Voorlopige resultaten SDE++ 2025
Stimulering duurzame energieproductie
Brief regering
Nummer: 2025D51691, datum: 2025-12-11, bijgewerkt: 2025-12-15 15:21, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 31239 -441 Stimulering duurzame energieproductie .
Onderdeel van zaak 2025Z21862:
- Indiener: S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei
- 2025-12-16 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2026-01-20 17:00: Procedurevergadering Klimaat en Groene Groei (Procedurevergadering), vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei
Preview document (🔗 origineel)
31 239 Stimulering duurzame energieproductie
Nr. 441 Brief van de minister van Klimaat en Groene Groei
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 11 december 2025
Met deze brief informeert het kabinet de Kamer over de voorlopige
resultaten van de openstelling van de SDE++ in 2025. Deze
subsidieregeling ondersteunt ondernemers bij investeringen in
hernieuwbare energie. Hiermee draagt de regeling bij aan vergroting van
de energieonafhankelijkheid, verlagen van energiekosten en het
verduurzamen van ons bedrijfsleven en energievoorziening. Er is dit jaar
veel interesse getoond in de SDE++, met een ruime overtekening van het
budget tot gevolg. Dit is positief, omdat het betekent dat ondernemers
veel kansen zien voor het toekomstbestendig maken van hun
bedrijfsvoering.
Verloop openstelling SDE++ 2025
Van 7 oktober tot en met 6 november vond de openstelling van de SDE++ in 2025 plaats. Hiervoor was een openstellingsbudget van € 8 miljard beschikbaar1. Gedurende de openstelling zijn 468 subsidieaanvragen ingediend, met een budgetclaim van in totaal bijna € 22 miljard. Dit bedrag zal uiteindelijk lager worden doordat dubbele of incomplete aanvragen afvallen, zoals aanvragen waarbij de vergunningen nog niet rond zijn. Tabel 1 bevat een overzicht van alle aanvragen per techniek van de openstellingsronde 2025. De aanvragen worden op dit moment door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) beoordeeld op volledigheid en technische en financiële haalbaarheid. Op grond daarvan zal het aantal positieve beschikkingen op de aanvragen nog afnemen.
De aanvragen voor de SDE++ betreffen een goede verdeling over de verschillende technieken die de regeling ondersteunt. Opvallend is dit jaar een grote interesse binnen het domein moleculen, waarbij bijvoorbeeld waterstof en groen gas worden geproduceerd, met een totaal aangevraagd budget van ruim € 6,3 miljard. Ook zijn er veel aanvragen geweest voor CO2-afvang en -opslag, met een totale budgetclaim van ca € 9 miljard. Het komt soms voor dat projecten in twee categorieën worden ingediend. Hiermee willen de aanvragers voorkomen dat zij in de verkeerde categorie indienen, waardoor de aanvraag zou worden afgewezen. Een project kan echter maar één subsidiebeschikking ontvangen. Hierdoor zal, voor zover RVO nu kan overzien, zo’n € 3,1 miljard aan aanvragen afvallen.
Tabel 1
| Domein | Categorie | Aantal | Budgetclaim [€ mln] |
Vermogen¹ [MW] |
CO2 reductie [tCO₂/jr] |
Gemiddelde subsidie- intensiteit² [€/tCO₂] |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Moleculen | Biomassavergassing | 2 | 1.360 | 161 | 199.544 | 310 |
| Biomassavergisting (hern. gas) | 73 | 1.785 | 243 | 395.992 | 259 | |
| Waterstofproductie uit elektrolyse | 3 | 1.645 | 234 | 197.068 | 386 | |
| Waterstofproductie uit vergassing | 1 | 1.155 | 276 | 268.175 | 65 | |
| Geavanceerde hernieuwbare brandstoffen | 1 | 400 | 40 | 76.961 | 42 | |
| Totaal Moleculen | 80 | 6.345 | 954 | 1.137.740 | 230 | |
| LT-warmte | Geothermie | 5 | 1.177 | 176 | 343.281 | 207 |
| Lucht-water warmtepomp | 80 | 660 | 246 | 164.737 | 233 | |
| Restwarmtebenutting | 14 | 617 | 138 | 133.370 | 242 | |
| Geothermie met warmtepomp | 2 | 363 | 37 | 75.952 | 300 | |
| Industriële warmtepomp (gesloten) | 11 | 190 | 53 | 57.822 | 132 | |
| Aquathermie | 3 | 16 | 8 | 3.333 | 290 | |
| Biomassavergisting (hern. warmte) | 4 | 13 | 2 | 3.436 | 269 | |
| Zonthermie | 2 | 0 | 0 | 67 | 232 | |
| Totaal LT-warmte | 121 | 3.036 | 659 | 781.998 | 224 | |
| HT-warmte | Elektrische boiler | 11 | 726 | 295 | 214.165 | 248 |
| Biomassaverbranding | 6 | 317 | 277 | 117.329 | 162 | |
| Procesgeïntegreerde warmtepomp | 2 | 121 | 52 | 28.183 | 223 | |
| Industriële warmtepomp (open) | 1 | 19 | 9 | 5.991 | 110 | |
| Totaal HT-warmte | 20 | 1.183 | 614 | 365.668 | 215 | |
| Elektriciteit | Zon-PV op veld | 51 | 352 | 772 | 44.389 | 177 |
| Wind op land | 10 | 238 | 122 | 44.397 | 163 | |
| Zon-PV op dak | 110 | 118 | 244 | 32.698 | 94 | |
| Zon-PV op water | 4 | 28 | 58 | 3.505 | 197 | |
| Biomassavergisting (gecomb. opwekking) | 13 | 26 | 3 | 7.105 | 262 | |
| Zon-PV aan gevel | 1 | 1 | 1 | 101 | 300 | |
| Totaal Elektriciteit | 189 | 763 | 1.200 | 132.195 | 156 | |
| CCS/CCU | CO2-afvang en -opslag | 19 | 9.024 | 2.046.061 | 210 | |
| CO2-afvang en -gebruik | 39 | 1.434 | 423.811 | 294 | ||
| Totaal CCS/CCU | 58 | 10.458 | 2.469.872 | 280 | ||
| TOTAAL | 468 | 21.785 | 4.887.472 | 252 |
De hoge overtekening van dit jaar leidt ertoe dat te verwachten is dat niet alle kwalificerende aanvragen een beschikking zullen krijgen. Dat past bij de SDE++ die is opgezet op een manier die ervoor zorgt dat kostenefficiënte projecten, die met de minste subsidie de meeste CO2 kunnen reduceren, als eerste een beschikking krijgen. Het streven van het kabinet is dan ook, bij het vaststellen van het budget, om een concurrerende tender op te zetten. Deze doelstelling wordt gegeven de ruime overtekening van het budget naar alle waarschijnlijkheid gehaald.
Overtekening van het budget in deze mate betekent ook een signaal vanuit de markt dat ondernemers kansen zien om hun bedrijfsvoering te verduurzamen. Dit signaal is belangrijk, omdat het ondersteunen van deze projecten met de SDE++ betekent dat ondernemers hun bedrijf toekomstbestendig kunnen maken en zo mee kunnen gaan met de uitdagingen van deze tijd. Uitputting van het budget brengt helaas ook mee dat niet al deze projecten dit jaar ondersteund en uitgevoerd kunnen worden. Deze ondernemers kunnen in 2026 opnieuw een aanvraag indienen.
Hekjes
Ook in de openstellingsronde van 2025 zijn hekjes gehanteerd. Een hekje reserveert budget voor technieken met een hogere subsidie-intensiteit, waardoor deze eerder aan bod komen. Dit zijn technieken die weliswaar op de korte termijn minder kosteneffectief zijn, maar op de langere termijn noodzakelijk zijn voor de energietransitie. Het is van belang dat de kosten van deze technieken kunnen dalen naarmate ze meer worden ingezet. Voor aanvragen binnen de domeinen moleculen, lagetemperatuurwarmte en hogetemperatuurwarmte was er per domein € 750 miljoen budget gereserveerd. In elk van deze domeinen is een hoger bedrag aangevraagd dan het gereserveerde bedrag. In het domein moleculen is voor ca. € 6,3 miljard aangevraagd, voor lagetemperatuurwarmte € 3 miljard en voor hogetemperatuurwarmte € 1,2 miljard.
Nu het openstellingsbudget naar alle waarschijnlijkheid wordt uitgeput, hebben de hekjes invloed op de verdeling van het budget, omdat aanvragen in deze domeinen tot € 750 miljoen in ieder geval een beschikking krijgen. Dit is een positieve ontwikkeling, omdat hiermee gestuurd wordt op kostenefficiëntie van de energietransitie op middellange en lange termijn. Na beoordeling van de aanvragen door RVO zal de effectiviteit van de hekjes worden onderzocht. Hierover wordt in de Kamerbrief over de definitieve resultaten van de SDE++ 2025 gerapporteerd.
Duurzaamheidscriteria voor bestaande subsidiebeschikkingen
Bedrijven met een subsidiebeschikking voor de bij- en meestook van vaste biomassa of voor het opwekken van industriële stoom of warmte met vaste biomassa moeten aan Nederlandse duurzaamheidscriteria voor biomassa voldoen. Deze duurzaamheidscriteria vinden hun oorsprong in de tijd van het sluiten van het Energieakkoord. De Nederlandse duurzaamheidscriteria zijn vastgelegd in de ‘Regeling conformiteitsbeoordeling vaste biomassa voor energietoepassingen’. De minister van Economische Zaken heeft in september jl. een nieuwe aanpak aangekondigd voor het verminderen van onnodige of tegenstrijdige regels voor bedrijven. In dat kader is het kabinet begonnen met het oppakken van de verplichtingen die leiden tot de meest merkbare regeldrukvermindering voor ondernemers, met als doel het schrappen of verminderen van de regeldruk met 500 regels voor de zomer van 20262.
De afgelopen tijd heeft het kabinet in dat kader gesprekken gevoerd over een mogelijkheid om voor het aantonen van deze duurzaamheid van de biomassa over te stappen naar de hiervoor geldende eisen uit de Europese Richtlijn hernieuwbare energie (RED). Deze eisen zijn nu strenger dan de Nederlandse eisen en het scheelt regeldruk voor bedrijven en de overheid als niet langer twee systemen naast elkaar gehanteerd worden. Alle marktpartijen voor wie dit relevant is hebben inmiddels laten weten dat zij de vrijwillige overstap naar de Europese regels per 1 januari 2026 willen maken. Deze overstap moet vrijwillig plaatsvinden omdat het om een aanpassing van de voorwaarden van reeds beschikte subsidies gaat. Het kabinet is voornemens om de regelgeving hierover daarop aan te passen. Deze wijzigingen zijn naar verwachting niet voor 1 januari 2026 gereed, maar zijn beoogd om op een later moment in 2026 te worden gepubliceerd met terugwerkende kracht tot 1 januari 2026.
Tot slot
Het kabinet verwacht de Kamer medio 2026 over de definitieve resultaten van de SDE++ 2025 te kunnen informeren. Momenteel wordt ook de openstellingsronde van de SDE++ van 2026 voorbereid. Over de precieze invulling van de openstellingsronde wordt de Kamer zoals gebruikelijk begin 2026 geïnformeerd.
De minister van Klimaat en Groene Groei,
S.T.M. Hermans
Het openstellingsbudget geeft de maximale subsidie weer die alle projecten gezamenlijk over de gehele looptijd van de beschikking kunnen ontvangen. De werkelijke kasuitgaven aan de SDE++ zijn naar verwachting lager. Die hangen namelijk af van de marktwaarde van energie en CO2, de daadwerkelijke realisatie van beschikte projecten en de hoeveelheid energie die geproduceerd wordt of CO2 die gereduceerd wordt.↩︎
Kamerstuk 32 637, nr. 706↩︎