteling van de mijnbouwinstallaties. Voor elke productielocatie is de NAM verplicht een verwijderingsplan in te dienen met daarin onder meer de voorgenomen maatregelen om schade te voorkomen. De minister van KGG zal de ingediende verwijderingsplannen beoordelen en daarvoor advies vragen aan het SodM.

Nazorg

Op het gebied van nazorg en zorgplicht werkt het Ministerie van KGG nauw samen met het SodM, als voorbereiding op de aanpassing van de Mijnbouwregeling voor nazorg van het Groningenveld en de herziening van de Mijnbouwwet en onderliggende regelgeving voor nazorg in algemene zin. Het SodM uit de zorg dat er onduidelijkheid bestaat over de mate waarin de visie van het SodM op nazorg wordt verankerd. Bij de aanstaande wijziging van de Mijnbouwregeling vormt deze visie een belangrijke leidraad. Ook bij de herziening van de Mijnbouwwet wordt deze visie betrokken. Ik verwacht dat de gewijzigde Mijnbouwregeling in het derde kwartaal van dit jaar van kracht wordt.

PEGA maatregel 49

In de uitwerking van maatregel 49 van Nij Begun (Méér kennis, betere data en monitoring van mijnbouweffecten) is het kabinet gestart met het opzetten van GeoKennisNL en het programma PEGA invulling ondergrond (PIO). Het kabinet geeft hiermee invulling aan kennismanagement en -ontwikkeling (GeoKennisNL) en datamanagement (PIO) met betrekking tot het gebruik van de diepe ondergrond. SodM heeft de zorg geuit dat de sturing op maatregel 49 uit Nij Begun onvoldoende helder is. In beide trajecten heeft het Ministerie van KGG stappen gezet in de uitwerking. In recent georganiseerde workshops hebben stakeholders, waaronder SodM, kunnen bijdragen aan de vormgeving van GeoKennisNL. Daarnaast is de governance van PIO ingericht. SodM zal deelnemen aan de stuurgroep van het PIO.

Jaarverslag NCG 2024

In het jaarverslag 2024 van NCG is terug te lezen hoe zij op een gebiedsgerichte manier heeft gewerkt aan een veilig en duurzaam Groningen, en hoe zij naast de bewoner staat. Daarom is het belangrijk dat NCG ook blijft investeren in haar eigen organisatie en medewerkers.

De NCG zet zich volop in om de versterkingsoperatie beter uit te voeren dan het jaar ervoor. Ik ervaar dat in mijn gesprekken met NCG, en dat lees ik nu ook terug in het jaarverslag van 2024. Ook al is niet iedere stap direct merkbaar voor iedereen, elke dag een stap vooruit is wel hoe we duurzaam verder komen en het steeds beter doen voor de bewoner. Als ik het jaarverslag lees, zie ik dat bijvoorbeeld terug bij verduurzaming, de routekaart voor de aanpak van onaanvaardbare verschillen en hoe NCG samen met andere organisaties zoals gemeenten en IMG steeds meer wil werken als één overheid. Dit zijn belangrijke stappen op onderwerpen die bewoners direct raken.

NCG heeft in 2024 meer dan 1.200 gebouwen versterkt. Dat is minder dan het doel en tegelijkertijd wel meer dan in 2023 is gedaan. Ook zijn circa 5.000 beoordelingsrapporten vastgesteld. Met de realistischere planningen die nu beschikbaar komen op basis van de geactualiseerde diepteanalyse vertrouw ik dat de doelen in de toekomst realistischer zullen zijn. Tegelijkertijd blijft het een feit dat de voortgang van de versterking afhankelijk is van veel verschillende factoren. Daarom zal ik met de NCG de mogelijkheden bespreken om in de komende jaren te werken met bandbreedtes voor het formuleren van de doelstellingen. Zo doen we recht aan de complexiteit en wordt er op transparante wijze gecommuniceerd.

Ik ben ervan overtuigd dat het steeds beter gaat, maar we zijn er nog niet. Ik luister daarvoor naar bewoners en handel op basis van de signalen die mij bereiken. Ook dat is één van de leidende principes in mijn Beleidsbrief Versterken.6 In die brief heb ik tevens aangegeven dat NCG haar communicatie met bewoners wil en moet verbeteren. Ik zie de voorbeelden waarin de communicatie richting bewoners structureel en merkbaar beter moet. Ik bespreek dit met de NCG bespreken om hier nog meer aandacht aan te geven en ik blijf luisteren naar de ervaringen van bewoners hierin.

Vervolg

In mijn Kamerbrief van 26 maart7 heb ik beschreven dat ik blijf zoeken naar manieren om het gewenste tempo van de versterkingsoperatie te bereiken, zonder de kwaliteit voor de bewoner uit het oog te verliezen. Ik heb recent uw Kamer geïnformeerd over de actualisatie van de diepteanalyse. Het SodM heeft in haar Staat van de veiligheid van Groningen 2024 de prognose gedaan dat de versterking tot 2034 kan duren als het tempo van 2024 wordt aangehouden.

Ik zie en hoor dat door het verschil tussen de diepteanalyse en de prognose van SodM onnodig verwarring ontstaat bij bewoners. Ik wil dergelijke verwarring onder bewoners in de toekomst voorkomen en transparant communiceren over de voortgang, dat doe ik jaarlijks met de actualisaties van de diepteanalyse. Op basis van de diepteanalyse die ik u hiervoor recent heb gestuurd, zie ik nu in ieder geval geen redenen om ervan uit te gaan dat de versterking tot 2034 blijft doorlopen.

De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

E. van Marum


  1. Kamerstuk 33 529, nr. 1279↩︎

  2. Kamerstuk 35 561, nr. 66↩︎

  3. Kamerstuk 33 529, nr. 1282↩︎

  4. Kamerstuk 33 529, nr. 1282↩︎

  5. Kamerstuk 33 529, nr. 1279↩︎

  6. Kamerstuk 35 561, nr. 66↩︎

  7. Kamerstuk 33 529, nr. 1282↩︎